30 300 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2006



Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007

Tweede Kamer der Staten-Generaal

FACTSHEET. Instroom en succes in de opleiding tot leerkracht. Platform Beleidsinformatie Mei 2013

31288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid. Brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

2017D04668 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Servicedocument bij de Kamerbrief van 5 juli 2019: reactie ministers op Kamervragen over rekenen in het vo en mbo.

De voorzitter van de commissie Wolbert. Adjunct-griffier van de commissie Arends

Aan Lobo Van Judith Kivits

Regeling aanwijzing opleidingen in het hoger onderwijs inzake toelating deficiënte studenten 2007

Datum 8 februari 2016 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Mohandis (PvdA) over het bericht dat selectie aan de poort allochtonen dupeert

vra2001ocw.022 Bekostigingsbesluit WHW in verband met het kunstonderwijs

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2014D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

OUDERAVOND 3 HAVO. Dinsdag 7 januari 2014


De voorzitter van de commissie, Dezentjé Hamming-Bluemink

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 11 september 2014 Betreft antwoorden vragen over brief inzake maatregelen ter versterking van de handhaving van de studiefinanciering

Wijziging van de Regeling nadere vooropleidingseisen hoger onderwijs 2007 in verband met vervanging van de bijlagen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De bevorderingsnormen

30079 VMBO Voortgezet Onderwijs. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

De fungerend voorzitter van de commissie Aptroot

Datum 5 juli 2019 Schriftelijk overleg inzake de toekomst van rekenen in het vo en mbo

Besluit van 18 mei 2009 houdende vaststelling van kerndoelen voor het speciaal onderwijs (Besluit kerndoelen WEC)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2015D08919 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17

schoolleiders, besturen, decanen, leerlingen, universiteiten en hogescholen. Er is gewezen op andere manieren om de kunstvakken de positie te laten

Deficiënties. bij de overstap van vwo naar universiteit voor de opleidingen Geneeskunde Tandheelkunde Diergeneeskunde.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag 2 juni 2006 AP/OKP/2006/24556

NADERE VOOROPLEIDINGSEISEN IN HET HOGER ONDERWIJS EEN ONDERZOEK NAAR DE TOEPASSING VAN DE WET- EN REGELGEVING EN INFORMATIEVOORZIENING AAN STUDENTEN

2015D42193 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld november De voorzitter van de commissie, Duisenberg

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De voorzitter van de commissie Van Bochove. Adjunct-griffier van de commissie Bošnjaković-van Bemmel

Veelgestelde vragen opleiding Tandheelkunde

ALGEMEEN... 3 TOELATINGSEISEN, AANMELDING EN INTAKE TRAJECT... 5 Welke opleidingen worden aangeboden?... 5

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid. Voorzitter van de commissie. Adjunct-griffier van de commissie

Informatieboekje voor leerlingen die na mavo 4 naar havo 4 willen gaan

NADERE VOOROPLEIDINGSEISEN IN HET HOGER ONDERWIJS EEN ONDERZOEK NAAR DE TOEPASSING VAN DE WET- EN REGELGEVING EN INFORMATIEVOORZIENING AAN STUDENTEN

Factsheet Toelatingstoets PABO

2013D50407 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid. Vastgesteld d.d. Voorzitter van de commissie Tellegen

Samenvatting van de Wet Kwaliteit in Verscheidenheid

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN4493

2015D08205 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Regeling toelating en begeleiding van 5 havo naar 5 vwo of 6 vwo.

VAVO. ROC Horizon College. Een vierbaansweg om je diploma te halen! Vmbo-TL Havo 4 Havo 5 Vwo 6. Voortgezet onderwijs voor volwassenen

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG. Datum 11 januari 2017 Betreft doorstroom vmbo-havo

Profielkeuze / vakkenkeuze

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

VOORLICHTINGSAVOND. 3e klas havo en vwo. Donderdag 15 januari Welkom!

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

informatieavond profielkeuze 3 (T)VWO 31 januari 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

KIESWIJZER Laar & Berg STROOMKEUZE VWO EN MYP PROFIELKEUZE HAVO PROFIELKEUZE VWO

KEUZEBEGELEIDING & PROFIELKEUZE KLAS 3

En Profil 4 HAVO Informatie over de Tweede Fase en de profielkeuze.

