Subsidieregeling duale opleidingstrajecten onderwijsfuncties BVE-sector 2001



Vergelijkbare documenten
Regeling bijdrage kosten zij-instromers voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs

Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen 2000

Regeling begeleiding studenten universitaire lerarenopleidingen

Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten 1998

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Artikel 2. Toepassing Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS

R e c t i f i c a t i e Regeling aanvullende bekostiging voor visueel gehandicapte leerlingen in het voortgezet onderwijs

Regeling toekenningen leraren in opleiding en stagiairs

Tijdelijke regeling bijzondere positie Regionaal opleidingencentrum Flevoland

Subsidieregeling zij-instromers

Tijdelijke subsidieregeling onderwijsondersteunend personeel 2002

Regeling Cultuur en School voor de bve-sector

Regeling Investeren in voorsprong voor de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (bve-sector)

Regeling verdiepingsslag academische opleidingsschool

Regeling aanvullende bekostiging voor visueel gehandicapte leerlingen in het voortgezet onderwijs

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Gemeenteraad 2 maart 2010 Gemeenteblad

Stimuleringsregeling beginnende directeuren in het primair onderwijs

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

Tijdelijke stimuleringsregeling zij-instroom leraren primair onderwijs naar voortgezet onderwijs

Regeling versterking cultuureducatie in het primair onderwijs

Regeling vaststelling model financiële verantwoording en controleprotocol inburgering nieuwkomers 2001

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 juli 2004, nr. OW/2004/3325;

Regeling financiële ondersteuning bestuurders JongerenOrganisatie Beroepsonderwijs (JOB)

Regeling tegemoetkoming invoeringskosten gratis lesmateriaal

Regeling loonkostensubsidie ondersteunend personeel basisscholen

Tijdelijke regeling aanvullende bekostiging in verband met arbeidsmarktknelpunten voortgezet onderwijs 2006

Subsidieregeling scholing overblijfmedewerkers

Regeling faciliteiten bestuur en management en onderwijsnummer voor. scholen voor praktijkonderwijs 2008

Subsidieregeling zij-instromers voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs met declaratiebekostiging

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Stimuleringsregeling beginnende directeuren in het primair onderwijs

Tegemoetkoming kosten kinderopvang onderwijspersoneel

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Gooise Meren.

Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet

Algemene Subsidieregeling 2008

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 32b van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk in het mbo

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten

Subsidieregeling scholing overblijfmedewerkers primair onderwijs

HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen

Regeling bijdrage kosten personele gevolgen wegens beëindiging bekostiging onderwijs allochtone levende talen (oalt)

Beleidsregels scholingsvouchers, inwerkpremies en loonkostensubsidies Werk en Inkomen Lekstroom

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Valkenburg aan de Geul


Regeling G.O.- en vakbondsfaciliteiten 2005

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies en 32d, eerste lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

Beleidsregel tegemoetkoming kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie gemeente Korendijk. 1

Doorlopende tekst Subsidieregeling stageplaatsen zorg 2011/2012 (versie )

Aanvullende bekostiging bestuurlijke krachtenbundeling voortgezet onderwijs (vo)

Verlengde subsidieregeling scholing overblijfmedewerkers

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

educatie en beroepsonderwijs die met een in bijlage 2 van deze regeling

Aanvulling overgangsregeling bekostiging, rechtspositie en samenvoeging leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs

Notitie Ontheffingen bevoegdheidsregels

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart,

Overwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van persoonsgebonden budgetten.

gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en artikel 25 van de Wet kinderopvang;

Subsidieregeling scholing overblijfmedewerkers 2004

Regeling lerarenbeurs voor scholing, zij-instroom en bewegingsonderwijs [Regeling vervalt per ] Geldend van t/m heden

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs

Achteraf. Elektronisch aanvraagformulier PRAKTIJKLEREN t/m

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006

Subsidieregeling scholing overblijfmedewerkers primair onderwijs en overblijfsubsidie speciale scholen voor basisonderwijs schooljaar

