Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG



Vergelijkbare documenten
Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG

Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG - 1 -

Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG

Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG

Jaarverslag 2006 RAAD VOOR DE TUCHTRECHTSPRAAK KNMG

RAAD VOOR DE TUCHTRECHTSPRAAK KNMG

Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG

Jaarverslag 2012 RAAD VOOR DE TUCHTRECHTSPRAAK KNMG

Tuchtraad KNMG onmachtig tegen alternatieve KNMG-leden

Reglement tuchtrechtspraak KNMG 2008

2008/088 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer 2008/088 van: A., wonende te B.

Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging.

Postbus 2122, 6020 AC Budel T E. W.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging.

Inleiding. Toepasselijkheid, doel, werkingssfeer en uitvoering interne tuchtrechtspraak

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE. Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 7 juni 2011 binnengekomen

de "Stichting VRT - Verenigd Register van Taxateurs" (VRT), gevestigd te Den Haag.

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van:

Bespreking uitspraak tuchtrecht Wie mag er een klacht indienen?

SAMENVATTING Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO

UITSPRAAK VAN HET COLLEGE VAN TOEZICHT van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW) te Utrecht

Reglement Tuchtrechtspraak

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.

Beslissing d.d. 17 juli 2008 naar aanleiding van de op 17 september 2007 ingekomen klacht van

Eigen belang/handel. Risicodragende projectontwikkeling.

UITSPRAAK. het bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen het bevoegd gezag

Beweerdelijke strijd met regel 6 Erecode. Belegging en schijn van mogelijke belangenverstrengeling

SAMENVATTING. inzake de klacht van: mevrouw A te D, moeder van B, oud-leerling van basisschool C te D, klaagster gemachtigde: mevrouw mr. E.

CENTRAAL TUCHTCOLLEGE

16.137Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E

Reglement tuchtrechtspraak

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM

REGLEMENT TUCHTRECHTSPRAAK KNGF

SAMENVATTING UITSPRAAK

Beslissing d.d. 10 mei 2017 ex art Tuchtrechtreglement Bancaire Sector

CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: G MAKELAARS, NVM-lid, kantoorhoudende te A, beklaagde in hoger beroep

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 17/1388 Wtra AK van 9 maart 2018 van

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam

Ontvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure.

Uitspraak: 7 april 2015 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

c. Een afschrift van de beslissing wordt gestuurd aan klager, verweerder en algemeen directeur van de Stichting Opleidingsinstelling GGZ VS.

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 19/471 Wtra AK van 12 augustus 2019 van

Bij brief van 22 april 2015 heeft de gemachtigde van beklaagde een verweerschrift ingediend bij de Raad.

Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam

SAMENVATTING Klacht over informatieverstrekking, ontoereikend veiligheidsbeleid en niet adequate begeleiding; SO

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG

Informatie aan niet-opdrachtgever. Beëindiging huurovereenkomst. Terugbetaling waarborgsom.

College van Beroep. Van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW)

Raad van Toezicht Nederlandse Vereniging van Gecertificeerde Incasso-ondernemingen Postbus AG BUSSUM T: F:

Reglement Klachtencommissie SCEN

Onjuist omschreven factuur ingediend. Samenwerking met andere adviseurs. Wat is courtage?

Optie en bod. Afwijken van het biedsysteem. Biedsysteem A.

Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Overdrachtsbelasting. Art. 13 wet op belastingen van rechtsverkeer.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

Mededelings- en onderzoeksplicht. Erfdienstbaarheid van weg t.b.v. het naburige perceel.

Klacht over informatieverstrekking gescheiden ouder zonder ouderlijk gezag, en over weigering rechtstreeks met hem te communiceren.

Begripsbepalingen: Artikel 1 Tuchtreglement Artikel 2 Tuchtrechtspraak Artikel 3 Bevoegdheid Artikel 4 Strafbaarheid...

Ontvankelijkheid. Risicodragende projectontwikkeling. Eigen belang.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Contractsbepalingen. Boeteclausule. Verschuldigdheid courtage na succesvol beroep op ontbindende voorwaarde.

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Beslissing van de Klachtencommissie van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM)

Klacht tegen makelaar als lid van de Bedrijfshuuradviescommissie. Nietontvankelijkheid

Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft.

