Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Vergelijkbare documenten
Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts

Gegeven is volgende niet-uitgebalanceerde reactievergelijking waarin X de formule van een verbinding voorstelt:

Een neutraal atoom van een element bezit 2 elektronen in de K-schil, 8 elektronen in de L-schil en 8 elektronen in de M-schil.

Een neutraal atoom van een element bezit 2 elektronen in de K-schil, 8 elektronen in de L-schil en 8 elektronen in de M-schil.

universele gasconstante: R = 8,314 J K -1 mol -1 Avogadroconstante: N A = 6,022 x mol -1 normomstandigheden:

Kaliumaluminiumsulfaat is een dubbelzout met drie ionsoorten, twee positieve monoatomische en één negatief polyatomisch.

Kaliumaluminiumsulfaat is een dubbelzout met drie ionsoorten, twee positieve monoatomische en één negatief polyatomisch.

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts


SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE

34 ste Vlaamse Chemie Olympiade

Bij het mengen van welke van volgende waterige zoutoplossingen ontstaat zeker GEEN neerslag?

Augustus geel Chemie Vraag 1

Oplossingen oefeningenreeks 1

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

29ste VLAAMSE CHEMIE OLYMPIADE EERSTE RONDE

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 15 Elektrochemie bladzijde 1

35 ste Vlaamse Chemieolympiade

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen


Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden

7. Chemische reacties

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Oplossingen Scheikunde van 2001

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M?

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes.

Je kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren.

Rekenen aan reacties (de mol)

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten

Scheikunde Vraag 1. Vraag 1: <A> <B> <C> <D>

Eindexamen scheikunde havo 2008-I

Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11. Opgave 1 [HCO ] [H O ] x x. = 4,5 10 [CO ] 1,00 x 10

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

32 ste Vlaamse Chemie Olympiade

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14

Deel 2. Basiskennis chemie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

Cursus Chemie 5-1. Hoofdstuk 5: KWANTITATIEVE ASPECTEN VAN CHEMISCHE REACTIES 1. BELANGRIJKE BEGRIPPEN Relatieve Atoommassa (A r)

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

6 VWO EXTRA OPGAVEN + OEFENTENTAMENOPGAVEN SCHEIKUNDE 1 H4, H5, H7, H13 en H14

OEFENOPGAVEN VWO ZUREN EN BASEN + ph-berekeningen

31 ste Vlaamse Chemie Olympiade

5 Water, het begrip ph

Hoofdstuk 3: Zuren en basen

25 ste Vlaamse Chemie-Olympiade 2008

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers.

5 VWO. H8 zuren en basen

Eindexamen scheikunde havo 2001-II

ßCalciumChloride oplossing

Wet van Behoud van Massa

Voorkennis chemie voor 1 Ba Geografie

Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie

Kristallisatie in snel tempo

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 18 Oxidimetrie bladzijde 1

Hans Vanhoe Katrien Strubbe Universiteit Gent SLO Chemie

Verbetering Chemie 1997 juli

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het HAVO. versie mei 2013

De waterconstante en de ph

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2019

2 Concentratie in oplossingen

Stabilisator voor PVC

In de natuur komen voor Cu en Cl respectievelijk de isotopen 63 Cu, 65 Cu en 35 Cl, 37 Cl voor.

Vraag Antwoord Scores

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

EXAMEN SCHEIKUNDE VWO 1983 EERSTE TIJDVAK opgaven

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1

Eindexamen scheikunde 1 vwo 2001-I

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Hoofdstuk 6: Zure en base oplossingen / ph

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

IM4--14 ONDERWIJS IN 1 MAV04. Maandag 17 mei, uur. NATUUR- EN SCHEIKUNDE H (Scheikunde) OPEN VRAGEN

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

27 ste Vlaamse Chemie Olympiade

VWO 1995 Scheikunde tijdvak 1. Het antwoord 2-methyl-1,2-propadiol of methyl-1,2-propadiol mag goed worden gerekend.

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 april 2018

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?

Antwoorden. 3 Leg uit dat er in het zout twee soorten ijzerionen aanwezig moeten zijn.

