University of Groningen The impact of political factors on drivers of economic growth Klomp, Johannes Gerardus IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2009 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Klomp, J. G. (2009). The impact of political factors on drivers of economic growth. Groningen: University of Groningen. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 21-07-2019
Samenvatting Dit proefschrift bevat vier onderzoeken over het effect van politieke factoren op determinanten van economische prestaties. Het uitgangspunt van dit proefschrift is dat democratische landen die politiek stabiel zijn, en een laag niveau van corruptie en bureaucratie hebben, economisch beter presteren dan landen met slechte politieke instituties. Echter, de empirische resultaten van de relatie tussen politieke instituties en economische groei is gemengd. Sommige studies wijzen erop dat politieke instituties een indirect effect op economische groei kunnen hebben door hun effect op factoren die de economische groei bepalen. Daarom richten wij ons in dit proefschrift op het effect van politieke variabelen op een aantal factoren die van invloed zijn bij het bepalen van de verschillen in economische prestaties tussen landen. Eén van de moeilijkheden bij het opnemen van politieke variabelen in een econometrische analyse is het meetprobleem van de verschillende politieke systemen en concepten. Hoewel sommige politieke gebeurtenissen van een discrete aard zijn (bijv. een staatsgreep) zijn andere concepten (bijv. democratie) niet direct observeerbaar (latent) en daardoor dus moeilijker te kwantificeren. Onderzoekers die het effect van politieke instituties onderzoeken, kiezen meestal hun politieke indicatoren op een vrij willekeurige manier. Tevens bevatten de meeste politieke variabelen meetfouten die er toe leiden dat de data van een lage kwaliteit is en waardoor de empirische schattingen inconsistent kunnen zijn. Ook is het maar zeer de vraag of de indicatoren die worden gebruikt in eerdere studies exact alle dimensies van de specifieke politieke institutie representeren. Om te komen tot betere politieke indicatoren (voor bijvoorbeeld democratie) die meer informatie bevatten en om te bepalen of de indicatoren van de te vertegenwoordigende politieke instituties een multidimensionaal karakter hebben, gebruiken wij Factor Analyse (FA). Factor analyse is een statistische bewerking om structuur aan te brengen in de variabelen die een bepaald latente constructie representeert. Factor analyse wordt ook gebruikt om de hoeveelheid gegevens te reduceren. De geobserveerde variabelen zijn gemodelleerd als een lineaire combinatie van de factoren plus een fout term. De eigenwaarde van een factor bepaalt de verklaarde variantie van de variabelen die voor rekening komt van deze specifieke factor. Als een 179
factor een lage eigenwaarde heeft, kan deze worden genegeerd omdat andere factoren belangrijker zijn in het verklaren van de variantie. Op basis van eerdere empirische studies hebben we een onderscheid gemaakt tussen vijf dimensies van het politiek systeem. De eerste dimensie is het type politiek systeem. Deze variabele meet het niveau van democratie in een land. De factor analyse toont aan dat democratie kan worden vertegenwoordigd door een één dimensionale variabele. De tweede dimensie die wij onderscheiden is politieke instabiliteit. Uit de resultaten van de factor analyse blijkt dat er vier verschillende vormen van politieke instabiliteit zijn namelijk: politieke instabiliteit in verband met agressie, politieke instabiliteit in verband met burgerprotest, politieke instabiliteit in verband met de instabiliteit van de regering, en politieke instabiliteit in verband met de instabiliteit van het regime. Deze vier factoren meten elk een andere dimensie van politieke instabiliteit. De derde dimensie die wij onderscheiden is de politieke ideologie van het regime, gemeten over een links / rechts schaal en of een regering nationalistisch is. De vierde dimensie is de governance van de regering. Hiervoor gebruiken wij indicatoren op het gebied van het terugdringen van bureaucratie en corruptie. Governance kan worden weergegeven als een één-dimensionaal construct. De laatste dimensie is beleidsonzekerheid. Hierbij onderscheiden wij drie dimensies: onzekerheid in het handelsbeleid, onzekerheid in het begrotingsbeleid, en onzekerheid in het monetaire beleid. De meeste studies op het gebied van economische prestaties richten zich op de groei van de economie. Economische groei en de volatiliteit hiervan worden echter bepaald door hetzelfde onderliggende proces. Daarom kijken wij ook naar het effect van politieke factoren op economische volatiliteit. Dit proefschrift richt zich op de invloed van politieke factoren op belangrijke bepalende factoren van economische prestaties. De onderzoeksvragen die worden beantwoord in dit proefschrift zijn: Hebben politieke factoren invloed op de gezondheid in een land? Hebben politieke factoren invloed op de accumulatie van menselijk kapitaal? Hebben politieke factoren invloed op de terugbetaling van schulden aan het IMF? Hebben politieke factoren invloed op de volatiliteit van de economische groei? 180
