Pillen voor het jonge spul



Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1 Achtergrond

Handreiking Off-label medicatie voorschrijven in de kinder- en jeugdpsychiatrie

Bijlage C: Vragenlijsten inhoudelijke commissie

Impact op de Belgische gezondheidszorg

KINDERFORMULARIUM. Tjitske van der Zanden Coordinator Kinderformularium Disclosure belangen spreker:

Hoofdstuk 5: Conclusie en discussie

Wat zijn feiten en cijfers rond geneesmiddelenonderzoek?

Wetenschappelijke conclusies

Zeldzame ziekten, weesgeneesmiddelen

Gezondheid: uw Europese ziekteverzekeringskaart altijd mee op vakantie?

Handleiding. Investigational Medicinal Product Dossier (IMPD)

Tweede serie vragen:

Informatie verstrekt onder het gezag van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten

Klinisch onderzoek bij kinderen en jongeren met kanker. wat is het en hoe werkt het?

Stichting PedNet Haemophilia Research. Beleidsplan

Wat is een klinische studie?

Europese en landelijke ontwikkelingen ter verbetering van medicijnonderzoek bij kinderen. Jos Gilissen. DCRF Jaarcongres-26Sep2018

Datum 1 juli 2014 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het onderzoek naar het verband tussen medicijngebruik en agressie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid (Arno) Rutte (VVD) 2016Z03888).

Inhoudsopgave. Inleiding 2. Opzet van het onderzoek 3. Resultaten 6. Discussie en Conclusie 10. Literatuurlijst 13

Leflunomid Actavis 20 mg Filmtabletten LEFLUNOMID ACTAVIS 20 MG. Leflunomide Actavis 100 mg, filmomhulde

Utrecht, september 2016

het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (art. 40 lid 1 Geneesmiddelenwet). Pagina 1 van 2

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Therapeutisch versus niet-therapeutisch onderzoek bij minderjarige en wilsonbekwame proefpersonen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 september 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

BIJLAGE. Wetenschappelijke aspecten

(Voor de EER relevante tekst) (12) De aanvrager, de lidstaten, met uitzondering van de lidstaat-rapporteur,

Hoe brengen we nieuwe middelen snel naar de patiënt? Dr. Peter Bertens Nederlandse Pathologiedagen, 19 november 2015

Dit onderzoek wordt uitgevoerd en gefinancierd door Acerta (een farmaceutisch bedrijf).

Dit document geeft antwoorden op veelgestelde vragen die bij het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) binnenkomen.

KLINISCH GENEESMIDDELEN- ONDERZOEK

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 februari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

1 Wat is een geneesmiddel?

Bijlage II. Wetenschappelijke conclusies

NAAM, FARMACEUTISCHE VORM, STERKTE VAN HET GENEESMIDDEL, DIERSOORTEN, TOEDIENINGSWEGEN EN HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

Kind en onderzoek: onveiligheid door bescherming!

126e jaargang. Houten 2009

Rechtstreekse melding aan de gezondheidszorgbeoefenaars

Inleiding Hoe het allemaal begon Soorten psychofarmaca, werking, bijwerkingen en indicatiegebieden

> Retouradres Postbus EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Verslag van de vergadering van de Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) op 28 augustus e vergadering van de werkcommissie Geneesmiddelen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rechtstreekse mededeling aan de Gezondheidszorgbeoefenaars

Vragen en antwoorden over het burgerinitiatief

GENEESMIDDELEN Veel gestelde vragen en antwoorden. Augustus 2008

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P december 2006

Preregistratie en registratie voor REACH: Vragen en antwoorden

Reglement Farmaceutische zorg ONVZ Zorgverzekeraar 2008

Vragen en antwoorden: Patiëntenrechten bij gezondheidszorg in het buitenland

Nederlandse samenvatting

Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 17 januari 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Overzicht medicijnonderzoek

8. Ziekenhuisapotheker Hoe ziet het werk van een echte ziekenhuisapotheker er uit. Wat zijn de dagelijkse gang van zaken van een ziekenhuisapotheker.

