Zwart = tekst van verhaal Rood = de vragen die de voorlezer tussendoor stelt Blauw = de antwoorden die de kinderen kunnen geven

Vergelijkbare documenten
Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan.

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes,

Poekie is verdrietig. Want zijn papa en mama gaan scheiden. Geschreven door. Mariska van der Made. Illustraties van. Dick Rink

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur.

Antoine in Nepal. Karel Peeraer.

Draak trekt haar zwempak aan. Lekker zwemmen, juicht ze. Muis aarzelt. Ga je niet mee? vraagt Draak. Ik wil wel, maar Draak begrijpt het opeens.

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

7.5 Script en plaatjes post-test

Ik heb een nieuw horloge, zegt papa. Kijk.


Inleiding Waarom vind jij bewegen belangrijk?

ik heb t! Gerard van Midden Noëlle Smit

Storm in het bos. Storm in het bos. Isabel Versteeg Storm in het bos

Knabbel en Babbeltijd.

Herman gaat met zijn dochter Lies naar de dierentuin. Joppie de hond gaat ook mee. Ze gaan gelijk naar de apen, die dicht bij de ingang zijn.

Jino Tandplak stelt voor Henrie de bacterie en de glijbaan. Voor meer info kijk op kleinejino.wordpress.com

Les 3 Voorspellen Leestekst: Mijn droom. Introductiefase:

Charles den Tex VERDWIJNING

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw

Sinterklaas, weet je de weg?

Muis heeft tikkertje gespeeld met Draak. Het is al donker als ze naar huis wil. Muis moet nog een heel eind door het bos.

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

De boekenbeer Module dans groep 1-2

Het Gouden Ei. De Voorstelling. Illustraties en tekst: Marijke Meyer

Lotte is er erg blij mee. Ik wilde altijd al een huisdier voor mezelf, zegt ze tegen opa. En nu heb ik er opeens een heleboel.

De dieren in de dierentuin bereiden zich voor op het Kerstfeest. Mevrouw Nijlpaard neem nog even een bad voordat ze aan het kerstdiner gaat en meneer

Miauw! Miauw!

Introductie: Brom en Bram

Prinses Marijke. op de. Thee

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

Er vaart een boot op het grote meer

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI

Schaapje Schaap woont op de weide samen met Nina en Osto.

De avonturen van Sint en Piet

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Ria Massy. De taart van Tamid

Copyright Beertje Anders

Niet eerlijk. Kyara Blaak

Bij H&M. Nederlandse Academie 02/ A2

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Lesbrief. Blauw water Simone van der Vlugt

mei 2014 vanaf 4 jaar tekst: Judith Nieken muziek: Ton Kerkhof Vogeltje, vogeltje - BVP Hint Music 2014

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

De kinderen van Ayse spelen nu wel lekker buiten!

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Verhaal- en kleurboek voor kinderen. Instituut voor Islamitische Studies en Publicaties

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde.

Postbus AJ Wageningen Het ontbijt van Thijs

Spookhuis. Philip Preece

Ik mag tien vriendinnen uitnodigen op mijn verjaardagsfeestje. De uitnodigingen liggen netjes naast elkaar op mijn bureau. Ik heb de namen heel dun

Rivka voelt tranen in haar ogen. Vader aait over haar wang. Hij zegt: Veel plezier, prinsesje. Vergeet je nooit wie je bent? Dan draait vader zich

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt.

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

De meester is een Vampier

Illustraties omslag en binnenwerk Esther Leeuwrik Ontwerp omslag Geert de Koning Vormgeving binnenwerk Hans Boshuyer

Marleen loopt met de tijd Mee. Tekeningen en tekst: Dick de Jong

De verdwenen pakjes. Maarten Stevens

!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! Uitgave van Stichting Be Aware Januari 2015 WIL JE MINDER GAMEN?

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

maan kijken maan is grijs geel maan muis (diamant) kaas raket muis maan ruimtepak raket kruiwagen geld lachen niet betalen

januari 2013 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Winterwoorden - BVP Hint Music 2013

Het kasteel van Dracula

Eh ja, zegt hij, dat kan ook.

