meerschotssysteem permanent in het wapen zou blijven zitten, in plaats van telkens te worden opgeborgen in een daartoe bestemde kist.



Vergelijkbare documenten
Regels voor de Baancommandant

ECHTE WAPENS & ECHTE MUNITIE

P.R.K.G. Derby Schutters v.z.w. Veilig omgaan met wapens.

Revolver. Smith & Wesson 4 kaliber.38sp. Smith & Wesson 2 caliber.38sp. Nagant 7,62 N. Smith & Wesson.44 Mag. Colt Phyton.357 Mag

B&T VP9 pistool. Eurosatory Franse Parabellums 1 - SAM 190

Historische Wapens. S.V. de Treffers Lelystad

PROTOCOL WAPENS EN MUNITIE v

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

KONINKLIJK BESLUIT VAN 26 APRIL 2017 TOT VASTSTELLING VAN DE PROEVEN

Wapen:.22Lr pistool of revolver en trekkerdruk van min gr. De loop mag niet langer zijn dan 6 inch (152,4 mm).

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

ACTION SHOOTING Reglement

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWA PEN

A. IDENTITEIT VAN DE AANVRAGER (in drukletters aub)

Wat zijn wapen s en hoe werken ze

Revolver. Smith & Wesson 4 kaliber.38sp. Smith & Wesson 2 caliber.38sp. Rossi.32S&W. Ruger Super Redhawk.44 Magnum. Ruger Security Six.

A. IDENTITEIT VAN DE AANVRAGER (in drukletters aub)

VRAGENLIJST THEORETISCHE PROEF KANDIDAAT WAPENBEZITTERS

Reglementen en veiligheidsinstructies voor het schieten bij Schutterij St. Antonius Nieuw-Dijk

Basiscursus Schietvaardigheid

Fase systeem Vuurwapens

DEEL VII - HISTORISCHE WAPENS

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

- D.J. Arnold: tijdelijk controleur, slagmerken: gekroonde JA en gekroonde A; ook JA en A zonder kroon.

SCHIET EN WEDSTRIJDREGLEMENT LANGE AFSTAND SCHIETEN MET LUCHTDRUKGEWEREN

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

MODEL. AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN De voetnoten verwijzen naar de verklarende nota die u als bijlage vindt

De Hantering- en Schietproef

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters

Kalasjnikov, het wapen dat wereldgeschiedenis schreef

Randdikte en headspace

VLAAMSE SCHIETSPORTKOEPEL

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters

Catalogus Ronde figuren

Nationaal worden de volgende schijven toegepast, c.q. banen gebruikt:

p r o v i n c i e Limburg

Vragenlijst theoretische proef geldig voor alle wapencategorieën

Besluit bewapening en uitrusting politie

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.

I. Wapenwet. II. Benelux-Overeenkomst. III. Wetten. IV. Decreten. Vlaams Gewest Waals Gewest Duitstalige gemeenschap...

DEEL VII - HISTORISCHE WAPENS

Lijst wapens sportschutterslicentie gepubliceerd

Verslag onderzoeksmissie Storimans

ECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733

p r o v i n c i e L i m b u r g

Opleiding : Pistool /Revolver /Geweer.

Handleiding Ordonantie Versie

Federale Overheid Dienst wapens Provincieplein Leuven

Handleiding opgelegd schieten met steun +56 jaar

LEOPARD SPECIALE VOERTUIGEN 2:

Nr. 5. Het Carabinierke. Bogaert Marnik Enkel voor de oudgedienden van lichting de Cie en naar ander overgeplaatste Companies Nr.

Teloceras Blagdeni (Sowerby) in het Pleistocene Maasgrind van Zuid Limburg (II)

FROS opleiding sportschieten. Handleiding voor de opleiding van nieuwe schutters

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering wapens en munitie

BOTSCHAFT DER BUNDESREPUBLIK DEUTSCHLAND - VERTEIDIGUNGSATTACHÉ- Oberstleutnant i.g. Joachim Schmidt


Opgelet : Indien u het aanvraagformulier niet volledig invult en de gevraagde stukken niet bijvoegt, kan uw aanvraag niet behandeld worden!

