Rechtbank van eerste aanleg est... Vlaanderen, afdeling rugge,

Vergelijkbare documenten
Recht nk van stsdvlaand ren, rugge, r rech bank

Vonnis. Rechtbank van eerste aanteg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, sectie correctionele rechtbank. zestiende kamer (B16) /

COP1. West-Viiaanderen, Rechtbank van eerste aanleg. afdeltng Brugge, Vonnis. secfie eorrectionele rechtbank. zestiende kamer (B16) / / /

Oost-Vlaanderen, strafzaken. Vonnis

KOPl 0PSCH0R TING. Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, sectie correctionele rechtbank. Vonnis. zestiende kamer (B16)

KOPI. Vonnis. Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, sectie correctionele reehtbank. afdesing Brugge, zestiende kamer (B16) / 2S2d / 2016

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken

Rechtbank van aanleg LIMBURG, Tongeren, Correctioneel.

sectie correctioneie rechtbank Vonnis Rechtbank van eerste aanieg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, zestiende kamer (B16) / 36 / / if o

Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel,

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, correctionele rechtbank

KOP. Rechtbank ta n eerste aanleg Vil/c;st.-Vf a1 1ti if'<e?r &tfi te b BrQJ tw o

Rechtbank van eerste aanleg Oost-VIaa nderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

_j. Hof van beroep Gent. Arrest C I _)J{;? I jsi1. 29 september 2017

Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Tongeren, sectie correctioneel

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015

Vonnis. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, I.) / kamer. Griffienummer.

AFSCHRIFT. Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken. Vonnis. L.ooy /2017. D13M kamer 20JUNI2011

Rechtbank eerste aanleg Leuven correctionele zaken Kamer 19. Vonnis. Vonnisnummer / Griffienummer. 1203/2019 Repertoriumnummer / Europees

CORRECTIONELE RECHTBANK ANTWERPEN AFDELING MECHELEN Not. nr. ME66.L Ooenbare terechtzittina van : 30 april 2015.

HOGER BEROEP. Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

ast-vlaanderen, afdeling Gent

cht ank van rste aanleg steavlaanderen, fdeling rugge;p se ie corre i nele re htbank

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, correctionele rechtbank

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Mechelen p.1 Dossiernr 18M zaal 20 Vonnisnr /

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN 23 JUNI 2010

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 15 DECEMBER 2015

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Vonnis B16 - Zestiende kamer / / / A juni BG66.L t{ Notienummer parket. Vonnisnummer/ Griffienummer

lll llllll l llllll lll l llllll Il Il Il lllll ll llllll lll

Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Tongeren, sectie correctioneel

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN VAN 18 OKTOBER 2010

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, correctionele rechtbank

Rechtbank van eerste aanleg Leuven, strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg esteavlaanderen, afdeling VEUR E, strafzaken

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LEUVEN VAN 15 FEBRUARI 2016

ME.012/2014 ST-011 B IN OB Binsoag

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken

Î 1. rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen. Vonnis. KamerAC1. 25juni RA A Aangeboden op. Niet te registreren

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Vonnis. Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdelêng Kortrijk, strafzaken / Q66 /2018. De negen A kamer. Vonnisnummer/ Griffienummer

DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN VAN 6 NOVEMBER 2015

9.ri Repertorîumnummer /Europees. rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen. Vonnis. Kamer ACl. 15 april A000968

Vonnis. 5 b. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Tongeren, sectie correctioneel, 1 rechter. ll de kamer. p:: l AFSCHRIFT.

Rechtbanl< van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

Arrest. veertiende kamer correctionele zaken / / / 18 januari /CO/ /PGA/ /VJ11/393. Arrestnummer.