BESLUIT PARTICIPATIEVOORZIENINGEN Werk en Inkomen Lekstroom

Wijziging Regeling aanvullende bekostiging voor visueel gehandicapte leerlingen in het voortgezet onderwijs voor de Bve-sector

Verordening Persoonsgebonden Budget. Begeleid werken Wet sociale werkvoorziening. Gemeenschappelijke Regeling Tomingroep

Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid werken Wet sociale werkvoorziening. Fivelingo

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet

gelet op artikel 7 van de Wet sociale werkvoorziening en artikel 4.81 Algemene wet bestuursrecht,

Verordening. individuele studietoeslag. gemeente Borsele 2015

Gemeente Heerlen - Beleidsregel gemeentelijke tegemoetkoming in de kosten kinderopvang 2018

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008;

Beleidsregel vergoeding eigen bijdrage kosten kinderopvang Hilversum Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum,

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard);

REGLEMENT LOONKOSTENSUBSIDIE. Stimuleren mobiliteit en voorkomen van werkloosheid van werknemers ouder dan 55 jaar

Kaderverordening subsidies provincie Groningen Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

Gemeenteraad 2 maart 2010 Gemeenteblad VERORDENING WERKLEERAANBOD WET INVESTEREN IN JONGEREN HELMOND 2010

Aanpassingsregeling vierde tranche Algemene wet bestuursrecht (Awb)

Gemeente Den Haag BELEIDSREGEL TEGEMOETKOMING KOSTEN KINDEROPVANG VOOR OUDERS MET EEN SOCIAAL MEDISCHE INDICATIE

REGLEMENT LOONKOSTENSUBSIDIE. Realiseren van leerwerkplekken (bbl-2 en bbl-3) voor jongeren tot 27 jaar

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

In deze wijzigingsregeling staat de versoepeling van de voorwaarden voor toekenning van een lerarenbeurs en de aanpassing van de subsidieplafonds

REGLEMENT Tijdelijke stimuleringsregeling EVC Gehandicaptenzorg

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regels van procedurele aard met betrekking tot vaststelling, bekendmaking en betaling college- en examengeld

BELEIDSREGEL GEMEENTELIJKE TEGEMOETKOMING (KOA-kopje) IN DE KOSTEN KINDEROPVANG 2013 GEMEENTE MENTERWOLDE

Algemeen verbindend voorschrift

Regeling extra ict-vergoeding basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs

Besluit nr.: Onderwerp: Verordening sociaal-medische indicatie kinderopvang Albrandswaard

Beleidsregels Re-integratievoorzieningen en eigen bijdrage voorzieningen Gemeente Wijdemeren. College van burgemeester en wethouders

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS,

SUBSIDIEVERORDENING PEUTERPROGRAMMA GEMEENTE ECHT-SUSTEREN 2013

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014

Transcriptie:

OCenW-Regelingen Bestemd voor: ROC s Vakinstellingen Instellingen laatste van een richting Doveninstituten 12.3.9-hogescholen Algemeen verbindend voorschrift Datum: 26 augustus 2001 Kenmerk: BVE/Bestel/2001/31575 Datum inwerkingtreding: zie artikel 12 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische grondslag: artiekel 4 Wet overige OCenWsubsidies Relatie tot eerdere mededelingen: n.v.t. Informatie verkrijgbaar bij: CFI/ICO/BVH, 079-3232.666 De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, Gelet op artikel 4 van de Wet overige OCenW-subsidies, Besluit Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a minister: de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen; b c d e f g h i j k wet: de Wet educatie en beroepsonderwijs; bevoegd gezag: het bevoegd gezag van een instelling als bedoeld in de artikelen 1.3.1, 12.3.8 en 12.3.9 van de wet; project: een samenhangend geheel van werkzaamheden gericht op het duaal opleiden van eigen onderwijspersoneel, bedoeld in artikel 2; een onderwijskwalificatie voor het BVE-veld: een bewijs van bekwaamheid als bedoeld in artikel 4.2.1, eerste lid, onderdeel b., ten eerste van de wet; een bewijs van bekwaamheid als onderwijsassistent- BVE; een bewijs van bekwaamheid als instructeur-bve; eigen onderwijspersoneel: door het bevoegd gezag als docent, onderwijsassistent of instructeur benoemd dan wel aangesteld personeel; BVE Raad: de BVE Raad genoemd in de Kaderregeling subsidiëring BVE Raad; de student-werknemer: het eigen onderwijspersoneelslid dat in het kader van een project een duale opleiding volgt; tekortvakken: economische vakken, beroepsgerichte vakken in de techniek alsmede die vakken waarvan het bevoegd gezag aannemelijk maakt dat zij haar vacatures in die vakken moeilijk kan vervullen; didactische cursus: een cursus gericht op het behalen van een bewijs van voldoende didactische bekwaamheid als bedoeld in de Regeling aanwijzing bewijzen van voldoende didactische bekwaamheid in de bve-sector; loonverletkosten: de feitelijke loonkosten van het bevoegd gezag voor de student-werknemer voor het deel van de werktijd dat hij in het kader van een project is vrijgesteld om een opleiding te volgen. NUMMER 21 52 19 september 2001

Artikel 2 Doel omschrijving 1 Doel van de regeling is het verstrekken van een tegemoetkoming in de kosten van het duaal opleiden van eigen onderwijspersoneel aan een bevoegd gezag. 2 Van duaal opleiden van eigen onderwijspersoneel is, onverminderd het derde en vierde lid, sprake als eigen onderwijspersoneel, dat niet in het bezit is van enige onderwijskwalificatie voor het BVE-veld, in de gelegenheid wordt gesteld een opleiding te volgen teneinde een dergelijke kwalificatie te verkrijgen en daartoe voor een deel van de overeengekomen werktijd wordt vrijgesteld. 3 In aanvulling op het tweede lid is van duaal opleiden eveneens sprake indien eigen onderwijspersoneel, dat anders dan op grond van artikel 4.2.1, derde lid, van de wet benoemd dan wel aangesteld kan worden als docent aan een instelling na uitsluitend het verkrijgen van een bewijs van voldoende didactische bekwaamheid, in de gelegenheid wordt gesteld een didactische cursus te volgen en daartoe voor een deel van de overeengekomen werktijd wordt vrijgesteld. 