Parkeernormen in bestemmingsplannen



Vergelijkbare documenten
NOTITIE PARKEERNORMEN LAND VAN HEUSDEN EN ALTENA

1 Parkeernorm. 1.1 Gebiedsindeling

Parkeernormen Gemeente Boxtel

gemeente Eindhoven In Eindhoven zullen de volgende drie gebieden worden onderscheiden:

Bijlage 1. Parkeren. Wonen. Parkeernormen. Functie centrum schil rest bbk bezoek. woning groot >450 m3 woning 1,49 1,70 1,92 0,32

Parkeernormen Valkenswaard - Centrum

NOTITIE PARKEREN AALBURG, WERKENDAM EN WOUDRICHEM

BIJLAGEN BIJ REGELS. Herziening Slottuin Heemstede. NL.IMRO.0397.BPh1slottuin vast te stellen

Nota parkeernormen Gemeente Meppel

Parkeernormen naar categorie

Bijlage 4 Nota Parkeernormen

Bijlage 12 Cijfers verplaatsingsgedrag

Bijlage 5 Parkeernormen

Nota Parkeernormen gemeente Eindhoven

Functie Parkeernormen Per. 1,40 1,60 1,90 2,10 woning 0,3. 1,30 1,50 1,70 1,90 woning 0,3. 1,20 1,30 1,40 1,60 woning 0,3

1,7 parkeerplaats per 100 m 2 b.v.o.

!" % " !" #, # " ) - "" '()., " " ) " !" # /!" #!" / ( / "

Hoogte van de parkeernormen

Parkeernorm centrum. parkeernorm. bezoekersaandeel eenheid. functie

Bijlage 1 Parkeernormen Gemeente Berkelland

Bijlage I: Parkeernormen gemeente Cuijk

Concept versie bij collegebesluit van 8 november Concept versie bij Raadsbesluit van 22 december 2011

Bestemmingsplan Elsweide - Over het Lange Water

Nota Parkeernormen Zundert

Tot een parkeerplaats bij woningen, bedoeld in deze parkeernomen wordt verstaan:

BELEIDSNOTA PARKEERNORMERING GEMEENTE VALKENSWAARD - Beleidsregels naar aanleiding van de bouwverordening van de Gemeente Valkenswaard

Tabel 1 behorende bij de Beleidsregels Parkeren Maassluis 2012

Beleidsregels Parkeernormen Gemeente Bronckhorst

Parkeernormennota. - naar integraal parkeerbeleid - Gemeente Heerde

Parkeernormen Gemeente Bronckhorst. (voldoende plek voor ieder voertuig)

Bijlagen Bijlage 1: Parkeernormen uit Nota Parkeernormen (vastgesteld 2005)

overwegende dat in januari 2006 de actualisatie van het parkeerbeleidsplan voor Tiel is vastgesteld;

Jaar: 2007 Nummer: 31 Besluit: B & W 3 april 2007 Gemeenteblad BELEIDSREGEL PARKEERNORMEN HELMOND 2007

Bijlage 4: Overzicht parkeernormen Roermond

Bijlage 2. Nota Parkeernormen

nota parkeernormering

Nota Parkeernormen Gemeente Druten

Notitie Ruimtelijk Parkeerbeleid 2009

Nota parkeernormen 2013

Parkeernormen Almere datum: 1 januari 2017

Adviesnotitie Inleiding Stap 1: bepalen parkeerbeleid

Beleidsregel parkeernormen Helmond 2007 Wetstechnische informatie

11. Parkeernormen De bouwverordening en parkeernormen Parkeernormen en aanwezigheidspercentages

Berekening benodigde parkeerplaatsen

Nota parkeernormen. Registratie nummer: /9381. Versie V2.0 januari 2014 Gemeente Culemborg Afdeling stadsontwikkeling

Nota Parkeernormen. Concept versie bij collegebesluit van 8 november Concept versie bij Raadsbesluit van 22 december 2011

