STATUTEN
VOORWOORD Voor u liggen de statuten van de stichting Eemland Wonen. Eemland Wonen is een toegelaten instelling, als bedoeld in artikel 70 van de Woningwet. Deze statuten zijn op 1 april 2014 gepasseerd ten overstaan van notaris mr. P.A. Delen, verbonden aan de Baarnse notarissen, gevestigd te Baarn. drs. H. van der Velden directeur stichting Eemland Wonen APRIL 2014 STATUTEN 2
Heden, een april tweeduizend veertien, verscheen voor mij, mr. Paul Adriaan Delen, notaris gevestigd te Baarn: de heer drs. Hans van der Velden, wonende te (1111 SW) Diemen, Oude Waelweg 53, geboren te Alphen aan den Rijn op vijf en twintig juni negentienhonderd twee en vijftig, houder van paspoort met nummer NW24BL6R4, handelend als enig directeur en vormend het gehele bestuur van de stichting: STICHTING EEMLAND WONEN, statutair gevestigd te Baarn, kantoor houdend op het adres de Geerenweg 4 te (3741 RS) Baarn, ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder dossier nummer 31015064, als zodanig bevoegd deze stichting rechtsgeldig te vertegenwoordigen; deze stichting hierna te noemen: de stichting. De comparant, handelend zoals omschreven, verklaarde het volgende: 1. De directie, zijnde het bestuur van de stichting, heeft op heden besloten, overeenkomstig het in artikel 16 van haar statuten daaromtrent bepaalde, om de statuten van de stichting geheel te wijzigen. 2. Een exemplaar van de notulen van deze vergadering zal aan deze akte worden gehecht 3. De statuten van de stichting zijn laatstelijk gedeeltelijk gewijzigd vastgesteld bij akte van statutenwijziging, op negentien november tweeduizend tien verleden voor mij, notaris. 4. De stichting is ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken onder dossier nummer 31015064. 5. Van de benodigde voorafgaande goedkeuring door de Raad van Commissarissen van de stichting blijkt uit het aan deze akte te hechten verslag van de betreffende vergadering van vijf en twintig februari tweeduizend veertien. 6. De goedkeuring door het Ministerie belast met de zorg voor de Volkshuisvesting is verleend blijkens een besluit de dato dertien maart tweeduizend veertien met kenmerk 2014-0000143173. De comparant, handelend als vermeld, verklaarde als uitvoering van wat hiervoor is omschreven, dat de bestaande tekst van de statuten van de vennootschap met ingang van heden geheel komt te vervallen en wordt vervangen door nieuwe artikelen, luidend: Artikel 1 Naam en zetel 1.1. De Stichting draagt de naam: stichting Eemland Wonen en is gevestigd te Baarn. 1.2. De Stichting is een toegelaten instelling in de zin van artikel 70, eerste lid, Woningwet. Artikel 2 Doel 2.1. De Stichting stelt zich ten doel uitsluitend op het gebied van de volkshuisvesting werkzaam te zijn in de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Hilversum, Huizen, Eemnes, Leusden, Soest en Woudenberg. APRIL 2014 STATUTEN 3
2.2. De Stichting tracht dit doel onder meer te bereiken door: a. het bouwen van woningen; b. het in stand houden van woningen; c. het verhuren van woningen; d. het verwerven, vervreemden en beheren van woningen; e. het verbeteren van woningen; f. het opbouwen en in stand houden van een goede woonomgeving; g. het voeren van een sociaal rechtvaardig verhuur- en toewijzingsbeleid; h. het bevorderen van een goed woonklimaat; i. het bevorderen van het eigen woningbezit in de gemeenten genoemd in de eerste volzin van artikel 2.1.; j. overige werkzaamheden voor zover die voortvloeien uit de werkzaamheden, genoemd onder a. tot en met i. 2.3. De Stichting beoogt niet het maken van winst. Artikel 3 Vermogen 3.1. Het vermogen van de Stichting wordt verkregen uit de exploitatie als toegelaten instelling, waaronder: a. huren b. subsidies c. overige exploitatieopbrengsten d. verkoop van onroerende goederen e. bijdragen van derden f. schenkingen, erfstellingen en legaten en g. alle andere inkomsten. 3.2. Aan de financiële middelen en andere activa van de Stichting mag geen andere bestemming worden gegeven dan het bevorderen van het doel van de Stichting. 3.3. De directeur voert een administratie die zodanig is ingericht dat deze te allen tijde een volledig inzicht verschaft omtrent het geheel van de werkzaamheden van de Stichting. De directeur neemt daarbij de regels in acht, zoals die door de minister belast met de zorg voor de Volkshuisvesting dienaangaande zijn vastgesteld. Artikel 4 Bestuur (directeur) 4.1. Het bestuur van de Stichting berust bij de directeur, bestaande uit een natuurlijke persoon, die de titel directeur draagt. 4.2. Directeur kan niet zijn: a. persoon die deel uitmaakt van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht; b. persoon die deel uitmaakt van het college van burgemeester en wethouders van één van de gemeenten als genoemd in artikel 2; APRIL 2014 STATUTEN 4