In hoofdstuk 3, analyseren we de relatie tussen politieke factoren en het niveau van gezondheid in een land. Het eerste deel van het hoofdstuk gaat in op de vraag hoe het niveau van gezondheid en gezondheidszorg gemeten moeten worden. Er zijn verschillende maatstaven die de gezondheid van een land beogen te meten. Een belangrijk probleem van al deze maatstaven is dat ze meetfouten bevatten. Dit leidt tot inconsistente schattingen. Dit is vooral het geval voor ontwikkelingslanden. We maken gebruik van factor analyse om tot een betere maatstaf te komen voor gezondheid. We schatten twee nieuwe maatstaven van gezondheid. De eerste is gebaseerd op de gezondheid van individuen, terwijl de tweede is gebaseerd op de kwaliteit van de gezondheidszorg. In het tweede gedeelte van het hoofdstuk maken we gebruik van deze maatstaven om de invloed van politieke factoren hierop te schatten. Omdat onze gezondheidsmaatstaven en onze politieke variabelen beide niet direct observeerbaar (latente constructen) zijn, maken we gebruik van een zogenaamd structureel vergelijkingsmodel met een aantal controle variabelen die gesuggereerd worden door eerdere studies. Op basis van de algemene-naar-specifieke aanpak om tot een modelselectie te komen, concluderen we dat sommige aspecten van het politieke systeem een wezenlijke invloed op de gezondheid hebben. In detail, we vinden ten eerste dat democratie een positieve invloed heeft op de gezondheid van individuen. Ten tweede, regime instabiliteit heeft een negatief effect op de gezondheid van individuen. Ten derde vinden we dat governance een positief effect heeft op de kwaliteit van de gezondheidszorg, terwijl regeringsinstabiliteit een aanzienlijk negatieve invloed heeft op de kwaliteit van de gezondheidszorg. In hoofdstuk 4 analyseren we de relatie tussen de accumulatie van menselijk kapitaal en politieke factoren. Als gevolg van het ontbreken van een duidelijk omschreven maatstaaf van menselijk kapitaal gebruiken we factor analyse om te komen tot een betere maatstaf hiervoor. Wij gebruiken indicatoren op het gebied van onderwijs, vaardigheden, ervaring en technologische ontwikkeling. Onze resultaten suggereren dat we een onderscheid moeten maken tussen twee typen van menselijk kapitaal: fundamenteel menselijk kapitaal en geavanceerd menselijk kapitaal. De eerste heeft betrekking op de basisvaardigheden, zoals lezen en schrijven, terwijl de laatste meer is gerelateerd aan hoger onderwijs en wetenschappelijke ontwikkeling. Met behulp van deze twee factoren als afhankelijke variabelen in een structureel vergelijkingsmodel vinden we dat democratie een positief effect heeft op de accumulatie van fundamenteel menselijk kapitaal, terwijl de regime instabiliteit maatstaaf een aanzienlijk negatieve invloed heeft op het fundamenteel menselijke 181
kapitaal. Verder vinden wij dat governance een positief effect heeft op geavanceerd menselijk kapitaal, terwijl regeringsinstabiliteit hierop een negatieve invloed heeft. In hoofdstuk 5 analyseren we welke politieke factoren robuuste determinanten zijn van de kans dat een land zijn IMF lening in een bepaald jaar zal terugbetalen. Hiervoor gebruiken we een multinomial logit-model met ongeveer 130 landen in de periode 1985 tot 2007. Onze belangrijkste bevindingen suggereren ten eerste dat democratische landen minder kans hebben op betalingsproblemen, terwijl autocratische landen hun uitstaande lening sneller ineens terug betalen. Ten tweede, regime instabiliteit en regeringsinstabiliteit vergroten de kans op betalingsproblemen aan het IMF, terwijl regime instabiliteit tevens de kans vergroot op terugbetaling van de uitstaande schuld in één keer. Ten derde vinden wij dat goed bestuur van de regering de kans verlaagt op problemen met betalingen aan het IMF. Ten slotte, het effect van de politieke ideologie van de regering is dubbelzinnig. Linkse regeringen hebben aanzienlijk meer terugbetalingsproblemen, maar de aanwezigheid van een linkse regering verhoogt ook significant de kans dat het betrokken land zijn totale schuld in één keer zal terugbetalen. Dit laatste is ook het geval voor nationalistische regeringen. Ten slotte onderzoeken we in hoofdstuk 6 de invloed van politieke factoren op de volatiliteit van economische groei. Hiervoor gebruiken we een dynamisch panel model met verschillende economische controle variabelen, gesuggereerd door eerdere studies. In het eerste deel van het hoofdstuk analyseren we het meetprobleem van economische volatiliteit. De meeste studies maken gebruik van de standaardafwijking van de groei van het BBP als maatstaf voor economische volatiliteit. Deze maatstaf houdt echter geen rekening met verschillen in groei. Omdat economische groei en economische volatiliteit worden bepaald door hetzelfde onderliggend proces, maken we gebruik van de relatieve standaardafwijking. De relatieve standaardafwijking wordt gedefinieerd als de standaardafwijking gedeeld door het absolute gemiddelde van de economische groei. We concluderen dat democratie negatief gerelateerd is aan economische volatiliteit. Tevens vinden we dat een aantal dimensies van politieke instabiliteit (regime en regeringsinstabiliteit) en beleidsonzekerheid (onzekerheid omtrent begrotings- en monetair beleid) economische volatiliteit aanzienlijk vergroot. 182