Algemene gegevens. Lengte (met bajonet) : Lengte (zonder bajonet):

De nieuwe wapenwet wat moet u doen om in orde te zijn? U bezit een verboden wapen. Het bezit van verboden wapens is voortaan strafbaar.

THEORETISCHE PROEF INZAKE DE WAPENWETGEVING

p r o v i n c i e Limburg

Omlijning Forensisch Wapen- en Munitieonderzoek Versie 1.0 (Mei 2011)

MIJN ERVARINGEN MET DE BARB - Door Josip Pekanović

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn wet wapens en munitie (polarisnr. 5.33)

Reisverslag Berlijn 2015 Deel 7 [1]

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op wapens en vuurwapens

Commissie voor de Juridische Beoordeling van nieuwe wapens en nieuwe middelen of methodes van oorlogvoering. Tf Redactionele overheid DG Jur

DE GESCHIEDENIS VAN DE HANDBOOGSPORT

Uw eigen broedhok bouwt u zo

Theoretische proef inzake de wapenwetgeving

Eindexamen geschiedenis havo I

ARTILLERISTISCHE OPGAVEN

(Dutch Infantry officers sword M1912)

FARE consultants Independent consultants in the field of Firearms, Ammunition and Related Equipment

Overzicht van enkele vuurwapenontwikkelingen uit de `Grote Oorlog'

Sportschutterslicentie

CAL. Y182, 7T32 ALARM CHRONOGRAAF

Archiefinstellingen aan het woord: Van Nelle s vormgevingsarchief

Veiligheidsreglement Vogelschieten

Het Schietpatroon INHOUDSOPGAVE

Wapen- en munitiefiches

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Richter's Anker bouwstenen / Verzameling

Papiergeld van Duits Oost Afrika

Inventaris van het archief van K. Metting van Rijn [levensjaren ]: verzameling inzake Rode Kruis-aangelegenheden,

Catalogus Ronde figuren

Recreatieve- of Sportschutter worden via Sint-Barnabas Zwevegem

Memorandum. inzake. benodigde aanpassingen Nederlandse Wet- en Regelgeving terzake inzet PSC aan boord van Nederlandse koopvaardijschepen

- Vooral jacht op kleinwild, waterwild en overig wild (bestaat ook gladloopkogelpatroon 'Brenneke' voor grofwild).

Opmerking. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld.

DSM No. 43 HENSCHEL FABIA / / 1930

Blusdekens Versie 01. Datum Oktober 2014 mr. R. Nieuwenhuijs

PUBLIC. Brussel, 10 november 2008 (OR. fr) RAAD VA DE EUROPESE U IE /08 Interinstitutioneel dossier: 2007/0280 (COD) LIMITE

DINGEN DIE JE MOET WETEN

Nagenoeg alle geweer, karabijn, pistool en revolverpatronen zijn opgebouwd uit vier verschillende bestanddelen:

Onderwijzen van het opgelegd schieten

Transcriptie:

Drs. M.J. Willemsen (r969) is assistent-conservator Moderne Bewapening van het Legermuseum. In dit artikel wordt een zevental vuurwapens beschreven van een totaal van tweeëntwintig stuks die recentelijk zijn verworven en die afkomstig zijn uit de verzameling van het Nederlands Forensisch Instituut te Rijswijk. Vuurwapens van het Nederlands Forensisch Instituut in de collectie van het Legermuseum; een belangrijke aanwinst Mathieu Willemsen Inleiding In 2000 heeft het Legermuseum tweeëntwintig wapens overgenomen uit de collectie van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI, het voormalig Gerechtelijk Laboratorium) te Rijswijk[1]. In de bijlage bij dit artikel worden deze allemaal opgesomd. Het NFI valt onder het Ministerie van Justitie en heeft als doel de politie te assisteren bij het analyseren van misdrijven. Hierbij worden de modernste /natuur/wetenschappelijke methodes toegepast om zoveel mogelijk gegevens omtrent het misdrijf en de dader naar boven te halen. De referentiecollectie met zo'n 2560 wapens is één van de middelen die ter beschikking staan. Behalve voor opleiding van eigen personeel en politiemensen dient de collectie vooral als referentiemateriaal bij wapentechnisch en ballistisch onderzoek. In de praktijk gaat er bijna geen week voorbij of één van de wapens is in gebruik bij een onderzoek. Het NFI streeft er naar alleen die wapens in de collectie te houden die daadwerkelijk ter onderzoek worden aangeboden. Dit aanbod is echter zeer breed en in de loop van de tijd veranderd. In de loop van 2000 is besloten de collectie te schonen, mede met het oog op een geplande verhuizing in 2003. Bij deze schoning hadden de medewerkers van het NFI het Legermuseum als nieuw onderdak voor de museaal belangrijke objecten in gedachte aangezien het museum een belangrijke studieverzameling klein-kaliberwapens bezit waarvan zowel medewerkers van de Ministeries van Defensie als van Justitie regelmatig gebruik maken. Dit gebeurt onder meer door werkcolleges en studiebijeenkomsten in het museum. Hoewel het Legermuseum momenteel een zeer sterk terughoudend acquisitiebeleid voert en in principe een tijdelijke aanwinstenstop heeft afgekondigd, is uiteindelijk toch besloten om een aantal wapens, die de moeite waard zijn om voor het nageslacht te bewaren, te selecteren en op te nemen in de collectie. Uit een hoeveelheid van circa 2300 wapens moest dan ook een zo streng mogelijke selectie worden gemaakt van de meest interessante objecten. Hierbij diende onder meer in het achterhoofd te worden gehouden dat de objecten die niet zouden worden overgenomen door het museum zouden worden vernietigd en dus voor altijd verloren zouden gaan. De selectiecriteria waren met name de volgende punten:

- In hoeverre vullen de objecten een lacune in de huidige wapencollectie van het museum (zowel historisch als wapentechnisch)? - Is er een relatie met de Nederlandse krijgsgeschiedenis aan te geven? - Zijn de objecten van enig (wapen)historisch belang? - Hoe zeldzaam zijn de objecten en - hiermee samenhangend - wat gaat er verloren als het object wordt vernietigd? Zoals gezegd, is uiteindelijk besloten om tweeëntwintig wapens over te nemen. Hieronder volgt een beschrijving van enkele exemplaren. Het nummer dat achter de benaming van het voorwerp staat, is het inventarisnummer waaronder het object in de collectie van het Legermuseum is opgenomen. Nederlandse Revolver model 1873 Oud Model, omgebouwd voor traangas (0075G9) In 1873 nam het Nederlandse leger een 6schots double action centraalvuurrevolver in gebruik, ontworpen door Kapitein J.J. Bergansius. Dit wapen werd ingevoerd na een uitgebreide reeks van proefnemingen, waarbij ook diverse penvuurrevolvers[2] werden beproefd, waarvan zich enkele exemplaren in de collectie van het Legermuseum bevinden. Het wapen is aan de rechterzijde voorzien van een laadklep, en heeft geen uitstoter om de leeggeschoten hulzen uit de cilinder te stoten. De laatste moesten worden uitgestoten met behulp van de bij de revolver verstrekte schroevendraaier. De eerste 750 exemplaren werden in augustus 1873 besteld bij de firma P. Stevens te Maastricht. Ze kostten f 26,50 per stuk exclusief schroevendraaier (deze kostte f 0,20) en werden geleverd aan de Huzaren en de Koninklijke Marechaussee. Ons exemplaar draagt het serienummer 61 en behoort dus tot deze eerste bestelling. Op de trommel is het wapen voorzien van het stempel IB (Inwendig Bemest/Beschadigd), wat betekent dat het wapen op een gegeven moment is afgekeurd voor het verschieten van scherpe munitie. Dat betekent dat er voortaan alleen nog zogenaamde losse patronen ('losse flodders') mee konden worden afgevuurd. Na de Eerste Wereldoorlog had het Nederlandse leger behoefte aan het oefenen van de troepen in geval van een eventuele gasoorlog. Hiertoe had men een wapen nodig dat gas kon verspreiden. Voor dit doel werden in de jaren twintig van de vorige eeuw speciale patronen ontwikkeld bij de Artillerie Inrichtingen bij de Hembrug. De experimenten leidden uiteindelijk tot een patroon die in de revolver paste en bij het afschieten traangas verspreidde. Deze werd verschoten vanuit aangepaste legerrevolvers die waren afgekeurd voor het verschieten van scherpe patronen. De aanpassingen bestonden uit het verkorten van de loop en het uitboren ervan tot een kaliber van 12,5 mm. Het voordeel van de korte loop was dat het verschoten gas een grote verspreiding naar alle kanten kreeg. Deze patronen werden afgevuurd in speciale gasmasker-beproevingskamers. Daarnaast werden ze ook gebruikt door de Koninklijke Marechaussee voor het beteugelen van woelingen. Hiermee kunnen deze revolvers beschouwd worden als de voorlopers van de pepperspray. Aangezien het verschoten traangas nogal corrosief was, zijn traangasrevolvers in een goede conditie een zeldzaamheid. Nederlands-Indische Revolver M.91 met loop van een revolver M.73 NM (007566) In 1891 werd een nieuw model (N.M.) revolver in het Oost-Indische leger geïntroduceerd. Deze was ontworpen door kapitein F.W.H. Kuhn van de geweermakersschool te Meester Cornelis (thans Jakarta-Zuid/. Deze double action revolver[3] was de opvolger van de Nederlandse revolver model 1873 die ook in de Oost werd gebruikt. In tegenstelling tot de Nederlandse revolver, was de Indische M.91 voorzien van een hulsuitstoter. Het kaliber bleef ongewijzigd: 9,4 x 20 R. De eerste 300 revolvers arriveerden in de loop van 1893 in Indië en werden in het volgend jaar aan de troepen uitgereikt. In totaal zouden er ongeveer 12.000 exemplaren van

