Opwekkingsliederen ter discussie



Vergelijkbare documenten
Visiedocument 'Muziek in de eredienst'- voorstel

Formulier om het heilig avondmaal te vieren (3)

JEZUS VERGEEFT EN GENEEST

Missie Nederlands Gereformeerde Kerk Voorthuizen-Barneveld

Zondagmorgen 6 maart

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: 1 Korinthiërs 7, 14 Middagdienst Dopen. Broeders en zusters,

Handreiking voor een evenwichtige plek voor Opwekking in de liturgie Van Deputaten Kerkmuziek, juni 2009.

Menze Fernandus van Houten

Hartelijk welkom in de kerk! Thema 3 Genade, fundament om op te leven

DE HEMEL, GODS PRACHTIGE THUIS

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

LIEDERENBLAD TIME 2 SING 18 september 2011 Thema: Je steentje bijdragen. Refrein

Zondag 17 november 2013

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

Verkenning middagdienst. Lico Gemeentevergadering 21 februari 2011

Wie kwaad smeden, komen zij niet op een dwaalweg? Wie goed doen, oogsten zij geen liefde en trouw?

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

Gehele lied 2x zingen 1. We zijn hier bij elkaar om de Koning te ontmoeten. We zijn hier bij elkaar om te eren onze Heer.

Geestelijk Klimaat onze identiteit. Pagina 1

Jezus, het licht van de wereld

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

Lied en eredienst. Een verkenning

HERVORMDE KERK HOOGBLOKLAND

Wij zingen voor de dienst: Lied 80 Evang. Liedbundel Geen and re naam

De Bijbel open (30-11)

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

De Bijbel open (22-06)

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Zondag 28 en 29 Ochtenddienst / H. Avondmaal. Broeders en zusters,

Thema: Aanvaard elkaar Tekst: Romeinen 15: 7. Liturgie: Paulus, wat doe je nou? Ik kan je nu even niet meer volgen. Je spreekt jezelf gewoon tegen.

Vertel me toch je geheim! Gezinsdienst over Simson en Delilah

Orde van dienst. Lieke Juliëtte van Elk. op 28 juni In deze dienst zal door ds. Cees de Gooijer gedoopt worden:

Stel jezelf niet onder de Wet!

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

Eucharistieviering Tweede zondag van de Veertigdagentijd 21 februari 2016 Oud-katholieke parochie van de heilige Georgius, Amersfoort

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS?

Huwelijkscatechese ds. Willem Smouter, NGK Ede

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

assie voor het leven Noteer voor jezelf een aantal opmerkingen en kernwoorden Lees de tekst nog eens door en bespreek met elkaar als groep

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4).

Liturgie in de dankdienst voor het leven van. Martinus Huistra. 3 augustus augustus 2015

De tien Geboden. Tien belangrijke regels. Aangepaste dienst Zondag 17 april 2016 Ds. Henk Bondt

Doel van Bijbelstudie

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

Acta. Bijlage V - V. van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

Liederen voor zondag 5 oktober 2014

Welkomstwoord en mededelingen Ik wil juichen voor U, mijn Heer (Op Toonhoogte 271) Ik wil juichen voor U, mijn Heer,

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

Ik noem een paar sleutels die in veel sloten passen [dia 1 titel]:

Zondag 28 februari Welkom in De Regenboog!

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: Berend Jongsma

Wegwijzer voor het Liedboek 2013

Kerk- en Schooldienst in de Maranathakerk. in samenwerking met de Protestants Christelijke Basisschool Samen op Weg VERWONDERING!

Luisteren naar de Heilige Geest

LITURGIE. Tweede Paasdag m.m.v. muziekgroep

De rijkdom van het evangelie

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: 1 Korinthiërs 15, Morgendienst / Middagdienst. Broeders en zusters,

Thema: Waar religie en wetenschap elkaar ontmoeten, deel 2: de Bijbel als medicijn.

De rijkdom van het evangelie

Zondag 16 februari Protestantse Gemeente Biddinghuizen THEMA: Ho, stop, help!