Verklaring van belangen

Hoe garanderen België en Europa veilige vaccins? Pieter Neels, FAGG

Wat drijft farmaceutische bedrijven om nieuwe medicijnen te ontwikkelen?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

5.3.Thema Onderzoek. Schets van domein

Informatiebrief voor zwangere partners behorende bij het hoofdonderzoek

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 oktober 2018 Betreft Sluiskandidaten eerste helft 2019

LIJST MET NAMEN, FARMACEUTISCHE VORMEN, STERKTEN, DIERSOORTEN, TOEDIENINGSWEGEN, HOUDERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN / AANVRAGERS

Algemene informatie. Medisch wetenschappelijk onderzoek

Kort & Krachtig behandelprotocollen. Pharmacotherapy for depressive and/or anxiety disorders [in Dutch]

Bijlage II. Wetenschappelijke conclusies en redenen voor weigering

Vragen en antwoorden over biologische medicijnen. Informatie voor patiënten en consumenten

Sildenafil mag niet gebruikt worden voor de behandeling van intrauteriene

BIJLAGE I. EMEA/CVMP/495339/2007-NL november /10

REACH Een introductie in de nieuwe EU-wetgeving voor chemische stoffen voor leveranciers van Akzo Nobel

Antwoorden op vragen over biologische medicijnen

ZELDZAME ZIEKTEN & WEESGENEESMIDDELEN. Een unieke uitdaging voor de kwalitatieve gezondheidszorg

ANONIEM BINDEND ADVIES

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-1818/2016

Uw brief van Uw kenmerk Datum 21 maart 2008 GMT/VDG juni 2008

Verspilling dure medicijnen

Centrum voor lysosomale en metabole ziekten

Infospot. De antidepressiva. April - Mei - Juni 2014

Veel gestelde vragen Melden voorvallen/bijwerkingen bij geneesmiddelenonderzoek

College ter Beoordeling van Geneesmiddelen

2OnSo^3.5. > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 1 juli 2009 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Hoofdstuk 3: Resultaten: de context 3.1 Inleiding

MOSAIC studie Informatiebrief voor cases

Recent nationaal en internationaal onderzoek PRADER-WILLI SYNDROOM

Tweede Kamer der Staten-Generaal

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Zwangerschap bij de psychiatrische patient. Cijfers telefoondienst TIS. TIS kenniscentrum. vragen/exposities SSRI s

Verklaring van belangen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rechtstreekse mededeling aan de Gezondheidszorgbeoefenaars

Richtlijn Multidisciplinaire richtlijn Borstvoeding

Lidstaat Houder van de vergunning voor het in de handel brengen Fantasienaam Sterkte Farmaceutische vorm Toedieningswijze SIMVASTATIN BMM PHARMA

Eindrapport van het inspectiebezoek in het kader van Geneesmiddelen zonder Handelsvergunning aan Medsen OOG-Apotheek te Rotterdam, op 23 maart 2017

ANONIEM BINDEND ADVIES

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 januari 2011 (OR. en) 5610/11 DENLEG 7

Informatie verkrijgen & onderhoud van vergunning voor parallelle invoer immunologisch diergeneesmiddel.

Transcriptie:

Verordening vereist onderzoek naar geneesmiddelen voor kinderen Pillen voor het jonge spul dr. H van den Berg, kinderarts Emma Kinderziekenhuis AMC, lid Paediatric Committee Agentschap College ter Beoordeling dr. J.A.J.M. Taminiau, kinderarts, lid Paediatric Committee College ter Beoordeling dr. B.J. van Zwieten-Boot, Agentschap College ter Beoordeling Veel kinderen worden met off-label en ongeregistreerde medicijnen behandeld. Daar komt verandering in, want de Europese Verordening Kindergeneesmiddelen verplicht de farmaceutische industrie ook onderzoek te doen bij kinderen. Maar daar zitten nog wel wat haken en ogen aan. prof. dr. H.G.M. Leufkens, voorzitter College ter Beoordeling Correspondentieadres: h.vd.berg@cbg-meb.nl; c.c.: redactie@medischcontact.nl Geen belangenverstrengeling gemeld. Onder de digitale versie van dit artikel op onze website (www. medischcontact.nl) vindt u de literatuurlijst en een verwijzing naar het Kinderformularium. medicines for children : met deze slogan vraagt de Europese Unie Beter aandacht voor verantwoord medicatiegebruik bij kinderen. Ook in Nederland worden veel geneesmiddelen aan kinderen gegeven, waarvoor gezien leeftijd en indicatie geen registratie bestaat (unlicensed) of doseringsvoorschriften voor hen ontbreken (off-label). Enkele cijfers: in een Nederlandse neonatale IC bleek 48 procent van de medicatie niet geregistreerd (unlicensed) en werd 18 procent off-label gegeven. 1 Van de medicatie voor kinderen, afgeleverd door apotheken in het noorden des lands, bleek 16 procent unlicensed te zijn. Van 21 procent van de medicatie was niet bekend of deze bij kinderen kon worden gebruikt en voor een vijfde was er geen leeftijdgerelateerd doseringvoorschrift. 2 Veel artsen zijn niet op de hoogte of een medicament voor de desbetreffende indicatie en leeftijd is geregistreerd. Om ongefundeerd voorschrijven van medicatie terug te dringen, is het Nederlands Kenniscentrum Farmacotherapie bij Kinderen (NKFK) opgericht. Deze organisatie verzamelt bestaande kennis en verspreidt deze informatie. Een van de eerste taken die het NKFK op zich nam, is het maken van een landelijk kinderformularium. Dit voorjaar wordt de eerste versie hiervan gepubliceerd. Extreme voorwaarden Op basis van de Europese Verordening Kindergeneesmiddelen, die juli 2007 in werking trad, zijn er krachtige en meerdere activiteiten ontplooid. Zo moet de farmaceutische industrie alle gegevens waarover zij beschikt en die van belang kunnen zijn voor de verstrekking van medicamenten aan kinderen bij de nationale autoriteiten melden. In Nederland is dit het College ter Beoordeling van. Deze gegevens worden via een Europese database toegankelijk gemaakt. Daarnaast is mogelijk om met onderzoekssubsidies van het Research Framework Programme van de EU om medicatie waarvan het alleenverkooprecht is verstreken, alsnog specifiek voor kinderen te onderzoeken. Lidstaten moeten hun gegevens bundelen om te bepalen waar de juiste onderzoeksexpertise voor specifieke medicamenten bestaat. Voor deze inventarisatie en het coördineren van onderzoek is in Nederland het Medicines for Children Research Network (MCRN) opgericht. De Nederlandse wetgeving rond onderzoek bij kinderen is nog wel een probleem. Deze verbiedt namelijk fase-i-onderzoek en stelt aan fase-ii-onderzoek extreme voorwaarden. In tegenstelling tot andere EU-landen is het hierdoor in Nederland onmogelijk om dergelijk onderzoek te verrichten, terwijl Europese regels juist benadrukken dat veilige toepassing van geneesmiddelen bij kinderen uitsluitend kan worden gegarandeerd door het verrichten van uitgebreide en volledige studies. 3 Dat is voor Nederland dus een probleem. Momenteel buigt de staatscommissie Doek zich hierover. Nieuwe verordening Totdat de resultaten van klinisch geneesmiddelonderzoek bekend zijn, zullen kinderen veelal 818 Medisch Contact 9 mei 2008 63 nr. 19