Net als mensenkindjes sluit je visjes niet op Laat ze goed bewegen En zwemmen Hop hop hop hop hop hop hop (x2)

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Rianne haalt haar hand door Jochems haar terwijl ze naar de kamer loopt. Kijk eens wie we daar hebben? roept ze als ze uit het raam kijkt.

Anastacia, de dochter van de Tsaar.

De arme man en zijn parkiet

Wat eten we van vandaag? tafelklets! Kies een pagina. Lees, proef, kruis aan, vertel, kies, lach, eet en klets!

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

welkomstboekje school Basisschool KOM.MIJN

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam

Tekst: Wie en wat heb je nodig? Lied: 1 Petrus 5 : 7 Werp al je zorgen op Hem, want Hij zorgt voor jou.

Het is herfst in de poppenkast. door Nellie de Kok

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

Tekening voorkant: Tara van Veen. Tekeningen binnenin: Alette Straathof. Leeftijd: jaar AVI: E3 M4. Lettertype: Dyslexie

Ik help je wel. illustraties Karlijn Scholten verhaal Isabelle de Ridder

DE SPROOKJESPARADE. Rolverdeling:

2 spelers in de poppenkast. (het kan gespeeld woorden door 1 persoon) Speler 1: Katrijn en de koningin Speler 2: Jan Klaassen

Dan komt Pat op het bed terecht. Maar het gaat niet helemaal goed. Ho, buur, roept Pat, dit gaat mis!

Mamma vliegt steeds hoger.

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Zwart in de nacht (muziek Thriller )

Jij durft over jouw gevoelens praten. Complimenten geven is voor jou kinderspel. Jij ligt s nachts niet te piekeren. Jij hebt vat op de dingen.

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

De MS van Tess Als elke dag onzeker is

gaat eronder staan blaffen. Kolletje en Dirk rennen naar hem toe. Je mag geen katten plagen, zegt Kolletje. Dat vindt Dirk ook. Je bent stout.

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Beste vrienden, ik mag jullie vandaag vertellen over de laatste week van het leven van Jezus.

Documentaire vrijheid Depressie

Vragenkaartjes voor kinderen van 4 t/m 6 jaar

Thema: De buitenwereld ontdekken en beleven!

Transcriptie:

Instructies: Zwart = tekst van verhaal Rood = de vragen die de voorlezer tussendoor stelt Blauw = de antwoorden die de kinderen kunnen geven Maandag Wat zie je op de voorkant? (een konijn en wortels) Heel goed. Dit verhaal gaat namelijk over een konijn dat graag wortels eet. En waarschijnlijk gaat Konijn iemand redden, want de titel is De dappere redding van Konijn. Dinsdag Vandaag gaan we weer lezen over De dappere redding van Konijn. Wat eet Konijn ook alweer graag? (wortels) Heel goed! Wortels, want daar wordt hij fit en sterk van! Woensdag Ik ga het boek De dappere redding van Konijn voorlezen. In dit verhaal eet Konijn graag wortels. Weet je nog waarom? (want van wortels word je fit en sterk) Donderdag Vandaag gaan we weer lezen over De dappere redding van Konijn. Waarom is Konijn eigenlijk dapper? Wie redt hij in het boek? (hij redt zijn vriendinnetje) Heel goed, zullen we beginnen Vrijdag Dit is het boek De dappere redding van Konijn. Waar gaat dit verhaal over? Zullen we gaan kijken of dat klopt?

De dappere redding van konijn 1

Tekst bij pagina 1: Maandag Kijk daar hebben we Konijn. Konijn is vandaag op school. Hij zit te vissen in de waterbak en neuriet vrolijk een liedje. Visje, visje, in het water. Visje, visje, in de kom. Ken je dit liedje? Maar Konijn vangt geen vis. Dinsdag Kijk daar hebben we Konijn. Konijn is vandaag op school. Hij zit te vissen in de waterbak en neuriet vrolijk een liedje. Visje, visje, in het water. Visje, visje (in de kom ) Maar Konijn vangt geen vis. Woensdag Kijk daar hebben we Konijn. Konijn is vandaag op school. En wat doet Konijn? (hij vist) En wat nog meer? (hij zingt een liedje) Inderdaad, Konijn zit te vissen in de waterbak en neuriet vrolijk een liedje. Visje, visje, in het water. Visje, visje, in de kom Maar Konijn vangt geen vis. Donderdag Kijk daar hebben we Konijn. Konijn is vandaag op school. Hij zit te vissen in de waterbak. Speel jij ook weleens met de waterbak? En vind je dat leuk? Tijdens het vissen neuriet Konijn vrolijk een liedje. Visje, visje, (in het water. Visje, visje, in de kom ) Maar Konijn vangt geen vis. Vrijdag Kijk daar hebben we Konijn. Konijn is vandaag op school. Hij zit te vissen in de waterbak en neuriet vrolijk een liedje. Visje, visje, (in het water. Visje, visje, in de kom ) Maar Konijn vangt geen vis. Wat gaat hij daarom doen? (hééééél stil zijn). Zullen we eens kijken