KIESWIJZER LAAR & BERG

4 Toegankelijkheid optimaliseren

Besluit van tot wijziging van onder meer het Besluit samenwerking VO-BVE inzake verruiming van uitbestedingsmogelijkheden naar het vavo

LSVb visie op Decentrale Toelating

De voorzitter van de commissie Wolbert. Adjunct-griffier van de commissie Arends

Inleiding. Keuzes in:

KIESWIJZER LAAR & BERG

Datum 4 november 2016 Schriftelijk overleg over het SO over het advies van de Raad van State inzake de rekentoets

Van Mavo-4 naar Havo-4

2011D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

Van mbo en havo naar hbo

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2 juli 2012 Antwoorden schriftelijk overleg over wijziging regelgeving in verband met examinering referentieniveaus vo en mbo

Profielkeuze Vwo 3. Het doel is: Op basis van reële zelfkennis, een gedegen keuze maken!

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2014D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

BEVORDERINGSNORMEN EN TOELATINGSEISEN WD

DEEL 3: VOOROPLEIDINGSEISEN EN EISEN PROPEDEUSE

ALGEMEEN... 3 TOELATINGSEISEN, AANMELDING EN INTAKE TRAJECT... 5 Welke opleidingen worden aangeboden?... 5

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Management summary Flitspeiling: vervroegde aanmelddatum, studiekeuzecheck en doorstroming.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BEVORDERINGSNORMEN EN TOELATINGSEISEN WOLFERT DALTON

Verslag van een schriftelijk overleg. De voorzitter van de commissie Van Bochove. Adjunct-griffier van de commissie Janssen

Verslag internetconsultatie wetsvoorstel bovenbouw havo-vwo. (edoc , projectgroep Profielen)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Informatieboekje voor leerlingen die na de mavo naar havo 4 willen gaan

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 7 januari 2015 Betreft Beantwoording vragen inzake het schriftelijk overleg over de afschaffing van loting bij numerusfixusopleidingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

30 300 VIII Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2006 Nr. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld d.d. Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte over de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 22 maart 2006, Rutte, inzake nadere vooropleidingseisen voor abituriënten van het vwo (doorstroom vwo-wo) (Kamerstuk 30 300 VIII, nr. 209) enkele vragen en opmerkingen voor te leggen. Bij brief van... heeft de staatssecretaris deze beantwoord. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt. De voorzitter van de commissie Aptroot Adjunct-griffier van de commissie Boeve I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties De leden van de CDA-fractie hebben met instemming en waardering kennisgenomen van de voorliggende brief. Met het kabinet zijn deze leden van oordeel dat een profiel een toelatingsrecht moet geven naar een verwante groep van opleidingen. Deze leden hebben daarom ook met verontwaardiging kennisgenomen van het advies van de HBO-Raad dat het havoprofiel Cultuur en Maatschappij voor geen enkele opleiding in het HBO een toegangsrecht kan geven. Het lijkt erop dat voor de HBO-Raad politiek strategische belangen zwaarder wegen dan de belangen van de havo-leerlingen. Er zijn bij het wetsvoorstel over de Tweede Fase (Kamerstuk 30 187) conclusies getrokken en het is in de ogen van deze leden onverantwoord en ongepast om zo via de vooropleidingseisen alsnog het gelijk te behalen. Er is naar het oordeel van deze leden ook geen enkele overtuigende reden om aan het havoprofiel Cultuur en Maatschappij geen enkel toegangsrecht te verbinden. En over de rekenvaardigheden van pabo-studenten zijn in de ogen van deze leden goede afspraken gemaakt. Is het kabinet met deze leden van oordeel dat een toelatingsrecht op grond een gekozen profiel de voorkeur verdient boven een toelaatbaarheid met behulp van een toelatingsonderzoek? Deze leden voelen helemaal niets voor een (indirecte) selectie aan de poort. Het is juist van belang dat zoveel mogelijk havisten en vwo ers hoger onderwijs volgen. In het licht van de Lissabon-doelstellingen kunnen wij ons niet veroorloven onnodige belemmeringen op te werpen, vinden de aan het woord zijnde leden. Hoe garandeert het kabinet dat voor havo- en vwo-leerlingen een goede aansluiting mogelijk is en geen oneigenlijke en onnodige belemmeringen worden opgeworpen, zo vragen de leden. De leden van deze fractie zijn meer geporteerd van het voorstel van de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten (VSNU). Wat is overigens het oordeel van het kabinet over dit advies? Deze leden zijn vooral benieuwd naar het oordeel over de gevraagde uitzonderingsmogelijkheid voor medische wetenschappen voor leerlingen met de profielen Natuur en Gezondheid en Natuur en Techniek.