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

2015/ ^5 BESTUURLIJKE INLXCH 1 anu : GE 66. L4.608/13 SW3. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG OOST-VLAANDEREN afdeling Gent

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaan deren,. afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Leuven correctionele zaken

De correctionele rechtbank van het arrondissement Hasselt VONNIS van 19 NOVEMBER 2008

Rechtbank van eerste aanleg ost-vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken

Winkelbediende Geboren te ) op Wonende te Antwerpen, Pakistaan

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 19 FEBRUARI 2019

rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt Sectie correctioneel

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN AFDELING TURNHOUT VAN 9 OKTOBER 2017

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 5 MEI 2015

Correctionele rechtbank van Antwerpen, 1 maart 2016, AC4 kamer

/:2-J l - I Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken. Vonnis /\G ' _." " l p / l :..

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 24 JUNI 2014

HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN VAN 4 DECEMBER e kamer

rechtbank eerste aanleg Leuven correctionele zaken Kamer 20 Vonnis Vonnisnummer / Griffienummer 1266/2019 Repertoriumnummer / Europees

Rechtbank van eerste aanleg est-vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken

<e(fhlitroj<d11n1 V Jrfû ce rr$f1e a 01 ceg

bouwwerken te hebben verricht zoals bepaald bij artikel a): het optrekken of plaatsen van een constructie,

AFSCHRIFT. Gepensioneerd Geboren te op Wonende te Antwerpen, Belgische. , Tussen 1 januari 2012 en 1juli2013, in meerdere malen,

Politierechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, KAMER 1 Vonnis. Uitgifte p. 1. Niet aan te bieden aan de ontvanger 2019/ A008786

1i!; blad. Rechtbank van eerste aanleg. Vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken. 2<32'-i /2018. Oost... Vonnis 29 OKTOBER 2018

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Politierechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, KAMER 2 Vonnis. Uitgifte p. 1. Niet aan te bieden aan de ontvanger 2019/ A007621

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

fr, rój J w'u P ) IT11 ce;rr \ ce 1) uil ( J irû o:o e IT1J [) 1(QJ IJ lf"u i ' r: h -- :=?

Hof van Cassatie van België

rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge

Vonnis. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, / kamer. Griffienummer.

Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Tongeren, sectie correctioneel

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen afdeling Dendermonde strafzaken

ht ank st-vlaand rijk,

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, correctionele rechtbank

Rechtbank van eerste aanleg Jeste1Vlaanderen, afde ûng Brugge,

NEDERLANDSTALIGE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG BRUSSEL, STRAFZAKEN, 3 MAART 2014, 60 ste KAMER

DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE ANTWERPEN VAN 2 MEI 2016

Transcriptie:

i \".\ Vonnisnummer/ Griffienummer 1.A t:j / 2018 Repertoriumnummer/ Europees 2018 /./( 0 '::( Datum van uitspraak 16 mei 2018 Notitienummer parket BG66.L2.6299-13 Rechtbank van eerste aanleg est... Vlaanderen, afdeling rugge, sectie correctionele rechtbank Vonnis Aangeboden op zestiende kamer (816)

