Septumablatie (PTSMA)



Vergelijkbare documenten
Septumablatie (PTSMA)

Thoraxcentrum Twente. Een septumablatie (PTSMA) Patiënten Informatie Map (PIM) Eigendom van adres postcode en woonplaats telefoon

Renale denervatie. in ziekenhuislocatie Scheper

Functiecentrum /hartfunctie. Renale denervatie

CARDIOLOGIE. HOCM-ablatie BEHANDELING

CARDIOLOGIE. HOCM-ablatie BEHANDELING

Licht ontbijt toegestaan als de behandeling in de middag plaatsvindt. Medicatieoverzicht (bij uw apotheek op te vragen)

RÖNTGENONDERZOEK VAN DE BLOEDVATEN (ANGIOGRAFIE)

Chirurgie Foto s van de bloedvaten (slagaders)

H Dotterbehandeling Stent plaatsing (bloedvaten bekken/been)

Behandeling van een slagader. Dotterbehandeling Stent plaatsing

Behandeling van een slagader PTA (dotterbehandeling) Stent plaatsing

RÖNTGENONDERZOEK VAN DE BLOEDVATEN eventueel met behandeling

Hartkatheterisatie. Polikliniek hart-long-sport & dagbehandeling

Biventriculaire therapie. Scheper Ziekenhuis. Emmen

Hartkatheterisatie (CAG)

Hartkatheterisatie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Radiologie Röntgenonderzoek van de bloedvaten, eventueel met behandeling (Angiografie, eventueel met dotter/stent)

Longaderisolatie Pulmonaal Vene Isolatie

Hartkatheterisatie. Met of zonder dotterbehandeling C

Angiografie Röntgenonderzoek bloedvaten

H Angiografie via de lies Röntgenonderzoek van de bloedvaten

TAVI procedure Radboud universitair medisch centrum

Mogelijke behandelingen: dotteren, stentplaatsing, embolisatie. Röntgenonderzoek en behandeling bloedvaten (Angio & Interventie)

HARTKATHETERISATIE 920

Inleiding Wat er gedaan wordt bij een hartkatheterisatie Wat merkt u bij een hartkatheterisatie

Radiologie/Vaatcentrum Vaatonderzoek (angiografie) Dotterbehandeling

PICC-lijn. Perifeer Ingebrachte Centraal veneuze Catheter

Drukmeting in het hart en de longen

Hartkatheterisatie & Dotterbehandeling

PATIËNTEN INFORMATIE. Hartkatheterisatie

Dotter-/stentbehandeling

Hartkatheterisatie (Coronair Angiografie /CAG)

Spoedopname op de hartbewaking

IMPLANTATIE VAN EEN PACEMAKER FRANCISCUS VLIETLAND

Angiografie: embolisatie van de bloedvaten het afsluiten van bloedvaten

RADIOLOGIE. Angiografie. Röntgenonderzoek bloedvaten ONDERZOEK

Cardiologie. FFR-meting.

Hartkatheterisatie (CAG)

Angiografie. Dotteren of stenten van bloedvaten. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Intra aortale ballonpomp (IABP)

Angiografie, Dotter / Stent behandeling

Hartkatheterisatie. U wordt opgenomen in het Elisabeth-TweeSteden ziekenhuis op locatie TweeSteden Tilburg:

Eten en drinken Voor de ingreep mag u gewoon eten en drinken.

Angiografie, Dotter/Stent behandeling

Behandeling van vleesbomen in de baarmoeder. Uterus embolisatie

Angiografie. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

H Hartkatheterisatie via de pols

Dotter- en stentbehandeling (PCI) Tijdens opname

Doel van de behandeling Het doel van de behandeling is het herstellen van het onregelmatige hartritme.

P A T I Ë N T E N I N F O R M A T I E

Hartkatheterisatie. Met of zonder dotterbehandeling

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO)

Wat is een Pulmonalis angio

U wordt opgenomen in het ETZ (Elisabeth-TweeSteden ziekenhuis) op locatie ETZ TweeSteden:

Op kunt u ook een video bekijken van een hartkatheterisatie.

Angiografie en/of dotterbehandeling

Plaatsen van een Micra Leadless Pacemaker

Het vervangen van uw pacemaker

Afsluiting van een slagader. Embolisatie

Cardiologie. Renale denervatie.