Lied van de maand kerk school

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen)

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen van God,

Samenzang na de dienst

Protestantse Gemeente De Levensbron te Rilland. Tweede zondag in de Advent, 6 december 2015 Kerkdienst van Woord en Sacrament

Bezinningsbijeenkomst H.A.: 25 juni We zingen: Ps. 25 : 2 en 4; Ps. 51:6 We lezen: Ps. 51 en vr. en antw. 78 HC

Preekschets voor 26 mei 2013 Trinitatis. Lezingen : Spreuken 8:22-31 en Johannes 3:1-13

Orde voor de voortzetting van het heilig Avondmaal

Orde van dienst. Thema: Zondag Vaderdag. voor de jeugddienst, zondagochtend 21 juni 2015 in de Hervormde Kerk van Rijsoord. : Peter Koppenaal -1-

Liturgische teksten en gebeden

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

Eucharistieviering Eerste zondag van de Advent Aanvang van Jaar B 30 november 2014 Oud-katholieke parochie van de H. Georgius, Amersfoort

Zingen in de eredienst

Jaarthema NGK Dalfsen

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. L.P. Blom

WOENSDAG 28 MAART. "Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?" (Mattheüs 27:46) Opening

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

Met medewerking van: Clarity o.l.v. Mario Riedijk De jongerengroep

Hartelijk welkom in de kerk! Thema 2 Blij met beleving!

HC Zondag 16 - Het goede nieuws voor een ouderling en voor ieder ander

Uitwerking. Psalmen in de kerk. Jan Smelik

WIE ZINGT MEE? Liturgie aangepaste kerkdienst op zondag 1 november 2015 om uur in de Elimkerk te t Harde

Onze Vader. Amen.

Zondagmorgen 10 januari

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

Vanwaar Hij komen zal. Geschreven door D. J. Steensma zaterdag, 09 april :19

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf?

Meditatie over Sefanja 3:5 op zondagmorgen 14 december 2014 (derde adventszondag en viering Heilig Avondmaal)

Opwekkingsdienst 17 mei 2015 om in de Ark. Voorganger: Ds. Stam M.m.v.: de opwekkingsband. Thema: De Hartendokter!

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

SAMEN BIJ ÉÉN. Liturgie aangepaste kerkdienst op zondag 30 oktober 2016 om uur in de Elimkerk te t Harde.

Vragen rond ons levenseinde eerbied voor het leven, hoe? 2. ethische vragen bij naderend sterven 3. begrafenis of crematie

Zondag 11 januari - een verhaal om moed te houden

Voor de dienst zingen we:

De drie-engelenboodschap, ACTUEEL!

Transcriptie:

Opwekkingsliederen ter discussie Dr Jan Smelik In Nader Bekeken van september 2006 schreef ds. H.J.C.C.J. Wilschut een artikel onder de titel Liturgie na Zuidhorn. Op één onderdeel uit dat artikel is in dit blad (De Reformatie, 21 oktober 2006) kritisch gereageerd door ds. B. Luiten. Centraal in de discussie staat de bundel Opwekkingsliederen. In twee artikelen wil ik een paar zaken noemen die me in de discussie zijn opgevallen. Daarbij moet ik me beperken tot hoofdzaken en zullen veel relevante aspecten niet aan de orde kunnen komen. Laten we eerst bekijken over welke bundel het gaat. Wilschut en Luiten hebben het allebei over de bundel Opwekking. Zo wordt in de volksmond de bundel genoemd die onder de titel Opwekkingsliederen verschijnt. Luiten zegt dat het een verzamelbundel is, zoals de Negentig gezangen omdat er o.a. bewerkingen van psalmen in bestaan, evenals liederen uit het Liedboek en uit de bundel van Joh. de Heer. Toch is Opwekkingsliederen geen verzamelbundel in de traditionele betekenis van het woord. Dat blijkt wanneer we de ontstaansgeschiedenis van de bundel bekijken. De eerste bundel met opwekkingsliederen verscheen in 1972 ter gelegenheid van de eerste jeugdmanifestatie, die onder de naam One Way Day plaatsvond. Na dit begin is de bundel steeds blijven groeien: ten behoeve van de pinksterconferenties in Vierhouten werden voortdurend nieuwe liederen geselecteerd en aan de bundel toegevoegd. Vrijwel elk jaar stelt een selectiecommissie van de Stichting Opwekking een aanvulling samen, die rond pinksteren wordt uitgegeven. Momenteel is het reservoir opwekkingsliederen (c.q. de bundel) uitgegroeid tot 650 liederen. 570 liederen zijn uitgegeven in drie grote verzamelbundels. De vierde verzamelbundel zal wel verschijnen wanneer het aantal liederen uitgegroeid is tot zo n 720. De constante aanvulling hangt voor een belangrijk deel samen met het gegeven dat de levensduur van de meeste liederen kort is. Er is voortdurend behoefte aan nieuwe liederen omdat de oude kapot gezongen zijn en hun werk daarom niet meer naar behoren kunnen doen. Aanvankelijk was de bundel bedoeld als aanvulling op het traditionele opwekkingslied (gospel hymns) uit de Zangbundel van Joh. de Heer en uit Glorieklokken. Men beoogde dus geen traditionele verzamelbundel samen te stellen, zoals de Evangelische Liedbundel. Al snel werd in de praktijk echter duidelijk dat de bundel niet als aanvulling fungeerde, maar als vervanging van bestaande liedboeken. Daarom nam men in de bundel toch maar een paar liederen op uit de Zangbundel van De Heer, uit Glorieklokken en uit het Liedboek voor de Kerken. Je ziet echter dat vanaf liednummer 270 steeds minder liederen uit andere Nederlandse liedbundels overgenomen zijn. De liederen van Joh. de Heer vielen steeds verder uit de gratie. Vanaf liednummer 423 kom je liederen uit de genoemde bundels slechts bij hoge uitzondering tegen. In de loop der jaren is de bundel Opwekkingsliederen in zoverre een verzamelbundel geworden, dat daarin vooral uit het Engels vertaalde evangelicale liederen verzameld zijn. Daarnaast staan er nieuwe liederen van Nederlandse origine in, die her en der binnen de evangelicale wereld ontstaan en gebruikt worden. Op dit punt verschilt de bundel Opwekkingsliederen dus wezenlijk van verzamelbundels als de Evangelische Liedbundel en Negentig Gezangen, die voornamelijk een selectie bevatten uit Nederlands repertoire dat elders al gepubliceerd is. In tegenstelling tot de bundel Opwekkingsliederen zijn deze bundels bovendien stilistisch en qua liedgenres veel breder georiënteerd. Kruis en glorie Om het opwekkingsrepertoire theologisch te karakteriseren, gebruikt Wilschut in Nader Bekeken het onderscheid tussen theologie van de glorie en theologie van het kruis. Hij 1