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 2 In de zaak ambtshalve vervolgd door het openbaar ministerie tegen:./jqlil\ geboren te op wonende te vertegenwoordigd door Mter. S. Vermeire, advocaat te Harelbeke Beklaagd om: te op niet nader te bepalen data, in de periode van 1 juni 2011 tot en met 30 juni 2011 {stuk 16): bij op artikel op 4.2.1. 1 a) strafbaar gesteld door artikel 6.1.1. al.1-1 n de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd bij besluit van de Vlaamse regering op 15 mei 2009, de bij artikelen 4.2.1. en 4.2.15 bepaalde handelingen, hetzij zonder voorafgaande vergunning hetzij in strijd met de vergunning hetzij na verval, vernietiging of het verstrijken van de termijn van de vergunning hetzij in geval van schorsing van de vergunning te hebben uitgevoerd, voortgezet of in stand gehouden, zonder voorafgaande vergunning de hiernavolgende bouwwerken verricht te hebben, met uitzondering van onderhoudswerken, het optrekken of plaatsen van een constructie, een installatie met 2 rijen zonnepannelen. De verjaring van de strafvordering tijdig en regelmatig gestuit zijnde binnen de vijf jaar te rekenen van de dag waarop het misdrijf werd gepleegd, met name en ondermeer door daden van onderzoek of vervolging, namelijk door 2 juni 2016. Tevens gedagvaard voor de ten lastenlegging teneinde zich overeenkomstig artikelen 42 en 43 bis van het Strafwetboek, te horen veroordelen tot de bijzondere verbeurdverklaring van een bedrag van 18.480 zijnde de vermogensvoordelen die rechtstreeks uit het misdrijf zijn verkregen waarbij de rechter, indien de zaken niet kunnen worden gevonden in het vermogen van de beklaagde, de geldwaarde daarvan dient te ramen (het equivalent bedrag). De kadastrale omschriivina van het onroerend goed dat het voorwerp van het misdrijf is, zijnde: ligging: aard en oppervlakte: wijk en nummer van het kadaster: en de eigenaars ervan geïdentificeerd zijnde als; geboren te wonende t die de eigendomstitel heeft verkregen krachtens de akte van aankoop verleden op ***** Gelet op de dagvaarding, aan beklaagden betekend en overgeschreven op het hypotheekkantoor >P 1 februari 2017. Gezien de stukken van de bundel.

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 3 Gehoord het openbaar ministerie in zijn vordering. De beklaagde werd gehoord in zijn middelen van verdediging, daartoe vertegenwoordigd door zijn raadsman. De behandeling en de debatten van de zaak hadden plaats in openbare terechtzitting. BEOORDELING 1. Voorafgaandelijk Ter terechtzitting van 18 april 2018 verzocht het openbaar ministerie de door beklaagde ter zelfde neergelegde besluiten te weren. De zaak werd ingeleid op 15 februari 2017 en op verzoek van de verdediging uitgesteld naar de zitting van 6 september 2017 en vervolgens naar de zitting van 18 april 2018 om de verdediging toe te laten de zaak in staat te stellen. De rechtbank stelt vast dat de verdediging, hoewel zij bijna 14 maanden had om de zaak in staat te stellen, gewacht heeft om besluiten neer te leggen op de dag van de zitting van 18 april 2018. Bovendien werden deze pas meegedeeld aan het openbaar ministerie op deze terechtzitting. Dergelijke handelswijze getuigt van een deloyale en dilatoire proceshouding en verhindert de goede rechtsbedeling en schaadt daarbij op een foutieve wijze de rechten van andere partijen. De besluiten, neergelegd door beklaagde ter terechtzitting van 18 april 2018, worden bijgevolg geweerd uit de debatten. De ter terechtzitting neergelegde stukken worden evenwel niet geweerd. Een overtuigingsstuk is immers geen conclusie. (zie in zelfde zin: THIRIAR P., "Conclusies en conclusietermijnen in strafzaken na Potpourri ll." Nu/lum Crimen, 2018/lp. 113) 2. De tenlastelegging Beklaagde wordt vervolgd om in de periode van 1 juni 2011 tot en met 30 juni 2011 in strijd met de bepalingen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening zonder vergunning een constructie te hebben opgetrokken, namelijk een installatie met 2 rijen zonnepanelen. Beklaagde werd tevens gedagvaard teneinde zich overeenkomstig de artikelen 42 en 43bis van het strafwetboek, te horen veroordelen tot de bijzondere verbeurdverklaring van een bedrag van 18.480,00 euro. 3. Relevante feiten Beklaagde is eigenaar van het perceel, gelegen te