c. persoon die in dienst is van een der gemeenten als genoemd in artikel 2, voor zover hij/zij aan (leden van) een college van burgemeester en wethouders van één van die gemeenten verantwoording verschuldigd is, dan wel betrokken is bij de volkshuisvesting in één van die gemeenten; d. persoon die in dienst is van een organisatie die een zakelijke relatie onderhoudt met de Stichting, indien die zakelijke relatie van invloed kan zijn op het functioneren van de directeur van de Stichting; e. persoon die lid is van de Raad van Commissarissen van de Stichting; f. persoon die in de eerste of tweede graad van bloed- of aanverwantschap staat tot, of gehuwd is of een geregistreerd partnerschap aangegaan is met de directeur, een lid van de Raad van Commissarissen, of een werknemer van de Stichting; g. persoon die deel uitmaakt van een orgaan van een organisatie die ten doel heeft de belangen van de gemeenten of provincies te behartigen. Artikel 5 Benoeming tot directeur en einde van het lidmaatschap 5.1. De directeur wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de Raad van Commissarissen. Een besluit tot schorsing of ontslag kan slechts worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derde deel van de stemmen in een vergadering waarin ten minste twee derde deel van de leden van de Raad van Commissarissen aanwezig is. 5.2. Een besluit tot schorsing of ontslag wordt niet genomen dan nadat de directeur in de gelegenheid is gesteld om daarover te worden gehoord in een vergadering van de Raad van Commissarissen. In afwijking van het in de vorige volzin bepaalde kan een besluit tot schorsing met onmiddellijke ingang worden genomen, indien onmiddellijke ingang van de schorsing redelijkerwijs noodzakelijk is en de directeur niet onmiddellijk kan worden gehoord. In dit geval zal de directeur alsnog ten spoedigste worden gehoord. Een besluit tot schorsing geldt voor ten hoogste drie maanden en kan eenmaal met een gelijke termijn worden verlengd. De verlenging wordt schriftelijk onder opgave van redenen aan de directeur meegedeeld. Indien besloten is tot ontslag van de geschorste directeur kan de schorsing in afwijking van het bepaalde in de vorige zin worden verlengd tot het ontslag wordt geëffectueerd. 5.3. Bij ontstentenis of belet van de directeur wordt dit waargenomen door de Raad van Commissarissen, dan wel door één of meer daartoe door de Raad van Commissarissen niet uit zijn midden aangewezen personen. De Raad van Commissarissen is verplicht ten spoedigste in de vacature te voorzien. 5.4. De directeur behoeft de voorafgaande goedkeuring van de Raad van Commissarissen voor het aannemen van nevenfuncties. 5.5. De Raad van Commissarissen stelt het eventuele salaris en de overige arbeidsvoorwaarden van de directeur vast. Artikel 6 Bevoegdheden van de directeur 6.1. De directeur is belast met het besturen van de Stichting. Hij is hierbij tegenover de Stichting gehouden tot een behoorlijke vervulling van de zijn opgedragen taak. APRIL 2014 STATUTEN 5