1

Tekst bij pagina 2: Maandag Misschien moet ik héél stil zijn en niet bewegen, denkt Konijn. Dus Konijn is hééééél stil. Zo stil zelfs, dat. Nou, wat gebeurt er? (hij valt in slaap) Heel goed, Konijn valt in slaap! Dinsdag Misschien moet ik héél stil zijn en niet bewegen, denkt Konijn. Dus Konijn is hééééél stil. Zo stil zelfs, dat Konijn in slaap valt. Woensdag Misschien moet ik héél stil zijn en niet bewegen, denkt Konijn. Dus Konijn is hééééél stil. Zo stil zelfs, dat Konijn (in slaap valt) Donderdag Misschien moet ik héél stil zijn en niet bewegen, denkt Konijn. Dus Konijn is hééééél stil. Zo stil zelfs, dat Konijn in slaap valt. Vrijdag Misschien moet ik héél stil zijn en niet bewegen, denkt Konijn. Dus Konijn is hééééél stil. Zo stil zelfs, dat Konijn in slaap valt.

2

Tekst bij pagina 3: Maandag Plotseling schrikt Konijn wakker. Help, help, schreeuwt het vriendinnetje van Konijn, ik zit opgesloten in de kasteeltoren. Dapper roept Konijn: Ik kom je redden. Maar zo gemakkelijk is dat niet. Zijn vriendinnetje zit boven op de tafel. Denk je dat Konijn haar kan redden? Zullen we eens kijken wat er gebeurt. Dinsdag Plotseling schrikt Konijn wakker. Waar schrikt Konijn van wakker? (zijn vriendinnetje roept) Inderdaad, het vriendinnetje van Konijn schreeuwt: Help, help, ik zit opgesloten in de kasteeltoren. Dapper roept Konijn: Ik kom je redden. Maar zo gemakkelijk is dat niet. Zijn vriendinnetje zit boven op de tafel. Woensdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? (Plotseling schrikt Konijn wakker. Help, help, schreeuwt het vriendinnetje van Konijn, ik zit opgesloten in de kasteeltoren. Dapper roept Konijn: Ik kom je redden. Maar zo gemakkelijk is dat niet. Zijn vriendinnetje zit boven op de tafel.) Donderdag Plotseling schrikt Konijn wakker. Help, help, schreeuwt het vriendinnetje van Konijn. Wat is er aan de hand met zijn vriendinnetje? (ze zit opgesloten in de kasteeltoren / zit op een hoge tafel). Heel goed, het vriendinnetje van Konijn zit opgesloten in de kasteeltoren. Dapper roept Konijn: Ik kom je redden. Maar zo gemakkelijk is dat niet. Zijn vriendinnetje zit boven op de tafel. Vrijdag Plotseling schrikt Konijn wakker. Help, help, schreeuwt het vriendinnetje van Konijn, ik zit opgesloten in de kasteeltoren. Wat gaat Konijn doen? (hij gaat zijn vriendinnetje redden) Inderdaad, hij gaat zijn vriendinnetje redden. Konijn is dus heel dapper. Een echte held! Zou jij ook een held willen zijn? Het is alleen niet gemakkelijk voor Konijn om zijn vriendinnetje te redden, want ze zit boven op de tafel.