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 4 Op 12 september 2013 stelt de lokale politie van, bijgestaan door een stedenbouwkundig ambtenaar, vast dat op het perceel, gelegen aan de te werken worden uitgevoerd zonder stedenbouwkundige vergunning. Er werd een bestaand bijgebouw gesloopt, op die plaats een nieuwe betonvloer gegoten alsook werden er twee rijen zonnepanelen geplaatst. In zijn verhoor van 14 september 2013 verklaarde beklaagde dat hij de werken inderdaad had uitgevoerd zonder vergunning, dat hij van mening was dat daarvoor geen vergunning vereist was en dat hij een regularisatieaanvraag zou indienen. Op 11 april 2014 heeft beklaagde een regularisatieaanvraag ingediend bij het College van Burgemeester en Schepenen van de Gemeente Bij beslissing van 7 juli 2014 werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd, met dien verstande dat de zonnepanelen werden geschrapt uit de vergunning. Bij een hercontrole op 22 september 2015 werd vastgesteld dat de zonnepanelen nog steeds op dezelfde plaats gemonteerd stonden. In zijn verhoren van 29 oktober 2015, 13 februari 2016 en 26 juli 2016 betwistte beklaagde dat de zonnepanelen een inbreuk zouden uitmaken op de stedenbouwkundige reglementering ingevolge de verleende regularisatievergunning en stelde hij niet van plan te zijn gevolg te geven aan de herstelvordering. Nadat beklaagde op 1 december 2017 een nieuwe regularisatieaanvraag had ingediend, heeft het College van Burgemeester en Schepenen van de Gemeente uiteindelijk op 26 maart 2018 een stedenbouwkundige vergunning verleend voor de zonnepanelen. 4. Beoordeling Op basis van de gegevens van de strafinformatie en meer in het bijzonder (1) de vaststellingen, gedaan door de lokale politie en de stedenbouwkundig ambtenaar (2) de foto's in het strafdossier en (3) tenslotte de verklaringen van beklaagde zelf, komt de tenlasteleggingen ten genoegen van recht bewezen voor in hoofde van beklaagde. 5. De strafmaat De feiten, bewezen in hoofde van beklaagde, zijn laakbaar en getuigen van weinig bekommernis voor een goede ruimtelijke ordening en de leefomgeving. Het gedrag van beklaagde kan maatschappelijk geenszins worden maatschappelijk streng te worden afgekeurd en beteugeld. getolereerd en dient De straftoemeting moet niet alleen de vergeldingsbehoefte dienen maar ook de preventie. De op te leggen straf moet dan ook van aard zijn de beklaagde ervan te weerhouden zich in de toekomst nog aan dergelijke feiten schuldig te maken, hem aan te sporen tot meer verantwoordelijkheidsbesef en tot het naleven van de wet.