Totdat de resultaten van klinisch geneesmiddelonderzoek bekend zijn, zullen kinderen veelal met off-label en ongeregistreerde medicijnen worden behandeld. beeld: Bilderlounge,HH Kent het EMEA geen waiver of deferral toe, dan moet de fabrikant adequaat onderzoek bij kinderen uitvoeren. Het geplande onderzoek dient opgenomen te zijn in het PIP. Of de verordening tot meer geneesmiddelen voor kinderen zal leiden, is nog onbekend met off-label en ongeregistreerde medicijnen worden behandeld. Naar verwachting komt hierin verandering door de ingevoerde voorwaarden voor geneesmiddelenregistratie. In de huidige situatie verwerft de farmaceutische industrie met registratie voor twee jaar alleenverkooprecht; voor weesgeneesmiddelen is dit tien jaar. Volgens de nieuwe verordening moet de farmaceutische industrie al tijdens de eerste fase van geneesmiddelonderzoek (fase-i-onderzoek) een zogenaamd Paediatric Investigation Plan (PIP) indienen bij de European Medicines Evaluation Agency (EMEA). In dit plan moet de fabrikant aangeven welk onderzoek bij kinderen wordt verricht. Is er geen indicatie bij kinderen, dan kan hij vragen om een zogenaamde waiver (verklaring van afstand). Is het middel wel al op korte termijn voor volwassenen beschikbaar, maar is er de noodzaak om onderzoek bij kinderen uit te stellen, dan kan hierom (deferral) worden gevraagd. Redenen voor een deferral zijn bijvoorbeeld dat eerst nog noodzakelijk onderzoek bij volwassenen moet worden verricht, dat studies bij kinderen niet in de eerste twee jaar na registratie zijn te voltooien, dat preklinisch onderzoek ontbreekt of dat een adequate kindertoedieningsvorm niet beschikbaar is. Alleenverkooprecht Het oordeel over de kwaliteit van het onderzoeksplan en het al of niet toekennen van een waiver of deferral wordt geveld door een daartoe opgericht Paediatric Committee (PDCO) bij de EMEA. Deze commissie bestudeert alle ingediende onderzoeksplannen en kan daarin wijzigingen aanbrengen. Uiteindelijk moet de aanvrager bij de registratie van het medicament een positief PDCO-advies kunnen overleggen. Als na twee jaar blijkt dat het onderzoeksplan correct is uitgevoerd, dan krijgt de fabrikant gedurende een half jaar verlenging van het alleenverkooprecht. Voor weesmedicatie wordt het alleenverkooprecht in dat geval verlengd van tien naar twaalf jaar. Ook voor geneesmiddelen waarvoor al een registratie voor volwassenen is afgegeven, kan alsnog een PIP worden ingediend. Dit is echter alleen zinvol als de fabrikant in staat is om de onderzoeksgegevens binnen twee jaar na het afgeven van de handelsvergunning te verzamelen. Politiek Of de nieuwe verordening tot meer geneesmiddelen voor kinderen zal leiden, is nog onbekend. Een ernstige belemmering voor de ontwikkeling hiervan is namelijk de wijze van registratie in Europa. De fabrikant bepaalt immers voor welke indicaties het middel zou moeten worden geregistreerd. Zo werd een bisfosfonaat aangeboden voor de behandeling van osteogenesis imperfecta. Frequentere indicaties voor een dergelijk medicament zouden bij kinderen echter (preventie van) osteorenale dystrofie, steroïdgeïnduceerde osteoperose of behandeling bij gemetastaseerde sarcomen kunnen zijn. Minder frequent voorkomende indicaties bij volwassenen waarvan bij kinderen juist vaak sprake is, kan de fabrikant negeren. Vaak gebeurt dit vanuit (mogelijk) winstoogmerk en/ of een kostenbeperking. Zo wordt onder meer de kinderoncologie mogelijk benadeeld door 63 nr. 19 9 mei 2008 Medisch Contact 819