Angiografie Dotteren of stenten van bloedvaten

Het inbrengen of verwijderen van een implanteerbare hartritme-monitor

Hartkatheterisatie CARDIOLOGIE. Hartonderzoek m.b.v. katheters

Angiografie, Dotter/Stent behandeling

Het verwijderen van een nier

Cardiologie. Elektrofysiologisch

Percutane mitralisklep clipping

Hartkatheterisatie (Coronair Angiografie /CAG)

Cardiologie. Dotterbehandeling

Markeringen voor bestraling. Het plaatsen van coils

Cardioversie. Een behandeling voor hartritmestoornissen

Onderzoek/ behandeling van spataders in de onderbuik

Inleiding. Een penoplicatie. Pré-operatieve screening

CARDIOLOGIE. Hartkatheterisatie ONDERZOEK

Hartkatheterisatie. Poli Cardiologie

Cardioversie. Een behandeling voor hartritmestoornissen. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Onderzoek hartweefsel (Myocardbiopsie)

Allergie Als u overgevoelig bent voor jodium, of bepaalde medicijnen verzoeken wij u dit van te voren te melden.

Percutane Transluminale Angioplastiek (dotteren) met eventuele stentplaatsing

nierbiopsie Wat is een nierbiopsie?

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) na een ritme-operatie

Maatschap Cardiologie. Boezemfibrilleren en cardioversie

Angiografie. (dotterbehandeling / stent)

Coiling van een aneurysma in het hoofd

Dotteren van bekken- of beenslagader Afdeling vaatchirurgie.

Röntgenonderzoek van de bloedvaten Angiografie, Dotterbehandeling / Stent plaatsing

Biopsie met echo/ct-scan

HMC-patiëntenpas Verhinderd Wat is vertebroplastiek?

PATIËNTENINFORMATIE ANGIOGRAFIE

Dotter en stentbehandeling (PCI)

Cardiologie. Dotteren van de halsslagader met stentplaatsing

Implanteerbare hartritmemonitor

Nierbiopt. Interne geneeskunde / Nefrologie

Hartkatheterisatie (CAG)

HARTKATHETERISATIE FRANCISCUS VLIETLAND

Longbiopsie met CT-scan

CARDIOLOGIE. Hartkatheterisatie ONDERZOEK

Pacemaker implantatie

Implanteerbare hartritmemonitor

Transcriptie:

Septumablatie (PTSMA) 1

Datum/tijd opname: / /20 ;..:.. uur Datum: / / 20.. ; Sintrom/Marcoumar stoppen Melden bij afdeling.. Licht ontbijt (bijvoorbeeld thee met een beschuit) Medicijnen innemen/meenemen Bloedprikken dag voor opname (bloedafname, straat 2) ECG (hartfilmpje); balie functiecentrum, straat 5/7 2

INHOUDSOPGAVE Inleiding 4 Hypertrofische obstructieve cardiomyopathie (HOCM) 5 Complicaties 5 Medicijnen 6 Diabetes 6 Vóór opname 6 De dag van de behandeling 7 De behandeling 8 Tijdsduur behandeling 9 Na de behandeling 10 De dagen na de behandeling 10 Naar huis (nazorg) 11 Instructie zelfoplossend plugje 12 Nacontrole 12 Problemen 12 3

U bent bij uw cardioloog geweest in verband met hartklachten. Na verschillende onderzoeken is bij u de diagnose hypertrofische obstructieve cardiomyopathie (afgekort HOCM) vastgesteld. De cardioloog heeft u geïnformeerd over de behandelmogelijkheden en u heeft samen afgesproken dat u een septumablatie of percutane transluminale septum myocard ablatie (PTSMA) zult ondergaan. Bij een septumablatie wordt de verdikking van het tussenschot tussen de hartkamers opgeheven, waardoor het bloed uit uw hart beter naar de grote lichaamsslagader (aorta) kan stromen. Normaal Hart HCM Hart Verdikte hartspier Rechter kamer Linker kamer 4