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 5 De straftoemeting moet voorts worden bepaald gelet op de aard en de objectieve ernst van de bewezen verklaarde feiten, de begeleidende omstandigheden en de persoonlijkheid van de beklaagde zoals die blijkt uit zijn strafrechtelijk verleden, zijn gezinstoestand en zijn arbeidssituatie voor zover bekend. Beklaagde pleegde de bewezen verklaarde feiten met éénzelfde misdadig opzet, zodat er overeenkomstig artikel 65, lid 1, van het Strafwetboek slechts één straf dient te worden uitgesproken, namelijk de zwaarste. Beklaagde is een man van Belgische nationaliteit, geboren in 1963. Hij werd reeds 11 maal veroordeeld wegens inbreuken op de verkeerswetgeving en twee maal correctioneel veroordeeld. Ter zitting van 18 april 2018 vroeg beklaagde in hoofdorde de gunst van de opschorting, ondergeschikt om een milde straf te willen opleggen. De rechtbank is van oordeel dat enerzijds gelet op de duurtijd van de gepleegde feiten, het rijke strafverleden van beklaagde en er anderzijds geen redenen zijn om aan te nemen dat zijn sociale reclassering in het gedrang zou komen door het opleggen van een straf, een maatschappelijke terechtwijzing in de vorm van een straf zich opdringt zodat er geen redenen zijn om beklaagde de gunst van de opschorting van de uitspraak van de veroordeling te verlenen. Beklaagde werd echter nog nooit eerder veroordeeld tot een criminele straf of tot een hoofdgevangenisstraf van meer dan 12 maanden of tot een gelijkwaardige straf die in aanmerking genomen wordt overeenkomstig artikel 99 bis van het Strafwetboek en de opgelegde gevangenisstraf gaat vijf jaar gevangenisstraf niet te boven. Hij verkeert derhalve in de wettelijke voorwaarden voor het uitstel van de tenuitvoerlegging van de straf. Rekening houdend hogerstaande, is de rechtbank van oordeel dat een geldboete van 500,00 euro, waarvoor deels uitstel van tenuitvoerlegging wordt verleend, een passende maatschappelijke reactie vormt op de gepleegde feiten en tevens een passende bestraffing uitmaakt, teneinde beklaagde tot schuldinzicht te brengen en hem ervan te weerhouden om in de toekomst gelijkaardige feiten of andere misdrijven te plegen. 6. De bijzondere verbeurdverklaring Het openbaar ministerie vordert bij toepassing van de artikelen 42, 3, en 43bis van het Strafwetboek de bijzondere verbeurdverklaring van een bedrag van 18.480,00 euro lastens beklaagde. Krachtens artikel 42, 3, van het Strafwetboek kan de rechter de vermogensvoordelen die rechtstreeks uit het misdrijf verkregen zijn, de goederen en de waarden die in de plaats ervan gesteld zijn en de inkomsten uit de belegde voordelen verbeurd verklaren. Uit het strafdossier blijkt onmiskenbaar dat beklaagde rechtstreeks vermogensvoordelen uit de hem ten laste gelegde feiten heeft verkregen. Ingevolge het wederrechtelijk plaatsen van deze zonnepanelen, heeft beklaagde groenestroomcertificaten ontvangen.

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 6,---==----- ==---==-==---- == Het openbaar ministerie raamt dit vermogensvoordeel op 18.480,00 euro. Deze begroting is gestoeld op een berekening van de politiediensten op basis van gegevens verstrekt door energieleverancier Eandis. Er werden aan beklaagde 56 groenestroomcertificaten uitbetaald van 330,00 euro per certificaat. Rekening houdend evenwel met de hoge kostprijs voor de installatie van de zonnepanelen en het gegeven dat de zonnepanelen thans geregulariseerd zijn, zodat beklaagde ook op legale wijze thans groenestroomcertificaten zou verwerven en teneinde de financiële toestand van beklaagde niet blijvend te hypothekeren en om hem aldus geen onredelijk zware straf op te leggen, kan het door het openbaar ministerie gevorderd bedrag overeenkomstig artikel 43bis lid 7 Strafwetboek gematigd worden naar een bedrag van 5.000,00 euro, dat verbeurd verklaard wordt in het vermogen van de beklaagde. 7. De herstelmaatregel Gelet op de tussengekomen regularisatievergunning van 26 maart 2018, waarbij door het College van Burgemeester en Schepenen van de Gemeente een vergunning werd afgeleverd voor de zonnepanelen, voorwerp van de tenlastelegging, is de herstelvordering zonder voorwerp geworden. OM DEZE REDENEN: Gelet op de hiernavolgende artikelen, door de Voorzitter aangeduid : artikelen 38, 40, 42, 43bis, 65 lid 1 van het strafwetboek; artikel 367 van het wetboek van strafvordering; artikelen 11, 12, 14, 31, 36, 37 en 41 der wet van 15 juni 1935; artikelen 162, 182, 184, 185, 189, 190, 191, 194, 195 van het wetboek van strafvordering. artikelen 8 en 14 van de wet van 29 juni 1964; alsmede alle overige in de dagvaarding vermelde en hiervoor aangehaalde en bewezen wetsartikelen. DE RECHTBANK, Recht doende op tegenspraak. Weert de door beklaagde op 18 april 2018 ter zitting neergelegde besluiten uit de debatten. Op strafqebied: Verklaart de feiten onder de enige tenlastelegging in hoofde van beklaagde bewezen. Wijst het verzoek tot het verlenen van de gunst van de opschorting van de uitspraak van de veroordeling af als ongegrond. Veroordeelt beklaagde, bij toepassing van artikel 65 lid 1 Strafwetboek uit dien hoofde tot een geldboete van VIJFHONDERD (500,00) EURO.