Tenslotte bepleiten de leden van deze fractie een systeem van vooropleidingseisen dat helder, stabiel en eenduidig is. Daarbij past terughoudendheid in het stellen van nadere eisen en een jarenlange zekerheid voor leerlingen in het havo en vwo. En, zoals deze leden al eerder hebben aangegeven, hechten zij vooral aan een toelatingsrecht. Zij vragen of het kabinet deze uitgangspunten onderschrijft en ook wil waarborgen. De leden van voornoemde fractie vragen wat nu de vervolgprocedure is. In hoeverre is overeenstemming met vertegenwoordigers van het voortgezet onderwijs daarin vereist? De leden van de PvdA-fractie hebben met instemming kennisgenomen van het kabinetsstandpunt dat het havo-profiel Cultuur en Maatschappij toelatingsrecht moet blijven geven tot de hbo-opleidingen op cultureel en maatschappelijk gebied. Het kan niet de bedoeling zijn dat van het havo-profiel Cultuur en Maatschappij een doodlopende weg wordt gemaakt. Er bestaan ook genoeg waardevolle hbo-opleidingen die slechts de beperkte voorkennis van wiskunde vereisen, waarover een abituriënt met het havo-profiel Cultuur en Maatschappij hoeft te beschikken. Het specifieke probleem van de rekenvaardigheid van aanstaande pabo-studenten rechtvaardigt specifieke afspraken, maar beslist niet dat het havoprofiel Cultuur en Maatschappij tot geen enkele hbo-opleiding meer toelatingsrecht zou geven. Welke waarborgen worden ingebouwd opdat de afspraken niet blijven bij goede intenties van koepelorganisaties maar ook op de scholen voor voortgezet onderwijs effect hebben, zo vragen deze leden. De leden van deze fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het advies nieuwe regeling nadere vooropleidingseisen van de VSNU. Wat is de reactie van het kabinet op de wens van de universiteiten dat er een landelijke regeling komt die uitgaat van toegangsrecht en niet van toelaatbaarheid, waarbij het toegangsrecht wordt gebaseerd op het doorstroomprofiel èn nadere vooropleidingseisen? Voor studies in de economische sector wordt wiskunde A voldoende gevonden, zodat het profiel Economie en Maatschappij zonder aanvullende eis toegankelijk is. Nu komen er van economiefaculteiten signalen dat men eigenlijk helemaal niet zo hecht aan het schoolvak economie of het profiel Economie en Maatschappij, maar men het liefst studenten met het profiel Natuur en Techniek heeft. Op welke wijze wordt voorkomen dat onder deze omstandigheden in de praktijk economiestudenten die alleen wiskunde A hebben gevolgd, in de problemen geraken? Deze leden zijn geen voorstander van fuikwerking in de profielen. Nu de universiteiten bij de medische wetenschappen bij het profiel Natuur en Gezondheid als eis willen stellen dat natuurkunde is gevolgd, willen zij weten tot welke gezondheidsstudies het profiel Natuur en Gezondheid zonder natuurkunde nog toegang zal bieden. De leden constateren dat het vak natuurkunde bij de aanpassing van de profielen slechts een profielkeuzevak wordt in het profiel Natuur en Gezondheid. De leden vinden het onjuist als dit profiel, dat bij uitstek is bedoeld als voorbereiding op gezondheidsstudies, onvoldoende wordt verklaard voor het overgrote deel van de gezondheidsstudies. Met belangstelling hebben de leden van de VVD-fractie kennisgenomen van het advies van de VSNU inzake de doorstroming vwo-wo. Met enige verbazing constateren de leden dat de VSNU een gebrek aan transparantie en kwaliteit voorspelt als universiteiten zelf hun vooropleidingseisen gaan vaststellen. De VSNU stelt dat instellingen bij een systeem van toelatingsrecht studenten zullen aannemen van wie de vooropleiding onvoldoende is om tot een succesvolle afronding van de studie te kunnen komen. Kan het kabinet aangeven hoe zij dit risico inschat, zo vragen deze leden. De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van de staatssecretaris over de nadere vooropleidingseisen. Deze leden hechten zeer aan het centraal