REGLEMENT KLACHTEN CLIENTEN

Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK

REGLEMENT TUCHTRECHTSPRAAK KNGF ACHTERGROND

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Zelfstandig oordeel van de Raad t.o.v. oordeel civiele rechter.

Tuchtrechtspraak. Stichting NVM RvT Oost 203 ERECODE

1.2 De klacht: Een gemotiveerde uiting van ontevredenheid over een concrete gedraging van personen werkzaam bij de zorgaanbieder en haar partners.

De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: W. makelaar, aangesloten bij de NVM, kantoorhoudende te R.

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK in de zaak nr. [nummer] mevrouw [naam klaagster], hierna te noemen klaagster,

SAMENVATTING U I T S P R A AK

ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977

Collegialiteit. Contact opnemen met opdrachtgever van collega.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

REGLEMENT BEZWAAR TLV

ADVIES. mevrouw A te B, ouder van C, voormalig leerling van obs D te B, klaagster

MAKELAARDIJ ONROEREND GOED L B.V.

Tuchtrecht in de gezondheidszorg

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.

Taxatie. Te hoge waardering. Reden van taxatie en hoogte van waardering. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. inzake de klacht van ], wonende te Zoetermeer, tegen

Uitspraak van de Huurcommissie

ECLI:NL:GHAMS:2012:4344 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie

Reglement van het Veterinair Tuchtcollege

Rapport. Datum: 1 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/298

ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856

Belangenbehartiging opdrachtgever. Te hoge vraagprijs. Ongepast optreden.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

Bezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond.

CR 09/2280 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Reglement omtrent de werkwijze van de kamers voor het notariaat. (zoals bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Besluit op het notarisambt)

Transcriptie:

Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG

Raad voor de tuchtrechtspraak van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Uitspraak in de zaak van: A, vrouwenarts, wonende te B, klager, tegen C, huisarts, wonende te D, verweerder, gemachtigde: mr. A.W. Hielkema 2

1. Verloop van de procedure Klager heeft bij brief van 21 juni 2008 een klacht, voorzien van drie bijlagen, tegen verweerder ingediend. Bij brief van 21 augustus 2008 heeft verweerder de Raad verzocht uitstel te verlenen voor het indienen van verweer, aan welk verzoek de Raad is tegemoetgekomen. Het verweerschrift, gedateerd 29 augustus 2008, is tijdig door de Raad ontvangen. De mondelinge behandeling van de klacht heeft plaatsgevonden op 22 januari 2009 in Domus Medica, Mercatorlaan 1200 te Utrecht. Zowel klager als verweerder zijn daarbij verschenen. Klager werd vergezeld door E. Verweerster werd bijgestaan door mr. Hielkema. 2. De klacht Klager stelt zakelijk weergegeven dat verweerder niet heeft gehandeld conform het KNMG standpunt de arts en niet-reguliere behandelwijzen. Hij voert daartoe aan dat verweerder op <<datum>> als antroposofisch huisarts is verschenen in het televisieprogramma <<naam>>. In dat programma zou verweerder een patiënt hebben behandeld die last had van hooikoorts. Bij die behandeling zou verweerder een geneeswijze hebben geëtaleerd die volstrekt ontoelaatbaar is. Zo zou verweerder een patiënt adviseren citroenzuursap aangevuld met kweepeer in de onderhuid van de nek te spuiten ter bestrijding van die hooikoorts. Klager meent bovendien dat de in de uitzending toegepaste therapie tot de normale praktijk van verweerder behoort. Dit zou blijken uit de informatie op de website van de praktijk van verweerder. 3. Het standpunt van verweerder Verweerder voert gemotiveerd verweer dat er primair toe strekt dat de klacht niet ontvankelijk is aangezien klager niet rechtstreeks betrokken is bij de zaak waarover hij klaagt. 4. Beoordeling van de ontvankelijkheid Ingevolge het bepaalde in artikel 2, eerste lid, van het Reglement tuchtrechtspraak KNMG 2008 (het Reglement) heeft de tuchtrechtspraak ten doel het weren en beteugelen van misslagen van een lid dat daardoor het vertrouwen in de geneeskundige stand ondermijnt of zich gedraagt in strijd met de waardigheid of de belangen van die stand dan wel zich schuldig maakt aan oncollegiaal optreden, onder meer zoals beschreven in de KNMG Gedragsregels voor artsen of andere KNMG Richtlijnen. Het tweede lid van dat artikel bepaalt dat de tuchtrechtspraak het beoordelen behelst van het handelen en/of nalaten van een lid naar aanleiding van een door een ander lid ingediende klacht en het uitbrengen van een gemotiveerde uitspraak. In artikel 4 van het Reglement is aangegeven wie gerechtigd zijn een 3