schrijft letterlijk: Theologisch ademt de bundel meer de sfeer van de theologie van de glorie dan van de bijbels-reformatorische theologie van het kruis. Het is vooral deze zin die Luiten bekritiseert: De kritiek op de sfeer geeft een vooroordeel over ieder lied afzonderlijk, waardoor mensen ook de goede liederen toch niet meer onbevangen kunnen zingen. Volgens Luiten oordeelt Wilschut te snel, te ongenuanceerd en onbeargumenteerd, waarbij en waardoor hij zich ook schuldig maakt aan stemmingmakerij. Naar het oordeel van Luiten staan in Opwekkingsliederen veel liederen die voluit de genade en de theologie van het kruis ademen. Hij ondersteunt zijn opvatting door het noemen van een paar voorbeelden uit de bundel. Hij wijst vervolgens op een aantal overwinningspsalmen waaruit hij concludeert dat er ook psalmen zijn die tot theologie van de glorie behoren. Op basis hiervan concludeert hij dat er in algemene zin theologisch eigenlijk niets mis is met de bundel Opwekkingsliederen. Opvallend vind ik dat Luiten het verschil tussen theologie van het kruis en theologie van de glorie terugbrengt tot de vraag of er aandacht is voor kruis en/of overwinning. Dit lijkt me niet juist. Bij een theologia crucis gaat het immers niet om de vraag of er (voldoende) aandacht geschonken wordt aan Christus overwinning in het verleden en de toekomst, want dat is vanzelfsprekend het geval. Het gaat wel om het aspect dat die overwinning tot aan de Jongste Dag verborgen is en dus in geloof aanvaard moet worden. Daarin verschilt zij van de theologie van de glorie, die juist in het hier-en-nu al wil vooruitgrijpen op die overwinning, waarbij en waardoor het kruis van Christus op de achtergrond verdwijnt. Dat is m.i. het kernverschil. Dat verschil is voor de discussie belangrijk. Want natuurlijk staan in liedboeken die binnen de evangelicale wereld uitgegeven worden, ook liederen waarin basale aspecten van het christelijke geloof verwoord worden, zoals zonden, lijden, vergeving door het bloed van Christus. Luiten heeft dus gelijk als hij daarop wijst. Maar volgens mij ontkende Wilschut dat ook niet, maar redeneerde hij vanuit het bovengenoemde verschil tussen theologie van het kruis en theologie van de glorie. De vraag is dus of het evangelicale lied als genre (of de bundel met 570 liederen als geheel) te typeren is als theologia gloriae, d.w.z. dat de bundel doet alsof de gelovigen de overwinning nu al in handen hebben, waardoor het kruis van Christus en de bijbelse notie van de verborgen heerlijkheid sterk op de achtergrond raken. Welnu, je kunt statistisch aantonen dat de bundel Opwekkingsliederen exponent is van de theologie van de glorie. Het aantal liederen waarin het kruis van Christus ter sprake komt, vormt slechts een hele kleine minderheid. In zo n 20 procent van alle 570 liederen komen op één of andere manier noties voor als vergeving van zonden door het bloed van Jezus, het lijden en sterven van Christus. Dat lijkt op het eerste gezicht nog een behoorlijk groot aantal. Maar ik heb hier alle liederen meegerekend die heel marginaal, soms door middel van één of twee versregels of door één woord (bijv. Lam of Verlosser of genade ), refereren aan Christus verzoenend lijden en sterven. In verreweg de meeste liederen, die tot die 20 procent horen, blijft het bij dergelijke korte aanduidingen en is de spits van het lied: lofprijzing en aanbidding in het kader van de door Christus behaalde overwinning. Ter verduidelijking: de aanzienlijke hoeveelheid liedteksten, die de woorden uit Openbaring 5:12 (Het Lam is waardig te ontvangen ) letterlijk of geparafraseerd bevatten, is bij de 20 procent inbegrepen, terwijl ze eigenlijk onder theologia gloriae geplaatst moeten worden. Overigens is de hymne uit Openbaring 5 verreweg de populairste bijbeltekst in Opwekkingsliederen. Zoek je echter naar liederen waarin Christus verlossingswerk meer dan een marginale plaats heeft, dan kom je niet uit op 20 procent maar op zo n 8 procent (nog geen 50 van de 570 liederen). Zet je deze 8 procent af tegen het percentage waarin expliciet gezongen wordt over overwinning en triomf, dan blijkt het aantal overwinningsliederen overweldigend groot te zijn: in elk geval 65 procent van het totaal aantal liederen. Daarnaast heb je nog een groep 2