schriftelijk eindexamen en beoordelen in dat licht de voorstellen voor een toelatingsonderzoek zoals de HBO-raad die heeft gedaan als negatief. De eerste vraag die de leden hebben is of het kabinet zich onomwonden wil uitspreken over het belang van het voortbestaan van een daadwerkelijk centraal schriftelijk eindexamen. De leden van deze fractie zijn niet tegen het stellen van nadere toelatingseisen, zoals bijvoorbeeld een extra vak waar eindexamen in gedaan moet worden (dus bijvoorbeeld profiel Natuur en Gezondheid plus natuurkunde). Zij zijn er ook niet tegen dat gesteld wordt dat minstens een voldoende moet worden gehaald voor een bepaald vak. Deze leden zijn wel tegen een toelatingsonderzoek, omdat daarmee in feite de waarde van het centraal schriftelijk examen wordt uitgehold. Graag horen deze leden een reactie van het kabinet op hun zorgen. Is het kabinet van plan om ook in de toekomst garant te staan voor de waarde van het centraal schriftelijk eindexamen? Op welke wijze worden de kabinetsopvattingen over het centraal schriftelijk eindexamen gecommuniceerd naar de HBO-raad en de VSNU, zo vragen de leden van deze fractie. Vervolgens willen de leden van voornoemde fractie graag weten op welke wijze het kabinet aan de HBO-raad heeft laten weten dat het ongeloofwaardig en zeker ook onwenselijk is dat het profiel cultuur en maatschappij tot geen enkele HBO-opleiding toegang zou kunnen geven. Wat gaat het kabinet concreet doen om ervoor te zorgen dat het profiel Cultuur en Maatschappij wel degelijk een toelatingsrecht geeft naar een ruime groep van verwante opleidingen? Hoe oordeelt het kabinet over het feit dat de HBO-raad een brief stuurt waarin wordt gesteld dat een profiel geen toegang geeft tot HBO-opleidingen? Zeker als deze brief ook nog eens in dezelfde week wordt gestuurd als waarin er nadere afspraken zijn gemaakt over een specifiek probleem namelijk de rekenvaardigheden van aanstaande pabo-studenten, zo vragen de aan het woord zijnde leden. II Reactie van de staatssecretaris Ik heb er met instemming kennis van genomen dat de leden van de CDA-, de PvdA- en de D66-fractie nogmaals mijn visie ondersteunen dat er niet een overtuigende reden door de HBO-raad is gegeven is om bij geen enkele HBO-opleiding aan het havo-profiel Cultuur en Maatschappij (C&M) toegangsrecht te verbinden wegens het ontbreken van Wiskunde in dit profiel. Op mijn verzoek om herziening van zijn advies heeft de HBO-raad inmiddels meegedeeld dat hij zijn oorspronkelijk advies handhaaft. Ik blijf echter bij mijn standpunt dat het gedane voorstel onevenwichtig is en zal dat bij de vaststelling van de regeling tot uiting brengen. Ik ga er daarbij van uit dat in de sectoren Gedrag en Maatschappij, Onderwijs, en Taal en Cultuur het overgrote deel van de opleidingen met het C&M-profiel toegankelijk kan blijven zonder een eis met betrekking tot Wiskunde (en dat geldt ook voor de lerarenopleiding basisonderwijs). Bij de overige opleidingen (enkele opleidingen in de hiervoor genoemde sectoren en bijvoorbeeld vele opleidingen in de sectoren Economie en Techniek) maak ik een keuze uit de volgende twee mogelijkheden: - aan het toegangsrecht met C&M-profiel een nadere vooropleidingseis Wiskunde verbinden. - geen toegangsrecht verbinden aan het profiel C&M. De leden van de CDA-fractie vragen of ik hun oordeel deel dat een toelatingsrecht op grond van een gekozen profiel de voorkeur verdient boven toelaatbaarheid met behulp van een toelatingsonderzoek. Zij lichten dit toe met hun afwijzing van selectie aan de poort en de opvatting dat zoveel mogelijk havisten en vwo-ers hoger onderwijs moeten volgen in het licht van de Lissabon-doelstellingen. De leden van de D66-fractie vragen in dit verband een uitspraak over het belang van het voortbestaan van een daadwerkelijk centraal (schriftelijk) examen. Ik deel het oordeel van de CDA-fractie dat er waar redelijkerwijs mogelijk

