TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE



Vergelijkbare documenten
Reglement seksuele intimidatie. Golfclub Dorhout Mees

NGF TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE 2013

REGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE

REGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND

Mededeling(Tuchtreglement(Seksuele(Intimidatie(

Reglement Ongewenst Gedrag

Begripsbepalingen: Artikel 1 Tuchtreglement Artikel 2 Tuchtrechtspraak Artikel 3 Bevoegdheid Artikel 4 Strafbaarheid...

Reglement Ongewenst Gedrag

Volleybal - Vereniging TAURUS

REGLEMENT ONGEWENST GEDRAG. Inhoud. Begripsomschrijvingen. Toepasselijkheid Reglement Ongewenst Gedrag. Gedragsregels seksuele intimidatie

TUCHTREGLEMENT VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE GOLF FEDERATIE

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE

POSTBUS 303, 3830 AJ LEUSDEN TUCHTREGLEMENT. KNSA Tuchtreglement (2016), blz. 1

GEDRAGSREGELS TRAINERS EN BEGELEIDERS VAN TURNERS BIJ TENSOR TURNEN WEERT

Beknopte samenvatting Tuchtrechtspraak Badminton Nederland

Reglement Ongewenst Gedrag

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld op 18 december 2014 en treedt in werking op 1 januari 2015.

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE KNBSB 2013

Tuchtreglement Seksuele intimidatie Aangenomen op de Algemene leden Vergadering op

Tuchtreglement Seksuele Intimidatie Instituut Sportrechtspraak 9 december 2010

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE INSTITUUT SPORTRECHTSPRAAK

Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie in de sport

2. Waar in dit Tuchtreglement wordt gesproken van "Leden", worden de in artikel 1 lid 1 sub b en c genoemde personen hieronder mede verstaan.

Reglement ongewenst gedrag

BADMINTON CLUB.WILLEN IS KUNNEN.

NTFU Tuchtreglement Artikel 1 Tuchtrecht Artikel 2 Tuchtcommissie en commissie van beroep Artikel 3 Onverenigbaarheden Artikel 4 Voorzitters

2.2 Reikwijdte: dit reglement heeft betrekking op de Stichting School s cool Nijmegen.

Vastgesteld door het Algemeen Bestuur van Bouwend Nederland op 15 juni 2011 Datum inwerkingtreding is 1 januari 2012

Vertrouwenspersoon op Koninklijke UD

Gedragsregels begeleiders. Concretisering beleid aangaande veiligheid en (sexuele) intimidatie

Dit reglement bestaat uit: - De definities en gedragsregels - Het aannamebeleid vrijwilligers - De vertrouwenspersoon en te volgen procedure

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE INSTITUUT SPORTRECHTSPRAAK

Klachtenregeling VeWeVe

Volleybal - Vereniging TAURUS

Lid van de vereniging, waarover een klacht is ingediend. Een natuurlijk persoon waarover een lid tot curator, bewindvoerder of mentor is benoemd.

GEDRAGSREGELS en Omgangsregels

Klachtenreglement t.b.v. Nederlandse Go Bond en aangesloten verenigingen en leden

Reglement van Beroep Licentie Nationale Zwemdiploma s

ingevolge artikel 14 van de statuten van de vereniging

REGLEMENT TUCHTCOMMISSIE MAKELAARDIJ

Beleid ter voorkoming van Ongewenst of Grensoverschrijdend Gedrag AV Spurt 88 Hardenberg

Klachtenregeling van Auro, Stichting voor Openbaar Primair Onderwijs. Het bevoegd gezag Auro,

Uitvoeringsreglement Commissie van Beroep Kenniscentrum Kraamzorg

KNSB Tuchtreglement. Hoofdstuk 1. Algemeen

REGLEMENT op de Tuchtrechtspraak voor leden van IIA Nederland. Vastgesteld in de Algemene Ledenvergadering van IIA Nederland op 7 december 2016

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE INSTITUUT SPORTRECHTSPRAAK

TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE INSTITUUT SPORTRECHTSPRAAK

Reglement tuchtrechtspraak

REGLEMENT VAN BEROEP STICHTING GARANTIEWONING

KNSA TUCHTREGLEMENT MATCHFIXING

Komt u er samen niet uit dan kunt u zich wenden tot de branchevereniging. Meer informatie vindt u op de website

een bij een Aangesloten Instelling geregistreerde mediator; de door een Aangesloten Instelling vastgestelde gedragsregels;

Klachtenprocedure & Protocol Sociaal Veilige Sportomgeving

MON STRAFREGLEMENT. Motorsport Organisatie Nederland. Veldweg 15a Postbus AH Cuijk. Tel.: / Fax.

ALMEERSE SCHOLEN GROEP

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

TUCHTREGLEMENT (SEKSUEEL) GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG VRIJWILLIGERSORANISATIES INSTITUUT SPORTRECHTSPRAAK

Reglement ongewenste omgangsvormen

1. De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig voelt (om te bewegen).

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters

3. De afhandeling van de klachten worden uitgevoerd door het onafhankelijke instituut KIGID.

PREVENTIEF BELEID GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG ZV DE GELENBERG

Seksuele intimidatie in de sport

Handboek Veiligheid Veilig sporten in een veilige omgeving

Klachtenregeling/vertrouwenspersoon Stichting TOPKI

: de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.;

You created this PDF from an application that is not licensed to print to novapdf printer (

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Klachtenregeling Datum: 1 november 2014

Reglement Tuchtrechtspraak

Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2011

Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen

4. Agressie en geweld Agressie en geweld kunnen op verschillende manieren plaatsvinden:

Preventiebeleid SMHC laatste aanpassing 14 september 2015

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam

KLACHTENREGELING Stichting MONTON

Klachtenregeling. van de. Stichting Purmerendse Scholengemeenschap

Klachtenreglement voor klanten Super Sociaal

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) HUISHOUDELIJK REGLEMENT. 1. In dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder:

Klachtenregeling Strabrecht College Geldrop

KLACHTENREGELING. Klachtenregeling Sint-Christoffel Versie 19 november 2013 Pagina 1

A.II Voorwaarden van het CBP voor de invoering van een registratiesysteem in de sport

verklaring dat een belanghebbende zich, ofschoon zijn rechtspositie niet is geschaad, op incorrecte wijze door het fonds bejegend acht.

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld 18 december 2014 en treedt in werking op 1 januari 2015.

REGLEMENT TUCHTRECHTSPRAAK van de Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten (NVH)

Reglement Commissie van Toezicht en College van Beroep van de Stichting GFB versie 2002

Alle personen die in de zaal aanwezig zijn, zijn hier, omdat ze gemotiveerd zijn om samen tot beter turnen te komen.

HET REGLEMENT VAN TUCHTRECHTSPRAAK

REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP NEDERLANDS SHETLAND PONY STAMBOEK

KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE

Reglement Klacht en Tuchtzaken

Klachtenregeling Staring College

Hoofdstuk 9 Awb: Klachtbehandeling

REGLEMENT VAN BEROEP VAN DE KNSA

Reglement individueel. Klachtenrecht MCO

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Procesreglement College van Toezicht en Raad van Beroep

Regeling Klachtencommissie Ongewenst Gedrag SintLucas

KLACHTENREGELING CEDERGROEP

Het Stichtingsbestuur van de Stichting Mens Achter de Patiënt (Stg MAP) stelt de volgende klachtenregeling vast.

