Praktische opdracht ANW DNA Praktische-opdracht door een scholier 2164 woorden 16 april 2002 7,2 35 keer beoordeeld Vak ANW Inhoudsopgave Inleiding Verslag DNA Onderzoek: -Hoe werkt het -In de praktijk -De betrouwbaarheid -De nadelen -Kan het de concurrentie aan Conclusie Eigen Mening Bronnen Inleiding Ik heb gekozen voor het onderwerp Misdaden oplossen met behulp van DNA onderzoek omdat ik het een leuk en spannend onderwerp vind. Ik kijk bijvoorbeeld wel eens Forensic Detectives op Discovery, daar zie je dan reconstructies van moorden die zijn gepleegd en hoe ze zijn opgelost met behulp van forensisch onderzoek(waarbij ook wel eens het DNA wordt onderzocht). Omdat ik hier wat meer over wilde weten heb ik dit onderwerp gekozen. Ik ga in deze opdracht verwerken hoe DNA onderzoek werkt en in de praktijk wordt toegepast(om misdaden op te lossen), de betrouwbaarheid ervan, de nadelen en de toekomst van DNA onderzoek. Hoe werkt het DNA staat voor Desoxyribo Nucleic Acid (in het Nederlands is dat: Desoxyribonucleïnezuur). DNA bevat alle erfelijke informatie en eigenschappen van een persoon. Bij een DNA-onderzoek worden DNA profielen met elkaar vergeleken. Bij forensisch DNA-onderzoek wordt een DNA profiel van een persoon vergeleken met het DNA profiel uit biologisch sporenmateriaal dat op een plaats delict is aangetroffen, of worden DNA profielen uit biologisch sporenmateriaal dat op verschillende plaatsen delict is aangetroffen onderling met elkaar vergeleken om vast te stellen of dezelfde (op dat moment nog onbekende) persoon op die verschillende plaatsen delict kan zijn geweest. https://www.scholieren.com/verslag/praktische-opdracht-anw-dna-5731 Pagina 1 van 5
Bij DNA-onderzoek dat gericht is op het vaststellen van ouder-kind relaties worden DNA profielen van veronderstelde ouders en kinderen met elkaar vergeleken om vast te stellen of de DNA kenmerken van de kinderen terug te vinden zijn bij hun veronderstelde ouders. Het DNA van een persoon is te vinden in elke lichaamscel. Als iemand een misdaad heeft begaan dan laat de dader altijd stille getuigen achter, behalve als de dader een speciaal pak aan heeft, maar dit is heel onwaarschijnlijk. Stille getuigen zijn sporen die de verdachte achterlaat op de plaats van het misdrijf. Deze stille getuigen bezitten DNA. De stille getuigen die het meeste worden gevonden zijn bloed, haren en sperma. Met het DNA van de verdachte op de plaats van het misdrijf kan de politie het gaan vergelijken met het DNA van de verdachte die de politie heeft aangewezen. DNA is te vinden in het hele lichaam. Je kunt het DNA vinden in het bloed, maar niet in de rode bloedcellen, want alleen in de witte bloedcellen is DNA te vinden. Het DNA is ook te vinden in de haren van een persoon. Aan het begin van het haar, de wortel waar het haar mee in het haarzaakje zat, bevindt zich DNA. Bij een verkrachting kun je het DNA van de dader herkennen aan het sperma en als het slachtoffer zich heeft verweerd dan zit er bloed achter de nagels van het slachtoffer. Als er een moord wordt gepleegd, waarbij het slachtoffer wordt verbrand moet je slachtoffer kunnen identificeren. Dat kan door het gebit te vergelijken met vermiste personen of met het DNA van de personen. De dader denkt dan dat hij geen sporen achterlaat van de persoon, maar in de kiezen en sommige botten, het beenmerg, zit het DNA. Botten en kiezen zijn kei hard en beschermen door deze eigenschap het DNA wat erin zit. In de praktijk Het Gerechtelijk Laboratorium voert DNA-onderzoek uit om de vergelijking van celmateriaal dat is genomen op de plaats van het delict en/of bij het slachtoffer en/of de verdachte