3

Tekst bij pagina 4: Maandag Konijn kijkt omhoog, pfff, dat is wel een hele hoge tafel! Sorry vriendinnetje, dat lukt me niet. Ik ben moe. Ik moet eerst wat eten. KLING KLING KLING, klinkt het in de klas. Gelukkig, het is pauze. Dinsdag Konijn kijkt omhoog, pfff, dat is wel een hele hoge tafel! Sorry vriendinnetje, dat lukt me niet. Ik ben moe. Ik moet eerst (wat eten. ) KLING KLING KLING, klinkt het in de klas. Gelukkig, het is pauze. Woensdag Konijn kijkt omhoog, pfff, dat is wel een hele hoge tafel! Sorry vriendinnetje, dat lukt me niet. Ik ben moe. Ik moet eerst wat eten. KLING KLING KLING, klinkt het in de klas. Gelukkig, het is (pauze) Eet jij ook in de pauze? Wat eet je dan? Eet je ook weleens wortels in de pauze? Donderdag Konijn kijkt omhoog, pfff, dat is wel een hele hoge tafel! Sorry vriendinnetje, dat lukt me niet. Waarom kan Konijn zijn vriendinnetje niet redden? (hij is moe, moet eerst wat eten) Inderdaad, Konijn moet eerst wat eten. KLING KLING KLING, klinkt het in de klas. Gelukkig, het is pauze. Vrijdag Konijn kijkt omhoog, pfff, dat is wel een hele hoge tafel! Sorry vriendinnetje, dat lukt me niet. Ik ben moe. Ik moet eerst wat eten. KLING KLING KLING, klinkt het in de klas. Wat betekent dat? Het is tijd om? (te gaan eten / pauze)

4

Tekst bij pagina 5: Maandag Konijn slentert naar de kraan, wast zijn handen, pakt zijn rugzak en gaat zitten. Hij maakt zijn rugzak open. En wat ziet Konijn? (wortels) Inderdaad, Konijn ziet wortels: mmmmmm! Konijn begint te knagen. Dat is lekker! Konijn voelt zich weer helemaal fit en sterk. Weet je wat fit betekent? Dat betekent dat je heel veel energie hebt. En denk je dat Konijn nu wel zijn vriendinnetje kan redden? Zullen we eens kijken Dinsdag Konijn slentert naar de kraan, wast zijn handen, pakt zijn rugzak en gaat zitten. Hij maakt zijn rugzak open. En wat ziet Konijn? (wortels) Inderdaad, Konijn ziet wortels: mmmmmmm! Konijn begint te knagen. Dat is lekker! Eet jij ook weleens wortels? Heb je gisteren wortels gegeten? En kijk eens naar het plaatje. Wat wordt Konijn van wortels eten? (fit en sterk) Heel goed, Konijn is fit en sterk. Hij zegt: Nu kan ik je redden, vriendinnetje! Woensdag Konijn slentert naar de kraan, wast zijn handen, pakt zijn rugzak en gaat zitten. Hij maakt zijn rugzak open. En wat ziet Konijn? Wortels! Vindt Konijn wortels lekker? (ja) Inderdaad, Konijn vindt wortels héééééél lekker: mmmmmm! En hij begint te knagen. En wat wordt Konijn van de wortels? (fit en sterk) Heel goed, Konijn voelt zich weer helemaal fit en sterk. Nu kan ik je redden, vriendinnetje! Donderdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? (Konijn slentert naar de kraan, wast zijn handen, pakt zijn rugzak en gaat zitten. Hij maakt zijn rugzak open. En wat ziet Konijn? Wortels, mmmmmm! Konijn begint te knagen. Dat is lekker! Konijn voelt zich weer helemaal fit en sterk. Nu kan ik je redden, vriendinnetje! ) Eet jij ook weleens wortels? Warm of koud? Konijn eet zijn wortels het liefst koud. Dus als ze nog knapperig zijn. Vrijdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? (Konijn slentert naar de kraan, wast zijn handen, pakt zijn rugzak en gaat zitten. Hij maakt zijn rugzak open. En wat ziet Konijn? Wortels, mmmmmm! Konijn begint te knagen. Dat is lekker! Konijn voelt zich weer helemaal fit en sterk. Nu kan ik je redden, vriendinnetje! ) Konijn wordt dus heel blij van wortels. Word jij ook blij van wortels?