worden vervaardigd. De revolver in kwestie is in Delft gemaakt door J.F.J. Bär en draagt het serienummer 289 op de trekker en in de binnenzijde van de kolfplaten. Het betreft een officiersuitvoering. Dit is onder meer te zien aan het toegevoegde haan-blokkeringssysteem van Abadie: door de laadklep te openen, werd de haan automatisch in de ruststand gezet, waardoor het wapen makkelijker kon worden geladen. Dit systeem werd in 1878 door de uitvinder Abadie gepatenteerd. Dat de revolver een officiersuitvoering is, wordt bevestigd door het stempel van de Werkplaats voor Draagbare Wapenen (WDW) te Delft, die revolvers moest keuren die privé werden aangeschaft door officieren. Tot 1925 moesten dezen namelijk op eigen kosten hun wapens aanschaffen. Het meest opmerkelijk aan dit wapen is de loop: deze is afwijkend en is van het model zoals dit voor de Nederlandse revolver model 1873 Nieuw Model vanaf 1907 is vervaardigd, namelijk rond in plaats van achthoekig. Wanneer deze loop op dit wapen is gezet is onbekend; mogelijk heeft de modificatie na 1907 in Nederland plaatsgevonden: In 1911 heeft het Indische leger de Duitse Luger `Parabellum' in gebruik genomen, echter pas in 1928 verdween de revolver M.91. Het ligt voor de hand dat de modificatie daarna heeft plaatsgevonden want toen waren er geen Indische lopen meer beschikbaar in de voorraden van het leger, maar alleen nog Nieuw Model lopen die hetzelfde kaliber verschoten. Het kan hier ook om een persoonlijke keuze van de betrokken officier gaan die de voorkeur gaf aan dit model loop. Er zijn geen andere exemplaren bekend van KNIL-revolvers met een zodanige loop. Naast dit exemplaar werd er ook een andere revolver model 1891 overgenomen van de NFI. Het betreft eveneens een privé aangeschafte officiersuitvoering, nu echter vervaardigd bij Joseph Idon te Remy en naar Nederland geëxporteerd door L. Ancion Marx te Luik. Japans Pistool Nambu model B `Baby' (007570) De Baby Nambu was een kleinere versie van het Japanse standaard legerpistool Nambu model A. In tegenstelling tot zijn grotere broer die patronen afvuurde van 8-mm-kaliber, verschoot dit wapen een kleinere patroon van 7 mm. Het door ons verworven exemplaar draagt het serienummer 4989 en is, gezien het ingestempelde logo, vervaardigd door het Keizerlijk arsenaal Koishikawa in Tokio. Het 7-schots magazijn, dat net als de rest van het wapen qua uiterlijk sterk is geïnspireerd op de Duitse Luger, is voorzien van het serienummer 4599. De magazijnen van de eerste 450 wapens waren voorzien van een houten knop aan de onderzijde, de latere versies hadden zoals dit exemplaar een aluminium knop. Het is niet precies bekend hoeveel exemplaren van dit wapen zijn vervaardigd, de schattingen lopen uiteen van 4000 tot 6000 stuks. Gezien het serienummer op dit exemplaar, moeten ten minste ongeveer 5000 stuks zijn vervaardigd. Hoewel qua uiterlijk sterk gelijkend op de Luger, is de Baby Nambu technisch gezien een geheel ander wapen. De ontwerper, majoor Kijiro Nambu heeft zich hiervoor met name laten inspireren door een ander bekend pistool, de Mauser C-9G. Tijdens het schot zijn de loop en de afsluiter met elkaar verbonden door een scharnierende grendelarm. Door de gasdruk bewegen de loop en de afsluiter gezamenlijk naar achteren totdat de arm een nok in het frame raakt. Hierdoor kantelt deze naar beneden en wordt de verbinding tussen loop en afsluiter verbroken. De afsluiter gaat nu alleen naar achteren, trekt tegelijkertijd de lege huls uit de kamer en werpt deze naar boven uit. De nu gespannen sluitveer drukt de afsluiter weer naar voren, waarbij een nieuwe patroon uit het magazijn de kamer in wordt gebracht. Nu zijn de afsluiter en loop weer door de grendelarm met elkaar verbonden en de slagveer gespannen. Het wapen is nu gereed voor het afvuren van een volgend schot. Aan de voorzijde van de greep bevindt zich een greepveiligheid die ervoor zorgt dat het pistool alleen afgaat indien het correct wordt vastgepakt en niet als de trekker abusievelijk wordt overgehaald of ergens achter blijft haken.