liederen waarin het primair gaat om levensvernieuwing door de Geest en om overgave aan God (circa 15 procent). Gezien de theoloigische accenten binnen de evangelicale beweging is dat allerminst opmerkelijk. Nu gaat het niet om exacte aantallen of percentages. Discussiepunt was de vraag of je kunt zeggen dat de bundel Opwekkingsliederen theologisch meer (!) de sfeer ademt van theologie van de glorie dan de bijbels-reformatorische theologie van het kruis. Mijn conclusie is dat je dit objectief gewoon kunt vaststellen en dat Wilschut een correcte waarneming heeft gedaan. Dat kerkmensen deze conclusie misbruiken om alle opwekkingsliederen af te wijzen als representanten van theologia gloriae, doet aan de waarneming natuurlijk niets af. Maar de gevoelsmatige huiver ten aanzien van de bundel, die Luiten in zijn omgeving waarneemt, is dus alles behalve onterecht. Onverdachte stemmen Wilschut verwees in zijn artikel naar kritische opmerkingen die de baptistendominee Henk Bakker maakte over de opwekkingsliederen. Nu zijn er meer en ook veel eerder kritische geluiden vanuit de evangelische wereld geuit, zelfs door samenstellers van de bundel. Dat de bundel Opwekkingsliederen zo zijn eenzijdigheden heeft, wordt bijvoorbeeld onderschreven door Wiesje Hoekendijk, één van de initiatiefnemers en samenstellers van de bundel uit de eerste jaren. In 1992, de bundel omvatte toen 380 liederen, merkte ze in het boekje Een nieuw gezang (Sliedrecht 1992) op, dat de nieuwe opwekkingsliederen de traditionele van Joh. de Heer verdrongen hebben, en dat daardoor ook bepaalde onderwerpen op de achtergrond geraakt zijn: Zo wordt daarin [in de bundel Opwekkingsliederen JS], in tegenstelling tot Johan de Heer, nauwelijks gezongen over het bloed van het Lam. De nieuwe liedjes vertolken vooral de dankbaarheid, de lofprijzing en de blijdschap van de Heilige Geest (einde citaat). En elders in het interview zegt ze: We missen liederen over Jezus als het Lam. We zingen altijd maar dat Hij Heer is en nog eens dat Hij Heer is. Een andere samensteller van de bundel, Cees van Setten, antwoordt in hetzelfde boekje op de vraag hoe het komt dat in opwekkingsliederen het thema van de aanvechting gemist wordt: Er zijn wel een paar liederen die iets van dit motief vertolken ( ) maar die worden nauwelijks gezongen. Dat heeft met de achtergrond van de opwekkingsbeweging te maken. Het overaccent op vreugde. Ook het niet goed doorleven en doordenken van de vraag van het lijden. De theodicee hoe rijm je Gods rechtvaardigheid met het lijden in de wereld?, speelt theologisch en daarmee ook muzikaal nauwelijks een rol. Dit is onze grote blinde vlek. We hebben geen theologie van het lijden. De categorie van de overwinning overheerst nog steeds. Vandaar zoveel liederen over de Koning, de troon, de heerschappij van God. ( ) Daarmee verbonden is het motief van de geestelijke strijd tegen de duivel en de machten. Onze theologie van de glorie is eenzijdig. We hebben geen plaats voor de peilloze afgrond van de godverlatenheid waarover psalm 22 spreekt en waarvan datgene wat zich nota bene voor de ogen der beschaafde wereld heeft afgespeeld, Auschwitz, een ondoorgrondelijk voorbeeld is (einde citaat). Psalmen Des te markanter is de opmerking van ds. Luiten dat een algemeen oordeel, als zou heel Opwekking ergens toe neigen, niet goed mogelijk is, omdat in de bundel bewerkingen van Psalmen en berijmingen van andere Schriftgedeelten staan. Zoals het er staat in het artikel van Luiten en zoals ik het begrepen heb, zou je dus niets kunnen zeggen over de theologische ligging van de bundel omdat die bewerkingen/berijmingen van Psalmen en andere Schriftgedeelten bevat. Dit is een merkwaardige stellingname omdat het selecteren en het gebruik van bijbelteksten natuurlijk geen neutrale bezigheid is waarmee geen theologische standpunten en visies gemoeid zouden zijn. 3