5

Tekst bij pagina 6: Maandag En ja hoor, Konijn klimt snel op de hoge tafel. Tadaaaaaa! Daar staat Konijn in de kasteeltoren. Ik heb lekkere wortels gegeten, dus ik ben fit en sterk. Nu kan ik je veilig naar beneden brengen, vriendinnetje. Kom we springen samen naar beneden. Dinsdag En ja hoor, Konijn klimt snel op de hoge tafel. Tadaaaaaa! Daar staat Konijn in de kasteeltoren. Ik heb lekkere wortels gegeten, dus ik ben (fit en sterk). Nu kan ik je veilig naar beneden brengen, vriendinnetje. Kom we springen samen naar beneden. Woensdag En ja hoor, Konijn klimt snel op de hoge tafel. Tadaaaaaa! Daar staat Konijn in de kasteeltoren. Ik heb lekkere wortels gegeten, dus ik ben fit en sterk. Nu kan ik je veilig naar beneden brengen, vriendinnetje. Kom we springen samen naar beneden. Donderdag En ja hoor, Konijn klimt snel op de hoge tafel. Tadaaaaaa! Daar staat Konijn in de kasteeltoren. Ik heb lekkere wortels gegeten, dus ik ben (fit en sterk). Nu kan ik je veilig naar beneden brengen, vriendinnetje. Kom we springen samen naar beneden. Vrijdag En ja hoor, Konijn klimt snel op de hoge tafel. Tadaaaaaa! Daar staat Konijn in de kasteeltoren. Ik heb lekkere wortels gegeten, dus ik ben fit en sterk. Nu kan ik je veilig naar beneden brengen, vriendinnetje. Kom we springen samen naar beneden.

6

Tekst bij pagina 7: Maandag Konijn pakt de hand van zijn vriendinnetje vast, klaar om te springen. Denk je dat zijn vriendinnetje durft te springen? Kijk eens naar haar gezicht. Kijkt ze blij of bang? (nee, ze is bang) Nee, ze durft niet te springen, want, zegt ze: Jij hebt wortels gegeten, maar ik niet. Konijn ziet dat zijn vriendinnetje bang is. Wacht, ik heb een idee!, roept Konijn. Dinsdag Konijn pakt de hand van zijn vriendinnetje vast, klaar om te springen. Durft het vriendinnetje van Konijn te springen? (nee) En waarom niet? (geen wortels gegeten) Inderdaad, het vriendinnetje van Konijn durft niet te springen, omdat zij geen wortels heeft gegeten. Konijn ziet dat zijn vriendinnetje bang is. Wacht, ik heb een idee!, roept Konijn. Woensdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? (Konijn pakt de hand van zijn vriendinnetje vast, klaar om te springen. Neeee, ik durf niet, zegt het vriendinnetje van Konijn. Jij hebt wortels gegeten, maar ik niet. Konijn ziet dat zijn vriendinnetje bang is. Wacht, ik heb een idee!, roept Konijn.) Donderdag Konijn pakt de hand van zijn vriendinnetje vast, klaar om te springen. Neeee, ik durf niet, zegt het vriendinnetje van Konijn. Jij hebt wortels gegeten, maar ik niet. Konijn ziet dat zijn vriendinnetje bang is. Wacht, ik heb een idee!, roept Konijn. Wat voor idee heeft Konijn? (hij gaat een wortel pakken en aan zijn vriendinnetje geven) Zullen we kijken of dat klopt Vrijdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? (Konijn pakt de hand van zijn vriendinnetje vast, klaar om te springen. Neeee, ik durf niet, zegt het vriendinnetje van Konijn. Jij hebt wortels gegeten, maar ik niet. Konijn ziet dat zijn vriendinnetje bang is. Wacht, ik heb een idee!, roept Konijn.)