Transcriptie:

K O N I N K L I J K E N E D E R L A N D S E S C H I E T S P O R T A S S O C I A T I E TUCHTREGLEMENT SEKSUELE INTIMIDATIE

INHOUDSOPGAVE pagina DEFINITIES 3 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Toepasselijkheid en reikwijdte Reglement 4 Artikel 2 Aangifte en strafrechtelijke procedure 4 SEKSUELE INTIMIDATIE Artikel 3 Seksuele intimidatie 4 Artikel 4 Gedragsregels seksuele intimidatie 5 Artikel 5 Vertrouwenscontactpersoon 8 Artikel 6 Overtredingen 8 Artikel 7 Klacht 8 Artikel 8 Onderzoekscommissie 9 Artikel 9 Taken Onderzoekscommissie 10 Artikel 10 Ordemaatregel Bestuur 12 TUCHTRECHTELIJKE BEHANDELING Artikel 11 Aangifte 12 Artikel 12 Tuchtcommissie 13 Artikel 13 De Betrokkene 14 Artikel 14 Uitspraak Tuchtcommissie 15 SANCTIES EN TENUITVOERLEGGING Artikel 15 Op te leggen sancties en toelichting 16 Artikel 16 Tenuitvoerlegging 17 HOGER BEROEP Artikel 17 Commissie van Beroep 18 Artikel 18 Hoger Beroep 18 REGISTRATIESYSTEEM Artikel 19 Melding Registratiesysteem 18 SLOTBEPALINGEN Artikel 20 Vaststelling en wijziging van dit Reglement 19 KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 2

DEFINITIES Begeleider: Betrokkene: Bestuur: Commissie van Beroep: Geïntimideerde: Klager: Lid/Leden: Schutters: NOC*NSF: Onderzoekscommissie: Partijen: Rapport: Registratiekamer: Registratiesysteem: Reglement: Sportbeoefening: Schriftelijk Statuten Tuchtcommissie: Vertrouwenscontactpersoon degene die een sportbeoefenaar (Schutter) begeleidt en/of voor die begeleiding verantwoordelijk is (waaronder in ieder geval begrepen het trainen, coachen en/of verzorgen) op en rondom de plaats waar de Sportbeoefening of de voorbereiding daarop plaatsvindt. Onder Sportbeoefening wordt in deze definitie begrepen zowel de sportactiviteiten zelf als alle activiteiten die een directe relatie met Sportbeoefening hebben. degene tegen wie de klacht zich richt het Algemeen Bestuur van de KNSA als bedoeld in artikel 13 van de Statuten de Commissie van Beroep als bedoeld in artikel 21 van de KNSA Statuten degene waartegen de seksuele intimidatie is gericht degene die de klacht heeft ingediend. Dit kan de Geïntimideerde zijn, dan wel iemand namens Geïntimideerde leden van de KNSA, zoals bedoeld in artikel 9 van de KNSA Statuten, waaronder de in artikel 7 bedoelde verenigingen en stichtingen op grond van artikel 10 van de Statuten aangemelde leden der bij de KNSA aangesloten verenigingen de Nederlandse overkoepelende organisatie voor sportbonden met Olympische disciplines, genaamd het Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie de door het Algemeen Bestuur ingestelde commissie die klachten over seksuele intimidatie onderzoekt Betrokkene, Klager het door de Onderzoekscommissie op grond van artikel 8 van dit Reglement Seksuele Intimidatie, opgestelde rapport de Kamer die bij NOC*NSF belast is met het beheer van het Registratiesysteem het Registratiesysteem Seksuele Intimidatie van het NOC*NSF waarin alle onherroepelijk voor seksuele intimidatie gestrafte personen, vanaf 16 jaar, gedurende de looptijd van hun straf worden geregistreerd, een en ander conform het Protocol Registratiesysteem Sport van januari 2008 het Tuchtreglement Seksuele Intimidatie van de KNSA onder Sportbeoefening wordt begrepen zowel de sportactiviteiten binnen het verband van de schietsport zelf als alle activiteiten die een directe relatie met die Sportbeoefening hebben per post of per e mail verzonden brieven, meldingen, en wat dies meer zij de Statuten van de KNSA de Tuchtcommissie als bedoeld in artikel 50 van het KNSA Huishoudelijk Reglement de Vertrouwenscontactpersoon van de KNSA KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 3

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Toepasselijkheid en reikwijdte van dit Reglement 1.1 Dit Reglement is van toepassing op alle natuurlijke personen die direct of indirect onderworpen zijn aan de Statuten, reglementen en besluiten van de KNSA, die als Begeleider, werknemer of functionaris werkzaamheden verricht dan wel heeft verricht of als vrijwilliger taken vervult dan wel heeft vervuld en, of als Schutter meedoen of meededen aan door de KNSA georganiseerde wedstrijden en competities. 1.2 De Leden dragen er zorg voor dat de inhoud en de strekking van dit Reglement bekend is bij, en van toepassing is op, hun leden/aangeslotenen, werknemers, functionarissen, vrijwilligers en Begeleiders. 1.3 Dit Reglement is tevens van toepassing indien de seksuele intimidatie heeft plaatsgevonden tijdens het lidmaatschap/aangesloten zijn van Betrokkene dan wel degene die de klacht heeft ingediend bij een van de Leden, maar de betreffende persoon inmiddels dit lidmaatschap/de overeenkomst heeft opgezegd. 1.4 Seksuele intimidatie valt onder de reikwijdte van dit Reglement indien het heeft plaatsgevonden in relatie tot de Sportbeoefening dan wel wanneer het heeft plaatsgevonden buiten het verband van Sportbeoefening wanneer Betrokkene ten aanzien van degene die de klacht heeft gedaan in een machts, en, of afhankelijkheidsrelatie verkeert die is ontstaan binnen het verband van de Sportbeoefening. Artikel 2 Aangifte en Strafrechtelijke procedure 2.1 Bij een vermoeden van een strafbaar feit waar aangifteplicht uit hoofde van het Wetboek van Strafrecht voor geldt, is de Vertrouwenscontactpersoon die dit ter kennis komt verplicht dit onverwijld te melden aan het Bestuur. Het Bestuur is verplicht aangifte te doen. Het Bestuur zal Klager dan wel Betrokkene hierover inlichten. 2.2 Een strafrechtelijke of een burgerrechtelijke procedure met betrekking tot seksuele intimidatie, waarvoor tevens een klacht is ingediend op grond van dit Reglement, sluit behandeling en bestraffing hiervan middels deze tuchtrechtelijke procedure niet uit. SEKSUELE INTIMIDATIE Artikel 3 Seksuele intimidatie 3.1 Seksuele intimidatie is elke vorm van ongewenst verbaal, non verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie (duiding) dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige of beledigende, vernederende of kwetsende situatie wordt gecreëerd. 3.2 Onder seksuele intimidatie, zoals vermeld in dit artikel, zijn mede begrepen de in de artikelen 239 tot en met 250 (Titel XIV: misdrijven tegen de zeden) van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feiten. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 4