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

scheikunde oude stijl havo 2015-I

Eindexamen scheikunde havo 2008-II

36ste Vlaamse Chemieolympiade

Transcriptie:

Chemie Vraag 1 5,0.10-4 mol van een metaalchloride wordt opgelost in water. Er is 60 ml van een 2,5.10-2 mol.l -1 zilvernitraatoplossing nodig om alle chlorideionen neer te slaan onder de vorm van zilverchloride. Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt? <B> <C> <D> MCl3 MCl2 M2Cl MCl Chemie: vraag 1

Chemie Vraag 2 Welk ion bezit 48 elektronen en 72 neutronen? 120 Sb 3- <B> 123 Sb 3+ <C> 123 Sb 3- <D> 120 Sb 3+ Chemie: vraag 2

Chemie Vraag 3 Welke van onderstaande lewisformules zijn correct voor een molecule lachgas (N2O)? N N O N N O N N O N N I II III IV O <B> <C> <D> II en IV I en III III en IV I en II Chemie: vraag 3

Chemie Vraag 4 Een koolwaterstof met een normaal kookpunt van 174 C heeft bij 227 C en 1000 hpa een dichtheid van 3,42 g.l -1. Hoeveel bedraagt de molaire massa van deze stof? 170 g.mol -1 <B> 142 g.mol -1 <C> 114 g.mol -1 <D> 76 g.mol -1 Chemie: vraag 4

Chemie Vraag 5 Een HNO3-oplossing reageert met 0,100 mol van een metaal waarvan het symbool voorgesteld wordt door M. Na de reactie blijft er 0,040 mol van het metaal M over en is er 0,030 mol van een oxide van stikstof gevormd. Wat kan de reactievergelijking zijn? <B> <C> <D> 3 M (s) + 8 HNO3 (aq) 3 M(NO3)2 (aq) + 2 NO (g) + 4 H2O (l) M (s) + 4 HNO3 (aq) M(NO3)2 (aq) + 2 NO2 (g) + 2 H2O (l) M (s) + 2 HNO3 (aq) MO (s) + N2O4 (g) + H2O (l) 2 M (s) + 2 HNO3 (aq) 2 MO (s) + N2O3 (g) + H2O (l) Chemie: vraag 5

Chemie Vraag 6 Jodide-ionen worden geoxideerd door een aangezuurde oplossing van dichromaationen volgens de reactie Cr2O7 2- (aq) + 9 I - (aq) + 14 H + (aq) 2 Cr 3+ (aq) + 3 I3 - (aq) + 7 H2O (l). De gegevens in de onderstaande tabel werden verkregen door een studie van deze reactie bij constante ph. Experiment Beginconcentratie (mol.l -1 ) [Cr2O7 2- ] [I - ] Beginsnelheid v0 (mol.l -1.s -1 ) #1 0,0040 0,010 0,00050 #2 0,0080 0,010 0,0010 #3 0,0120 0,020 0,0060 Welke orde van de reactie ten opzichte van de dichromaat-, respectievelijk de jodide-ionen kan uit deze gegevens afgeleid worden? orde t.o.v. Cr2O7 2- orde t.o.v. I - 1 2 <B> 2 1 <C> 2 2 <D> 1 1 Chemie: vraag 6

Chemie Vraag 7 Gassen A en B reageren met elkaar volgens de reactie A (g) + B (g) 2 C (g) + x kj. Tussen t0 en t1 wordt bij constant volume van het reactievat de temperatuur van het reactiemengsel verhoogd. grafiek 1 grafiek 2 grafiek 3 grafiek 4 Welke grafiek geeft de verandering van de concentraties van A en C correct weer? grafiek 4 <B> grafiek 3 <C> grafiek 2 <D> grafiek 1 Chemie: vraag 7

Chemie Vraag 8 Chinaldinerood is een zuur-base-indicator die een rode kleur heeft in oplossingen met een ph > 3,5 en kleurloos is in oplossingen met een ph < 1,5. Aan de volgende oplossingen voegt men enkele druppels van een oplossing van deze indicator toe. I 1,0.10-1 mol.l -1 HCl II 1,0.10-1 mol.l -1 NaCl III 1,0.10-1 mol.l -1 NaOH In welke oplossing krijgt de indicator een rode kleur? <B> <C> <D> alleen in oplossing II in oplossingen II en III in oplossingen I en III in geen van de drie Chemie: vraag 8

Chemie Vraag 9 Wat is de waarde van de ontbrekende coëfficiënten b en c in onderstaande halfreactie? a ClO4 - + b H + + c e - 1 Cl - + d H2O 4 en 6 <B> 8 en 6 <C> 8 en 8 <D> 4 en 8 Chemie: vraag 9

Chemie Vraag 10 Een organische molecule heeft onderstaande structuurformule: O NH 2 H 3 C O O Welke functionele groepen komen voor in deze molecule? <B> <C> <D> amide-, ether- en ketonfunctie ester-, keton- en alcoholfunctie ether-, keton- en aminefunctie amide- en esterfunctie Chemie: vraag 10