De Baby Nambu behoorde gedurende de Tweede Wereldoorlog tot de bewapening van piloten en werd daarvóór reeds gedragen door hoge Japanse politici. Daarnaast werd dit pistool ook wel als keizerlijk geschenk overhandigd aan onder meer afgestudeerden van de militaire academie. Het behoorde niet tot de standaard militaire uitrusting van de Japanse soldaat en is zeer zeldzaam. Russisch pistool Tula Tokarev TTR 3 voor kamerschietoefeningen (007574) Het Russische trainingspistool TTR 3, op basis van de Tula Tokarev 33 (het Russische legerpistool uit de Tweede Wereldoorlog), is ontwikkeld in het midden van de jaren dertig van de twintigste eeuw. Het was de opvolger van de gasdichte Nagant revolver. De ontwerper van dit wapen was de Russische technicus Fjodor Wassiljewitsch Tokarev (1871-1968). Deze werd door de Russische autoriteiten voor zijn wapentechnische vindingen beloond met diverse hoge onderscheidingen. Dit wapen draagt als serienummer HO 2820 en is vervaardigd te Tula in 1945. Aan het eind van de twintigste eeuw waren er op het Westelijk halfrond in totaal slechts twee van deze pistolen bekend[4]. Het onderscheidt zich van de TT 33 door zijn klein-kaliber loop (randvuur, kaliber.22 LR) en de daarmee samenhangende modificaties. Het magazijn is halverwege geblokkeerd en kan slechts vijf patronen bevatten. Het afvuurmechanisme werkt met een zogenaamde `zwevende kamer'. Dit houdt in dat er in de kamer een apart kamerstuk zit. Bij het afvuren verlaat de kogel het losse kamerstuk en krijgt rondom weerstand van de loop. Door de achterwaartse gasdruk wordt het kamerstuk naar achteren geduwd en stuit tegen de slede aan die vervolgens ook naar achteren wordt gedwongen. Hierdoor ontstaat genoeg vertraging om de kamer net zolang gesloten te houden totdat de gasdruk in het wapen tot een ongevaarlijk niveau is gedaald. Vervolgens wordt de kamer geopend, de huls uitgeworpen en een volgende patroon in de kamer gebracht. Na de Tweede Wereldoorlog werden diverse Oostblokstaten uitgerust met de TT 33. Deze werd in vele landen vervaardigd zoals bijvoorbeeld in China, Noord-Korea en Joegoslavië. Na de Tweede Wereldoorlog werd de TT 33 opgevolgd door de Makarov PM en de Stechkin APS. Duitse Mauser karabijn model 1898 K, aangepast voor kamerschietoefeningen (007584) Om met militaire wapens op een goedkope wijze te kunnen oefenen, zijn er in vele landen aanpassingen gemaakt aan deze wapens, zodat deze standaard wapens veel kleinere randvuurpatronen van het kaliber.22 (5,6 mm.) konden verschieten. Deze Duitse Mauser is hier een goed voorbeeld van. Het wapen is in een gloednieuwe staat en is voorzien van een insteekloop met 5- schots magazijn uit 1938 van de firma Erma, het model E.L. 24 m.m. (Einsteck-Lauf 24 mit Mehrladeeinrichtung). Deze kleinkaliber-sets werden normaliter opgeborgen in een speciaal hiervoor vervaardigde elzenhouten kist. Naast deze uitvoering die voorzien is van een 5-schots magazijn, bestonden er ook inbouwsets waarmee slechts enkelschots kon worden geschoten /model E.L. 24/. Om met de E.L. 24 te kunnen schieten diende de magazijnbodem van het wapen te worden vervangen, zodat er van onderen een houder in kon worden geplaatst, dit in tegenstelling tot de enkelschots uitvoering waarbij deze aanpassing niet hoefde plaats te vinden. De insteekloop is aan de binnenzijde voorzien van zes trekken rechtsom en de bijbehorende grendel heeft eveneens een patroontrekker. De Erma-grendel heeft een korte, rechte grendelsteel en bevat een randvuurslagpen. Het geweer zelf is gedateerd 1943 en vervaardigd door de Waffenwerke Brunn (Brno, het huidige Tsjechië). De voorzijde van de lade is rondom voorzien van een oranje geschilderde band, zodat in één oogopslag zichtbaar is dat het om een trainingsgeweer gaat van een afwijkend kaliber. Kennelijk was het de bedoeling dat het