3.3 Seksuele intimidatie is een verboden gedraging. Dit verbod geldt voor alle in artikel 1.1 van dit Reglement genoemde personen. Voor degenen die tevens Begeleider, functionaris, vrijwilliger bij dan wel werknemer zijn van de KNSA, gelden naast de algemene regels met betrekking tot seksuele intimidatie tevens de in artikel 4 opgenomen gedragsregels. Artikel 4 Gedragsregels seksuele intimidatie 4.1 De KNSA hanteert ten aanzien van seksuele intimidatie de in dit artikel vermelde gedragsregels. Overtreding van deze gedragsregels levert een overtreding op in de zin van dit Tuchtreglement Seksuele Intimidatie en kan op grond van dit Reglement tuchtrechtelijk worden bestraft. 4.2 Met betrekking tot de in artikel 1.1 genoemde Begeleiders, werknemers, functionarissen, vrijwilligers gelden de volgende gedragsregels: 4.2.1 De in artikel 4.2 genoemde personen moeten zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de Schutter zich veilig voelt te verkeren. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het niet onmiddellijk stoppen (of doen laten stoppen) van een klaarblijkelijke vorm van seksuele intimidatie waarvan de Begeleider getuige van is of waarvan hij op de hoogte wordt gesteld; b. het participeren in vormen van seksuele intimidatie of aanmoedigen van anderen daartoe; c. het in woord of gedrag scheppen van een seksueel of erotisch geladen sfeer (door woord, gedrag, beeld, aankleding, omgeving, of situatie) of aan het voortbestaan daarvan een bijdrage leveren; d. het op niet functionele wijze bekijken van de Schutter waarbij de aandacht is gericht op de geslachtskenmerken; e. het met seksueel gedrag ingaan op verliefde gevoelens, seksuele verlangens of fantasieën van een minderjarige Schutter; f. het achterwege laten van hulp aan een slachtoffer of slachtoffers van een incident dat valt onder seksuele intimidatie; g. het niet of onvoldoende uitoefenen van Begeleiderstaken rondom en tijdens een sportactiviteit waardoor gelegenheid ontstaat voor vormen van seksuele intimidatie, die met het juist uitvoeren van de Begeleiderstaken hadden kunnen worden voorkomen. 4.2.2 De in artikel 4.2 genoemde personen onthouden zich van elke vorm van machtsmisbruik of seksuele intimidatie tegenover de Schutter. 4.2.3 De in artikel 4.2 genoemde personen onthouden zich er van de Schutter te bejegenen op een wijze die de Schutter in zijn waardigheid aantast en verder in het privéleven van de Schutter door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel. De in artikel 4.2 genoemde personen zullen tijdens training( stages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de Schutter in de ruimten waarin de Schutter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer. In het kader van deze normen wordt als een overtreding beschouwd: a. het uitoefenen van dwang of op enigerlei wijze gebruik maken van het machtsverschil dat bestaat tussen hem en de Schutter, met het kennelijke KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 5

oogmerk de Schutter tot seksuele handelingen te dwingen, daartoe te verleiden of over te halen, of die te dulden; b. het aangaan van een seksuele relatie met een minderjarige schutter met wie hij op basis van kenmerken zoals leeftijdsverschil, status, positie, sportrelatie (bijv. coach Schutter, fysiotherapeut Schutter) in een machtsongelijke relatie staat; c. het zich onnodig en/of zonder toestemming van de Schutter bevinden in of het naar binnen kijken/gluren in ruimtes die door de Schutter worden gebruikt als privéruimtes, zoals douches, kleedkamers, toiletten, hotelkamers, kampeertenten en soortgelijke ruimtes, waarin de Schutter mag veronderstellen zich te kunnen gedragen als ware hij alleen en ongezien; d. het verrichten van sporttechnische fysieke handelingen m.b.t. de Schutter die niet tot zijn bekwaamheid en taken behoren en/of op dat moment niet geboden zijn; e. het bij herhaling of op systematische wijze privé alleen thuis of een andere afgezonderde plaats uitnodigen van een Schutter, waarmee hij een machtsongelijke relatie heeft, wanneer deze ontmoeting vanuit de begeleidingstaak niet nodig is en/of elders kan worden georganiseerd, zoals in een clubgebouw of een publieke gelegenheid; f. het op enigerlei wijze systematisch isoleren van een Schutter van andere Schutters en/of Begeleiders of het systema sch realiseren van een één op één relatie tussen hem en Schutter, zonder dat daar sporttechnische redenen voor zijn en/of zonder dat dit in overeenstemming is met kaderafspraken ter zake. 4.2.4 Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen in artikel 4.2 genoemde personen en Schutter die de leeftijd van zestien jaren niet heeft bereikt, zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik. 4.2.5 De in artikel 4.2 genoemde personen onthouden zich van seksueel getinte intimiteiten via welke communicatiemiddelen dan ook. 4.2.6 De in artikel 4.2 genoemde personen mogen de Schutter niet op een zodanige wijze aanraken dat de Schutter deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. de Schutter tegen diens wens naar zich toe trekken voor aanhalen, omarmen of kussen; b. zich tegen de Schutter aandrukken; c. billen, borsten, of andere erogene zones aanraken onder het mom van functionele instructie; d. het negeren van wensen van de Schutter om (ergens) niet te worden aangeraakt, ook al betreft dit een sporttechnisch juiste wijze van aanraken; e. het aanraken van de Schutter of fysieke handelingen verrichten die niet binnen de taakstelling van de in artikel 4.2 genoemde personen vallen. 4.2.7 De in artikel 4.2 genoemde personen onthouden zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. grove seksueel getinte opmerkingen, schuine moppen; b. grapjes of ontboezemingen over andermans seksleven; KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 6

c. (dubbelzinnige) opmerkingen met verwijzing naar iemands seksuele leven of geaardheid; d. niet functionele vragen over het seksleven van de Schutter; e. ontboezemingen over eigen seksleven of seksuele verlangens. 4.2.8 De in artikel 4.2 genoemde personen hebben de plicht voor zover in hun vermogen ligt de Schutter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) Schutter behartigt, is de Begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het nalaten van het doen van melding bij het bevoegd gezag of indienen van een klacht bij de Onderzoekscommissie, van een incident of situatie waarvan de Begeleider getuige is of kennis van heeft en waarvan hij redelijkerwijs had moeten weten dat het om seksuele intimidatie gaat en er niet van had kunnen uitgaan dat een ander dit zou doen; b. het ontmoedigen of beletten van anderen (zoals een Schutter of andere Begeleider) om melding te doen of een klacht in te dienen, zoals bedoeld onder 4.2.1 onder f.; c. het niet meewerken aan de tuchtprocedure die naar aanleiding van een klacht met betrekking tot seksuele intimidatie bij een commissie is en waartoe hij door die commissie is opgeroepen, dan wel aan het onderzoek dat die commissie laat verrichten voorafgaande aan de behandeling van de aangifte door het Bestuur. 4.2.9 De in artikel 4.2 genoemde personen zullen de Schutter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. De in artikel 4.2 genoemde personen zullen de Schutter geen (im)materiële vergoedingen aanbieden of geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen van erotische of seksuele aard; b. De in artikel 4.2 genoemde personen accepteren geen erotische of seksuele tegenprestaties van de Schutter als vergoeding voor het uitoefenen van de Begeleiderstaak. 4.2.10 De in artikel 4.2 genoemde personen zullen er actief op toezien dat deze regels door iedereen die betrokken is bij de Schutter worden nageleefd. Wanneer hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: a. het nalaten personen op hun gedrag aan te spreken die zich schuldig maken aan een vorm van seksuele intimidatie; b. het nalaten andere in artikel 4.2 genoemde personen, op hun gedrag aan te spreken wanneer deze in het bijzijn van de Begeleider of nadat de Begeleider het ter ore komt, niet of onvoldoende ingrijpen of hebben ingegrepen bij een incident m.b.t. seksuele intimidatie. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 7