4 In aanvulling op het tweede lid is van duaal opleiden van eigen onderwijspersoneel eveneens sprake indien eigen onderwijspersoneel dat benoemd is op grond van artikel 4.2.1, eerste lid, van de wet in de gelegenheid wordt gesteld een opleiding tot docent voor tekortvakken of tot docent NT2 dan wel een opleiding tot interne roc-coach/medeopleider te volgen en daartoe voor een deel van de overeengekomen werktijd wordt vrijgesteld. Artikel 3 Subsidieplafond, criterium voor de verdeling en begrotingsvoorbehoud 1 Voor de tegemoetkomingen die op grond van deze regeling worden verleend is maximaal een bedrag van ƒ7.700.000,- 3.494.108) beschikbaar. 2 Indien het totaalbedrag van de aanvragen hoger is dan het beschikbare bedrag, verdeelt de minister het beschikbare bedrag in de volgorde van binnenkomst van de aanvragen, waarbij hij kan besluiten aanvragen voor een gedeelte te honoreren. 3 Voor de toepassing van het tweede lid geldt als datum van binnenkomst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag compleet is. Artikel 4 Tegemoetkoming: 1 De tegemoetkoming bedoeld in artikel 2 bestaat uit: de loonverletkosten tot een maximum van 8 uur per week, een bedrag groot ƒ 5000,-- 2269) per cursusjaar als tegemoetkoming in de kosten van begeleiding en scholing van de studentwerknemer. 2 De tegemoetkoming wordt voorzover deze bestaat uit loonverletkosten verleend voor de geplande duur van de opleiding. 3 De geplande duur van de opleiding beslaat zoveel maanden als het bevoegd gezag meent dat de studentwerknemer nodig heeft om de opleiding met goed gevolg af te ronden met dien verstande dat de periode waarop de aanvraag ziet op zijn vroegst 1 augustus 2000 aanvangt en uiterlijk 31 augustus 2002 eindigt. Artikel 5 Nadere voorwaarden Het bevoegd gezag heeft slechts aanspraak op een tegemoetkoming indien: a de door de student-werknemer te volgen dan wel gevolgde opleiding naar het oordeel van de minister geschikt is om een onderwijskwalificatie voor het BVEveld te verkrijgen. b de student-werknemer een aanvang heeft gemaakt met de opleiding dan wel een zodanige aanvang maakt in het tijdvak dat begint op 1 augustus 2000 en eindigt op 31 december 2001. Artikel 6 Verplichtingen bevoegd gezag 1 Het bevoegd gezag stelt de student-werknemer in staat de opleiding te volgen. 2 Het bevoegd gezag draagt de kosten van de opleiding van de student-werknemer. 3 Het bevoegd gezag vraagt geen bijdrage van de student-werknemer in de kosten van de opleiding. 4 Het bevoegd gezag maakt met de opleidingsinstituten van de student-werknemers in ieder geval afspraken met betrekking tot stageverplichtingen en begeleiding van de student-werknemers. Hoofdstuk 2 Aanvraagprocedure en termijn Artikel 7 Aanvraagprocedure 1 Om voor de tegemoetkoming bedoeld in artikel 4 in aanmerking te komen dient het bevoegd gezag uiterlijk 15 oktober 2001 bij de BVE Raad, Henrica van Erpweg 2, Postbus 196, 3720 AD De Bilt, een aanvraag in, met inachtneming van het hiernavolgende. 2 De aanvraag bevat: het adminstratienummer van het bevoegd gezag van NUMMER 21 53 19 september 2001