Hypertrofische obstructieve cardiomyopathie (HOCM) Het hart is een spier. Elke spier bestaat uit cellen die in ontspannen toestand lang zijn en bij het samentrekken kort worden, als een stuk elastiek. Door ziekte van de cellen kan de hartspier niet goed ontspannen of samentrekken, waardoor het hart niet goed kan pompen. De algemene term voor deze aandoeningen is cardiomyopathie. Meer informatie over cardiomyopathie kunt u lezen in de brochure Cardiomyopathie van de Nederlandse Hartstichting, zie de website www.hartstichting.nl. Er zijn verschillende vormen van cardiomyopathie. Een vorm is de hypertrofische obstructieve cardiomyopathie. Hierbij is er sprake van een aandoening waarbij de hartspier asymmetrisch verdikt is, met name het tussenschot ter hoogte van de hartkamers en de wanden van de linker hartkamer. De inhoud van de linker hartkamer wordt kleiner en de hartkamerwanden worden minder elastisch. Er ontstaat dan een belemmering van de normale bloedstroom binnen het hart en naar de grote lichaamsslagader (aorta). De oorzaak van HOCM is meestal een erfelijke afwijking. Andere mogelijke oorzaken zijn vet- en eiwitstapeling, ijzerstapeling, alcoholmisbruik en virusinfecties. Complicaties Zoals bij iedere ingreep kunnen ook bij een septumablatie complicaties optreden. Gelukkig komen deze niet vaak voor en kunnen ze meestal verholpen of behandeld worden. De meest voorkomende complicaties zijn: overgevoeligheid voor de gebruikte medicijnen of materialen, zoals contrastvloeistof, pleisters en ECG plakkers; bloeding uit de prikplaatsen; bloeduitstorting rondom de prikplaatsen; infectie van de prikplaatsen; beschadiging van een bloedvat in de lies; 5

hartritmestoornissen als gevolg van het verschrompelen van het harttussenschot. Bij ongeveer 5% van de patiënten is een blijvende pacemaker noodzakelijk; een zeer kleine kans op overlijden. Medicijnen Als u thuis medicijnen gebruikt, is het van groot belang dat u deze allemaal in de originele verpakking meebrengt naar ons ziekenhuis. Op deze manier zijn artsen, verpleegkundigen en de ziekenhuisapotheek precies op de hoogte van uw medicijngebruik. Bloedverdunnende medicijnen Acenocoumarol (Sintrommitis ) en fenprocoumon (Marcoumar ) moeten 3 dagen voor de ingreep gestopt worden. Direct erna kan het weer hervat worden. Houdt u zich aan de instructies die de behandelend cardioloog u heeft meegedeeld op het polibezoek. Diabetes Heeft u diabetes (suikerziekte), geef dit dan door aan de verpleegkundige bij opname in ons ziekenhuis. Vóór opname U hebt op het secretariaat cardiologie een datum gekregen voor de ingreep. Als u in de tussenliggende periode gezondheidsproblemen krijgt, zoals verkoudheid of griep, neem dan direct contact op met het secretariaat. Het kan nodig zijn de ingreep uit te stellen. 6

De dag van de behandeling Voor een septumablatie wordt u enkele dagen opgenomen in het ziekenhuis. Het is dus noodzakelijk om nachtkleding en toiletartikelen mee te nemen. De secretaresse van de polikliniek cardiologie heeft u laten weten of u voor de opname eerst nog bloed moet laten prikken (bloedafname, straat 2) en/of er een hartfilmpje gemaakt moet worden (balie functiecentrum, tussen straat 5 en 7). Is dit niet nodig dan, dan kunt u zich direct melden op de afdeling hartbewaking (W37). Hier wordt u ontvangen door de verpleegkundige, die u zal voorbereiden voor het onderzoek. Twee uur voor de ingreep mag u niets meer eten of drinken. Dit is om te voorkomen dat u zich verslikt tijdens de ingreep. Verder wordt er een infuusnaaldje ingebracht en krijgt u een kalmerend middel, zodat u zich beter kunt ontspannen. U krijgt een operatiejasje van het ziekenhuis aan (uw onderbroek en sokken mag u aanhouden) en u kunt in bed gaan liggen. Voordat u wordt opgehaald, is het verstandig om nog even uit te plassen. U wordt op het afgesproken tijdstip naar de hartcatheterisatiekamer gebracht, waar de behandeling plaatsvindt. De behandeling wordt uitgevoerd door een interventiecardioloog. Dit is een cardioloog die gespecialiseerd is in het uitvoeren van verschillende ingrepen aan het hart en de bloedvaten rondom het hart. Tijdens de behandeling wordt de werking van uw hart en het effect van de behandeling voortdurend gecontroleerd via een echo. Dit is een pijnloos onderzoek met behulp van geluidsgolven. Hiervoor zijn een echolaborant en een cardioloog aanwezig tijdens de ingreep. Verder zullen er meerdere hartcatheterisatielaboranten aanwezig zijn om u voor te bereiden voor de ingreep en om u goed in de gaten te houden. 7