Beleidsregels ontheffing parkeernormen bestemmingsplan Stadscentrum

GVVP Stichtse Vecht Deel B: Nota Parkeernormen

Bijlage 5 Nota Parkeernormen

2. Hoofdcategorie Werken Eenheid binnenstad schil binnenstad Aandeel Opmerking

Toetsing parkeerbehoefte bouwaanvraag gemeente Purmerend

Parkeernormen auto per functie per stedelijke zone

Wijziging bijlage 1 behorende bij de Bouwverordening Rotterdam 2010

Nota parkeernormen

Overzicht parkeernormen

Nota Parkeernormen Gemeente Asten

Gemeentelijke parkeernorm Toepassing groeimodel Verdelen parkeerdruk Conclusie

In 2017 zal de volledige update van de parkeernormen die opgenomen staan in de Beleidsregel Parkeernormen Helmond 2007, opgepakt moeten worden.

Gemeente Baarn - Vaststelling Nota Parkeernormen

Overzicht parkeerkencijfers naar stedelijkheidsgraad

SPEELBOERDERIJ PARKEERBEHOEFTE BEREKENING

In 2011 heeft de gemeente Maastricht parkeernormen (benodigde parkeerruimte per woonfunctie)

Parkeernormen Almere datum: 1 juni 2015

Uittreksel van CROW-publicatie 317 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie'.

Nota Parkeernormen 2015 gemeente Steenwijkerland

Beleidsregels parkeernormen Hilversum 2009

Gemeente Uden Gemeente Veghel. Parkeernormen Eindrapport

Parkeerbalans Watertoren

: Parkeren Inter Chalet Horst. Memo. Datum : 19 oktober 2012 / 9 april 2013 Opdrachtgever : de heer Clabbers. Opgesteld door : Arjan ter Haar i.a.a.

Beleidsregels voor toepassing van artikel van de Bouwverordening gemeente Arnhem 2003.

Nota Parkeernormen MET GRAUMANS BAARN, NOTA PARKEERNORMEN , 11 novenber

Nota parkeernormen Gemeente Lansingerland

CVDR. Nr. CVDR441827_1. Beleidsregel parkeernormen Helmond 2017

BIJLAGEN BIJ DE REGELS

Bijlage 1 Parkeernormen

Nota Bouwen en Parkeren

CVDR. Nr. CVDR434953_1. Nota Parkeernormen oktober Officiële uitgave van Baarn. Gemeente Baarn. Inhoudsopgave

Nota parkeernormen Winterswijk

Bijlagen Nota Parkeernormen

Notitie parkeren bestemmingsplan Goedentijd 21b 23 te Alphen

Bijlage 1 - Parkeernormen gemeente Ede

Inspraak over parkeernormen in Leiden 3. Inspraak wanneer en hoe? 4. Het voorstel: de regels over parkeernormen 5. Het voorstel: de parkeernormen 6

Notitie Gemeentelijk parkeerbeleid

Van : Mw. ing. M.M. Kooijman Paraaf :

Parkeervraag 'project Duinhoek

SECOND OPINION PARKEERONDERZOEK WSZ LIESSEL

Beleidsregel Parkeernormering gemeente Westland 2018

MEMO Parkeeronderzoek Project Kerkweg-Oost te Waddinxveen

Beleidsregel parkeren Winterswijk

Nota Parkeernormen. Vastgesteld door het college van B en W op 16 juli Toepassing ASVV2012

Afbeelding 2.1. Conceptuele weergave van de huidige parkeeroplossing

R-MRM/2015/492 NOTA PARKEERNORMEN BOXMEER 2015 GEMEENTE BOXMEER. 2 december (Vastgesteld door de gemeenteraad op 29 januari 2015)

PARKEERNORMEN VOOR WOONWIJKEN GEMEENTE OSS VASTGESTELD DOOR COLLEGE VAN B&W D.D. 22 AUGUSTUS 2006

Werken Voor de functies werken geldt, dat parkeren op eigen terrein dient plaats te vinden.