meerschotssysteem permanent in het wapen zou blijven zitten, in plaats van telkens te worden opgeborgen in een daartoe bestemde kist. Belgische Pistoolmitrailleur Impéria M.I. 53 (007579)[4] De M.I. 53 werd vervaardigd door de firma Impéria te Luik en in 1953 ter beproeving aangeboden aan het Belgische leger, nadat dit reeds een pistoolmitrailleur van het type Vigneron had ingevoerd. Oorspronkelijk was het de bedoeling om de M.I. 53 exclusief voor de Belgische strijdmachten te vervaardigen. Daarnaast is hij echter ook door de Nederlandse strijdkrachten beproefd, voorafgaand aan de invoering van de Uzi pistoolmitrailleur. De Impéria moest het echter al snel afleggen tegen zijn Israëlische concurrent. De voorzijde is identiek aan de Britse stengun uit de Tweede Wereldoorlog. Net als de sten is het een onvergrendelde terugstootlader met een 32schots magazijn dat tevens in een stengun past (kaliber 9 mm.) en waarschijnlijk ook hiervoor zal zijn vervaardigd. De Impéria is echter aan de achterzijde voorzien van een inschuifbare draadkolf en een pistoolgreep. Evenals de sten heeft dit wapen een vuurselectieknop om het automatisch of halfautomatisch te laten vuren. De theoretische vuursnelheid ligt op circa 600 schoten per minuut en het vizier staat vast ingesteld voor een afstand van 100 meter. Het museumexemplaar is in staat van nieuw en niet voorzien van een serienummer. Wel heeft de M.I. 53 een Luiks keurmerk en een kroon, waarschijnlijk het fabrieksmerk. Helaas voor de uitvinders is de M.I. 53 in geen enkel land in gebruik genomen en is het tegenwoordig een zeldzaam wapen. Duitse Pistoolmitrailleur MP 38 (007580) In 1918 werd de Bergmann MP 18/I in het Duitse leger ingevoerd. Hiermee was dit het eerste leger dat een bruikbare pistoolmitrailleur in gebruik had. Tot in de jaren dertig van de twintigste eeuw werden er in diverse landen pistoolmitrailleurs vervaardigd die op dit ontwerp waren geënt. Het ging hierbij vrijwel steeds om wapens met een traditionele houten kolf annex lade en een horizontaal liggend magazijn aan de zijkant. In 1938 kwam er een nieuwe pistoolmitrailleur van revolutionair ontwerp in het Duitse leger: de MP 38. Dit wapen had een opklapbare kolf met een kantelende schoudersteun en een langwerpig magazijn aan de onderzijde (een noviteit in de Wehrmacht) en was vervaardigd van staal, bakeliet en aluminium. Het magazijn kon worden gevuld met 32 patronen in het kaliber 9 x 19. De pistoolmitrailleur MP 38 is in de volksmond abusievelijk bekend als de Schmeisser, hoewel niet Hugo Schmeisser, maar Heinrich Vollmer de ontwerper was. De MP 38 was primair ontwikkeld voor bemanningen van pantservoertuigen. Aan de voorzijde onder de loop bevindt zich een nok. Deze was bedoeld om het wapen vast te haken op de rand van het luik van waaruit werd geschoten, een inrichting die herinnert aan de reculhaak onder oude haakbussen. Zoals de meeste pistoolmitrailleurs is dit wapen ook een terugstootlader met massaveervergrendeling. De MP 38 heeft geen inrichting om het wapen om te schakelen van enkelschots naar volautomatisch vuren. Slechts de meest geoefende schutters konden met dit wapen individuele schoten lossen door zeer kortstondig de trekker te bewegen. In 1940 zou de MP 38 al worden opgevolgd door de MP 40, een goedkopere en sneller te vervaardigen uitvoering van hetzelfde ontwerp. Toen Duitsland op 1 september 1939 begon met de verovering van Polen, had de Wehrmacht in totaal 8772 pistoolmitrailleurs MP 38 in de bewapening. Tot voor deze verwerving bezat het museum geen goed voorbeeld van dit type pistoolmitrailleur, althans niet in een dermate goede conditie. Het door ons verworven exemplaar is vervaardigd in de fabrieken van Hugo Schmeisser en draagt het serienummer 1788.