de instelling het Brinnummer, de naam en het adres van de instelling copie van de akte(s) van aanstelling of benoeming van de studentwerknemer(s) waarvoor het bevoegd gezag een tegemoetkoming wil krijgen. 3 In de aanvraag wordt per student-werknemer vermeld: de vooropleiding van de student-werknemer; de duale opleiding die de student-werknemer volgt of gaat volgen; de instelling waar de student-werknemer de opleiding volgt of gaat volgen en wanneer hij deze is aangevangen dan wel gaat aanvangen; de geplande duur van de opleiding bedoeld in artikel 4; het aantal uren per week dat de student-werknemer gedurende de geplande duur van de opleiding gemiddeld wordt vrijgesteld om opleiding te volgen; het salarisniveau van de student-werknemer gedurende de opleiding. 4 Indien de tegemoetkoming wordt aangevraagd voor het omscholen van eigen onderwijspersoneel in een tekortvak niet zijnde een economisch vak of een beroepsgericht vak in de techniek omvat de aanvraag tevens een beschrijving van de inspanningen die zijn verricht om de vacatures in dat vak te vervullen. 5 De Bve Raad voorziet de aanvragen van een advies aan de minister. Hoofdstuk 3 Verlening, betaling en vaststelling geweest voor het volgen van de opleiding met inachtneming van het in artikel 4 genoemde maximale aantal uren en vermeerdert met het bedrag van fl. 5000,-- zoals bedoeld in artikel 4 eerste lid. 3 De minister kan het bedrag dat het bevoegd gezag aan hem verschuldigd is na vaststelling van de tegemoetkoming verrekenen met een subsidieverlening in een later jaar die gericht is op de bevordering van het opleiden van docenten. Artikel 10 Verantwoording subsidie 1 De subsidie wordt uitsluitend aangewend voor het doel waarvoor zij is verstrekt. 2 Overeenkomstig de OCenW-Richtlijnen Jaarverslaggeving wordt in de jaarrekening de aan het verslagjaar toe te rekenen subsidie herkenbaar als bate verantwoord, en de lasten binnen de daartoe bestemde posten. 3 Eventuele niet uitgegeven middelen of overschotten na afloop van het project worden in de jaarrekening als schuld aan de minister opgenomen en zullen worden teruggevorderd. 4 In het bestuursverslag wordt aandacht geschonken aan de resultaten van de inzet van de met deze regeling toegewezen middelen waaruit blijkt hoeveel duale werknemers een duale opleiding hebben gevolgd, eventueel hebben afgerond, het aantal uren dat de werknemer voor de opleiding is vrijgesteld en of de student-werknemer nog werkzaam is bij de instelling en in welke functie. Artikel 8 Verlening tegemoetkoming en voorschot 1 De minister verleent het bevoegd gezag de tegemoetkoming binnen 8 weken na de uiterste inzenddatum van de aanvrage indien deze aan de voorwaarden van deze regeling voldoet. 2 Uiterlijk in de maand volgend op de verlening wordt de tegemoetkoming bij voorschot aan het bevoegd gezag betaald. Hoofdstuk 4 Slotbepalingen Artikel 11 Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tegemoetkoming duale opleidingstrajecten BVE-sector 2001. Artikel 9 Vaststelling subsidie 1 Indien het bevoegd gezag op een andere wijze subsidie ontvangt voor het duale opleidingstraject van de studentwerknemer, wordt deze in mindering gebracht op de tegemoetkoming. 2 De tegemoetkoming wordt voor wat betreft de loonverletkosten vastgesteld op het aantal maanden dat de studentwerknemer daadwerkelijk vrijgesteld is Artikel 12 Bekendmaking en inwerkingtreding a Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW- Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling gedaan worden in de Staatscourant. b Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de dagtekening van Uitleg OCenW- Regelingen waarin zij wordt geplaatst. NUMMER 21 54 19 september 2001