toegangsrecht moet bestaan en dat de toelating niet onnodig aan de afzonderlijke instellingen moet worden overgelaten. Meer uitgewerkt betekent dit dat een gekozen profiel in het voortgezet onderwijs altijd direct toegangsrecht zal moeten verschaffen voor een groot aantal HO-opleidingen, en dat elke HO-opleiding in beginsel direct toegankelijk moet zijn vanuit één VO-profiel, én indien mogelijk vanuit meer profielen al of niet vergezeld van een eis betreffende het profielkeuzevak en/of (een) extra vak(ken). Een en ander impliceert het belang van het centraal VO-examen. Ik acht het een goede zaak dat er daarnaast ook toelaatbaarheid is, dat wil zeggen dat een afzonderlijke instelling de gelegenheid kan geven aan degenen die geen toegangsrecht hebben op basis van hun vakkenpakket, onder bepaalde voorwaarden toch ingeschreven te worden. Dit systeem van toegangsrecht én toelaatbaarheid bewerkstelligt mijns inziens een zo groot mogelijke doorstroming waarbij voldoende garantie bestaat dat voor vo-leerlingen een goede aansluiting mogelijk is. Voor de volledigheid wijs ik er nog op dat die aansluiting nog verder wordt bevorderd door het feit dat instellingen onder degenen die toegangsrecht hebben, in beperkte mate mogen of moeten selecteren op andere geschiktheidscriteria dan niveau en inhoud van de vooropleiding 1. De CDA-leden vragen mijn oordeel over het VSNU-advies, en meer in het bijzonder over het advies over de medische wetenschappen. Over de medische wetenschappen spreken de PvdAleden uit dat het onjuist is als het profiel N&G zonder Natuurkunde onvoldoende is voor het overgrote deel van de WO-gezondheidsstudies. Het VSNU-advies beoordeel ik in het algemeen echter als goed. Wat betreft de toegang tot de medische wetenschappen, en ook tot andere opleidingen, ben ik namelijk van oordeel dat er geen fundamenteel bezwaar tegen is dat een profielkeuzevak vereist is, zeker niet als een bepaald profielkeuzevak door vrijwel alle scholen zal worden aangeboden. Dat acht ik inherent aan het principe van profielkeuzevakken. Ik ben dan ook voornemens in de vast te stellen Regeling nadere vooropleidingseisen het advies van de VSNU te honoreren. Wel heeft het mij enigszins bevreemd, dat het op verzoek van de KNAW te ontwikkelen vak Natuur, Leven en Techniek ook een profielkeuzevak in het geval van de gezondheidszorgwetenschappen weinig positie heeft gekregen. Ik meen dat daarmee weinig recht wordt gedaan aan de intenties waarmee dit vak wordt ontwikkeld. Ik zal het advies van de VSNU nu volgen, maar ik ben voornemens hierover opnieuw met de VSNU te overleggen na afronding van de ontwikkeling van het vak. Voor wat betreft het relatief geringe aantal opleidingen in de WO-sector Natuur en Gezondheid die rechtstreeks toegankelijk zijn met het profiel N&G ongeacht het profielkeuzevak, heb ik aan de VSNU de vraag voorgelegd of er mogelijkheden zijn om bij meer opleidingen aan het profiel N&G ongeacht het profielkeuzevak toegangsrecht te geven. Dit heeft niet tot verandering in het advies geleid, en ook dit advies zal ik volgen. De leden van het CDA vragen of er overeenstemming met het VO is vereist over de nadere vooropleidingseisen. Ik ben van mening dat het in het licht van de functie van de nadere 1 De in dit kader belangrijkste selectiemogelijkheden: -Voor 21 opleidingen (bv. de kunst-opleidingen) moet geselecteerd worden op aanvullende eisen. - Numerus-fixus-opleidingen mogen tot 50% van de studenten selecteren op motivatie en bijzondere geschiktheid. - De experimenten Ruim baan voor Talent : bepaalde opleidingen mogen 100 % van de aspirant-studenten selecteren op motivatie en bijzondere geschiktheid.