en DNA materiaal dat is afgenomen van de betrokken personen. De bewijskracht van het DNA-onderzoek is bijzonder groot: een DNA profiel is vrijwel uniek voor een individu. Het is daarom van het grootste belang dat de uitkomsten van dit onderzoek betrouwbaar zijn. Om deze betrouwbaarheid te garanderen is een uitgebreide wet- en regelgeving opgesteld. De wijze waarop het onderzoek verricht moet worden en welke personen hierbij betrokken zijn, staat beschreven in het Wetboek van Strafvordering. De regelgeving is ook opgesteld om zorgvuldig te handelen tegenover de verdachte teneinde deze bij dit ingrijpende onderzoek zoveel mogelijk te beschermen. De rechter hecht zeer veel waarde aan de naleving van alle wettelijke voorschriften. Deze zijn echter redelijk ingewikkeld en vereisen intensieve communicatie tussen vele betrokken instanties: technische recherche, Officier van Justitie, Rechter-commissaris, Gerechtelijk Laboratorium en verdachten. Hierdoor is het bijna onvermijdelijk dat de procedures niet altijd goed worden gevolgd. Indien een procedure niet geheel correct wordt uitgevoerd, zou dat kunnen leiden tot nietigheid van het DNA bewijs. Jurisprudentie zal in de toekomst moeten uitwijzen in welke gevallen het DNA bewijs dan nog mag worden toegelaten. Het mag duidelijk zijn dat minimalisatie van fouten in de procedure tevens tot gevolg kan hebben dat het aantal aanvragen voor hoger beroep geminimaliseerd wordt Het Gerechtelijk Laboratorium ondervindt vooral hinder van de omslachtige procedures. Deze geven aanleiding tot vertraging en extra werk. In opdracht van het Gerechtelijk Laboratorium heeft Q-Ray een haalbaarheidsstudie uitgevoerd naar de https://www.scholieren.com/verslag/praktische-opdracht-anw-dna-5731 Pagina 2 van 5
inzet van het standaard inzetten van DNA-onderzoek bij strafzaken. De informatiestromen rondom de verschillende procedures zijn geanalyseerd en met betrokken instanties zijn gesprekken gevoerd. Hieruit bleek dat het standaard inzetten van DNA-onderzoek bij strafzaken de gang van zaken, tegen relatief lage kosten, aanzienlijk kan verbeteren. Eén van de vervolgprojecten die in de haalbaarheidsstudie zijn gedefinieerd is de realisatie van een geautomatiseerd voortgangssysteem dat de betrokken instanties de mogelijkheid biedt snel kunnen zien wat de voortgang van het onderzoek is. De betrokken instanties kunnen dit voortgangssysteem (in de toekomst) gaan integreren in of koppelen met een eveneens geautomatiseerd kennissysteem. Zo'n kennissysteem biedt ondersteuning bij het geven van een antwoord op de vraag wie van de betrokkenen op enig moment gedurende de procedure een volgende mag, of kan zetten. Automatisering kan en belangrijke ondersteunende rol spelen bij de naleving van de wettelijke voorschriften. Het belangrijkste doel van het geautomatiseerde systeem is om beter te waarborgen dat een onderzoek volgens de wettelijke voorschriften verloopt. Andere voordelen zijn een verhoging van de efficiëntie, statusbepaling van de voortgang en eenduidigheid van interpretatie over de regelgeving. Ook de mogelijkheden van elektronische berichtenverzending dragen verder bij tot de professionalisering van het DNA-onderzoek. Een onderzoek loopt vaak vast, omdat bepaalde berichten/opdrachten niet verstuurd zijn. Geautomatiseerde ondersteuning biedt hiervoor een concrete oplossing. De betrouwbaarheid Een DNA-test bestaat er kortweg gezegd uit, dat uit een lichamelijke celstructuur, voor mens unieke, genetische gegevens worden gehaald. Deze genetische gegevens (in de vorm van een streepjescode) worden gebruikt om een dader aan te wijzen. Bij zo n test wordt er gekeken