6.2. Tot de bestuurstaak behoort mede: a. het geven van leiding aan de werkorganisatie van de Stichting; b. het realiseren van het doel van de Stichting, zoals omschreven in artikel 2 van deze statuten; c. het ontwikkelen en uitvoeren van beleidsplannen en de daarin vastgelegde doelen; d. het realiseren van een adequate overleg-, participatie-, en communicatiestructuur van de Stichting. 6.3. Onverminderd het bepaalde in artikel 7.1.j. is de directeur bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden en bezwaren van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de Stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt. 6.4. De werkwijze en besluitvorming van de directeur wordt geregeld in een Directiereglement, zoals vermeld in artikel 15.1. 6.5. De regeling van het financiële beheer door de directeur wordt vastgelegd in een Treasurystatuut, zoals vermeld in artikel 15.1. 6.6. De directeur is gehouden om gevraagd en ongevraagd de Raad van Commissarissen alle informatie te verstrekken die deze nodig heeft teneinde zijn toezichthoudende taak naar behoren te verrichten. Artikel 7 Goedkeuring Raad van Commissarissen 7.1. Aan de voorafgaande goedkeuring van de Raad van Commissarissen zijn, onverminderd het elders in deze statuten bepaalde, onderworpen de besluiten van de directeur omtrent: a. het uitgeven en verkrijgen van schuldbrieven ten laste van de Stichting; b. het aanvragen van een notering of het intrekken van een notering van de onder a. bedoelde schuldbrieven in de prijscourant van enige beurs; c. het aangaan van een fusie of het anderszins duurzaam rechtstreeks of middellijk samenwerken met andere rechtspersonen, alsmede het verbreken van zodanige samenwerking, indien deze samenwerking of verbreking van ingrijpende betekenis is; d. het (mede) oprichten van een rechtspersoon of het (bestuurlijk en/of financieel) deelnemen in een andere rechtspersoon of onderneming, dan wel het uitbreiden of verminderen van zulke deelneming; e. het vaststellen of wijzigen van het ondernemingsplan van de Stichting; f. het aanvragen van faillissement of surseance van betaling van de Stichting; g. het vaststellen of wijzigen van de in artikel 15 van deze statuten genoemde reglementen; h. het wijzigen van de rechtsvorm of het ontbinden van de Stichting; i. het wijzigen van de structuur van de werkorganisatie van de Stichting, indien daarbij sprake is van wijziging van de functie en/of wijziging van de arbeidsduur en/of beëindiging van de arbeidsovereenkomst en/of wijziging van arbeidsomstandigheden van ten minste een vierde deel van het totale aantal werknemers van de Stichting; j. het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, alsmede het sluiten van overeenkomsten waarbij de Stichting zich als borg of als hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheid van een schuld van een derde verbindt; APRIL 2014 STATUTEN 6
k. het als eisende partij voeren van gerechtelijke procedures (arbitrage, tuchtrechtelijke en bestuursrechtelijke procedures daaronder begrepen) met een belang van onbepaalde waarde of met een belang van meer dan het vooraf door de Raad van Commissarissen vastgestelde bedrag, zulks echter met dien verstande dat: in spoedeisende gevallen voorlopige goedkeuring kan worden verleend door de voorzitter van de Raad van Commissarissen, waarna het desbetreffende besluit alsnog ten spoedigste aan de Raad van Commissarissen ter goedkeuring wordt voorgelegd; geen voorafgaande goedkeuring vereist is voor het treffen van conservatoire maatregelen en het voeren van procedures in het kader van de uitvoering van de dagelijkse werkzaamheden, zoals incasso- en uitzettingsprocedures; l. het aangaan van overeenkomsten, vaststellingsovereenkomsten daaronder begrepen, met een financieel belang dat niet in de begroting is voorzien of hoger is dan in de vastgestelde begroting is voorzien. 7.2. Het in artikel 7.1. onder k. vastgestelde bedrag kan telkens na vijf jaar na de vaststelling door de Raad van Commissarissen worden aangepast en opnieuw vastgesteld. De directeur wordt hiervan onverwijld op de hoogte gebracht. 7.3. Het ontbreken van de goedkeuring door de Raad van Commissarissen van een besluit van de directeur tast de rechtsgeldigheid van dat besluit niet aan. Artikel 8 Vertegenwoordiging 8.1. Onverminderd het bepaalde in lid 2 van dit artikel wordt de Stichting in en buiten rechte vertegenwoordigd door de directeur. 8.2. De voorzitter en de vicevoorzitter van de Raad van Commissarissen gezamenlijk vertegenwoordigen de Stichting in en buiten rechte in alle gevallen waarin sprake is van een tegenstrijdig belang tussen de directeur en de Stichting. Artikel 9 Raad van Commissarissen 9.1. Het voortdurend toezicht op de directeur wordt uitgeoefend door een Raad van Commissarissen, bestaande uit vijf natuurlijke personen. 