4.3 In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de in artikel 4.2 genoemde personen in de geest hiervan te handelen. 4.4 Het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de sportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen. In het kader van deze norm wordt als een overtreding beschouwd: het niet ingrijpen bij gedragingen of in situaties die, ondanks dat ze niet in deze gedragscode met name als verbod staan genoemd, toch de sociale veiligheid van de sportomgeving in termen van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag bedreigen. 4.5 Van een de in artikel 4.2 genoemde personen wordt in het bijzonder verwacht dat zij professioneel handelen en dat zij zich bewust zijn van een voorbeeldfunctie, dat wil zeggen dat zij handelen overeenkomstig de geldende standaard en opleiding, waarbij het er niet toe doet of de in artikel 4.2 genoemde personen al dan niet een vergoeding ontvangen. Artikel 5 Vertrouwenscontactpersoon 5.1 Door het Bestuur is een Vertrouwenscontactpersoon aangesteld. De Vertrouwenscontactpersoon is werkzaam bij de KNSA. 5.2 De Vertrouwenscontactpersoon heeft als taak om de Klager te adviseren en te begeleiden bij de procedure voor het indienen van een klacht. 5.3 De Vertrouwenscontactpersoon neemt bij zijn werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en staat de Klager en Betrokkene met raad en daad terzijde. 5.4 De Vertrouwenscontactpersoon zal de integriteit van Betrokkene niet in twijfel trekken en is niet gerechtigd om een klacht te onderzoeken dan wel zich met het onderzoek te bemoeien. Artikel 6 Overtredingen 6.1 Seksuele intimidatie alsmede overtreding van de gedragsregels genoemd in artikel 4, levert een overtreding op in de zin van het van dit Reglement en kan derhalve worden bestraft conform dit Reglement. 6.2 Onder een overtreding wordt voorts verstaan het gelegenheid bieden aan, of aansporen tot, het vergemakkelijken van of het behulpzaam zijn bij de overtreding. 6.3 Een overtreding is strafbaar indien er sprake is van opzet, schuld, nalatigheid of onzorgvuldigheid van Betrokkene. 6.4 Voor de vraag of er sprake is van een overtreding zijn mede bepalend de opvattingen in de Nederlandse maatschappij met betrekking tot seksuele intimidatie en de gewoonten of gebruiken bij de KNSA ten tijde van de overtreding. Artikel 7 Klacht 7.1 Iedere persoon die binnen de Sportbeoefening meent dat er sprake is van een overtreding jegens hem/haar of een derde, kan hiervan bij het Bestuur een klacht indienen. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 8

7.2 Betreft de seksuele intimidatie iemand jonger dan zestien jaar, dan kan ook de wettelijk vertegenwoordiger een klacht indienen. Ook de curator of mentor, waar nodig met instemming van de betreffende persoon, kan een klacht in te dienen. 7.3 De klacht moet Schriftelijk worden ingediend bij het Bestuur. 7.4 Indien de klacht mondeling wordt ingediend, geeft het Bestuur de Vertrouwenscontactpersoon onverwijld de opdracht contact op te nemen met Klager om de klacht schriftelijk vast te stellen. De Vertrouwenscontactpersoon legt de op schrift vastgestelde klacht ter bevestiging voor aan de Klager alvorens deze aan het Bestuur te doen toekomen. 7.5 Een klacht omvat: naam, adres, ten minste telefoonnummer en eventueel e mailadres van de Klager en Geïntimideerde; naam en indien mogelijk het adres, telefoonnummer en e mailadres van de Betrokkene; een beschrijving van de overtreding waarover geklaagd wordt; de beschrijving van de handelingen die reeds zijn ondernomen om tot een oplossing te komen; ondertekening van de klacht door Klager. 7.6 Indien een klacht niet voldoet aan een of meer van de in artikel 7.5 genoemde vereisten, wordt de Klager in de gelegenheid gesteld het gesignaleerde verzuim binnen een door het Bestuur te stellen redelijke termijn te herstellen. 7.7 Klager en Geïn mideerde zijn te allen jde gerech gd de klacht in te trekken. Intrekking dient Schriftelijk te geschieden bij het Bestuur. 7.8 Bij intrekking van de klacht blijft de Onderzoekscommissie bevoegd onderzoek te doen naar de klacht, de klacht te beoordelen en een Rapport op te stellen naar aanleiding van deze klacht. De Klager wordt hiervan in kennis gesteld. 7.9 Het Bestuur legt binnen veertien dagen na ontvangst van de Schriftelijke klacht, deze voor aan de Onderzoekscommissie en stelt de Tuchtcommissie op de hoogte van de ontvangst van de klacht. Artikel 8 Onderzoekscommissie 8.1 Het Bestuur van de KNSA stelt een Onderzoekscommissie in die klachten over seksuele intimidatie onderzoekt. 8.2 De Onderzoekscommissie bestaat uit minimaal drie leden. Onder de leden is ten minste een jurist en een deskundige op het gebied van seksuele intimidatie. Binnen de commissie dienen beide seksen te zijn vertegenwoordigd. 8.3 De Onderzoekscommissie betracht in alle stadia van het onderzoek zoveel mogelijk zorgvuldigheid ten aanzien van de feiten en omstandigheden in relatie tot de mededelingen die hierover ten behoeve van het onderzoek aan derden moeten worden gedaan, waarbij telkens die derden niet meer deelgenoot worden gemaakt van feiten en omstandigheden dan op dat moment ten behoeve van het onderzoek noodzakelijk is. 8.4 De onderzoekers kunnen nadien niet als getuige worden gehoord. 8.5 De leden van de Onderzoekscommissie zijn onafhankelijk in de betekenis dat zij niet betrokken zijn bij a) de klacht, b) Betrokkene dan wel c) Klager en/of d) Geïn mideerde. Zij mogen geen persoonlijk belang hebben bij de klacht. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 9