1 Inleiding GEMEENTE RENSU/OUDE

Onderbouwing parkeerbalans (her)ontwikkeling Schalkstad

Concept-Beleidsregels Parkeren Maassluis 2012

Parkeerkundige onderbouwing bestemmingsplan ABC-gebouw Nieuwpoortstraat, Amsterdam

Wim Bijl (Veenstede Vastgoedontwikkeling BV) Hans Godefrooij

Second opinion parkeerbalans 'Het Overbos'

Transcriptie:

Parkeernormen in bestemmingsplannen 1 Inleiding Bij het opstellen van bestemmingsplannen en de bouwverordening worden parkeernormen gehanteerd als norm voor het minimum aantal te realiseren parkeerplaatsen voor een gebouw of functie binnen een plangebied. Daarbij gaat het om nieuw te realiseren bestemmingen; bij bestaande bebouwing blijft de parkeernorm gehandhaafd die bij het vaststellen van het oorspronkelijke bestemmingsplan is vastgesteld. Het aantal parkeerplaatsen is afhankelijk van de functie en omvang van het gebouw of de functies binnen het plangebied. Nu wordt hiervoor over het algemeen gebruik gemaakt van de parkeerkencijfers uit het ASVV 1996 (Aanbeveling Stedelijke VerkeersVoorzieningen), opgesteld door het CROW (Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-,water- en wegenbouw en de verkeerstechniek). Door het CROW zijn de parkeerkencijfers voor auto s inmiddels geactualiseerd. Deze actualisering was nodig in verband met een aantal ontwikkelingen. In de eerste plaats is het gemiddelde autobezit per huishouden sinds 1996 sterk toegenomen. Daarnaast is ook het gebruik van de auto in Nederland sterk toegenomen. Verder hebben sociaal-economische ontwikkelingen als ruimere winkelopeningstijden en toename in het bezoek van culturele instellingen in de binnenstad invloed op de parkeervraag. In feite zijn de huidige parkeernormen dus verouderd, iets wat in Roermond reeds geconstateerd is bij de realisatie van o.a. Mussenberg, waarbij de kencijfers uit ASVV 1996 gehanteerd zijn en waar nu reeds parkeerproblemen bestaan. De nieuwe parkeerkencijfers van het CROW worden beschreven in publicatie nummer 182 Parkeerkencijfers Basis voor parkeernormering en in het nieuwe ASVV 2004. Deze parkeerkencijfers zijn echter niet concreet, maar vormen een hulpmiddel bij het vaststellen van lokale parkeernormen. Het is daarom noodzakelijk om de kencijfers van het CROW te vertalen naar parkeernormen voor de Roermondse situatie, iets wat ook door het CROW wordt aanbevolen. 2 Vraagvolgend of sturend parkeerbeleid Een parkeerbeleid kan volgend of sturend zijn. Het beleid wordt volgend genoemd wanneer aan de vrije vraag naar parkeerruimte volledig wordt voldaan. De parkeerplaatsen worden op de juiste locatie (daar waar er behoefte aan is) aangelegd en er is een eerlijke verdeling van de beschikbare parkeerplaatsen. In alle andere gevallen is er sprake van een sturend beleid dat is gericht op beperking van niet-noodzakelijk autogebruik. Een sturend parkeerbeleid bevordert het selectief gebruik van de auto en beperkt hiermee de groei van de automobiliteit ten gunste van de leefbaarheid en het milieu. Een instrument om het autogebruik te beperken is de bepaling van het maximum aantal parkeerplaatsen. Overmatig parkeeraanbod moet worden voorkomen. De oude parkeerkencijfers van het CROW gingen uit van een sturend parkeerbeleid. Daarbij werd gepoogd het autobezit en gebruik tegen te gaan door een minimum aan parkeerplaatsen te realiseren. Bij de nieuwe parkeerkencijfers wordt deze keuze aan de gemeenten overgelaten. Hiervoor hanteert het CROW een minimum en een maximum parkeernorm per categorie. Wanneer voor de minimumnorm gekozen wordt is er sprake van een sturend beleid, bij het hanteren van de maximumnorm is sprake van een vraagvolgend beleid. Binnen bestaande woonwijken, maar ook bij nieuwbouwwijken als Mussenberg, is de oude parkeernorm uit het ASVV 1996 gehanteerd. In deze wijken is sprake van een parkeerprobleem. De ervaring in deze wijken leert dat een tekort aan parkeerplaatsen de bewoners er niet van weerhoudt om een tweede auto aan te schaffen. Het sturend parkeerbeleid levert in deze wijken dan voornamelijk een parkeerprobleem op i.p.v. het beoogde terugdringen van het autobezit. Voorgesteld wordt dan ook om voor woningbouw een vraagvolgend parkeerbeleid toe te passen. Voor functies als werken, winkelen en recreëren ligt de situatie anders. Bij deze functies kan met het parkeerbeleid wel invloed uitgeoefend worden op de keuze van de vervoerswijze. De beschikbaarheid van parkeerplaatsen is immers een van de overwegingen die een rol spelen bij de vervoerswijzekeuze naast o.a. reistijd, comfort en kosten. Bijvoorbeeld wanneer bekend is dat bij een voorziening moeilijk