9.2. Indien het aantal leden afneemt tot minder dan vijf, neemt de Raad van Commissarissen onverwijld maatregelen tot aanvulling van zijn ledental. 9.3. De leden van de Raad van Commissarissen worden benoemd door de Raad van Commissarissen met inachtneming van het volgende: a. Twee leden worden benoemd op bindende voordracht uit de kring van huurders van woningen van de Stichting of van in het belang van de huurders werkzame organisaties. De voordracht gaat vergezeld van een curriculum vitae van de voorgedragen kandidaat. b. De Raad van Commissarissen of de directeur namens de Raad van Commissarissen draagt er zorg voor dat de kring van huurders van woningen van de Stichting of van in het belang van de huurders werkzame organisaties tijdig in de gelegenheid worden gesteld tot het doen van onder 9.3.a. bedoelde voordracht. De voordracht dient te worden uitgebracht binnen twee maanden nadat de uitnodiging daartoe is uitgegaan. APRIL 2014 STATUTEN 7
c. Indien de Raad van Commissarissen besluit de voorgedragen kandidaten niet te benoemen, wordt de kring van huurders van woningen van de Stichting of van in het belang van de huurders werkzame organisaties in de gelegenheid gesteld een nieuwe voordracht uit te brengen. In geval de nieuwe voordracht een kandidaat vermeldt met de voordracht van wie de Raad van Commissarissen wederom niet kan instemmen, kan de desbetreffende kandidaat slechts worden benoemd met een meerderheid van twee derde deel van de geldig uitgebrachte stemmen. d. Indien geen (tijdige) voordracht is gedaan, benoemt de Raad van Commissarissen kandidaten die zoveel mogelijk affiniteit hebben met de kring van huurders van woningen van de Stichting of met in het belang van de huurders werkzame organisaties. Het hierna onder 9.4. bepaalde is in dat geval van overeenkomstige toepassing. 9.4. De Raad van Commissarissen voorziet in de benoeming van de overige leden van de Raad van Commissarissen. 9.5. Alle leden van de Raad van Commissarissen dienen te voldoen aan de criteria opgenomen in een profielschets. Wijzigingen in de profielschets kunnen uitsluitend tot stand worden gebracht in goed overleg tussen de Raad van Commissarissen en de directeur. 9.6. De leden van de Raad van Commissarissen worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaren. De leden van de Raad van Commissarissen zijn met inachtneming van de bepalingen van dit artikel voor maximaal één periode herbenoembaar. De Raad van Commissarissen stelt een rooster van aftreden vast, zodanig dat de continuïteit van de werkzaamheden niet in gevaar kan komen. 9.7. Leden van de Raad van Commissarissen kunnen worden geschorst en ontslagen door de Raad van Commissarissen wegens verwaarlozing van hun taak, wegens andere gewichtige redenen of wegens ingrijpende wijzigingen in de omstandigheden op grond waarvan handhaving van een lid redelijkerwijs niet kan worden gevergd. Een besluit tot schorsing of ontslag wordt niet genomen dan nadat het betrokken lid in de gelegenheid is gesteld om daarover in een vergadering van de Raad van Commissarissen te worden gehoord. Een besluit tot schorsing vervalt van rechtswege indien niet binnen één maand na de schorsing besloten is tot ontslag van het desbetreffende lid. 9.8. Lid van de Raad van Commissarissen kunnen niet zijn personen die: a. Een arbeidsovereenkomst met de Stichting hebben, als bedoeld in artikel 610, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. b. In de vijf jaar voorafgaande aan de benoeming werknemer of lid van het bestuur van de Stichting (inclusief gelieerde rechtspersonen) zijn geweest. c. Een persoonlijke financiële vergoeding van de Stichting of van een aan haar gelieerde rechtspersoon ontvangen, anders dan de vergoeding die voor de als lid van de Raad van Commissarissen verrichte werkzaamheden wordt ontvangen en voor zover zij niet past in de normale uitoefening van bedrijf. d. Lid zijn van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente of van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie waar de Stichting haar woonplaats heeft, of van een gemeente of een provincie waar de Stichting feitelijk werkzaam is, of van een orgaan van een organisatie die zich ten doel heeft gesteld de belangen van gemeenten of provincies te behartigen. e. Bestuurslid zijn van een vennootschap dan wel rechtspersoon waarin een lid van het bestuur van de woningcorporatie lid van de Raad van Commissarissen is. APRIL 2014 STATUTEN 8