naar de verschillende kenmerkende stukjes waaruit het DNA is opgebouwd. Als je namelijk onderzoekt m.b.v. één kernmerkend stukje van het DNA dan is de kans dat er op deze aardbol een mens rondloopt met hetzelfde DNA profiel als jij 1 op de 100. Dit is dus nog een vrij grote kans en zeker niet goed genoeg om met zekerheid de goede dader aan te wijzen. Pas als men kijkt naar meerdere stukjes van het DNA wordt de kans veel kleiner en dus ook een steeds beter bewijs voor de rechtbank. Namelijk per kenmerkend stukje dat je meer onderzoekt, wordt de kans 100 x zo klein. Voorbeeld: Bij een bepaald onderzoek naar een moord wordt er onderzocht met vier kenmerkende stukjes. Hierbij is de kans 1 op de 100x100x100x100 = 100 miljoen dat er iemand anders rondloopt met hetzelfde DNA profiel als de verdachte. De kans is dan echt heel klein dat je de verkeerde veroordeelt. Het is in Nederland dan ook verplicht om tijdens de rechtszaken gebruik te maken van meerdere kenmerkende stukjes van het DNA zodat de kans op een foute berechting zo klein is, dat het dicht bij de 0% kans komt. Er is een uitzondering, waarbij deze regel niet geld, namelijk de eeneiige tweelingen. Bij deze mensen heeft het geen zin om te kijken naar de kenmerkende stukjes omdat deze allemaal gelijk zijn. Gelukkig is de kans dat je tijdens een rechtszaak te maken krijgt met eeneiige tweelingen heel klein omdat ze vrij uniek zijn. Een ander geval is dat het DNA profiel van een kind bestaat uit een mengeling van dat van zijn vader en moeder. Dit is bij rechtszaken geen probleem omdat het profiel toch uniek blijft. DNA wordt gehaald uit de kernen van lichaamscellen. Het DNA kan op verschillende plaatsen in ons lichaam gevonden worden. Het DNA blijft 100% betrouwbaar zolang deze lichaamscellen nog intact zijn. Dus zolang ze nog leven. Het maakt dus eigenlijk niet uit of je nou heel lang of heel kort na het misdrijf het DNA onderzoekt, de https://www.scholieren.com/verslag/praktische-opdracht-anw-dna-5731 Pagina 3 van 5
betrouwbaarheid hangt af van de wel of niet intact zijnde lichaamscellen. Zelfs als het lichaam van het slachtoffer helemaal verbrand is, is het mogelijk betrouwbaar DNA uit het lichaam te halen. De lichaamscellen op de huid en in het lichaam gaan dan wel verloren, maar er kunnen ook bruikbare lichaamscellen gevonden worden in de kern van de kiezen, die tijdens de verbranding niet verloren zijn gegaan omdat ze door hun enorme hardheid tegen de hitte van het vuur kunnen en zo de lichaamscellen beschermen. Als na maanden een verschroeid lichaam gevonden wordt is dus het alsnog mogelijk om betrouwbaar DNA uit een kies te halen en om zo achter de identiteit van de persoon te komen. De nadelen Wie begint met het toestaan van DNA-technieken in het strafrecht, moet niet vreemd opkijken, als uiteindelijk van iedereen een genetische vingerprint wordt opgeslagen.+ Gebruik van DNA gegevens moet een uitzondering blijven. Voor moord of serieverkrachters. En er moeten zeker geen bestanden mee worden aangelegd.'' Het Gerechtelijk Laboratorium in Rijswijk is al begonnen met een proefproject voor een DNA databank, in samenwerking met de politieregio's Midden- en West-Brabant en Utrecht en het openbaar ministerie in de betrokken arrondissementen. DNA profielen die zijn te vinden op sporen die werden aangetroffen bij inbraken - in een achtergebleven druppeltje bloed, een haarzakje, of wat speekselresten - worden geregistreerd in de hoop dat later kan worden vastgesteld of er bij een reeks van inbraken sprake is van één dader. Volgens de bestaande wetgeving mag DNA ten behoeve van de opsporing van criminelen alleen op basis