vooropleidingseisen namelijk het scheppen van een adequaat en tevens zo ruim mogelijk toegangsrecht, dus ook vanuit andere VO-profielen dan het meest aangewezen VO-profiel - vanzelfsprekend is dat het HO-veld overleg pleegt met het VO-veld. Daarom heb ik de HBOraad en de VSNU ook verzocht om het VO-veld (in het bijzonder de decanen) te betrekken bij de opstelling van hun advies. Ik ben echter van oordeel dat de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de advisering in de eerste plaats bij de HO-opleidingen ligt die immers in staat en bereid moeten zijn om ook de categorie aspirant-studenten uit andere profielen dan het meest aangewezen profiel een goede kans op succes te bieden. Dit is de reden dat overeenstemming met het VO-veld niet is vereist. Ik wil het oordeel van het VOveld echter wel kennen. Daarom is het ook goed dat de uiteindelijke beslissing op basis van de advisering betreffende de inhoud van de regeling bij mij ligt. De leden van de PvdA-fractie vragen op welke wijze wordt voorkomen dat economiestudenten met profiel E&M en dus Wiskunde A in problemen geraken nu er van economiefaculteiten signalen komen dat men liever studenten met een profiel Natuur en Techniek heeft. Ik ga ervan uit dat de instellingen beide categorieën studenten die met E&M en degenen met een Natuurprofiel - goed willen en kunnen bedienen. Ik apprecieer in elk geval dat de universiteiten de VO-abituriënten met de Natuurprofielen rechtstreeks toegang willen geven tot de economische opleidingen. Ook wijs ik erop dat het vak Wiskunde in het profiel E&M intussen verbeterd wordt. De leden van de PvdA-fractie vragen ook op welke wijze wordt gewaarborgd dat de afspraken over de toegang tot de lerarenopleiding basisonderwijs wat betreft de voorbereiding met rekenkundige vaardigheden niet blijven bij goede intenties van de koepelorganisaties, maar ook op de scholen voor voortgezet onderwijs effect hebben. Op 23 januari 2006 heb ik u geïnformeerd over de nadere uitwerking van de beleidsagenda lerarenopleidingen in het bijzonder met betrekking tot de verbetering van rekenvaardigheid van de Pabo-instroom. Ik heb uw Kamer bij brief van 2 juni 2006 (kenmerk AP/OKP/2006/24556) geïnformeerd over de analyse van de aard van de problematiek en over de afspraken die ik met VO- en BVE-veld en met de HBO-raad heb gemaakt over de aanpak, met name op onderwijsinstellingen voor VO en BVE. De leden van de PvdA vragen een oordeel over de wens van de universiteiten tot een landelijke regeling die uitgaat van toegangsrecht gebaseerd op doorstroomprofiel én nadere vooropleidingseisen, en niét van toelaatbaarheid. Ik heb begrepen dat de VSNU de manier waarop instellingen de toelaatbaarheid nu vaak vormgeven, wél wil voortzetten, te weten het inschrijven van studenten met deficiënties nadat zij door een onafhankelijke instelling (en dus niet door de universiteit zelf waar de student inschrijving vraagt) zijn beoordeeld op de vraag of zij aan vergelijkbare eisen voldoen. Ik keur deze invulling van toelaatbaarheid op zichzelf goed, maar meen tevens dat de volgens de wet toegestane andere mogelijke invulling (beoordeling door de instelling) niet moet worden afgeschaft. De leden van de VVD-fractie stellen in dit kader nog de vraag hoe groot het risico is dat instellingen wanneer zij een eigen onderzoek instellen, studenten zullen aannemen die onvoldoende vooropleiding hebben. Er staan mij geen gegevens ter beschikking over de slaagkans van studenten die langs deze weg bij een opleiding zijn ingeschreven. Ik wijs er echter op dat de instellingen in hun onderwijsen examenregeling de eisen moeten opnemen, waarmee ook dit aspect onderwerp is van kwaliteitszorg.