f. In de vijf jaar voorafgaand aan de benoeming een belangrijke zakelijke relatie met de Stichting of een aan haar gelieerde rechtspersoon hebben of in de vijf jaar voorafgaand aan de benoeming hebben gehad. Daaronder wordt in ieder geval begrepen het geval dat de commissaris, of een kantoor waarvan hij aandeelhouder, vennoot, medewerker of adviseur is, is opgetreden als adviseur van de Stichting en het geval dat de commissaris bestuurder of medewerker is van een bankinstelling waarmee de Stichting een duurzame en significante relatie onderhoudt. g. Lid zijn van de gemeenteraad van een gemeente of provincie waar de Stichting feitelijk werkzaam is dan wel in dienst zijn van een zodanige gemeente of provincie en feitelijk betrokken bij volkshuisvestingsaangelegenheden. h. Werkzaam zijn bij het ministerie waaronder de zorg voor de volkshuisvesting ressorteert, of bij het Centraal Fonds Volkshuisvesting, het Waarborgfonds Sociale Woningbouw of voor de volkshuisvesting relevante belangenbehartigingsorganisaties en feitelijk betrokken zijn bij volkshuisvestingsaangelegenheden. i. Lid zijn van het management, het bestuur of de Raad van Commissarissen van een woningcorporatie die binnen hetzelfde werkgebied werkzaam is. j. Aandelen houden, of bestuurder of commissaris van een rechtspersoon zijn die aandelen houdt, in een aan de Stichting gelieerde vennootschap, of vennoot zijn dan wel bestuurder of commissaris zijn van een vennoot in een contractuele vennootschap waarin ook de Stichting vennoot is. k. Gedurende de voorgaande twaalf maanden tijdelijk hebben voorzien in het bestuur bij belet en ontstentenis van bestuurders. 9.9. De leden van de Raad van Commissarissen ontvangen voor hun werkzaamheden die zij uit hoofde van hun functie voor de Stichting verrichten een vergoeding conform Rijksregelgeving. 9.10. Leden van de Raad van Commissarissen doen bij benoeming, of op ieder moment daarna dat daartoe aanleiding ontstaat, schriftelijk opgave aan de Raad van Commissarissen van de door hen uitgeoefende c.q. uit te oefenen hoofd- en/of nevenfuncties. Artikel 10 Taak en vergaderingen van de Raad van Commissarissen 10.1. De Raad van Commissarissen houdt toezicht op de directeur en de algemene gang van zaken in de Stichting. De Raad van Commissarissen staat de directeur met raad terzijde. 10.2. Bij de uitoefening van zijn taak richt de Raad van Commissarissen zich naar het belang van de Stichting en van de volkshuisvesting in het algemeen. De Raad van Commissarissen is niet gehouden over zijn handelingen verantwoording af te leggen aan de directeur. 10.3. De Raad van Commissarissen benoemt uit zijn midden een voorzitter en een vicevoorzitter. 10.4. De Raad van Commissarissen vergadert zo dikwijls als de voorzitter nodig acht, maar ten minste vijf maal per jaar. 10.5. Oproeping voor de vergadering geschiedt schriftelijk door de voorzitter in overleg met de directeur, op een termijn van ten minste vijf werkdagen, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet daaronder begrepen. Op verzoek van de directeur of twee leden van de Raad van Commissarissen roept de voorzitter zo spoedig mogelijk een vergadering bijeen. Blijft de voorzitter daarmee in gebreke, dan kan een vergadering bijeengeroepen worden door de directeur dan wel door twee leden van de Raad van Commissarissen. APRIL 2014 STATUTEN 9
