Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 5 Samenvatting door Fleur 1005 woorden 10 oktober 2017 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde 5.1 Een schema van de elektrische installatie van je huis is het schakelschema In dat schema zijn de onderdelen en de verbindingen tussen de elektrische onderdelen aangegeven. Zo n schema bevat allerlei symbolen die bepaalde onderdelen weergeven. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 1 van 6
Batterij Gloeilampje Schakelaar + - Draad Kruising Stopcontact Voltmeter Weerstand Amperemeter elektromagneet In een schakelschema gebruik je symbolen om aan te geven hoe een schakeling gebouwd is. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 2 van 6
Elektrische stroom in een schakeling loopt van pluspool van de spanningsbron, door alle draadjes en andere onderdelen, naar de minpool van de spanningsbron. Er gaat onderweg geen stroom verloren. Wel verlies je elektrische energie. Deze wordt omgezet in een andere vorm, bijvoorbeeld warmte, geluid of licht. Elektrische stroom in een draad bestaat uit bewegende elektronen. De spanningsbron pompt de elektrische stroom rond. De elektrische stroom die de pluspool van de batterij verlaat is precies even groot als de stroom die bij de minpool binnenkomt. De stroom transporteert energie naar de onderdelen in de stroom kring. Als de stroomkring onderbroken is kan de elektrische stroom niet meer door de stroomkring. Een stroomkring kan onderbroken worden door een schakelaar, door een slecht contact of draadbreuk. Elektronen zijn zeer kleine deeltjes die in ontelbare hoeveelheden in elk stukje materie zitten. Elektrische onderdelen die in dezelfde stroomtak zitten, zijn serie geschakeld. Elektrische onderdelen die in een aparte stroomtak zitten, zijn parallel geschakeld. Een combinatie van serie en parallel noem je een combinatieschakeling. 5.2 Als elektronen ( zie 5.1 ) te dicht op elkaar zitten ontstaat er een spanning: ze gaan zover mogelijk bij elkaar vandaan. Een spanningsbron maakt daar gebruik van. Aan de minpool hopen de elektronen zich op. Aan de pluspool is er een tekort aan elektronen. De mate waarin de elektronen op elkaar geperst zijn is de elektrische spanning ( U ) De spanning meet je in volt ( V ) Hoe groter de spanning, hoe meer energie er vrijkomt als de elektronen door de stroomkring gaan. Als de elektronen via de stroomkring terugkomen bij de spanningsbron worden ze opnieuw op elkaar gepropt Stroom is het gevolg van spanning die over de stroomkring https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 3 van 6
Elektrische stroom is de bewegende lading die komt door de elektronen die met hun negatieve lading door de stroomkring worden gestuwd. Hoe sterker de stroom, hoe meer lading er per seconde door de stroomkring beweegt. De stroomsterkte ( I ) meet je in ampère ( A ) De stroomsterkte meet je met een ampèremeter. De spanning meet je met een voltmeter. Beide kun je meten met een universeelmeter. Maar de bediening is minder makkelijk. Als je de stroomsterkte wilt weten zet je de ampèremeter in serie, in de stroomkring. Als je de spanning wilt weten zet je de voltmeter in parallel, tussen 2 plekken in de stroomkring. Vermogen ( watt ) = spanning ( volt ) x stroomsterkte ( ampère ) = P = U x I 5.3 De weerstand ( R ) wordt bepaald door de mate waarin elektronen gehinderd worden om door een voorwerp te stromen. Je meet weerstand in ohm. De stroomsterkte is afhankelijk van de weerstand en de spanning. De wet van ohm is ontdekt door de Duitse natuurkundige George Ohm. Volgens de wet van ohm is de stroomsterkte in gelijke verhouding met de spanning en omgekeerd in gelijke verhouding met de weerstand. Hoe lager de weerstand, hoe groter de stroomsterkte. https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 4 van 6
Hoe lager de spanning, hoe kleiner de stroomsterkte. Grootheid Eenheid Afkorting Symbool Spanning Volt V U Stroomsterkte Ampère A I Weerstand Ohm Ω R Vermogen Watt W P Energie Kilowattuur KWh E Tijd Uur H t Potentiaal= hoeveel lading Potentiaal verschil= verschil spanning tussen de = + en polen. AC= Ahernating Current = wisselspanning/stroom DC = Direct Current = gelijkspanning/stroom Dozijn = 12 Gros= 144 Coulomb= 6,25 x 10 18 M Mega 10 6 m milli 10-3 m micro 10-6 k kilo 10 3 h hecto 10 2 c centi 10-2 da deca 10 1 d deci 10-1 Formules: https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 5 van 6
P= U XI U= I X R E= P X T Q= I X t E= U X Q E= P X t = U X I X t T= 1 : F F= 1: T E= P X t = U X I X t = U X Q T = trillingstijd Periodetijd Q= lading F= Frequentie https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-natuurkunde-hoofdstuk-5-110804 Pagina 6 van 6