De behandeling Eenmaal binnen in de hartcatheterisatiekamer vragen wij u om over te stappen op een röntgentafel. U ligt op uw rug op deze tafel. De hartcatheterisatielaborant desinfecteert uw liezen en bedekt u met een blauw steriel laken met een gat op de plek waar de catheters (dunne slangetjes) worden ingebracht. U wordt door middel van elektrodes op uw borst aangesloten op speciale hartritmeregistratieapparatuur. Uw beide liezen worden plaatselijk verdoofd. De bloedvaten worden aangeprikt met een naald. Vervolgens plaatst de interventiecardioloog in elk gaatje een inbrenghuls. Door deze huls schuift de cardioloog de catheters naar het hart, tot de plaats waar hij ze wil hebben. U bent tijdens de gehele ingreep bij kennis. Van het verschuiven van de catheters in uw bloedvaten naar het hart voelt u niets, omdat er geen zenuwen in bloedvaten zitten. Er wordt ook een uitwendige pacemaker aangesloten via een bloedvat in uw lies. Deze wordt uit voorzorg bij u ingebracht. Met behulp van röntgenopnames wordt op de monitor gecontroleerd of de catheters de goede weg afleggen. De gebruikte hoeveelheid röntgenstralen is niet schadelijk voor u, maar kan dat wel zijn voor een ongeboren kind. Daarom wordt er geen septumablatie uitgevoerd bij zwangere vrouwen. Via de liescatheter schuift de cardioloog een slangetje met ballon naar één van de bloedvaten van uw hart die het tussenschot van bloed voorziet. Om te controleren of het ballonnetje op de goede plaats zit, spuit de cardioloog contrastvloeistof in via de katheter en maakt hij röntgenfoto s. Zit het ballonnetje goed, dan spuit de arts via dezelfde katheter een bepaalde hoeveelheid alcohol in. Vervolgens wordt het ballonnetje gedurende een korte tijd opgeblazen zodat de alcohol niet terug kan lopen en goed kan inwerken. De alcohol veroorzaakt ter plaatse van het tussenschot een klein hartinfarct waardoor de verdikking gaat verschrom- 8

pelen. Omdat in het tussenschot de bundel van His zit, die de prikkels van het hart geleidt, en deze tijdelijk kan uitvallen door de alcoholinjectie, bent u aangesloten aan een uitwendige pacemaker. Zonodig neemt de uitwendige pacemaker het hartritme dan over. De behandeling met alcohol kan pijnlijk zijn. Daarom krijgt u via het infuusnaaldje een pijnstillend middel toegediend voordat de arts de alcohol inspuit. Blijft u pijn houden, meldt dit dan aan de arts, zodat u eventueel meer medicijnen kunt krijgen. Is de alcohol goed ingewerkt, dan wordt het effect van de behandeling bepaald aan de hand van drukmetingen in uw hart. Van deze metingen voelt u niets. Het effect van de behandeling is snel merkbaar. Het meeste effect wordt bereikt in de eerste dagen na de behandeling. Maar ook daarna kan nog verdere verbetering optreden, soms nog maanden tot zelfs een jaar na de behandeling. Als de behandeling klaar is, worden de catheters uit uw liezen verwijderd en alle apparatuur afgesloten. De insteekopening in de slagader wordt na de behandeling weer hersteld. Dit kan op verschillende manieren: - Handmatig: de slagader wordt door een laborant met de hand dichtgedrukt. Vervolgens wordt er een drukverband aangelegd. - Via een vaatafsluitsysteem: met behulp van dit systeem wordt de insteekopening in de liesslagader gesloten door een zelfoplossend plugje te plaatsen. In beide gevallen zijn er richtlijnen voor de komende dagen die u in acht moet nemen. Dit wordt u door de verpleegkundige op de verpleegafdeling verteld. Tijdsduur behandeling De totale behandeling duurt ongeveer anderhalf uur. 9