10.6. De Raad van Commissarissen neemt besluiten bij gewone meerderheid van stemmen, tenzij in deze statuten anders is bepaald. Ieder lid heeft één stem. Stemming geschiedt mondeling, tenzij één der leden schriftelijke stemming verlangt. Blanco stemmen en ongeldige stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. 10.7. Bij staken van de stemmen wordt binnen twee weken zonder nadere oproeping een nieuwe vergadering belegd. Indien de stemmen dan opnieuw staken, is het voorstel verworpen. 10.8. De Raad van Commissarissen kan slechts rechtsgeldig besluiten nemen in een vergadering waarin de meerderheid van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Een lid van de Raad van Commissarissen kan zich bij schriftelijke volmacht doen vertegenwoordigen door een ander lid. Een lid van de Raad van Commissarissen kan ten hoogste één lastgever ter vergadering vertegenwoordigen. 10.9. De Raad van Commissarissen kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits zulks geschiedt met instemming van alle leden en dezen hun standpunt met betrekking tot het te nemen besluit schriftelijk, waaronder mede te verstaan e-mail en faxbericht, aan de voorzitter meedelen of bevestigen. Het bepaalde in de leden 5 en 10 van dit artikel is van overeenkomstige toepassing. 10.10. Toegang tot de vergadering van de Raad van Commissarissen hebben: a. De leden van de Raad van Commissarissen; b. De directeur, tenzij de voorzitter van de Raad van Commissarissen anders beslist; c. Personen die daartoe door de voorzitter of diens plaatsvervanger zijn uitgenodigd, mits de meerderheid van de aanwezige leden van de Raad van Commissarissen zich daartegen niet verzet. 10.11. Van het in de vergaderingen van de Raad van Commissarissen besprokene wordt een schriftelijk verslag opgemaakt dat in de eerstvolgende vergadering van de Raad van Commissarissen wordt vastgesteld en ten blijke daarvan in die vergadering door de voorzitter en de vicevoorzitter wordt ondertekend. In het verslag wordt vermeld welke personen ter vergadering aanwezig waren. 10.12. De Raad van Commissarissen vergadert tenminste eenmaal per jaar buiten de aanwezigheid van de directeur. In deze vergadering wordt het functioneren van de Raad van Commissarissen en dat van de directeur besproken. Artikel 11 Bevoegdheden Raad van Commissarissen 11.1. Leden van de Raad van Commissarissen hebben te allen tijde toegang tot de bedrijfsruimten van de Stichting en zijn bevoegd inzage te nemen in de boeken en bescheiden van de Stichting. 11.2. De Raad van Commissarissen kan zich bij de uitoefening van zijn taken zo nodig doen bijstaan door één of meer deskundigen. 11.3. De Raad van Commissarissen vergadert ten minste tweemaal per jaar met de directeur ter bespreking van de algemene gang van zaken en andere onderwerpen die de Raad van Commissarissen of de directeur wil bespreken. 11.4. De Raad van Commissarissen onderzoekt jaarlijks het door de directeur gevoerde en voorgenomen beleid en brengt daarover verslag uit. APRIL 2014 STATUTEN 10
11.5. De Raad van Commissarissen is bevoegd de uitvoering van besluiten van de directeur te schorsen indien deze naar zijn oordeel in strijd zijn met de statuten, de reglementen, de vastgestelde begroting, het vastgestelde ondernemingsplan, of zwaarwegende belangen van de Stichting. Een hiertoe strekkend besluit van de Raad van Commissarissen wordt ten spoedigste schriftelijk onder opgave van redenen aan de directeur ter kennis gebracht. 11.6. Indien de Raad van Commissarissen van de in het vorige lid bedoelde bevoegdheid gebruikmaakt, vindt vervolgens tussen de Raad van Commissarissen en de directeur ten spoedigste overleg plaats teneinde het door de schorsing ontstane probleem op te lossen. Wordt daarover geen overeenstemming bereikt, dan kan de directeur een nieuw besluit nemen dat tevens de intrekking van het geschorste besluit inhoudt. Artikel 12 Boekjaar, jaarstukken en begroting 12.1. Het boekjaar van de Stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 12.2. De directeur maakt jaarlijks binnen vijf maanden na afloop van het boekjaar een volkshuisvestingsverslag, een jaarrekening en een jaarverslag, welke voldoen aan de voorschriften die daarvoor gelden ten aanzien van een toegelaten instelling. 12.3. Het in het vorige lid bedoelde jaarverslag bevat tevens een verslag van de Raad van Commissarissen over zijn werkzaamheden in het desbetreffende boekjaar. 12.4. De in het tweede lid bedoelde stukken worden gecontroleerd door een daartoe door de Raad van Commissarissen aan te wijzen accountant in de zin van artikel 393 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Wijst de Raad van Commissarissen geen accountant aan, dan wordt deze aangewezen door de directeur. De opdracht aan de accountant kan worden ingetrokken door het orgaan dat deze heeft verleend, maar in ieder geval door de Raad van Commissarissen. 