8.6 Geen zitting in de Onderzoekscommissie kunnen hebben leden van het bestuur, leden van de Tuchtcommissie, leden van de Commissie van Beroep, leden van de vereniging waarvan de Geïntimideerde, Klager of Betrokkene lid is, werknemers van de KNSA. 8.7 Na ontvangst van de klacht, deelt de Onderzoekscommissie Klager en Betrokkene Schriftelijk mede dat zij de klacht onderzoekt en informeert hen aangaande de klachtenprocedure en de te hanteren termijnen. 8.8 Alvorens de Onderzoekscommissie over gaat tot onderzoek, zal zij op beoordelen of de klacht ontvankelijk is. 8.9 Binnen veertien dagen na ontvangst van de klacht, deelt de Onderzoekscommissie de Klager, Geïn mideerde alsmede Betrokkene Schriftelijk mede of de klacht ontvankelijk is. Indien de klacht niet ontvankelijk is, dient de Onderzoekscommissie de gronden te vermelden waarop zij haar beslissing heeft gebaseerd. Tegen deze beslissing staat geen beroep open. 8.10 Indien de klacht ontvankelijk is, kan de Onderzoekscommissie besluiten de klacht alsnog niet in behandeling te nemen dan wel niet verder te onderzoeken indien: a. het een klacht betreft die reeds eerder is voorgelegd aan de Onderzoekscommissie, en waarna zich geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan, en door haar dan wel de Tuchtcommissie reeds is afgedaan; b. de klacht kennelijk ongegrond is; c. Klager dan wel Geïn mideerde geen gegevens aan de Onderzoekscommissie verstrekt, dan wel geen medewerking verleent die nodig is voor de Onderzoekscommissie om de klacht te kunnen onderzoeken. 8.11 De Onderzoekscommissie kan er toe over gaan meerdere klachten, die zien op dezelfde Betrokkene, samen te voegen en gelijktijdig te behandelen. 8.12 De Onderzoekscommissie kan zich zo nodig laten bij staan door adviseurs. 8.13 De Onderzoekscommissie is te allen tijde bevoegd van de in dit Reglement opgenomen termijnen af te wijken. Zij doet hiervan met redenen omkleed mededeling aan de betrokken Partijen, onder vermelding van een nieuwe termijn. 8.14 Indien de Onderzoekscommissie van oordeel is dat behandeling van de klacht een spoedeisend karakter heeft, dan kan zij de in dit Reglement genoemde termijnen bekorten. De Onderzoekscommissie deelt dit Partijen Schriftelijk en met opgave van redenen mede. 8.15 De Onderzoekscommissie kan, in afwijking van artikel 8.7 en artikel 8.9, in het belang van het onderzoek besluiten om de Betrokkene nog niet te informeren, bijvoorbeeld als de Commissie meent dat Betrokkene het onderzoek mogelijk zal frustreren. Artikel 9 Taken Onderzoekscommissie 9.1 De Onderzoekscommissie is gerechtigd tot het inwinnen van die informatie die noodzakelijk is om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van de gegrondheid van de klacht. 9.2 De Onderzoekscommissie stelt vooraf een plan van aanpak op, waarbij zij tevens aangeeft binnen welke termijn zij streeft het onderzoek te laten plaatsvinden. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 10

9.3 De Onderzoekscommissie onderzoekt naar aanleiding van de klacht de gestelde feiten en omstandigheden. 9.4 De Onderzoekscommissie kan in het kader van het onderzoek de Klager, Geïntimideerde, Betrokkene en eventueel diens raadsman, getuigen en/of deskundigen horen, alsmede leden van besturen, commissies en andere leden van de KNSA, alsmede derden die meer over de zaak kunnen verklaren. 9.5 Indien Geïn mideerde een minderjarige is, wordt ook deze minderjarige gehoord, tenzij bijzondere omstandigheden (met name gelegen in het persoonlijke belang van de minderjarige) zich daartegen verzetten. 9.6 Indien de Onderzoekscommissie daartoe aanleiding ziet, is zij te allen tijde bevoegd het onderzoek op te schorten en het Bestuur te adviseren om de klacht niet af te doen door de Tuchtcommissie maar via een alternatieve vorm van geschillenbeslechting. 9.7 Van de verhoren worden schriftelijke verslagen gemaakt. Deze verslagen worden voorgelegd aan de betreffende persoon voor commentaar en goedkeuring. 9.8 Klager en Betrokkene kunnen zich op eigen kosten bij laten staan door een raadsman of een vertrouwenspersoon. 9.9 De Onderzoekscommissie neemt alle zorgvuldigheid in acht en stelt een zo compleet mogelijk schriftelijk dossier op. 9.10 De Onderzoekscommissie stelt Partijen alsmede het Bestuur op de hoogte over de voortgang van het onderzoek. 9.11 Betrokkene wordt in de gelegenheid gesteld te reageren op door geïnterviewden geaccordeerde verklaringen. 9.12 Indien de Betrokkene weigert te worden gehoord, verzoekt de Onderzoekscommissie binnen vijf werkdagen daarop alsnog Schriftelijk te reageren. Voldoet Betrokkene hieraan niet, dan zet de Onderzoekscommissie haar onderzoek voort zonder rekening te (kunnen) houden met de toelichting van Betrokkene. 9.13 De Onderzoekscommissie stelt, nadat zij alle relevante informatie heeft verkregen en de betrokken personen heeft gehoord, zo spoedig mogelijk een Rapport op, waarin zij oordeelt over de feiten en omstandigheden en de verwijtbaarheid van de klacht. Zij kan advies geven over te nemen Bestuurlijke maatregelen. Zij adviseert niet over eventuele tuchtrechtelijke sancties. 9.14 Indien uit het onderzoek belastende informatie naar voren komt en daaraan (eventueel) belastende conclusies worden verbonden, zal Betrokkene in de gelegenheid worden gesteld daarop te reageren en krijgt in dat kader ook de beschikking over de informatie waarop de belastende conclusies zijn gebaseerd. 9.15 De concept rapportage wordt aan Betrokkene voorgelegd alvorens de Onderzoekscommissie de definitieve bevindingen en conclusies aan het bestuur presenteert. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 11

9.16 De Onderzoekscommissie stuurt het Rapport alsmede een kopie van het gehele dossier zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 5 dagen na opstelling van het Rapport, toe aan het Bestuur en stelt Partijen hiervan op de hoogte. 9.17 Het bestuur zal het complete dossier minimaal 5 jaar na vaststelling van het Rapport onder zich houden in een archief, dat slechts toegankelijk is voor het Bestuur. Artikel 10 Ordemaatregel Bestuur 10.1 Wanneer naar het oordeel van het Bestuur sprake is van seksuele intimidatie, kan het Bestuur ter voorkoming van herhaling een bestuurlijke ordemaatregel nemen door bijvoorbeeld aan degene die van seksuele intimidatie wordt verdacht met onmiddellijke ingang een (tijdelijke) beperking van de bewegingsvrijheid op te leggen voor de locatie(s) waar de herhaling moet worden gevreesd. 10.2 De ordemaatregel van het Bestuur is geen tuchtrechtelijke straf maar een Bestuurlijke maatregel om de orde en de veiligheid van sportbeoefenaren te waarborgen. 10.3 Van een door het Bestuur genomen ordemaatregel staat volgens dit reglement beroep open bij de Tuchtcommissie. 10.4 De ordemaatregel blijft in stand totdat de Tuchtcommissie uitspraak heeft gedaan of totdat de Tuchtcommissie heeft beslist in het geval dat van de ordemaatregel beroep is ingesteld. TUCHTRECHTELIJKE BEHANDELING Artikel 11 Aangifte 11.1 Het Bestuur van de KNSA kan al dan niet na het onderzoek van de Onderzoekscommissie, de klacht ter kennis brengen van de Tuchtcommissie. De klacht wordt als een aangifte beschouwd en als zodanig behandeld. Het Bestuur overlegt het Rapport aan de Tuchtcommissie. 11.2 Wordt een zaak niet ter kennis gebracht van de Tuchtcommissie, dan kan de rechtstreeks belanghebbende daarover Schriftelijk beklag doen bij de Tuchtcommissie. De Tuchtcommissie kan bepalen dat de zaak alsnog in behandeling wordt genomen. De leden van de Tuchtcommissie kunnen in dat geval niet als lid van de desbetreffende commissie betrokken zijn bij deze zaak. Van de uitspraak van de Tuchtcommissie staat geen beroep open. 11.3 Onder rechtstreeks belanghebbende wordt mede verstaan een onder artikel 7 van de Statuten genoemde vereniging die een belang behartigt dat door de beslissing geen tuchtzaak te starten rechtstreeks wordt getroffen. 11.4 De aangifte bevat een opgave van de naam en zo mogelijk de adresgegevens van degene tegen wie de aangifte zich richt alsmede een zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van feiten en omstandigheden voor zover mogelijk met de datum (data) waarop of de periode waarbinnen de seksuele intimidatie heeft plaatsgevonden. Wanneer geen adresgegevens kunnen worden verstrekt, dient degene die aangifte doet de Betrokkene zodanig te identificeren dat voor de Tuchtcommissie duidelijk is tegen wie de aangifte zich richt. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 12