7

Tekst bij pagina 8: Maandag Konijn springt naar beneden en rent naar zijn rugzak. Kijk eens wat ik heb! Wat geeft Konijn aan zijn vriendinnetje? (een wortel) Heel goed, een wortel. Het vriendinnetje van Konijn springt op. Een wortel, een wortel, juicht ze. Als je wortels eet, voel je je fit en sterk! Konijn geeft de wortel aan zijn vriendinnetje. En ja hoor, na een paar happen Wat denk je dat er met het vriendinnetje van Konijn gebeurt? (ook fit en sterk) Zullen we eens kijken. Dinsdag Konijn springt naar beneden en rent naar zijn rugzak. Kijk eens wat ik heb! Wat heeft Konijn gepakt? (een wortel) En wordt het vriendinnetje van Konijn daar blij van? (ja) Ja, ze juicht zelfs: Een wortel, een wortel. Als je wortels eet, voel je je fit en sterk! Konijn geeft de wortel aan zijn vriendinnetje. En ja hoor, na een paar happen Woensdag Konijn springt naar beneden en rent naar zijn rugzak. Kijk eens wat ik heb! Het vriendinnetje van Konijn springt op. Een wortel, een wortel, juicht ze. Als je wortels eet, voel je je (fit en sterk! ) En wat doet Konijn hier? (geeft de wortel aan zijn vriendinnetje) Inderdaad, Konijn geeft de wortel aan zijn vriendinnetje. En ja hoor, na een paar happen Donderdag Konijn springt naar beneden en rent naar zijn rugzak. Kijk eens wat ik heb! Het vriendinnetje van Konijn springt op. Een wortel, een wortel, juicht ze. Waarom geeft Konijn een wortel aan zijn vriendinnetje? (dan wordt ze fit en sterk) Inderdaad, als je wortels eet, voel je je fit en sterk! En kijk eens naar het gezicht van het vriendinnetje van Konijn. Is ze blij dat ze een wortel krijgt? (ja) Zou jij ook graag een wortel willen krijgen? Konijn geeft de wortel aan zijn vriendinnetje. En ja hoor, na een paar happen Vrijdag En wat gebeurt er op deze pagina? (Konijn springt naar beneden en rent naar zijn rugzak. Kijk eens wat ik heb! Het vriendinnetje van Konijn springt op. Een wortel, een wortel, juicht ze. Als je wortels eet, voel je je fit en sterk! Konijn geeft de wortel aan zijn vriendinnetje. En ja hoor, na een paar happen )

8

Tekst bij pagina 9: Maandag Na een paar happen voelt het vriendinnetje van Konijn zich ook fit en sterk. Hoepla, daar springt ze van de tafel af. Kijk eens naar de plaatjes. Zijn Konijn en zijn vriendinnetje blij? (ja) Ja, ze juichen zelfs: Joehoe, juicht Konijn. Zijn vriendinnetje is gered. Joehoe, juicht het vriendinnetje van Konijn. Konijn en zijn vriendinnetje zijn fit en sterk van de wortels. Zelfs zo fit en sterk, dat ze nog een paar keer in de kasteeltoren klimmen. Konijn en zijn vriendinnetje eten dus heel graag wortels. Eet jij ook weleens wortels? Dinsdag voelt het vriendinnetje van Konijn zich ook (fit en sterk) Hoepla, daar springt ze van de tafel af. Joehoe, juicht Konijn. Zijn vriendinnetje is gered. Joehoe, juicht het vriendinnetje van Konijn. Konijn en zijn vriendinnetje zijn fit en sterk van de wortels. Zelfs zo fit en sterk, dat ze nog een paar keer in de kasteeltoren klimmen. Woensdag springt het vriendinnetje van Konijn van de tafel. Waarom kan ze nu wel van de tafel springen? (omdat ze fit en sterk is) Heel goed. En daar zijn Konijn en zijn vriendinnetje heel blij om. Joehoe, juicht Konijn. Zijn vriendinnetje is gered. Joehoe, juicht het vriendinnetje van Konijn. Konijn en zijn vriendinnetje zijn fit en sterk van de wortels. Zelfs zo fit en sterk, dat ze nog een paar keer in de kasteeltoren klimmen. Ben jij ook graag fit en sterk? En wat doe je als je fit en sterk bent? Donderdag Nu is het jouw beurt. Wat gebeurt er op deze pagina? ( voelt het vriendinnetje van Konijn zich ook fit en sterk. Hoepla, daar springt ze van de tafel af. Joehoe, juicht Konijn. Zijn vriendinnetje is gered. Joehoe, juicht het vriendinnetje van Konijn. Konijn en zijn vriendinnetje zijn fit en sterk van de wortels. Zelfs zo fit en sterk, dat ze nog een paar keer in de kasteeltoren klimmen.) Vrijdag Vertel maar verder: wat gebeurt er op deze pagina? ( voelt het vriendinnetje van Konijn zich ook fit en sterk. Hoepla, daar springt ze van de tafel af. Joehoe, juicht Konijn. Zijn vriendinnetje is gered. Joehoe, juicht het vriendinnetje van Konijn. Konijn en zijn vriendinnetje zijn fit en sterk van de wortels. Zelfs zo fit en sterk, dat ze nog een paar keer in de kasteeltoren klimmen.) Konijn en zijn vriendinnetje worden dus fit en sterk van wortels. Word jij ook fit en sterk van wortels? En wat doe je als je fit en sterk bent?