De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, drs. L.M.L.H.A. Hermans Toelichting Algemeen De behoefte aan adequaat opgeleid personeel voor een onderwijsfunctie in de BVE sector neemt toe. Uit de arbeidsmarktramingen BVE 1999-2010 blijkt dat de behoefte aan nieuwe instroom van personeel zowel voor onderwijsgevende als onderwijsondersteunende functies de komende jaren sterk stijgt. De jaarlijkse metingen van de Arbeidsmarktbarometer BVE bevestigen deze ontwikkeling. De omvang van het aantal moeilijk te vervullen vacatures neemt zowel voor de algemene als voor de beroepsgerichte vakken toe. De krapte op de arbeidsmarkt vergt ook voor de BVE sector specifieke inspanningen. In november 2000 is met werkgevers- en werknemersorganisaties in de BVE sector overeenstemming bereikt over een verklaring inzake een gemeenschappelijke inzet op het gebeid van de personeelsvoorziening in het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Alle betrokken partijen voelen zich mede verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de personeelsvoorziening. In de verklaring is met elkaar afgesproken duale scholingstrajecten voor in de BVE sector te faciliteren. Het betreft scholingstrajecten voor personeel dat door de instelling in dienst wordt genomen en vervolgens gedurende een deel van de werktijd een opleiding gericht op een kwalificatie voor een onderwijs(ondersteunende)functie volgt. Enerzijds is het personeel direct inzetbaar voor een deel van de tijd en anderzijds wordt de werknemer via scholing en begeleiding opgeleid voor een functie waarvoor men bij de aanvang van het dienstverband nog niet voldoende gekwalificeerd is. Het biedt perspectief voor het benaderen van nieuwe doelgroepen op de arbeidsmarkt voor een onderwijsfunctie. Met name is in de verklaring aandacht besteed aan het aantrekken van nieuwe werknemers met een allochtone herkomst en deze via duale trajecten te kwalificeren voor een onderwijsfunctie. Het kan echter ook om ander eigen personeel gaan dat via duale scholingstrajecten de kwalificatie voor een onderwijsgevende of ondersteunende functie voor het primaire proces in de BVE sector gaat behalen. Om instellingen te stimuleren een pro-actief beleid te voeren in het kader van de personeelsvoorziening en zich te richten op het aantrekken van personeel dat zich via duale opleidingstrajecten gaat kwalificeren voor een functie binnen de instelling ontvangen de instellingen op aanvraag een bedrag voor scholings- en begeleidingskosten van 5000 gulden per werknemer die duaal wordt opgeleid. Daarnaast worden de loonverletkosten tot een maximum van 8 uur per week per student-werknemer vergoed. Artikelsgewijs Artikel 1 Begripsbepalingen Ten overvloede zij opgemerkt dat deze regeling uitsluitend bestemd is voor instellingen voor beroepsonderwijs die onder de verantwoordelijkheid van de minister van OCenW vallen. Artikel 2 Doel De tegemoetkoming kan worden aangevraagd voor het duaal opleiden van verschillende soorten personeel. In de eerste plaats voor echte zij-instromers: personen die een onderwijsfunctie gaan vervullen zonder enige kwalificatie voor het BVE-veld. Hieronder worden de wettelijke kwalificaties verstaan zoals die in artikel 4.2.1 Wet educatie en beroepsonderwijs (Web) zijn genoemd. De Web voorziet in de mogelijkheid personen een tijdelijke aanstelling of benoeming te geven gedurende de tijd die zij nodig hebben om de juiste kwalificaties te behalen. Uiteraard is het aan het bevoegd gezag om te beoordelen welke competenties de student-werknemers nodig hebben om in aanmerking te komen voor een duaal scholingstraject. In de tweede plaats kan de tegemoetkoming worden aangevraagd voor personeel dat nog slechts een didactische cursus behoeft te volgen om onvoorwaardelijk aangesteld te kunnen worden. Ook kan de tegemoetkoming worden aangevraagd voor het (om)scholen van personeel tot docent in één van de door deze regeling onderscheiden tekortvakken, tot docent Nederlands als tweede taal of tot interne roc-coach / medeopleider. De tekortvakken zijn in ieder geval de economische vakken en de beroepsgerichte vakken in de techniek. Ook voor het omscholen van personeel naar andere vakken is het mogelijk een tegemoetkoming te krijgen. Het bevoegd gezag dient dan echter aannemelijk te maken dat het de vacatures in dat vak moeilijk vervuld krijgt. Dit laatste kan door een overzicht te geven van de inspanningen die verricht zijn om de vacatures te vervullen. Tot slot kan de tegemoetkoming ook worden aangevraagd voor het opleiden van personeel tot interne roc-coach / medeopleider. Dit is de begeleider in de instelling die de NUMMER 21 55 19 september 2001