11.5 Wanneer ter zake van de seksuele intimidatie mediation plaatsvindt of heeft plaatsgevonden die heeft geleid tot de ondertekening van een vaststellingsovereenkomst, kan van de seksuele intimidatie geen aangifte meer worden gedaan. 11.6 Een aangifte is rechtsgeldig wanneer degene tegen wie de aangifte zich richt ten tijde van de overtreding direct, of indirect lid was van de KNSA. Wanneer de Betrokkene ten tijde van de behandeling van de aangifte geen direct, of indirect lid meer is van de KNSA wordt de aangifte behandeld en geschiedt de behandeling van de zaak op grond van dit Tuchtreglement Seksuele Intimidatie, als ware de Betrokkene nog immer direct, of indirect lid van de KNSA, in welk geval aan degene die aangifte doet en degene tegen wie de aangifte zich richt alle rechten en verplichtingen op grond van dit Tuchtreglement toekomen. 11.7 Nadat de aangifte is gedaan, onderzoekt de Tuchtcommissie of zij bevoegd is de aangifte te behandelen. Wanneer de Tuchtcommissie meent dat zij niet bevoegd is de aangifte in behandeling te nemen, kan degene die aangifte heeft gedaan hiervan met inachtneming van artikel 18, beroep instellen bij de Commissie van Beroep. Van de uitspraak van de Commissie van Beroep staat geen beroep open. In het geval de Commissie van Beroep oordeelt dat de aangifte wel in behandeling dient te worden genomen, verwijst hij de zaak terug naar de Tuchtcommissie. Wanneer de Commissie van Beroep oordeelt dat de aangifte niet in behandeling wordt genomen, eindigt daarmede de behandeling van de zaak. 11.8 De omschrijving van de overtreding in de aangifte vormt de grondslag voor de behandeling van een zaak door de Tuchtcommissie en door de Commissie van Beroep. Artikel 12 Tuchtcommissie 12.1 De Tuchtcommissie is bevoegd te oordelen over klachten mits deze zijn ingediend door het Bestuur, dan wel door een rechtstreeks belanghebbende, krachtens artikel 11.2 en 11.3 van dit Reglement. 12.2 Indien de Tuchtcommissie, op basis van het door de Onderzoekscommissie toegezonden dossier en het Rapport, vaststelt dat de klacht ongegrond is, deelt zij binnen zeven (7) dagen na ontvangst hiervan, aan Partijen mede dat zij de klacht ongegrond verklaart. 12.3 Indien de Tuchtcommissie van oordeel is dat de klacht, op basis van het door de Onderzoekscommissie toegezonden Rapport gegrond is, stelt de Tuchtcommissie een datum voor mondelinge behandeling vast en nodigt Partijen hiervoor, in ieder geval veertien (14) dagen voorafgaand aan de zitting, Schriftelijk uit. Tevens biedt zij Betrokkene de mogelijkheid om voorafgaand aan de zitting binnen een nader te bepalen redelijke termijn een verweerschrift in te dienen. 12.4 Tijdens de mondelinge behandeling mogen Partijen zich bij laten staan door een raadsman. 12.5 De Tuchtcommissie zal, indien zij dat wenselijk acht, Schriftelijk getuigen en deskundigen mogen oproepen om ter zitting te worden verhoord. 12.6 Wanneer een der Partijen niet ter zitting is verschenen, gaat de Tuchtcommissie na of er behoorlijk is opgeroepen. Heeft geen behoorlijke oproeping plaatsgevonden of meent de Tuchtcommissie om een andere reden dat uitstel van de behandeling gewenst is, dan stelt zij de behandeling tot een nader te bepalen datum uit. Partijen worden hiervan door de Tuchtcommissie Schriftelijk in kennis gesteld. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 13

12.7 Wanneer een getuige of deskundige niet ter zitting is verschenen, kan de Tuchtcommissie besluiten de zitting uit te stellen, dan wel de zaak voor zover mogelijk te behandelen en voor de niet verschenen getuige of deskundige op een andere datum voort te zetten. 12.8 Partijen en hun raadslieden mogen de gehele zitting bijwonen, tenzij het bepaalde in artikel 12.9 toepassing vindt. 12.9 De Tuchtcommissie kan een ieder wiens gedrag daartoe aanleiding geeft het verder bijwonen van de zitting ontzeggen. 12.10 De Tuchtcommissie kan bepalen dat geïn mideerde afzonderlijk wordt gehoord van Betrokkene. Wanneer Partijen afzonderlijk van elkaar worden gehoord, kunnen de raadslieden van Partijen bij dat verhoor aanwezig zijn. De Tuchtcommissie doet van een verhoor dat afzonderlijk heeft plaatsgevonden verslag aan de andere Partij. 12.11 De leden van de Tuchtcommissie stellen de Partijen en andere te horen personen zo nodig vragen. Partijen kunnen ieder de Tuchtcommissie verzoeken aanvullende vragen te mogen stellen. Aan dit verzoek wordt voldaan, tenzij de vragen naar het oordeel van de Tuchtcommissie niet ter zake dienend zijn. Tuchtcommissie kan bepalen dat vragen alleen via hem mogen worden gesteld. 12.12 De secretaris van de Tuchtcommissie maakt van de mondelinge behandeling een relevante, zakelijke samenvatting die door de voorzitter en de secretaris van de Tuchtcommissie worden ondertekend. 12.13 De behandeling van de klacht vindt plaats achter gesloten deuren. Artikel 13 De Betrokkene 13.1 De Tuchtcommissie zendt de aangifte en bijbehorende documenten binnen zeven werkdagen na ontvangst per aangetekende brief aan de Betrokkene. 13.2 De Betrokkene kan tegen de aangifte verweer voeren. Het verweerschrift moet binnen vier weken na verzending van de aangifte zijn ontvangen. Het verweerschrift wordt toegezonden per aangetekende brief. De Tuchtcommissie kan na een Schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de Betrokkene in zeer bijzondere gevallen de termijn verlengen. Wanneer de Betrokkene in het buitenland woonachtig is geldt niet een termijn van vier weken maar van zes weken. 13.3 Wanneer de Betrokkene geen verweer voert, kan de Tuchtcommissie daaraan die conclusies verbinden die zij juist oordeelt. 13.4 De Betrokkene is gehouden naar waarheid te verklaren. De Tuchtcommissie kan te allen tijde van de Betrokkene verlangen dat hij op gestelde vragen zelf antwoordt en voor die beantwoording niet naar een ander, waaronder zijn raadsman, verwijst. 13.5 De Betrokkene kan zich door een raadsman doen bijstaan. Is de raadsman niet een advocaat, dan legt de raadsman bij het Schriftelijk verweer een schriftelijke volmacht over van de Betrokkene. Tijdens een mondelinge behandeling kan de Betrokkene een raadsman, die geen advocaat is, mondeling tot zijn gemachtigde benoemen. Voor een raadsman gelden dezelfde rechten en verplichtingen als voor de Betrokkene. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 14