Juist ook de wijze waarop in de bundel Opwekkingsliederen met de psalmen wordt omgegaan, is een krachtig bewijs dat er wel degelijk (bewust of onbewust) theologische keuzen gemaakt worden als men aan het selecteren slaat. Het psalmboek bevat een breed spectrum aan gevoelens die een mens in zijn geloofsleven tegenkomt, waartoe ook zaken als twijfel, benauwdheid, zondebesef, verootmoediging, bedreiging horen. In Opwekkingsliederen is deze veelkleurigheid fundamenteel aangetast. Men beperkt zich tot de psalmgedeelten die binnen grote delen van de evangelicalecharismatische beweging acceptabel worden geacht. Allerlei aspecten uit de psalmen die handelen over de donkere zijden van het geloofsleven, zijn weggeselecteerd. Karakteristiek voor het psalmgebruik in Opwekkingsliederen is dat een paar verzen uit de context van de psalm gelicht worden. Het gaat dan bijna altijd om psalmverzen met betrekking tot aanbidding, overwinning of lofprijzen. Hiermee gepaard gaat dat negatieve noties in de psalmen stelselmatig weggelaten worden. Een aantal voorbeelden. Bekend is lied 244 ( Welzalig de man, die wandelt ) waarin we bijna de complete onberijmde tekst van psalm 1 aantreffen. Alleen het slotvers, waarin gesproken wordt over de ondergang van de goddeloze, is weggelaten. Van psalm 48 (lied 55) blijven alleen de verzen 2 en 3 uit de onberijmde tekst over. In lied 59 treffen we alleen vers 15 uit Psalm 19 aan. Van die prachtige, indrukwekkende psalm 63 zijn alleen de verzen 4 en 5 gebruikt, zodat van de hele psalm eigenlijk niets overgebleven is. Uit psalm 62 (lied 190) is alles weggesneden wat met goddelozen, vijanden te maken heeft. Van psalm 18 (lied 285) worden alleen verzen 2, 3 en 4a gebruikt en is weer alles weggesneden wat met nood, bedreiging en verdelging van vijanden (verzen 5 vv.) te maken heeft. Uit psalm 95 (lied 363) is het vermanende gedeelte verdwenen en zijn alleen de verzen 6 en 7 gebruikt waarin over het aanbidden van God gesproken wordt. Psalm 149 (lied 408) is teruggebracht tot vers 2. Het oordeel dat in de tweede helft van de psalm verwoord wordt, is dus ook helemaal weggelaten. Enfin, ik zou zo nog wel even door kunnen gaan. De coupures zijn dus niet incidenteel, want dan is er wat mij betreft weinig aan de hand. Ze zijn echter structureel en tasten de inhoud van psalmen fundamenteel aan. Overigens, voor deze constatering kan ik een medestander uit onverdachte hoek aanvoeren, want Cees van Setten heeft dit in 1993 in het blad Soteria (septembernummer, pag. 35) al als een tekortkoming van Opwekkingsliederen genoemd. Geloof en lied Kortom, zelfs als je alleen naar het psalmgebruik in de Opwekkingsliederen kijkt, blijkt hoezeer de bundel een triomfalistische theologie verkondigt. Bovendien wordt maar weer eens duidelijk dat het religieuze lied en de liedcultuur onlosmakelijk verbonden zijn met het geloof en de geloofsleer. Te vaak wordt echter nog vergeten dat liedrepertoire en liedgenres ontwikkelingen op het gebied van geloof en geloofsleven mede initiëren, registreren, propageren en bevorderen. We doen nog veel te vaak alsof discussies over het geestelijk lied vooral veel te maken hebben met smaak, culturele eigentijdsheid en weinig tot niets met theologie. Dat maakt de discussie wel makkelijk ( och, over smaak valt niet te twisten ), maar het is niet zelden ook een vorm van struisvogelpolitiek. Met name in de vorige eeuw is internationaal en interconfessioneel aandacht gekomen voor het lied als geheel eigen vindplaats voor theologie en vroomheid. Ik heb hier al veel vaker op gewezen en er vrij uitgebreid over geschreven, o.a. in dit blad en ook in mijn boek Gods lof op de lippen (Boekencentrum 2005), zodat ik hier volsta met daarna te verwijzen. Wilschut stelde in zijn artikel o.a. dat de invloed van de evangelicale beweging zich binnen de Gereformeerde Kerken laat gelden en dat het evangelicale lied daarop meelift. Hij legde dus een relatie tussen een groeiende populariteit van een geloofsbeweging en een groeiende populariteit van een liedgenre. Terecht. 4