parkeerruimte te vinden is, zal men eerder geneigd zijn de fiets te gebruiken dan wanneer er altijd voldoende parkeerplaatsen vrij zijn. Uiteraard heeft ook hierbij het sturend beleid een beperkte invloed. Voorgesteld wordt om voor andere functies dan wonen een beperkt sturend parkeerbeleid toe te passen. Concreet betekent dit dat, binnen de bandbreedte die door het CROW wordt gesteld, voor woonfuncties de maximumwaarde van de parkeerkencijfers als norm wordt vastgesteld en voor de overige functie het gemiddelde tussen de minimale en de maximale waarde. Het is belangrijk om deze keuze te maken, wanneer hierin immers geen duidelijke keuze gemaakt wordt zal in de praktijk de minimale waarde de norm worden. Geen keuze is dan impliciet een keuze voor de laagste norm. 3 Vertaling parkeerkencijfers CROW naar parkeernormen Roermond De parkeerkencijfers van CROW zijn niet overal in Nederland hetzelfde. De parkeerbehoefte is immers afhankelijk van locatie van de voorziening en van het aanbod en de kwaliteit van alternatieve vervoerswijze. Daarom wordt door CROW onderscheid gemaakt naar de stedelijkheidsgraad van de kern waarin de locatie zich bevindt en wordt tevens onderscheid gemaakt naar de zone binnen de kern waarin de voorziening gelegen is. Tevens wordt aan de gemeente de ruimte gegeven om een sturend of een vraagvolgend beleid te voeren door een bandbreedte aan te geven bij de parkeerkencijfers. Dit laatste is in de voorgaande paragraaf reeds aan de orde gekomen. 3.1 Mate van stedelijkheid In de publicatie van het CROW wordt de mate van stedelijkheid in vijf categorieën verdeeld: Zeer sterk stedelijk; Sterk stedelijk; Matig stedelijk; Weinig stedelijk; Niet stedelijk. De mate van stedelijkheid wordt bepaald op basis van de omgevingsadressendichtheid (o.a.d.), oftewel het aantal adressen per km 2 binnen de bebouwde kom. Binnen Roermond geldt een o.a.d. van 1.200 adressen/km 2. Daarmee wordt Roermond als matig stedelijk aangemerkt. 3.2 Zonering De drie zones die binnen Roermond onderscheiden worden zijn: Centrum; Schil/overloopgebied; Rest van de bebouwde kom. Het gebied binnen de Singelring en tussen het spoor en de Singelring kan als centrumgebied worden aangemerkt. Het gebied daaromheen, wat grofweg de Voorstad St. Jacob, Roerzicht, Roermondseveld en 't Veld omvat, wordt aangemerkt als de schil c.q. het overloopgebied. De overige gebieden binnen de bebouwde kom vallen in de zone 'rest van de bebouwde kom'. Zie ook de onderstaande afbeelding.