12.5. De in het tweede lid bedoelde stukken worden vastgesteld door de Raad van Commissarissen, na kennisgenomen te hebben van de bevindingen van de accountant. 12.6. De in het tweede lid bedoelde stukken worden na vaststelling ondertekend door de voorzitter van de Raad van Commissarissen en de directeur. Ontbreekt de handtekening van één, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt in de desbetreffende verslagen. 12.7. De directeur stelt tijdig voor elk boekjaar een begroting op en legt deze uiterlijk twee maanden voor aanvang van dat boekjaar ter goedkeuring voor aan de Raad van Commissarissen. Artikel 13 Overleg met en verplichtingen ten opzichte van huurders 13.1. De directeur voert ten minste eenmaal per jaar overleg met de vertegenwoordigers van de huurders van woningen van de Stichting. 13.2. De directeur en vertegenwoordigers van de huurders van woningen stellen een convenant op waarin nadere regels worden vastgelegd met betrekking tot hun onderlinge verhoudingen in het algemeen en dit overleg in het bijzonder. APRIL 2014 STATUTEN 11
Artikel 14 Klachten van huurders 14.1. De directeur stelt de huurders van woningen van de Stichting in de gelegenheid klachten in te dienen over het handelen of het nalaten van de Stichting of van door de Stichting bij haar werkzaamheden ingeschakelde personen, al dan niet op grond van een arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek voor haar werkzaam. 14.2. De directeur stelt een klachtencommissie in die tot taak heeft de directeur met redenen omkleed te adviseren over de klachten als bedoeld in het eerste lid. 14.3. De directeur geeft bij Klachtenreglement regels met betrekking tot de samenstelling en de werkwijze van de klachtencommissie. 14.4. De directeur deelt aan de huurder door wie een klacht is ingediend zo spoedig mogelijk schriftelijk en met redenen omkleed mee of zij naar aanleiding van de behandeling van de klacht maatregelen zal nemen en zo ja, welke. Artikel 15 Reglementen 15.1. De directeur stelt de volgende reglementen op ter regeling van niet in de statuten geregelde onderwerpen die nadere regeling behoeven: a. een Directiereglement als bedoeld in artikel 6.4; b. een Treasurystatuut als bedoeld in artikel 6.5; c. een convenant met vertegenwoordigers van huurders van woningen van de Stichting als bedoeld in artikel 13; d. een Klachtenreglement als bedoeld in artikel 14; e. een reglement voor verhuiskostenvergoeding bij gedwongen verhuizing; f. andere reglementen dan de onder a. tot en met e. genoemde, indien zulks raadzaam wordt geacht. 15.2. De in het lid 1a en lid 1b bedoelde reglementen behoeven de goedkeuring van de Raad van Commissarissen. 15.3. De Raad van Commissarissen stelt een reglement op ter nadere regeling van zijn taken en werkwijze en de verhouding tussen de directeur en de Raad van Commissarissen. Het reglement wordt vastgesteld en gewijzigd door de Raad van Commissarissen, nadat de directeur in de gelegenheid is gesteld daarover advies uit te brengen. 15.4. Een reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn. Artikel 16 Statutenwijziging 16.1. Deze statuten kunnen slechts worden gewijzigd door de Raad van Commissarissen. Bij de oproep voor de vergadering wordt de voorgestelde statutenwijziging woordelijk vermeld. Tussen de dag van oproeping en de dag van de vergadering moeten ten minste twee weken liggen. 16.2. Een besluit tot wijziging van de statuten kan alleen worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derde deel van de uitgebrachte geldige stemmen, in een vergadering waarin de directeur aanwezig is. APRIL 2014 STATUTEN 12