klacht in te dienen. Het artikel bepaalt dat ieder lid dat rechtstreeks betrokken is bij de zaak waarover hij klaagt bevoegd is een klacht in te dienen. Of een klager kan worden ontvangen in zijn klacht hangt af van de beantwoording van de vraag of hij rechtstreeks betrokken is bij de zaak waarover hij klaagt. In het algemeen zal dat het geval zijn indien de klager stelt dat het handelen en/of nalaten van de verweerder direct invloed heeft op zijn positie. Daarbij kan het gaan om de behandeling of bejegening van een of meer patiënten van de klager, maar ook om kwesties die de klager in persoon betreffen. Dat laatste is bijvoorbeeld het geval als de klager financieel door het handelen wordt geraakt of de collegiale normen onderling niet worden nagekomen. Niet gebleken is dat klager rechtstreeks betrokken is bij de zaak waarover hij klaagt. Klager is immers niet betrokken bij de patiënt(en) die door verweerder in de uitzending zijn behandeld. Ook heeft het handelen van verweerder geen directe invloed gehad op klager en bovendien treft het handelen klager niet. Zo is niet gebleken dat klager financieel getroffen is door de uitzending en is niet gesteld noch gebleken dat de collegiale normen door verweerder niet zijn nagekomen. De enige stelling dat verweerder als antroposofisch arts in een televisieprogramma is verschenen en daarbij gedragsregels heeft overtreden is voor de Raad onvoldoende om aan te kunnen nemen dat klager rechtstreeks betrokken is. Klager kan worden toegegeven dat het verenigingstuchtrecht een ander doel dient dan het wettelijk tuchtrecht. Anders dan in het publieke tuchtrecht gaat het in het onderhavige verenigingstuchtrecht van de KNMG ook om het weren en beteugelen van gedragingen van een lid van de KNMG die het vertrouwen in de geneeskundige stand ondermijnen of in strijd zijn met de waardigheid of de belangen van die stand. Op die grond zou het voorstelbaar zijn dat de kring van rechtstreeks betrokkenen breder geïnterpreteerd zou worden. Dit zou dan meebrengen dat ook plaats is voor een klacht van een klager over gedragingen van een ander lid van de KNMG die niet zijn gerelateerd aan een concrete casus waarbij de klager rechtstreeks betrokken is, maar het algemene functioneren als arts van de verweerder betreffen. Het Reglement biedt die mogelijkheid echter niet. De Raad kan zich voorstellen dat het federatiebestuur van de KNMG in de situaties zoals hiervoor beschreven waarbij het vertrouwen in de geneeskundige stand aan de orde is, een klacht aan de Raad wenst voor te leggen. Voor dergelijke situaties moet het federatiebestuur (of iemand namens de federatie) als aparte klachtgerechtigde toegevoegd worden. Dat vergt een wijziging van het Reglement. Het is aan het federatiebestuur en uiteindelijk aan de Algemene Vergadering van de KNMG om een dergelijke uitbreiding van de ontvankelijkheid van de Raad te bewerkstelligen, indien deze organen dit noodzakelijk of wenselijk zouden achten. De Raad acht publicatie van deze uitspraak van belang. 4

5. Beslissing De Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG: verklaart klager niet- ontvankelijk in zijn klacht; verzoekt de secretaris deze uitspraak geanonimiseerd ter publicatie aan te bieden aan de redactie van Medisch Contact en aan de redactie van Gezondheidszorg Jurisprudentie. Deze beslissing is gegeven in Raadkamer door: mr.dr. H.L.C. Hermans, W.L. Bogtstra, huisarts, dr. D. Overbosch, internist, mevrouw B.A.M. Verkade, arts maatschappij en gezondheid en specialist ouderengeneeskunde, M.B.M. Vermeulen, neuroloog, leden en mr. D.Y.A. van Meersbergen, secretaris. secretaris voorzitter 5