student-werknemers in staat stelt om werken en leren zo goed mogelijk te combineren. Artikel 3 Beschikbare subsidie Artikel 4, 5 en 6 Aanvang en duur opleiding, hoogte tegemoetkoming De studentwerknemer dient aan de opleiding begonnen te zijn c.q. de opleiding aan te vangen tussen 1 augustus 2000 en 31 december 2001. Op grond van deze regeling wordt een tegemoetkoming verstrekt voor de tijd die de studentwerknemer vermoedelijk nodig heeft voor het met succes afronden van een opleiding. Gelet op het voor deze regeling beschikbare budget is er voor gekozen om de periode waarvoor de tegemoetkoming wordt verstrekt te begrenzen: de verstrekte vergoeding voorziet in een tegemoetkoming van de loonverletkosten die het bevoegd gezag moet maken tot en met uiterlijk 31 augustus 2002. Dit betekent niet dat de aanvraag niet gedaan kan worden voor studentwerknemers waarvan niet verwacht wordt dat die op laatstgenoemde datum de opleiding met succes zullen hebben afgerond. Vergoeding van de kosten van een duaal opleidingstraject die na 31 augustus 2002 worden gemaakt is echter afhankelijk van de ruimte die hiervoor door de begrotingswetgever wordt gemaakt. maximaal 0,2 van de werktijdfactor. Daarnaast ontvangt de werkgever een bedrag van 5000 gulden voor scholings- en begeleidingskosten per studentwerknemer die door middel van een duaal traject wordt opgeleid. Het is aan het bevoegd gezag om te besluiten hoe het op De aanvragen dienen bij de BVE Raad te worden ingediend. basis van deze regeling ontvangen bedrag te besteden. De De BVE Raad beoordeelt de aanvragen op volledigheid en bijdrage die op grond van deze regeling wordt verstrekt vraagt zonodig extra gegevens op bij de aanvrager. Als het wordt berekend aan de hand van de loonverletkosten. Dit totaal bedrag van de aanvragen het beschikbare bedrag betekent dat de instelling hiermee in staat gesteld wordt overstijgt worden de aanvragers op volgorde van datum om voor dat bedrag voor vervanging van de vrijgestelde van binnenkomst bediend. Bij het bereiken van het subsidieplafond bij meerdere op dezelfde datum ingediende student-werknemer te zorgen, verplicht is dit niet. aanvragen geldt dat het dan resterende bedrag wordt verdeeld over die aanvragers naar rato van hun aanvraag. tevens in het kader van de bestrijding van de kosten Voor de goede orde wijs ik erop dat het bevoegd gezag Uitsluitend voor het geval het totaalbedrag van de aanvragen het beschikbare bedrag overschrijdt, geldt als datum het kader van de Tijdelijke regeling aanvullende vergoe- gebruik kan maken van het beschikbaar gestelde budget in van binnenkomst de datum waarop de aanvraag compleet ding in verband met arbeidsmarktknelpunten BVE en het is. De aanvraag zelf dient in ieder geval uiterlijk 15 oktober decentrale instellingsbudget. Daarnaast wijs ik op de 2001 bij de BVE Raad ingediend te zijn. afdrachtvermindering scholing non-profit, waarover u geïnformeerd bent in Uitleg, Gele katern nummer 4 van 3 februari 1999. Artikel 7, 8 en 9 De aanvraag voor de aanvullende vergoeding wordt uiterlijk 15 oktober 2001 ingediend bij de BVE Raad, werkgeverszaken, Postbus 196 3720 AD De Bilt. De BVE Raad ontwikkelt hiervoor een formulier. De BVE Raad voorziet de aanvragen van een advies aan de minister. De minister besluit de aanvraag al dan niet te honoreren. Het bevoegd gezag ontvangt de tegemoetkoming in de vorm van een voorschot. Vaststelling van het bedrag vindt plaats na de verantwoording. Deze bestaat uit een inhoudelijk en een financieel verslag. Uit de verantwoording dient opgemaakt te kunnen worden voor hoelang de student-werknemer daadwerkelijk van het werk vrijgesteld is geweest voor het volgen van de opleiding. Hoogte tegemoetkoming De loonverletkosten zijn de feitelijke salariskosten van de werkgever voor de werknemer, welke verhoogd worden met de werkgeverslasten. Er is een maximum gesteld aan de omvang van de scholingstijd die in aanmerking komt voor vergoeding van de loonverletkosten, namelijk maximaal 8 uur per week. Is de studentwerknemer aangesteld in een normjaartaak van1659 uur, zijnde een werktijdfactor 1, dan bedraagt de vergoeding voor de loonverletkosten NUMMER 21 56 19 september 2001