3.3 Verdeling woningcategorieën In de CROW publicatie wordt voor woningen onderscheid gemaakt tussen de volgende categorieën: Woning duur; Woning midden; Woning goedkoop. Deze begrippen zijn op verschillende manieren te interpreteren. In de verdere uitwerking van de parkeernota wordt hieraan nog nadere invulling gegeven. 4 Parkeerbalans Met een parkeerbalans wordt de (on)balans tussen parkeervraag en parkeeraanbod binnen een bepaald gebied berekend. Vaak valt de parkeervraag van functies niet samen in de tijd. Gecombineerd gebruik van parkeerplaatsen is dan mogelijk. Het is dan niet noodzakelijk om in een gebied de som van de vraag naar parkeerplaatsen van de afzonderlijke functies aan te leggen, maar slechts een deel daarvan. De mogelijkheid tot gecombineerd gebruik binnen een gebied hangt af van de mate van openbaarheid en de locatie van de parkeervoorzieningen en de loopafstand naar de bestemming. In CROW publicatie nummer 182 Parkeerkencijfers Basis voor paarkeernormering is een rekenmethodiek opgenomen om de parkeerbalans te bepalen. Bij deze berekening wordt uitgegaan van een bezettingsgraad van de parkeerplaatsen verspreid over de dag. Op basis van deze bezettingsgraden kan per functie, per dagdeel de parkeervraag bepaald worden. Door per dagdeel de parkeervraag van de verschillende functies te sommeren wordt de totale parkeervraag per dagdeel berekend. Het dagdeel met de hoogste totale parkeervraag wordt als maatgevende parkeervraag gehanteerd.

In de onderstaande tabel worden de aanwezigheidspercentages per voorziening per dagdeel weergegeven. Deze aanwezigheidspercentage vormen de basis voor de parkeerbalans Functie Werkdag Koop- Zaterdag Zondag overdag middag avond avond middag avond middag Woning 50 % 60 % 100 % 90 % 60 % 60 % 70 % Detailhandel 30 % 70 % 20 % 100 % 100 % 0 % 0 % Kantoor 100 % 100 % 5 % 10 % 5 % 0 % 0 % Bedrijven 100 % 100 % 5 % 10 % 5 % 0 % 0 % Sociaal Cultureel 10 % 40 % 100 % 100 % 60 % 90 % 25 % Sociaal Medisch 100 % 100 % 30 % 15 % 15 % 5 % 5 % Ziekenhuis 85 % 100 % 40 % 50 % 25 % 40 % 40 % Dagonderwijs 100 % 100 % 0 % 0 % 0 % 0 % 0 % Avondonderwijs 0 % 0 % 100 % 100 % 0 % 0 % 0 % Bibliotheek 30 % 70 % 100 % 70 % 75 % 0 % 0 % Museum 20 % 45 % 0 % 0 % 100 % 0 % 90 % Restaurant 30 % 40 % 90 % 95 % 70 % 100 % 40 % Café 30 % 40 % 90 % 85 % 75 % 100 % 45 % Bioscoop, theater 15 % 30 % 90 % 90 % 60 % 100 % 60 % Sport 30 % 50 % 100 % 90 % 100 % 90 % 85 % Rekenvoorbeeld parkeerbalans Binnen een plangebied, gelegen in de rest van de bebouwde kom zijn de volgende voorzieningen aanwezig: 20 woningen in de categorie goedkoop zonder parkeren op eigen terrein 10 woning in de categorie middel zonder parkeren op eigen terrein een sportschool met 500 m 2 bruto vloeroppervlakte een buurtwinkelcentrum van 1000 m 2 bruto vloeroppervlakte In de onderstaande tabel is de berekening van het aantal parkeerplaatsen per functie weergegeven. Indien geen rekening gehouden wordt met de aanwezigheidspercentages zijn binnen het plangebied in totaal 156 parkeerplaatsen nodig. Functie Parkeernorm Per eenheid Aantal eenheden Parkeerplaatsen Woning goedkoop 1,7 woning 20 34 Woning duur 1,9 woning 10 19 Sportschool 3,3 100 m 2 bvo 10 33 Buurtwinkelcentrum 3,5 100 m 2 bvo 20 70 Totaal 156 In de volgende tabel is het aantal benodigde parkeerplaatsen per functie per dagdeel weergegeven. Deze aantallen zijn gebaseerd op de aanwezigheidspercentages uit de bovenstaande tabel. Bijvoorbeeld: woning goedkoop = 34 parkeerplaatsen, op een werkdag overdag is het aanwezigheidspercentage 50% dus 17 parkeerplaatsen. Het dagdeel met de hoogste parkeerdruk is de koopavond. Het totaal aantal benodigde parkeerplaatsen is dan 147. Dit is 9 parkeerplaatsen minder dan wanneer geen rekening wordt gehouden met de aanwezigheidspercentages. Functie Aantal parkeerplaatsen per dagdeel Werkdag Koop- Zaterdag Zondag overdag middag avond avond middag avond middag Woning goedkoop 17,0 20,4 34,0 30,6 20,4 20,4 23,8 Woning duur 9,5 11,4 19,0 17,1 11,4 11,4 13,3 Sportschool 9,9 16,5 33,0 29,7 33,0 29,7 28,1 Winkelcentrum 21,0 49,0 14,0 70,0 70,0 0,0 0,0 Totaal 57,4 97,3 100,0 147,4 134,8 61,5 65,2