Bijlage overzicht van wapens die door het Nederlands Forensisch Instituut te Rijswijk zijn overgedragen aan het Legermuseum Benaming van het wapen maker serievr. inv. nr. museum Revolver Nederlands E. de Beaumont, Maastricht 913 007564 model 1873 OM Revolver Nederlands J.F.J. Bar, Delft 497 007565 model 1873 OM, officier Revolver Nederlands WdW Delft 7768 007568 model 1873 OM Revolver Nederlands P. Stevens, Maastricht 61 007569 model 1873 traangas Revolver Indisch J.F.J. Bär, Delft 298 007566 model 1891 Revolver Indisch L. Ancion Marx, Luik -- 007567 model 1891 Pistool Japans Koishikawa, Tokio 4989 007570 model B 'Baby Nambu" Pistool Mannlicher Manufacture Française 4073/203 007571 model 1905 d'armes et de Cycles, St. Etienne Pistool KNIL model 1911 Deutsche Waffen- und -- 007572 (Luger) Munitionsfabriken AG, Berlijn Pistool Margolin MTs Tul'skiy Oruzheynyi Zavod, Tula A 00996 B 007573 Pistool Russisch model Tul'skiy Oruzheynyi Zavod, Tula HO 2820 007574 TTR 3 Pistool met grendelsluiting Duitsland 527 007575 Seinpistool Frans model 1917 Chobert, Parijs 13103 007576 Seinpistool Nederlands Van Berkel's patent, Rotterdam 122 007577 model 18 verbeterd Seinapparaat Koa Kako, Tokio 7778 007578 Geweer Winchester 1905 S.L. Winchester Repeating Arms Co. 22400 007581 Geweer Egyptisch Fabrique Nationale, Luik 20386 007582 model SAFN Geweer Parker-Hale 1200 TX Parker-Hale, Birmingham P 71884 007583 Geweer Duits Waffenwerke Brünn/ 820/3177 007584 model 1898 KSO Erma Werke Pistoolmitrailleur Impéria Impéria, Luik -- 007579 M.I. 53 Pistoolmitrailleur Duits Hugo Schmeisser, Suhl 1788 007580 model MP 38 Pistoolmitrailleur Peruaans Police Ordnance Co., 1047 007585 model Ingram M.6 Los Angeles