Na de behandeling Na de behandeling brengt de verpleegkundige u terug naar de afdeling hartbewaking, waar u in ieder geval 2 dagen opgenomen blijft. U wordt verbonden met een monitor dat uw hartritme bewaakt. De externe pacemaker blijft zitten. Als u terug bent op de afdeling mag u gewoon eten en drinken. Aangezien de prikgaten in uw lies net gesloten zijn, moet u plat in bed blijven liggen en mag u de benen niet optrekken. Hoe lang u zo moet liggen, is afhankelijk van de dikte van de katheters die gebruikt zijn. Dit varieert van één tot enkele uren. De verpleegkundige vertelt u hoelang u plat moet liggen en legt uit hoe u in deze houding het best kunt eten, drinken en urineren. Er wordt een hartfilmpje gemaakt en uw bloeddruk, hartritme en de liezen worden regelmatig gecontroleerd. Aangezien een kleine beschadiging (hartinfarct) in uw hartspier is gemaakt om de verdikking te laten verschrompelen, wordt regelmatig bloedonderzoek bij u gedaan. De dagen na de behandeling De dag na de behandeling mag u meestal even uit bed. Dit is wel afhankelijk van uw conditie en of uw hartritme afhankelijk is van de uitwendige pacemaker. Heeft u geen hartritmestoornissen gekregen, dan wordt de uitwendige pacemaker na ongeveer twee dagen verwijderd. Aangezien uw hartritme nog onder controle moet blijven, blijft u nog enkele dagen in het ziekenhuis. Mogelijk wordt u in de loop van uw ziekenhuisopname van de afdeling hartbewaking overgeplaatst naar de afdeling cardiologie (W38). Daar wordt uw hartritme bewaakt door middel van een zender en monitor (telemetrie). De monitor staat op een centrale plaats op de hartbewaking. Op deze manier zijn de verpleegkundigen in staat om uw hartritme voortdurend te bewaken. 10

U mag zichzelf verzorgen en u kunt op de afdeling wandelen. De verpleegkundige vertelt u wat wel en niet is toegestaan met de telemetrie. Worden er blijvende ritmestoornissen geconstateerd, waarvoor u een inwendige pacemaker nodig heeft, dan blijft u langer opgenomen in het ziekenhuis. Een inwendige pacemaker wordt geplaatst voordat u met ontslag gaat. De behandelend arts informeert u hierover. De kans op een pacemakerimplantatie is slechts gering, ca. 5%. Uiteraard is het vervelend als er na een septumablatie enkele dagen later nog een pacemaker ingebracht moet worden. Maar uiteindelijk is dit niet ongunstig, omdat een pacemaker op de ziekte zelf een positief effect heeft en ook als een mogelijke behandelmethode geplaatst kan worden. De verpleegkundige vertelt u over de gang van zaken rondom deze behandeling. De arts spreekt voor ontslag met u af of u nog andere medicijnen nodig heeft in verband met de behandeling die u heeft ondergaan. Uw huisarts en eventueel verwijzend arts wordt na enige tijd geïnformeerd over de uitslag van uw behandeling. Wij vragen u van tevoren uw vervoer naar huis te regelen. Door de behandeling is zelfstandig naar huis reizen per auto, fiets of openbaar vervoer onverantwoord. Naar huis Nazorg Zorg dat de plek waar de katheters zijn ingebracht schoon en droog blijft, zolang er kans is op infectie. U mag na de ingreep weer douchen. Thuis kunt u uw dagelijkse bezigheden hervatten, maar doe het de eerste week wel rustig aan. Verder mag u gedurende 4 weken na de ingreep niet zelf autorijden. Voor het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen) is iemand na een hartinfarct in ieder geval vier weken ongeschikt om auto te rijden. Is er een inwendige pacemaker bij u geplaatst, dan wordt u voor ontslag uit het ziekenhuis ingelicht over de leefregels thuis met betrekking tot deze ingreep. 11

Instructie zelfoplossend plugje Zijn er na de septumablatie zelfoplossende plugjes in uw liezen ingebracht, dan krijgt u een kaartje mee met aanwijzingen. Wij adviseren u deze zorgvuldig op te volgen. De verpleegkundige zal u vertellen hoe lang u dit kaartje bij u moet dragen. Nacontrole De nacontrole op de polikliniek vindt ongeveer vier tot zes weken na de ingreep plaats. Er wordt dan eerst een hartecho bij u gemaakt. De afspraken hiervoor krijgt u bij ontslag uit ons ziekenhuis mee of deze worden thuisgestuurd. Tijdens de nacontrole wordt het resultaat van de behandeling met u besproken. Problemen Bij het optreden van problemen met de lies (bloeding, zwelling en pijn) of andere plotselinge klachten moet u contact opnemen: tijdens kantooruren met de polikliniek cardiologie, telefoon 0591-69 12 75. Buiten kantooruren en in het weekend met de Centrale Huisartsenpost Emmen, telefoon 0900 112 01 12 Tenslotte Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, dan kunt u die stellen voor, tijdens en na de ingreep. U kunt ook bellen met het functiecentrum op werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur, telefoon 0591 69 12 83 Bron: Medisch Spectrum Twente en de Nederlandse Hartstichting MA 1890 04-15-v2 - H 12