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 7 Zegt dat bij toepassing van artikel 1 van de wet van 5 maart 1952, zoals laatst gewijzigd door artikel 2 en 3 van de wet van 28 december 2011, voormelde geldboete met vijfenveertig decimes verhoogd wordt en aldus gebracht wordt op TWEEDUIZEND ZEVENHONDERDVIJFTIG (2.750,00) EURO. Beveelt dat, bij gebrek aan betaling binnen de door de wet bepaalde tijd, voormelde geldboete zal mogen vervangen worden door een gevangenisstraf van ÉÉN (1) MAAND. Beveelt dat de tenuitvoerlegging van onderhavig vonnis, gelet op artikel 8 der wet van 29 juni 1964, binnen de perken van artikel 14 van dezelfde wet, uitgesteld wordt voor een termijn van DRIE (3) JAAR voor wat betreft de helft van de uitgesproken geldboete. Verwijst de veroordeelde tevens tot het betalen van een vaste vergoeding voor beheerskosten in strafzaken van ÉÉNENVIJFTIG EURO EN TWINTIG CENT (51,20) EUR in uitvoering van art. 91 tweede lid van het Koninklijk Besluit van 28 december 1950, houdende het algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken, zoals laatst gewijzigd door de artikelen 1 en 2 van het Koninklijk Besluit van 11 december 2001 betreffende de invoering van de euro in de regelgeving inzake justitie (geïndexeerd zoals voorzien in artikel 148 van het K.B. van 28 december 1950 en de ministeriële omzendbrief nummer 131quater (ns) van 31 januari 2013)(artikel 18 en 19 van de Wet van 19 december 2014, houdende diverse bepalingen betreffende Justitie(l)). Verplicht de veroordeelde een bedrag van VIJF ENTWINTIG EURO, verhoogd met 70 opdecimes en aldus gebracht op TWEEHONDERD (200,00) EURO te betalen bij wijze van bijdrage tot de financiering van het Fonds tot financiële hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders (artikel 29 van de wet van 1 augustus 1985 zoals laatst gewijzigd door K.B. van 31 oktober 2005; artikel 1 van de wet van 5 maart 1952 betreffende de opdecimes op de strafrechtelijke geldboeten, zoals gewijzigd door de artikelen 59 en 60 van de Programmawet (1) van 25 december 2016 (Belgisch Staatsblad van 29 december 2016). Verwijst deze veroordeelde tot de kosten van het geding, in totaal begroot op 271,37 EUR. De bijzondere verbeurdverklaring: Verklaart een bedrag van VIJFDUIZEND (5.000,00) EURO verbeurd lastens overeenkomstig de artikelen 42,3 en 43bis Strafwetboek. De herstelvordering: Stelt vast dat de herstelvordering zonder voorwerp is. ***** Alles wat voorafgaat werd overeenkomstig de bepalingen van de wet op het gebruik der talen in het Nederlands behandeld. Dit vonnis is in openbare zitting uitgesproken op zestien mei tweeduizend en achttien door de rechtbank van eerste aanleg WEST-VLAANDEREN, afdeling Brugge, samengesteld uit : B. CRIEL, alleenrechtsprekend rechter in de rechtbank van eerste aanleg WEST-VLAANDEREN, In aanwezigheid van S. SCHEPENS, substituut-procureur des Konings WEST-VLAANDEREN, afdeling Brugge,

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen - afdeling Brugge - BG66.L2.6299-13 - p. 8 Met bijstand van griffier T. CO ENE, l. ' B. Criel