13.6 Op verzoek van de Betrokkene kan de correspondentie in de tuchtzaak aan de raadsman worden toegezonden. Tenzij de correspondentie aan de raadsman wordt toegezonden, wordt het door de Betrokkene zelf opgegeven woonadres voor juist gehouden of anders het door de Betrokkene aan zijn KNSA opgegeven woonadres. Artikel 14 Uitspraak Tuchtcommissie 14.1 De Tuchtcommissie doet na de beëindiging van de mondelinge behandeling zo spoedig mogelijk uitspraak en in ieder geval niet later dan vier weken nadat de mondelinge behandeling is gesloten. 14.2 De Tuchtcommissie zendt Partijen afschrift van de uitspraak, onder vermelding van de termijn en de wijze van instelling van hoger beroep volgens het bepaalde van artikel 18 van dit Reglement. 14.3 Een uitspraak van de Tuchtcommissie komt tot stand door een met gewone meerderheid genomen besluit. De leden van de Tuchtcommissie hebben ieder één stem. 14.4 Wanneer de Tuchtcommissie van oordeel is dat de in de aangifte bedoelde overtreding niet is begaan, spreekt de Tuchtcommissie de Betrokkene vrij. 14.5 Wanneer de Tuchtcommissie van oordeel is dat de in de aangifte bedoelde overtreding is begaan, deelt zij aan de Betrokkene mee welke sanctie voor de overtreding wordt opgelegd. 14.6 Bij het bepalen van de sanctie en de strafmaat worden zoveel mogelijk in gelijksoortige zaken dezelfde maatstaven aangelegd. 14.7 De Tuchtcommissie doet altijd Schriftelijk uitspraak en motiveert haar uitspraak op een wijze die in relatie tot de overtreding passend is te achten. De Tuchtcommissie kan ook een mondelinge uitspraak doen en deze nadien op schrift stellen. 14.8 Een uitspraak wordt ondertekend door de voorzitter en door ten minste 1 ander lid van de Tuchtcommissie. Zij kunnen de uitspraak elektronisch ondertekenen mits kort nadien een door hen handmatig ondertekende uitspraak wordt verstrekt. 14.9 Wanneer de feiten of omstandigheden van de behandelde zaak hiertoe aanleiding geven, kan de Tuchtcommissie aan het Bestuur aanbevelingen doen, die gericht zijn op het veranderen van een situatie of het nemen van preventieve maatregelen. 14.10 Wanneer een uitspraak een kennelijke vergissing bevat kan het Bestuur van de KNSA of de Betrokkene de Tuchtcommissie Schriftelijk verzoeken de uitspraak op het betreffende onderdeel te herstellen. De Tuchtcommissie kan ook zelf een kennelijke vergissing achteraf herstellen. In beide gevallen stelt de Tuchtcommissie de andere Partij of wanneer de Tuchtcommissie zelf wenst te herstellen het Bestuur en de Betrokkene in de gelegenheid Schriftelijk te reageren met inachtneming van de in artikel 13.2 vermelde termijnen. De Tuchtcommissie bepaalt of een mondelinge behandeling plaatsvindt. De hersteluitspraak van de Tuchtcommissie geschiedt Schriftelijk. Van de hersteluitspraak van de Tuchtcommissie staat geen beroep open. 14.11 Tenzij de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep anders heeft bepaald beslist de KNSA of een uitspraak wordt gepubliceerd. Wanneer de uitspraak wordt gepubliceerd worden de initialen en de woonplaats van de Betrokkene vermeld, tenzij de Tuchtcommissie of de KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 15

Commissie van Beroep in de uitspraak heeft beslist dat met een andere wijze van vermelding kan worden volstaan. SANCTIES EN TENUITVOERLEGGING Artikel 15 Op te leggen sancties en toelichting 15.1 Als sanctie kan worden opgelegd: a. een berisping. De berisping houdt een officiële Schriftelijke veroordeling in van bepaald met name genoemd gedrag van de Betrokkene; b. het verbod om deel te nemen aan één of meer ac viteiten van de KNSA voor een door de Tuchtcommissie te bepalen termijn van maximaal drie (3) jaar. Dit verbod om een of meer rechten uit te oefenen, is gericht op het beperken van de bewegingsvrijheid van de Betrokkene, geldend voor bijvoorbeeld bepaalde ruimtes, omgang met bepaalde personen, groepen of teams, inzage van bepaalde dossiers, aanwezigheid bij bepaalde wedstrijden, trainingen of vergaderingen, zulks voor de door de Tuchtcommissie bepaalde duur; c. het verbod om één of meer aan de in artikel 1.1 genoemde personen toegekende rechten uit te oefenen voor een duur van maximaal drie (3) jaar; d. het verbod tot het uitoefenen van één of meer func es binnen de KNSA voor een door de Tuchtcommissie nader te bepalen periode van maximaal tien (10) jaar. Het verbod om binnen de KNSA een of meer functies uit te oefenen wordt alleen als sanctie opgelegd, indien de overtreding in de uitoefening van de functies is begaan. Bedoelde ontzegging kan op die functie maar ook op door de Tuchtcommissie te bepalen andere functies binnen de KNSA betrekking hebben; e. de schorsing voor een duur van maximaal vijf (5) jaar. Een schorsing wordt als sanctie opgelegd indien de overtreding zo ernstig is dat niet met een lichtere sanctie kan worden volstaan en royement een te zware sanctie is. Gedurende de schorsing kan de Betrokkene geen functie en lidmaatschapsrechten uitoefenen, noch deelnemen aan activiteiten van de KNSA en blijven de uit lidmaatschap voortvloeiende verplichtingen onverkort op hem van toepassing. In overleg met de Betrokkene kunnen hem tijdelijk bijzondere taken die hem in de ruimste zin van het woord uitvoert ten behoeve van de vereniging worden geweigerd; f. het royement van de in artikel 1.1 van dit Reglement genoemde personen. Het royement wordt uitgesproken indien de seksuele intimidatie, waarvan aangifte is gedaan, zo ernstig is dat er sprake is van een in ernstige mate in strijd handelen met de Statuten, reglementen of besluiten van de KNSA. g. De Tuchtcommissie kan naast de genoemde sanctie(s) de Betrokkene de status van Schutter ontnemen overeenkomstig de Statuten van de KNSA. 15.2 Indien een sanctie voor een bepaalde duur geldt of voor bepaalde activiteiten of functies wordt hiervan in de uitspraak mededeling gedaan. 15.3 Een berisping, een schorsing en een royement kunnen niet tezamen met een andere sanctie worden opgelegd. 15.4 Met uitsluiting van de berisping en een royement kunnen de in artikel 15.1 genoemde sancties geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk worden opgelegd. Het voorwaardelijke gedeelte van een sanctie wordt aan een termijn van ten hoogste twee jaren gebonden. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 16