16.3. Indien in een vergadering als in het vorige lid bedoeld, de directeur niet aanwezig is, wordt na twee weken, maar uiterlijk binnen vier weken na de eerste vergadering, een tweede vergadering gehouden, waarin over het desbetreffende onderwerp met een meerderheid van twee derde deel van de stemmen kan worden besloten. 16.4. Tot een statutenwijziging kan niet worden besloten voordat de minister belast met de zorg voor de Volkshuisvesting toestemming heeft gegeven tot de voorgenomen wijziging. 16.5. Wijzigingen van de statuten treden niet eerder in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot ondertekening van die akte is de directeur zelfstandig bevoegd. 16.6. De directeur is verplicht een authentiek afschrift van de akte van wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van de Kamer van Koophandel en Fabrieken van het gebied waar de Stichting haar zetel heeft. Artikel 17 Ontbinding en vereffening 17.1. De Stichting wordt ontbonden: a. door een daartoe strekkend besluit van de Raad van Commissarissen; b. na faillietverklaring door hetzij opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel; hetzij het intreden van de insolventie; c. door de rechter in de gevallen in de wet bepaald. 17.2. Bij ontbinding van de Stichting dient de directeur de minister, belast met de zorg voor de Volkshuisvesting, hiervan onverwijld in kennis te stellen. 17.3. De Stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan, voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. 17.4. Na ontbinding geschiedt de vereffening door een of meer vereffenaars, te benoemen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de ontbonden Stichting haar woonplaats had, op welke vereffenaars dat college toezicht houdt en welke vereffenaars door dat college kunnen worden geschorst of ontslagen, in welk laatste geval het een of meer nieuwe vereffenaars benoemt. 17.5. Indien de onroerende zaken gelegen zijn binnen het werkgebied van een of meer toegelaten instellingen, biedt de vereffenaar de goederen en de schulden van de ontbonden Stichting bij voorrang aan die toegelaten instellingen aan ter gehele of gedeeltelijke overneming, en, voor zover die toegelaten instellingen die goederen of schulden niet overnemen, biedt hij die goederen of schulden ter gehele of gedeeltelijke overneming aan aan de gemeente waar de onroerende zaken gelegen zijn, en, voor zover de gemeente die goederen of schulden niet overneemt stelt, hij de huurders van de tot die zaken behorende woongelegenheden in de gelegenheid deze in eigendom te verkrijgen. 17.6. Indien de ontbonden Stichting op het tijdstip van ontbinding geen onroerende zaken bezat, biedt de vereffenaar de goederen en de schulden van de Stichting ter overneming aan aan de gemeente waar die stichting haar woonplaats had. 17.7. De vereffenaar maakt, voor zover wegens het niet aanvaarden van de aanbiedingen, bedoeld onder 17.5 en 17.6, de goederen en de schulden niet zijn overgenomen, de goederen van de ontbonden Stichting te gelde. 17.8. De vereffenaar stort middelen die zijn overgebleven na het overeenkomstig 17.5, 17.6 en 17.7 te gelde maken van de goederen van de ontbonden Stichting, na het voldoen van haar schulden, in het Centraal Fonds Volkshuisvesting. APRIL 2014 STATUTEN 13
17.9. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden Stichting gedurende zeven jaar berusten onder de jongste vereffenaar dan wel onder een door de vereffenaars aan te wijzen derde. Artikel 18 Slotbepaling 18.1. In alle gevallen, waarin noch de wet noch de statuten of verdere reglementen voorzien, beslist de directeur. De beslissing van de directeur behoeft de goedkeuring van de Raad van Commissarissen. a. De comparanten verklaren ten slotte dat als directeur voor het eerst wordt benoemd: - de heer drs. H. van der Velden. b. Het eerste boekjaar loopt tot en met 31 december 2014. c. Het adres van de Stichting is De Geerenweg 4, 3741 RS Baarn. Slotakte De comparant is mij, notaris, bekend. Deze akte is verleden te Baarn op de datum in het hoofd van deze akte vermeld. Na zakelijke opgave van een toelichting op de inhoud van deze akte aan de comparant heeft deze verklaard van de inhoud daarvan te hebben kennisgenomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen. De comparant heeft met mij, notaris, deze akte onmiddellijk na beperkte voorlezing ondertekend. APRIL 2014 STATUTEN 14
APRIL 2014 STATUTEN 15
De Geerenweg 4 3741 RS Baarn Postbus 268 3740 AG Baarn T (035) 548 50 50 F (035) 548 50 59 www.eemlandwonen.nl