INTERVIEW Gevoel voor dieren 8 ATELIER 131
Pastel, 150 x 80 cm. De huiskamer van Loes Botman (1968) hangt vol met pasteltekeningen van boerderijdieren: paarden, kippen, koeien en varkens. Recent werd haar honderdste expositie ingericht en verscheen het schitterende boek Loes Botman, pastels over haar en haar werk. ATELIER 131 9
Pastel, 36 x 41 cm. Pastel, 22 x 35 cm. Loes beperkt zich qua onderwerp tot boerderijdieren en vogels. Toch vindt zij in elke tekening genoeg uitdaging om nieuwe mogelijkheden af te tasten. Je weet niet altijd welke keuzes je op enig moment maakt, merkt Loes op. Pastel bestaat in vele soorten. Elk merk heeft een eigen karakteristiek: Schminke-pastel verbrokkelt vrijwel meteen onder je vingers zodra je het gebruikt. Het blijft op het doek liggen, ongeacht de ondergrond. Heel anders in het gebruik is Rembrandt, dat veel harder is en daardoor minder makkelijk uitveegt. Dan heb je nog de keuze voor papier met of zonder raster, en de verschillende mogelijkheden die de combinatie van pastel- en papiersoort biedt. Te veel om op te noemen. wild en expressief In Loes werk wordt het pastel altijd in meerdere lagen over elkaar gebruikt. Soms maken die lagen de kleur dieper, voller, en soms zorgen ze ervoor dat bepaalde accenten oplichten. Je kunt met pastel zo wild en expressief doen als je wilt, zonder dat iemand ziet wat voor bloed, zweet en tranen het heeft gekost om het zover te krijgen, vertelt Loes. Alleen het papier waarop je tekent heeft zijn beperkingen: al na drie lagen is het soms verzadigd, en neemt het niets meer op. Kritisch als Loes op haar eigen werk is, gooit ze het merendeel weg. Dan ben je bijvoorbeeld de kleurvak- 10 ATELIER 131
ken aan het invullen, terwijl je eigenlijk wilt dat deze intuïtief ontstaan. Aan het begin van het proces kan dat wel, dan veeg je zo n kleurvlak weer uit en begin je opnieuw. Maar wanneer je halverwege de opzet nog aan het vegen bent, mist het werk zijn kracht. Het dier moet goed in elkaar zitten, met een uitgebalanceerde compositie. Heeft het dat niet, dan wordt het in mijn opvatting slechts een lege abstractie. Als het werk zijn voltooiing nadert, wacht Loes tot ze een bepaalde klik heeft gevoeld die haar het signaal geeft dat ze klaar is. Soms komt de klik vroeger dan ze verwacht had, soms juist veel later. eigenheid Volgens Loes wordt haar werk zo gewaardeerd omdat ze in staat is om elk dier een bepaalde eigenheid mee te geven. Bekend is ze geworden met dieren die ze in niet-natuurlijke kleuren tekende: blauwe koeien of rode paarden. Haar latere werk is realistischer, maar er zijn wel nieuwe mogelijkheden bijgekomen. Ze zoekt bijvoorbeeld naar de juiste vlakverdeling op het papier. Loes: Je kunt de dieren in mijn werk nog wel herkennen, met hun karakteristieke gedrag of verenkleed, maar ik wijs liever op iets wat daarachter steekt: de ziel van het dier, datgene wat het individuele dier verbindt met de groep waarin het van oudsher leeft. Hoewel ik de dieren nog altijd solitair afbeeld, vraag ik me eigenlijk af waarom. Ze zijn immers wel degelijk in harmonie met hun omgeving. Dat soort veranderingen gaan bij mij gewoon heel langzaam. Toch ontwikkelt Loes werkwijze zich voortdurend. Ging ze vroeger met schetsboek en vaak ook met pastel op pad om de dieren ter plekke te tekenen, nu maakt ze liever foto s. Pastel, 21 x 17 cm. Pastel, 46 x 100 cm. ATELIER 131 11
Pastel, 36 x 41 cm. Pastel, 50 x 40 cm. Ook de beeldtaal die ze heeft ontwikkeld in de tien jaar dat ze nu met pastel werkt, staat nog voortdurend ter discussie. Zo wil Loes zich de komende tijd meer concentreren op het detail. Ik merk dat mijn werk als geheel minder tekenachtig wordt, en dat ik meer suggereer dan er daadwerkelijk staat. Daardoor kun je de blik van de kijker sturen, en op bepaalde aspecten van het dierenleven wijzen die anders niet opgemerkt worden, vertelt Loes. herkenbaar Loes omschrijft haar werkwijze als volgt. In mijn hoofd ben ik altijd bezig met een nieuwe tekening. Ook als er nog geen schets op papier staat, zitten de beelden al in je hoofd: hoe een koe in het vlak past, welk gedrag ik nog eens zou willen tekenen. Dan ga je die situatie creëren: door de koe op te zoeken die precies voldoet aan je idee, en haar te fotograferen in een houding die je bedacht had. Het moet precies kloppen, voordat je aan het werk gaat. Om die laatste reden hecht Loes aan een persoonlijke band met de dieren die ze schildert. Haar kinderen gaan regelmatig mee de stal in tenslotte stellen zij de dieren het snelst op hun gemak. Op die manier weet Loes ze zo af te beelden, dat ze zich volledig in hun element voelen. Dat herkent de kijker, die van de weeromstuit allerlei menselijke trekken aan de dieren gaat toekennen: een bezorgde blik of juist een vriendelijke gezichtsuitdrukking. Volgens Loes draagt ook haar materiaalbehandeling bij aan die herkenbaarheid. Wanneer je de lijnen, kleuren en bewegingen van het dier neerzet, moet dat in overeenstemming zijn met hoe het dier zich voelde op het moment dat ik het fotografeerde. Anders werkt het niet. Tekst: David Veltman LOES BOTMAN P A S T E L S Boek Bij Uitgeverij De Doelenpers verscheen het prachtige boek Loes Botman, pastels, 72 pagina s, 48 afbeeldingen full colour, linnengebonden met stofomslag, afmetingen 24 x 23 cm. Zie voor meer informatie www.ateliermagazine.nl en de Boekenmarkt elders in dit nummer. 12 ATELIER 131