5 Parkeervoorzieningen bij woningen Bij (eengezins)woningen bestaat de mogelijkheid om parkeervoorzieningen op eigen terrein te realiseren. Dit kan in de vorm van een garage, een oprit of een garage met oprit. De ervaring leert dat dergelijke voorzieningen vaak voor andere doeleinden dan parkeren gebruikt worden. De garage wordt dan gebruikt als schuur of werkplaats of wordt bij het huis getrokken. De oprit wordt vaak ook als deel van de tuin ingericht. Het parkeren vind dan plaats in de openbare ruimte. Indien de garage en opritten volledig zijn meegenomen in de parkeerbalans leidt dit tot een te hoge parkeerdruk. Om dit te voorkomen wordt een garage of oprit op eigen terrein slechts gedeeltelijk opgenomen in de parkeerbalans. In de onderstaande tabel wordt weergegeven op welke wijze parkeren op eigen terrein wordt meegenomen in de parkeerbalans. Parkeervoorziening Theoretisch Berekeningsaantal Opmerkingen aantal Enkele oprit zonder garage 1 0,8 oprit min. 5,0 meter diep Lange oprit zonder garage of carport 2 1,0 oprit min. 10,0 meter diep Dubbele oprit zonder garage 2 1,7 oprit min. 4,5 meter breed Garage zonder oprit (bij woning) 1 0,4 Garagebox (niet bij woning) 1 0,5 Garage met enkele oprit 2 1,0 oprit min. 5,0 meter diep Garage met lange oprit 3 1,3 oprit min. 10,0 meter diep Garage met dubbele oprit 3 1,8 oprit min. 4,5 meter breed 6 Parkeernormen In onderstaande tabel zijn de parkeernormen opgenomen die door de gemeenteraad van Roermond zijn vastgesteld in de vergadering van 27 januari 2005. Het betreffen minimumnormen die worden opgenomen in nieuwe bestemmingsplannen, bestemmingsplanwijzigingen en indien in het bestemmingsplan geen parkeernormen (voor de betreffende functie) zijn opgenomen. Van deze parkeernormen kan beargumenteerd afgeweken worden indien hiervoor door de gemeenteraad toestemming verleend wordt. Functie Centrum Overloopgebied Woning duur 1) 1,7 1,8 2,1 woning 0,3 Rest bebouwde kom Per eenheid Aandeel bezoekers Woning midden 1) 1,5 1,7 1,9 woning 0,3 1,3 1,5 1,7 woning 0,3 Serviceflat / aanleunwoning 0,6 0,6 0,6 woning 0,3 Kamer verhuur 0,2 0,4 0,6 kamer 0,2 Binnenstad / hoofdwinkelgebied 3,3 - - 100 m 2 bvo 85% Wijk- en dorpscentra 3,3 3,3 3,3 100 m 2 bvo 85% Grootschalige detailhandel - 6,5 7,0 100 m 2 bvo 85% (Week)markt 3,3 3,3 3,3 100 m 2 bvo 85% Kantoor met baliefunctie 2,0 2,6 3,1 100 m 2 bvo 20% Kantoor zonder baliefunctie 1,4 1,6 1,8 100 m 2 bvo 5% Arbeidsextensieve / bezoekersextensieve bedrijven 0,6 0,7 0,9 100 m 2 bvo 5%