Het stelt daarom teleur dat Luiten op dit punt, dat het kernpunt was in Wilschut betoog, nauwelijks reageert. Hij zegt er alleen over dat opwekkingsliederen niet zozeer gezongen worden omdat mensen evangelicaal willen zijn, maar m.i. vooral omdat er behoefte is aan begrijpelijke teksten. Nu zal niemand de stelling willen verdedigen dat iedereen die graag opwekkingsliederen zingt, evangelicaal wil zijn of is. Een koe is een dier, maar niet alle dieren zijn koeien. Vanzelfsprekend hoor je mij ook niet beweren dat binnen ons kerkverband het zingen van opwekkingsliederen altijd zou verraden dat men dus ongereformeerde gedachten heeft. Vooral als je het op individueel niveau bekijkt, spelen bij velen (ook) andere factoren in meer of mindere mate een rol, zoals aversie tegen bepaalde instrumenten ( weg met dat eeuwige orgel ), vertrouwd zijn met bepaalde muzikale idiomen e.d. Maar je kunt ook te onbekommerd zijn door te roepen dat deze liederen vooral populair zijn omdat ze eenvoudig van taal, muziek en inhoud zijn. Want het zou voor het eerst in de geschiedenis zijn dat veranderingen in de religieuze liedcultuur niet in relatie staan tot meer algemene ontwikkelingen op het gebied van geloof, geloofsleer en geloofsbeleving. Ik verklap geen geheim dat binnen onze kerken nogal wat broeders en zusters onder invloed van de evangelische beweging staan. Het is niet voor niets dat binnen de Gereformeerde Kerken boeken en brochures verschijnen waarin auteurs zich confronteren met de evangelicaal-charismatische beweging, om zo een dam op te werpen tegen ongereformeerde invloeden. Tegen de charismatisering van de gereformeerde wereld verscheen bijvoorbeeld de brochure The Candlestand Statement. En hoeveel kerkenraden moeten niet met broeders en zusters intense gesprekken voeren over onderwerpen als visie op de kerk, zonde(besef), het werk en de gaven van de Geest, de functie van belijdenisgeschriften, ministrygebed en invulling van de kerkdiensten? En hoe komt het toch dat het met name deze broeders en zusters zijn die hard roepen om voortaan (ook) opwekkingsliederen te zingen in de kerk? Dom toeval? In dit verband is het zinvol te constateren dat uitgesproken propagandisten van opwekkingsliederen niet zelden een uitgesproken aversie hebben tegen kerkliederen (psalmen én gezangen). Zij zien voor zichzelf het opwekkingslied helemaal niet als aanvulling op het kerklied. Het kerklied wordt hooguit nog door hen gedoogd als het lied van de conservatieven met wie je nu eenmaal ook rekening moet houden. En meer dan incidenteel hoor je verhalen dat zij zich openlijk uitspreken tegen het zingen van de psalmen, ook om inhoudelijke redenen. Gebruik(ers) Luitens ideaal klinkt aantrekkelijk: we moeten én kerkliederen én opwekkingsliederen zingen. Het is z.i. geen kwestie van óf-óf. Hierover zou veel te zeggen zijn, ook vanuit liturgisch en muzikaal oogpunt. Ik beperk me hier tot het volgende. Natuurlijk is het erg sympathiek om te pleiten voor een mooie mix van kerkliederen en evangelicale liederen. Dergelijk oplossingen hoor je geregeld, doorgaans gepaard gaand met een oproep om elkaar ook op dit gebied te verdragen. Nu is vrede en verdraagzaamheid een zeer hoog goed, maar oproepen daartoe kunnen ook voortkomen uit verlegenheid of uit een verkeerde taxatie (bijv. onderschatting) van de situatie. En dat laatste is volgens mij nogal eens het geval wanneer het om de liedcultuur gaat. Want hoe mooi het misschien ook is om opwekkingsliederen als aanvulling op het kerklied te beschouwen, in de praktijk blijkt het leven vaak veel sterker te zijn dan de leer. Of beter geformuleerd: het is vaak een mooi ideaalbeeld van leidinggevenden, terwijl aan de basis andere processen zich (kunnen) afspelen. Ik zou hiervoor sprekende voorbeelden uit het verleden kunnen noemen, maar laten we dicht bij huis blijven. Let u maar eens op het liedgebruik in paraliturgische bijeenkomsten als sing-ins, schoolsamenkomsten en huisgodsdienstoefeningen. Daar gelden geen kerkelijke afspraken en daar wordt de liedkeus niet bepaald door predikanten met hooggestemde idealen van én 5