In een Nederlandse neonatale IC bleek 48 procent van de medicatie niet geregistreerd en werd 18 procent off-label gegeven. beeld: ANP deze wijze van registreren van nieuwe volwassen onco lytica. De politiek moet zich hierover beraden. Definitief De PDCO is actief sinds juli 2007. Van elke EU-lidstaat, IJsland en Noorwegen, hebben twee vertegenwoordigers zitting in het comité. De lengte van de procedure kan sterk wisselen en duurt minimaal vijf maanden. Na de eerste beoordeling adviseert de commissie veelal hoe studies moeten worden veranderd om tot relevante resultaten voor kinderen te komen. De aanvrager kan zijn plannen daarop aanpassen. Ook kan hem worden gevraagd om een mondelinge toelichting in een commissievergadering. Daarna volgt een definitief besluit. Uit de voorbeelden (zie de voorbeelden in het kader) blijkt dat het werk van het Paediatric Committee zeer divers is en brede kennis vereist, zowel over regelgeving als de gehele kindergeneeskunde. De commissie bestaat niet alleen uit kinderartsen, maar ook uit vertegenwoordigers van andere disciplines. Van veel medicamenten is bij de nationale autoriteiten op dat gebied veel kennis aanwezig. De Nederlandse vertegenwoordigers in de PDCO zijn daarom ingebed in de nationale structuur, te weten het College ter Beoordeling van. Dit is echter niet in de verordening als een vereiste vastgelegd en voor veel andere landen dan ook niet het geval. Verschillen in opinie tussen de verschillende gremia, zowel binnen EMEA als tussen de lidstaten, vormen dan ook een potentieel risico. Expertise Voor specifieke onderwerpen bouwt de PDCO zelf expertise op. Ook is er beperkte kennis over medicatie die bij volwassenen wordt ingezet voor preventie en waarvan het mogelijk zinvol is om daar al op kinderleeftijd mee te starten. Het gebruik van lipideverlagende middelen is hiervan een voorbeeld. Voorbeeld 1. Weesgeneesmiddel ALL Medicament: recombinant medicament, gebruikt bij de behandeling van acute lymfatische leukemie (ALL) bij kinderen ter vervanging van de tegenwoordig gebruikte bacteriële producten. Het gaat hier om een weesgeneesmiddel. Voorgestelde indicatie: antileukemische behandeling bij kinderen met acute lymfatische leukemie. Dosering: conform een huidig bacterieel gewonnen preparaat. Ter beoordeling aangeboden: farmacokinetiekstudie vergelijkende studie: het preparaat wordt vergeleken met het gangbare preparaat qua veiligheid en effectiviteit Verzoek van aanvrager: goedkeuring van de PIP, waiver voor kinderen jonger dan 1 jaar. Voorlopig besluit: het preparaat heeft op basis van de verstrekte gegevens een ander effect op aminozuurdepletie in vergelijking met het conventionele bacteriële product. Dit is relevant voor het werkingsmechanisme en de aard/frequentie van bijwerkingen. Als uitkomstmaat is slechts gebruikgemaakt van de vermindering van de hoeveelheid leukemische cellen in de eerste fase van de behandeling. Er is niet gekeken naar overleving. De PIP dient te worden aangepast. De waiver voor kinderen jonger dan 1 jaar, die gebaseerd zou zijn op het ontbreken van voldoende aantallen patiënten, wordt ongegrond geacht. Er bestaat namelijk voor deze kinderen een transatlantische onderzoeksgroep. Overleg met firma: gegevens worden overlegd, waaruit blijkt dat de aminozuurdepletie gelijksoortig is als bij het huidige product. De uitkomstmaat ziektevrije overleving wordt toegevoegd. Ook kinderen jonger dan 1 jaar worden onderzocht. Eindconclusie: na deze wijzigingen wordt de PIP goedgekeurd. Commentaar: het medicament is een weesgeneesmiddel. Tien jaar na registratie wordt beoordeeld of de PIP correct is uitgevoerd. Het alleenverkooprecht zal dan met 2 jaar worden verlengd. Dan is ook duidelijk of het medicament veiliger is dan het oude preparaat. Voorbeeld 2. Middel tegen gastro-oesofageale reflux Medicament: remmer van de GABA-B-receptor Voorgestelde indicaties: 1. gastro-oesofageale reflux bij kinderen <1 jaar 3. gastro-oesofageale reflux bij kinderen >1 jaar waar zuurremming niet succesvol is. Verzoek van aanvrager: uitstel (deferral) gezien het ontbreken van preklinische gegevens en het eerst verrichten van studies bij volwassenen. Ter beoordeling aangeboden studies: 820 Medisch Contact 9 mei 2008 63 nr. 19

