Bouwen in het Nationaal Bomenmuseum Gimborn Door vrijwilliger Guus Swuste In het voor publiek afgesloten gedeelte van het Bomenmuseum staat de kapschuur (zie foto hieronder). Dat het park voor bezoekers in de laatste jaren zichtbaar is opgeknapt, komt tot stand door de inzet van de vrijwilligers die het onderhoud verzorgen. Maar dat is alleen mogelijk als er op de achtergrond een gestructureerde faciliteit aanwezig is. Een centrale plek waar al het materiaal, gereedschap en rollend materieel zijn plaats heeft en onderhouden wordt. In de zomer van 2016 zijn de eerste piketpalen voor de kapschuur in de grond in geslagen (zie foto hieronder). Er zijn nogal wat voorbereidingen aan vooraf gegaan. De plek waar hij nu staat was een verloren stukje van het park, waar vroeger een boerderij had gestaan. Het terrein werd opgeschoond en opgehoogd met grond uit de vijvers. Daarna is het in tweeën gedeeld. Eén deel is bij het park getrokken en is inmiddels ingeplant. Op het andere deel verrezen de nieuwe kas en de kapschuur. De eerste staander werd op 28 dec. 2016 geplaatst (zie foto hieronder).
De kapschuur is voornamelijk door vrijwilligers gebouwd met hout, grotendeels uit het park zelf. Door ons zelf gekapt, gezaagd, bewerkt en verwerkt. Vanwege de droogtijd van het hout is dat al een jaar of twee eerder begonnen. Slechts enkele verrichtingen werden uitbesteed, zoals het storten van de betonnen vloer, het plaatsen van het dak en de elektriciteit. De vaste ploeg bouwers bestaat uit Hans Bos en Guus Swuste, onder de bezielende leiding van Hans Boerstoel, de voorman van het Bomenmuseum, die de plannetjes uitdenkt en alles coördineert. En natuurlijk met veel hulp van vele andere vrijwilligers als dat nodig is. Bijvoorbeeld een staander weegt al snel 300 kg. Die til je niet even met z n drieën op z n plaats. Weer anderen hebben de bewapening voor de betonvloer gelegd en de vloerverwarming voor het gereedschapshok (zie foto hieronder). Het werk gaat het hele jaar door, zomer en winter. Of het nu heet is, koud, of dat het regent. In het begin was er alleen een geïmproviseerd afdakje (zie foto s hieronder). Inmiddels hebben we de luxe om een dak boven ons hoofd te hebben. Bescherming tegen zon en regen. Dat is wel net zo fijn voor het bewerken van hout en voor de machines waarmee dat moet gebeuren.
De kapschuur is inmiddels in vol bedrijf. Dat betekent niet, dat hij al af is. Er moeten nog veel (kleine) dingen aan gedaan worden, maar dat gebeurt nu gaandeweg. Er is in de loop van de tijd, uit praktische overwegingen, besloten om er nog een uitbreiding aan te bouwen, de timmerwerkplaats. De vloer ligt er al. Links daarnaast, met de rug tegen het hek, komt het vrijwilligershonk. Er is immers voor vrijwilligers in de toekomst geen plek meer voor een kantine in het hoofdgebouw, want dat wordt omgevormd tot museum en voor het ontvangen van groepen. We zijn inmiddels al begonnen met het honk. Dat wil zeggen, we zijn de laatste tijd bezig om het benodigde hout te zagen en op te latten (zie foto s hieronder. )De bomen daarvoor zijn uitgezocht, gekapt en gedeeltelijk verkregen door ze te ruilen tegen de grote stapel stormhout van afgelopen winter.
Intussen zijn we ook begonnen met de overkapping voor groepsontvangsten en kinderactiviteiten, bij het hoofdgebouw, achter het grote beeld van Leo de Vries. We hopen dit project deze zomer af te maken (zie foto hieronder).
En dan is er altijd onderhoud nodig aan gebouwen en gereedschap om het Bomenmuseum draaiende te houden. Niets gaat eeuwig mee, maar soms is eindigheid helaas wel erg kort nabij! We hebben veel ervaring opgedaan bij het bouwen van de kapschuur. We zijn ook op elkaar ingespeeld geraakt. Maar we kunnen altijd nog wel (technische) handjes gebruiken. Dus als je denkt iets bij te kunnen dragen of in je kennissenkring iemand weet, we houden ons aanbevolen. Op de site kan je je aanmelden: https://www.bomenmuseum.nl