kerkliederen én opwekkingsliederen. En juist daar zie je vaak een zeer eenzijdige keus pro het opwekkingslied. En er zijn predikanten die soms flink tegen een bruidspaar aan moeten kletsen om te zorgen dat ze niet alleen maar evangelicale liederen in hun trouwdienst willen opnemen. (Er zijn ook predikanten die daar zelf geen problemen mee hebben.) Vanuit het onderwijs bereiken me voortdurend berichten dat het evangelicale liedrepertoire de psalmen en andere kerkliederen steeds meer achter de horizon laat verdwijnen. Het is niet ondenkbaar dat deze eenzijdigheden buiten de kerkdiensten op den duur funest zullen blijken te zijn voor de gepropageerde veelzijdigheid in de kerkdiensten. In die zin, dat een mens ook dingen kan verleren en afleren, bijvoorbeeld het zingen van kerkliederen (waaronder de psalmen). Of in de situatie van de scholen: dat men de jonge garde niet meer vertrouwd maakt met het lied van de kerk. En dat zou dan betekenen dat we als kerken en scholen een beproefd en krachtig middel om het gereformeerde geloof te voeden, laten verpieteren. Wat de jongere generaties betreft valt het me op dat religieuze lichte muziek, zoals opwekkingsliederen, dikwijls gepropageerd wordt met het argument dat dit nu eenmaal de taal en muziek van de jongeren is. Hierbij zou ik willen opmerken dat er ook groepen jongeren zijn die een uitgesproken aversie hebben tegen dat soort liederen. Juist op het gebied van muziek is de jongerencultuur zeer gedifferentieerd. Daarbij komt dat aan muziek in sterke mate een bepaalde identiteit ontleend wordt. Verder lijkt het mij relevant op te merken dat als we jongeren op het gebied van liturgie en kerkmuziek niets (willen) bijbrengen, je niet gek moet kijken dat zij mooi gaan vinden (smaak = aangeleerd gedrag!!) wat via andere kanalen aan ze opgedrongen wordt. Het zou me een lief ding waard zijn wanneer we in de triangel kerk-school-gezin een minder passieve opstelling en dito gedrag krijgen ten aanzien van het liedrepertoire. Natuurlijk stel ik hier niet dat er naast het kerklied geen ander liedrepertoire mag bestaan. En de gereformeerde theologie en liturgie valt heus niet om van een paar vrijgegeven opwekkingsliederen. Zoals je ook niet meteen onverantwoordelijk ongezond bezig bent wanneer je met je kids af en toe bij MacDonalds gaat eten. Maar dat wordt anders wanneer je de kids voortaan thuis laat kiezen uit gezond eten of het MacDonalds-snacks. Ik bedoel: het lijkt me niet wijs slechtste wanneer we als kerken de poorten wijd openzetten voor opwekkingsliederen omdat je alle liedgenres op een hoop zou kunnen gooien zodat we voor elk-wat-wils hebben en de kerken kunnen kiezen. Wie de mechanismen op het gebied van de liedcultuur kent, kan een heel sterk vermoeden hebben hoe de toekomst ten aanzien van het liturgisch gebruikte lied er dan waarschijnlijk in veel kerken uit gaat zien. Het is niet alleen relevant wat er in ons gezangenboek staat en hoe onze liedlijst eruit ziet, want dat kan op papier allemaal prachtig, theologisch verantwoord en kerkrechtelijk geregeld zijn. Maar even belangrijk is dat je vervolgens te maken hebt met gebruikers (voorgangers, kerkenraden, gemeenteleden) die zélf hun selectie gaan maken en alleen zingen wat ze bevalt, of waartoe ze gedwongen worden om de lieve vrede maar te bewaren. Nu de laatste 10 jaar ladingen nieuwe liederen vrijgegeven worden, zie je dit proces volop in onze kerken. Zo worden uit de bundel Negentig Gezangen de opwekkingsliederen het meest (te pas en te onpas) gezongen, waarbij ik van sommige predikanten vrijwel zeker weet dat ze deze liederen alleen opgeven om een groep gemeenteleden tevreden te stellen. Zoals er trouwens ook voorgangers zijn die als het aan hun lag vrijwel alleen nog uit Opwekkingsliederen en de E&R-Bundel zouden (willen) laten zingen. Rijk en bloedarmoede Er zijn diverse redenen waarom bij voorkeur gekozen wordt voor opwekkingsliederen. Dat zal zeker per persoon ook weer sterk verschillen. Maar in zijn algemeenheid blijkt het helemaal bij dit liedrepertoire belangrijk te zijn wat een lied oproept, wat de sfeer van het lied 6