Samenvatting n Het voorschrijven van medicijnen aan kinderen is zeer vaak niet gebaseerd op bestaande kennis over veiligheid, farmacokinetiek en effectiviteit. n Sinds 1 juli is leeftijdsgericht geneesmiddelonderzoek vereist; dit leidt naar verwachting naar veiliger gebruik van nieuwe medicijnen bij kinderen. n De fabrikant krijgt bij het correct uitvoeren van dit onderzoek als beloning een extra periode alleenverkooprecht. n Subsidiering van onderzoek van oude medicijnen geeft mogelijkheden ontbrekende gegevens aan te vullen. n Registratie van geneesmiddelen op basis van door de fabrikant gestelde indicaties werkt sterk ten nadele van de farmacotherapie bij kinderen. n Fase-I en II-geneesmiddelenonderzoek bij kinderen moet worden gestimuleerd. Enkele landen hebben slechts één vertegenwoordiger afgevaardigd Om gefundeerde besluiten te nemen, is aanvullende expertise van de nationale autoriteiten dan ook onontbeerlijk. Ook wint de PDCO extern expertise in. Bij een medicament in ontwikkeling voor multiple sclerose waren bijvoorbeeld twee deskundigen uit Duitsland en Finland aanwezig bij de commissievergadering. Voor een antidepressivum was expertise van een Nederlandse, Oostenrijkse en Zweedse kinderpsychiater voorhanden. Een dergelijke deskundige heeft vanzelfsprekend geen zeggenschap bij de besluitvorming. In Nederland weten de PDCO-vertegenwoordigers zich mede ondersteund door een klankbordgroep waar kinderartsen van diverse subdisciplines, een apotheker en een farmacoloog deel van uitmaken. Tijd Een actueel probleem vormt de grote hoeveelheid aanvragen die de PDCO ontvangt en de tijd die nodig is voor de beoordeling van de zeer grote dossiers (tot 1500 pagina s is geen uitzondering) en het formuleren van adviezen. In de periode van juli tot en met december 2007 zijn er ongeveer 200 dossiers aangeleverd. Aangezien er voor het werk van de PDCO geen vergoeding vanuit de Europese Commissie is voorzien, hebben enkele landen slechts één vertegenwoordiger afgevaardigd. Ook blijft de tijd die PDCO-leden en medewerkers van de nationale registratieautoriteiten hier buiten de commissievergaderingen aan besteden onopgemerkt. Naar schatting gaat slechts 20 procent van de werkzaamheden op aan vergaderingen in London. Een ieder is echter doordrongen van de hoge inzet: betere medicijnen voor kinderen. 1. toxiciteitstudie bij dieren 2. farmacokinetiekstudie bij dieren 3. planningsvoorstel voor volwassenen 4. twee niet uitgewerkte studies bij kinderen Voorlopig besluit: de PIP is in deze fase niet te beoordelen, maar in principe kan toepassing van het medicament gunstig zijn bij kinderen. Een deferral is niet op zijn plaats, omdat onduidelijk is waarom het middel eerst bij volwassenen zou moeten worden getest. Het is ook onduidelijk waarom het onderzoek bij kinderen niet binnen de eerste twee jaar na registratie is te verrichten. Als de plannen later (beter uitgewerkt) worden ingediend, dan is het wel mogelijk om aanspraak te maken op beloning (een extra half jaar alleenverkooprecht). Overleg met firma: Een nieuwe PIP zal later worden ingediend. Voorbeeld 3. Antidepressivum Medicament: SSRI Voorgestelde indicaties: 1. depressie bij kinderen tussen 8 en 18 jaar 2. obsessief-compulsieve stoornis bij kinderen tussen 6 en 18 jaar Verzoek van aanvrager: goedkeuring PIP; waiver voor paniekstoornis, sociale en gegeneraliseerde angststoornis Ter beoordeling aangeboden studies: 1. drie studies voor depressieve stoornis 2. twee studies voor obsessief-compulsieve stoornis Voorlopig besluit: de PIP moet worden gewijzigd op onder meer de volgende punten: 1. kinderen van 6 tot 18 jaar moeten voor beide aandoeningen worden geïncludeerd 2. studies moeten langer duren (minimaal 12 weken) om de effectiviteit goed te meten 3. toxiciteitonderzoek dient te worden uitgebreid. Waivers voor sociale en gegeneraliseerde angststoornissen zijn niet aanvaarbaar. Deze aandoeningen komen conform literatuur en ervaring van experts net zo frequent voor als de voorgestelde indicaties. Besluit firma: de PIP wordt niet verder uitgewerkt (waarschijnlijk mede op basis van een kosten-batenanalyse). Commentaar: een dergelijke handelwijze van de fabrikant is alleen mogelijk bij medicatie waarvoor een handelsvergunning is afgegeven voor 1 juli 2007. Vanaf 1 juli 2009 is een dergelijke manier van reageren niet meer mogelijk; immers, dan zal de termijn van het alleenverkooprecht zijn verstreken en moet er een adequate PIP worden overlegd voordat registratie mogelijk is. 63 nr. 19 9 mei 2008 Medisch Contact 821

Literatuur: 1. Jong GW t, Vulto AG, Hoog M de, Schimmel KJM, Tibboel D, Anker JN van den. A survey of ht use of off-label and unlicensed drugs in a Dutch children s Hospital. Pediatrics 2001; 1008, 1089-93. 2. Schirm E, Tobi H, Jong-van den Berg LTW de. Unlicensed and off label drug use by children in the community: a cross sectional study. British Medical Journal 2002; 324: 1312-3. 3. Verschuur CM, Zwaan AC. Nederland kan niet achter blijven. Medisch Contact 2007 (62); 21; 909-12. 822 Medisch Contact 9 mei 2008 63 nr. 19