15.5 Bij het opleggen van een sanc e kan de Tuchtcommissie rekening houden met de situa e die na het beëindigen van de sanc e tussen Partijen kan ontstaan. De Tuchtcommissie kan, indien dit ten tijde van de sanctieoplegging mogelijk is, aangeven op welke wijze de Betrokkene zich tegenover geïn mideerde na het ondergaan van de sanc e moet gedragen of welke beperkingen gewenst zijn om te voorkomen dat Partijen elkaar ontmoeten. Hiervan kan in de uitspraak mededeling worden gedaan. geïn mideerde kan ook na het opleggen van de sanc e, maar voor het beëindigen van de sanc e, de Tuchtcommissie verzoeken ter zake bedoelde mededeling te doen. 15.6 Indien Betrokkene binnen de termijn van een voorwaardelijk opgelegde sanctie weer een overtreding ter zake van seksuele intimidatie begaat, kan de Tuchtcommissie beslissen het voorwaardelijke gedeelte alsnog in een onvoorwaardelijke sanctie om te zetten en daarnaast een sanctie op te leggen voor de nieuwe overtreding. 15.7 Bij het opleggen van een sanctie en bij het bepalen van (de hoogte van) de sanctie kan rekening worden gehouden met een strafrechtelijke veroordeling en/of met het resultaat van een andere wijze waarop de seksuele intimidatie aan de orde is gesteld. 15.8 Een onherroepelijke tuchtrechtelijke veroordeling met oplegging van een sanctie, met uitzondering van de berisping, leidt tot registratie van Betrokkene in het Registratiesysteem Seksuele Intimidatie van NOC*NSF. De registratie is geen sanctie in de zin van dit artikel. De Tuchtcommissie doet de opgave van bedoelde tuchtrechtelijke veroordeling aan de beheerder van het Registratiesysteem. Artikel 16 Tenuitvoerlegging 16.1 Het Bestuur ziet toe op de tenuitvoerlegging van straffen. 16.2 De Leden en organen van de KNSA zijn verplicht hun medewerking aan de tenuitvoerlegging van een sanctie te verlenen. Het daarmede in gebreke blijven levert een overtreding in de zin van dit Reglement. 16.3 De tenuitvoerlegging van een door de Tuchtcommissie opgelegde sanctie vangt aan op de datum waarop deze uitspraak doet, tenzij in de uitspraak anders is bepaald. 16.4 Het instellen van beroep schort de tenuitvoerlegging van een sanctie niet op. Een verzoek tot het opschorten van de sanctie kan tegelijk worden gedaan met het indienen van een beroepschrift, maar niet eerder. De Tuchtcommissie doet op het verzoek Schriftelijk uitspraak, welke uitspraak de Commissie van Beroep niet bindt bij het eindoordeel. 16.5 Het Bestuur kan de tenuitvoerlegging van een straf opschorten wanneer ten aanzien van de opgelegde sanctie nieuwe feiten of omstandigheden blijken, die waren deze tijdens de behandeling van de zaak door de Tuchtcommissie bekend geweest met een grote mate van zekerheid tot een vrijspraak of een veel lichtere sanctie zouden hebben geleid. Een dergelijk verzoek tot herziening moet Schriftelijk door de Betrokkene zijn gedaan met een uitvoerige motivering van die feiten en omstandigheden. Het Bestuur kan het verzoek alleen in behandeling nemen, indien op dat moment geen mogelijkheid van beroep openstaat. 16.6 Wanneer het Bestuur het verzoek tot herziening inwilligt en de tenuitvoerlegging opschort, stelt het Bestuur het verzoek aan de Tuchtcommissie van de Tuchtcommissie ter hand, die het verzoek als ware het een aangifte behandelt. De Tuchtcommissie behandelt de zaak dan opnieuw, van welke uitspraak beroep kan worden ingesteld. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 17

HOGER BEROEP Artikel 17 Commissie van Beroep 17.1 Bij vaststelling van dit reglement is beroep opengesteld bij de Commissie van Beroep van de KNSA, waar dit in dit Reglement is bepaald. 17.2 Indien er beroep is aangetekend en na de behandeling hiervan door de Commissie van Beroep zij van oordeel is dat de uitspraak van de Tuchtcommissie in stand kan blijven, bevestigt zij die uitspraak. 17.3 Wanneer de Commissie van Beroep van oordeel is dat de uitspraak van de Tuchtcommissie niet in stand kan blijven, wijzigt zij deze uitspraak en bepaalt de Commissie van Beroep of de Betrokkene wordt vrijgesproken, dan wel ter zake van welke overtreding welke sanctie aan de Betrokkene wordt opgelegd. Artikel 18 Hoger Beroep 18.1 Ieder der Partijen kan binnen drie weken na de dagtekening van een beslissing van de Tuchtcommissie volgens artikel 14 daartegen Schriftelijk en gemotiveerd in beroep komen bij de Commissie van Beroep. Het Reglement van Beroep KNSA is van toepassing. Bij eventuele strijdigheid gaat dit Reglement voor. 18.2 Op de wijze van behandeling van het beroep is het gestelde in artikel 11 en verder zoveel mogelijk, mutatis mutandis, van overeenkomstige toepassing. 18.3 Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep blijft de in eerste instantie uitgesproken sanctie ten aanzien van de Betrokkene van kracht. REGISTRATIESYSTEEM Artikel 19 Melding Registratiesysteem 19.1 De persoonsgegevens van een op basis van dit Reglement onherroepelijk voor seksuele intimidatie gestrafte persoon, worden geregistreerd in het Registratiesysteem van NOC*NSF, tenzij: a. de opgelegde sanctie een berisping is; b. deze persoon de leeftijd van zestien jaar nog niet heeft bereikt, tenzij sprake is van een strafrechtelijke veroordeling. Dan kunnen ook veroordeelden jonger dan 16 jaar worden opgenomen in het Registratiesysteem. 19.2 Tegen een registratie in het Registratiesysteem naar aanleiding van een onherroepelijke uitspraak van de Tuchtcommissie dan wel de Commissie van Beroep kan geen beroep worden ingesteld. 19.3 De registratie van de sanctie vindt plaats conform het Protocol Registratiesysteem in de Sport van NOC*NSF. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 18

19.4 Uiterlijk 5 dagen na toezending aan de Registratiekamer, stelt het Bestuur per aangetekend schrijven de Betrokkene op de hoogte van de registratie. SLOTBEPALINGEN Artikel 20 Vaststelling en wijziging van dit Reglement 20.1 Dit Reglement is vastgesteld op de Algemene Vergadering van de KNSA van 30 april 2015 en in gewijzigde vorm opnieuw vastgesteld in de Algemene Vergadering van 21 april 2016. 20.2 Dit Reglement kan worden gewijzigd bij gewone meerderheid van stemmen op de Algemene Vergadering. 20.3 Het besluit tot wijziging van dit Reglement treedt in werking de dag nadat de Algemene Vergadering heeft ingestemd met de voorgestelde wijzigingen, tenzij een andere datum is vastgesteld. 20.4 In geval van tegenstrijdigheid tussen dit Reglement en het Tuchtreglement, prevaleert dit Reglement. 20.5 In die gevallen waarin dit Reglement niet voorziet, is het Tuchtreglement van toepassing. 20.6 In die gevallen waarin dit Reglement alsmede het Tuchtreglement niet voorzien beslist de Tuchtcommissie of, in hoger beroep, de Commissie van Beroep. KNSA Tuchtreglement Seksuele Intimidatie (2016) pagina 19