is. Dat is bij religieuze liedtypen in meer of minder mate belangrijk, maar bij het opwekkingsrepertoire is het zeer dominant aanwezig. Dat zie je niet alleen bij het gebruik van dit liedgenre in evangelische kringen, maar ook in ons eigen kerkverband speelt het een rol. Zo ken ik het verhaal van een voorganger die Heer, ik kom tot U (NG 79) in de middagdienst geprogrammeerd had als lied om het dankgebed mee te besluiten. Toen een organist hem vroeg naar de functie van dat schuldbelijdenislied op die plek in de liturgie, antwoordde de voorganger eerlijk dat hij eigenlijk niet zo op de tekst gelet had, maar zich meer had laten leiden door de sfeer van het lied Naar mijn oordeel is de reden die Luiten ziet als oorzaak voor de populariteit van opwekkingsliederen, op z n minst eenzijdig en onvolledig. Hij stelt dat de populariteit van opwekkingsliederen ligt aan het feit dat ze eenvoudig zijn naar inhoud en vormgeving. Hij maakt een onderscheid tussen enerzijds psalmen die rijk zijn aan historie en symboliek, en anderzijds de gezangen die eenvoudig zijn. Vreemd genoeg haalt hij zelf een alinea verder zijn eigen onderscheid weer helemaal onderuit, wanneer hij verwijst naar de populariteit van Psalmen-voor-Nu. Maar psalmen waren toch tekstueel niet eenvoudig want rijk aan historie en symboliek? Enfin, het onderscheid psalmen versus gezangen is sowieso niet verdedigbaar. Er zijn genoeg eenvoudige psalmen en genoeg gezangen die rijk zijn aan symbolen en metaforen. Specifiek voor de opwekkingsliederen kun je inderdaad zeggen dat één van de oorzaken voor hun populariteit hun eenvoud naar inhoud, taal en muziek is. Daarbij ben ik ervan overtuigd dat eenvoud bij opwekkingsliederen hand in hand gaat met inhoudelijke eenzijdigheid (zie hierboven). Het evangelicale lied, zoals het zich presenteert in de bundel Opwekkingsliederen, lijdt in theologisch opzicht al 25 jaar aan een chronische bloedarmoede, en tekenen van herstel heb ik nog niet waargenomen. Nogmaals, de gereformeerde theologie en liturgie gaat heus niet plat als we een aantal opwekkingsliederen gebruiken. En al helemaal niet wanneer we die liederen ook eens wat minder te pas en te onpas gaan zingen, maar ze beter inbedden in een weloverwogen liturgische geheel dan nu vaak het geval is. Maar het lijkt me op z n minst verstandig om waakzaam te blijven en ons niet blind te staren op fraaie idealen, waarbij je op grond van de huidige kennis en ervaring in ieder geval kunt afvragen of ze realistisch zijn. Gepubliceerd in De Reformatie, jaargang 82, nummer 8 (25 november 2006) & 9 (2 december 2006) dr. Jan Smelik, 2006 7