9

Tekst bij pagina 10: Maandag Na al dat klimmen en klauteren zegt Konijn: Kom, in de kasteeltuin is een grote vijver. Samen rennen ze naar de watertafel. Hé, roept het vriendinnetje van Konijn, die visjes lijken wel wortels! Konijn en zijn vriendinnetje moeten heel hard lachen. Dinsdag Na al dat klimmen en klauteren zegt Konijn: Kom, in de kasteeltuin is een grote vijver. Samen rennen ze naar de watertafel. Hé, roept het vriendinnetje van Konijn, die visjes lijken wel (wortels! ) Konijn en zijn vriendinnetje moeten heel hard lachen. Woensdag Na al dat klimmen en klauteren zegt Konijn: Kom, in de kasteeltuin is een grote (vijver ) Samen rennen ze naar de watertafel. Hé, roept het vriendinnetje van Konijn, die visjes lijken wel wortels! Konijn en zijn vriendinnetje moeten heel hard lachen. Donderdag Na al dat klimmen en klauteren zegt Konijn: Kom, in de kasteeltuin is een grote vijver. Samen rennen ze naar de watertafel. Hé, roept het vriendinnetje van Konijn, die visjes lijken wel (wortels! ) Konijn en zijn vriendinnetje moeten heel hard lachen. Vrijdag Na al dat klimmen en klauteren zegt Konijn: Kom, in de kasteeltuin is een grote vijver. Samen rennen ze naar de watertafel. Wat zit er in de vijver? (visjes) En waar lijken die visjes op? (wortels) Inderdaad, Konijn en zijn vriendinnetje vinden dat de visjes op wortels lijken. En daar moeten ze hard om lachen.

10

Tekst bij pagina 11: Maandag Kijk, daar zitten Konijn en zijn vriendinnetje samen te vissen. Als je hééééél stil bent, hoor je ze zachtjes zingen. Wortel, wortel in het water. Wortel, wortel in de kom Hoor je dat het liedje is veranderd? Ze zingen nu niet meer visje, visje, maar wortel, wortel : grappig he? En wat heeft het vriendinnetje van Konijn aan haar hengel hangen? (een wortel) Dus als je fit en sterk wilt zijn, dan eet je? (wortels) Dinsdag Kijk, daar zitten Konijn en zijn vriendinnetje samen te vissen. Als je hééééél stil bent, hoor je ze zachtjes zingen. Wortel, wortel in het water. Wortel, wortel (in de kom ) En als je wortels eet, dan word je? (fit en sterk) Woensdag Kijk, daar zitten Konijn en zijn vriendinnetje samen te vissen. Als je hééééél stil bent, hoor je ze zachtjes zingen. Weet je nog wat voor liedje konijn en zijn vriendinnetje zingen? ( Wortel, wortel in het water. Wortel, wortel in de kom ) Dus als je fit en sterk wilt zijn, dan eet je? (wortels) Donderdag Kijk, daar zitten Konijn en zijn vriendinnetje samen te vissen. Als je hééééél stil bent, hoor je ze zachtjes zingen. Wortel, wortel (in het water. Wortel, wortel in de kom ). En als je wortels eet, dan word je? (fit en sterk) Vrijdag Kijk, daar zitten Konijn en zijn vriendinnetje samen te vissen. Als je hééééél stil bent, hoor je ze zachtjes zingen. En wat zingen ze? ( Wortel, wortel in het water. Wortel, wortel in de kom ) Dus als je fit en sterk wilt zijn, dan eet je? (wortels)

11

Colofon: Concept: Simone de Droog Schrijfster: Ernestien Honning Tekenaar: Andre Hanegraaf Druk mogelijk gemaakt door Rotterdam Lekker Fit!, gemeente Rotterdam 2014