Functie Centrum Overloopgebied Rest bebouwde kom Per eenheid Aandeel bezoekers Arbeidsintensieve / bezoekersextensieve bedrijven 1,5 2,0 2,7 100 m 2 bvo 5% Arbeidsexstensieve / bezoekersintensieve bedrijven 1,1 1,3 1,7 100 m 2 bvo 35% Bedrijfsverzamelgebouw 1,3 1,3 1,3 100 m 2 bvo 10% Café / bar / discotheek / cafetaria 5,0 5,0 6,0 100 m 2 bvo 90% Restaurant 9,0 9,0 13,0 100 m 2 bvo 80% Museum / bibliotheek 0,6 0,8 1,1 100 m 2 bvo 95% Bioscoop / theater / schouwburg 0,3 0,3 0,4 zitplaats Sporthal (binnen) 2,0 2,3 2,8 100 m 2 bvo 95% Sportveld (buiten) 20,0 20,0 20,0 ha. netto terrein 95% Dansstudio / sportschool 3,5 3,5 3,5 100 m 2 bvo 95% Squashbanen 1,3 1,3 1,3 baan 90% Tennisbanen 2,5 2,5 2,5 baan 90% Golfbaan - - 7,0 hole 95% Bowlingbaan / biljartzaal 2,0 2,0 2,0 baan / tafel 95% Stadion 0,1 0,1 0,1 zitplaats 99% Evenementenhal 5,0 6,0 7,0 100 m 2 bvo 99% Zwembad 9,0 10,0 11,0 100 m 2 opp bassin 90% Themapark / pretpark 8,0 8,0 8,0 ha. netto terrein 99% Overdekte speeltuin / -hal 7,5 7,5 7,5 100 m 2 bvo 90% Manege - - 0,4 box 90% Cultureel centrum / wijkgebouw 2,0 2,0 2,0 100 m 2 bvo 90% Ziekenhuis 1,6 1,6 1,6 bed Verpleeg / verzorgingstehuis 0,6 0,6 0,6 wooneenheid 60% Arts / maatschap / kruisgebouw / therapeut 1,8 1,8 1,8 behandelkamer 65% WO / HBO-dag (Totale parkeervraag = collegezaal + leslokaal) 20,0 20,0 20,0 collegezaal MBO (ROC) / WO / HBO-dag (Totale parkeervraag = collegezaal + leslokaal) 6,0 6,0 6,0 leslokaal Voorbereidend beroepsonderwijs (VWO, HAVO, VBO) - dag

Functie Centrum Overloopgebied Rest bebouwde kom Per eenheid Aandeel bezoekers 0,8 0,8 0,8 leslokaal Avondonderwijs 0,8 0,8 0,8 student Basisonderwijs 0,8 0,8 0,8 leslokaal Crèche / peuterspeelzaal / kinderdagverblijf 0,7 0,7 0,7 arbeidsplaats Hotel 1,0 1,0 1,0 kamer Volkstuin - - 0,3 perceel Religiegebouw 0,2 0,2 0,2 zitplaats Begraafplaats / crematorium 22,5 22,5 22,5 gelijktijdige crematie 1) De verdeling tussen woning duur, midden en goedkoop is beschreven in paragraaf 3.3