van bloedmonsters worden vastgesteld - omdat iets anders vier jaar geleden, toen de wet er kwam, nog niet mogelijk was. Ook mogen DNA gegevens alleen worden ingezet bij verdenking van delicten waarop acht jaar gevangenisstraf of meer staat. Bovendien moet er een dringende noodzaak toe zijn in de zin dat er geen andere mogelijkheden zijn dan het gebruik van DNA bewijs. Bovendien heeft de verdachte recht op een tegenonderzoek. Én de wet impliceert dat van DNA profielen geen bestanden worden aangelegd, lacht Th. de Roos, hoogleraar strafrecht in Leiden.,,Het is niet illegaal, maar het is ook niet bepaald de oorspronkelijke bedoeling van de wet.'' Over de bestaande DNA wet werd destijds gezegd: Dat kan nog net.,,maar iedere stap naar voren leek behoorlijk dubieus'', zegt De Roos.,,Er wordt nu al gezegd dat het bewaren van DNA profielen zo handig is in verband met de internationale opsporing, Europol. Het is kennelijk de bedoeling om op zeer grote schaal alles te bewaren en aan elkaar te koppelen.'' Een wetsvoorstel om de toepassing van DNA-technieken te versoepelen wacht nog op behandeling door de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel regelt onder andere dat een uitstrijkje van het wangslijmvlies van de verdachte kan worden gemaakt. Ook zou de voorwaarde van dringende noodzaak worden geschrapt. D66-Kamerlid B. Dittrich wil nu het afnemen van DNA weefsel gelijk stellen aan het afnemen van vingerafdrukken. Alle verdachten in voorlopige hechtenis zouden moeten worden verplicht DNA af te staan. Dat zou centraal moeten worden opgeslagen, zodat bij misdrijven in dat register naar een 'match' kan worden gezocht. https://www.scholieren.com/verslag/praktische-opdracht-anw-dna-5731 Pagina 4 van 5
Het was vier jaar geleden de Commissie Herijking Wetboek Strafvordering, bekend als de Commissie- Moons, die zich over - onder meer - het gebruik van DNA in het strafrecht boog. T. Schalken, hoogleraar Strafrecht in Amsterdam,,,had zijn aarzelingen'' als lid van die commissie.,,maar het belangrijkste struikelblok is nu weggenomen'', zegt hij nu. Volgens het zogenoemde nemo teneurprincipe kan namelijk niemand worden gedwongen aan zijn eigen veroordeling mee te werken, dus ook niet door het afstaan van DNA. Maar volgens Schalken geldt dat bezwaar niet meer sinds het Europese Hof voor de rechten van de mens in Straatsburg in 1996 in het 'Saunders arrest' bepaalde dat het nemo teneurprincipe geldt voor verklaringen van een verdachte, niet voor bewijs dat al voorhanden is. Zolang het openbaar ministerie goed controleert wat met DNA gegevens gebeurt, kunnen de profielen dus wat Schalken betreft worden gebruikt. M. Wijngaarden van de Coornhert Liga voor strafrechthervorming betwijfelt of het arrest van het Europese hof afdoende is:,,die uitspraak gaat over bewijs dat 'onafhankelijk van de verdachte' bestaat en het is de vraag of je DNA daartoe kunt rekenen.'' De Coornhert Liga heeft ook ernstige bezwaren tegen een ander onderdeel van de voorgestelde wetswijziging, waarin is bepaald dat voor het vaststellen van DNA geen toestemming van rechter-commissaris meer nodig is maar dat het ook op gezag van een officier van justitie kan. Hoe groot is bovendien de kans dat ook DNA materiaal van een toevallige passant, die niet de inbreker was, dan wordt opgeslagen? Schalken:,,Uw toevallig achtergebleven vingerafdrukken kunnen ook al gevonden zijn en allang zijn opgeslagen bij de CRI (de divisie Centrale Recherche Informatie, MO).'' Kan het de concurrentie aan Conclusie Eigen Mening Bronnen http://www.dnasporen.nl/ https://www.scholieren.com/verslag/praktische-opdracht-anw-dna-5731 Pagina 5 van 5