Literatuur - Ball, R.D.W, Mauser military rifles 0f the wond (Iola 1996/. - Cozijn, VM. & M.J. Slootweg, 'De Nederlandse Uzi's, een uitstervend ras', in: Sam 96, 14-21. - Datig, F.A., Soviet Russian Tokarev `TT', pistols and cartridges 1929-1953 (Washington 1991). - H.E. Harder, H.E. & WA. Dreschler, Die Militärrevolver der Niederlande (Amsterdam 1998). - Hogg, I.V. & J. Weeks, Military small arms of the 20th century (Londen 1985). - Hogg, I.V. & J. Weeks, Pistols of the wond (Northbrook 1992 3). - Lidschun, R. & G. Wollert, Infanterie-waffen gestern /1918-1945) (Leipzig 1998). - Limburg Stirum, L. van 'Zoek de verschillen...een Tokarev in kaliber.22', in: Sam 71, 40-42. - Martens, B.J. & G. de Vries, Nederlandse vuurwapens, landmacht en luchtvaartafdeling (Amsterdam 1993.) - Martens, B.J. & G. de Vries, Nederlandse vuurwapens, KNIL en Militaire luchtvaart (Amsterdam 1995). - Martens, B.J. & G. de Vries, Sam 96, 15. - Nelson, T.B., The world's submachineguns (machine pistols), Volume I, Developments from 1915-1963 (Virginia 1963). - S.N., 'Einsteckläufe für SchuBwaffen 98', in: Waffen-Revue 32, 5049-5056. Noten 1 Met grote dank aan procureur-generaal Dr. D. W. Steenhuis die bij hoge uitzondering toestemming heeft verleend voor het overdragen van wapens uit de collectie van het NFI aan het Legermuseum, en aan de heren B. Jacobs en W. Kerkhoff van het NFI voor hun welwillende en hartelijke medewerking tijdens de selectie en de overdracht van de wapens. 2 Bij penvuurrevolvers vindt de ontsteking plaats doordat de hamer een suftje in de zijkant van de metalen patroonhuls indrukt dat vervolgens de ontstekingslading tot ontbranding brengt. 3 Bij double action revolvers kan de haan gespannen worden door de trekker naar achteren te bewegen. Met dezelfde beweging wordt ook het wapen afgevuurd. Dit in tegenstelling tot single action wapens waarbij de haan in een aparte beweging met de hand moet worden gespannen waarna het wapen wordt afgevuurd door de trekker achterwaarts te bewegen. 4 Zie artikel door L. van Limburg Stirum en het boek van F.A. Datig waar dit wapen uitgebreid beschreven en gefotografeerd staat op de pagina's 103-112. 5 Met dank aan Mr. V.M. Cozijn voor de door hem beschikbaar gestelde informatie met betrekking tot dit type wapen.