Samenvatting Aardrijkskunde H2, paragraaf 1 t/m 3

Vergelijkbare documenten
2 Landschapszones op aarde SO 1

4 Leven in een koud gebied

De Geo; Weer en klimaat

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen.

De Geo; Weer en klimaat


2 Natuurlandschappen op aarde

1 Kun je aan planten zien wat je aan moet?

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen.

De Geo. 1 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 2. 1ste druk

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd.

H2: Europa, verenigd of versnipperd?

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

8 4 Streken en klimaten

Werkwinkel: Geografische denkvaardigheden

Weer en klimaat. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Het soort weer dat een land tijdens een lange periode heeft. Gebied in de wereld waar het klimaat overal hetzelfde is.

1 De tropische regenwouden liggen.. de evenaar. 2 Nederland ligt.de evenaar. 3 Het Amazone gebied ligt. de evenaar.

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Werkstuk Aardrijkskunde Verschillen van de bestaansmiddelen in de rijke droge gebieden en de arme droge gebieden

Braziliaanse regenwoud. Jesse Klever. Groep 7

Hoe komen de verschillende klimaten op Aarde tot stand?

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

De Geo. 1 hv Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk ste druk

Spanningen en ecologische problemen binnen regio s 11

Herkomst van Producten. Ethiopië. Thema 1. Verschillen tussen agrarische regio s. Landbouw in Sub-Sahara Afrika. 17/03/16

Veel veld voor vlees, weinig veld voor groenten

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

VLP Werkstuk Ontbossing van de aarde

Antwoorden 6 vwo 2 Landschapszones

Project Afrika-Azië. Week 1ABC: Noord-Afrika

6,5. Werkstuk door Een scholier 2067 woorden 31 maart keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Hoofdvraag en deelvragen

Hoofdstuk 2 AARDE Klimaat en landschap

PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD

Een gedeelte van een stad of een groter dorp. Een wijk bestaat uit meerdere buurten.

Samenvatting Aardrijkskunde Water hoofdstuk 2

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2, paragraaf antwoorden

Project Planten ABC. Week 1ABC: Algemeen

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade

inhoud DEZE ZANDBAK IS TE GEK!

Het Regenwoud in Amazonië

Toets 1 - 'Landschappen in Europa'

Werkstuk Natuurkunde Het tropisch regenwoud

BANANEN LANGS DE NOORDZEE antwoordblad

hoog staat de zon? De zon in Noord-Europa Wat ga je leren? Begrippen

economische mogelijkheden sociale omgeving ecologisch kapitaal verborgen kansen

Praktische opdracht Aardrijkskunde Landschapszones

Hoe determineren we het klimaat aan de hand van een klimatogram? Agenda: Het klimaat determineren WB p27-32

BOSSEN WERELDWIJD 8 + EDUKIT 4

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Toets 1 - 'Landschappen in Europa'

B36 De dampkring laat de zonnewarmte gewoon door. Pas als de zonnestralen op het aardoppervlak vallen, geven ze hun warmte af.

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden.

Bestudeer de bronnen 1 en 2 uit het bronnenboekje die bij deze opgave horen.

Thema 4 Platteland. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 5

Toets 2 - 'landschappen in europa'

Klimaatzones - HV 2 - kopie 1

Jullie hebben met jullie groep één dag geen vlees gegeten. Hierdoor moet er minder vlees geproduceerd worden.

3 havo 4 water, 2 t/m 4

Het begin van de winter

6,4. Werkstuk door een scholier 1592 woorden 24 mei keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Regenwouden. Inhoudsopgave

Landengids voor: Landengids

Duurzaam werken op zee

Wat doen Door de grote vraag werden dan ook massaal bomen omgehakt.

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade

BOSSEN WERELDWIJD EDUKIT 4

INHOUD 1 WAAR LIGT HET? 2 WAAR KOMT HET VANDAAN? 3 EUROPA

Woordenschat - memory Taal Actief groep 4 Thema 3 Les 1

Les bij klimaatverandering:

6,2. Werkstuk door een scholier 1474 woorden 7 mei keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6

WAT MAAKT EEN BOS TOT EEN BOS?

Woordenschat blok 03 gr4 Les 1 De bodem: de grond waarin planten kunnen groeien. De duinen: heuvels van zand langs de zee. De plant: een stengel met

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1, les 1,2,3

De Geo. 1 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk ste druk

Hoofdstuk 2: Tropisch regenwoud in Amazonië

Het groene Woestijn Initiatief

Toets 2 - 'Landschappen in Europa'

Bossen ingedeeld in zes bostypen. Centrum Hout. Centrum Hout Postbus 1380, 1300 BJ Almere Westeinde 8, 1334 BK Almere-Buiten

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie.

Herhaling leerstof / maatwerk. Les EVOLUTIE (Groepsopdracht)

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat

klas: toezicht: lokaal: vakleerkracht: 3 STWB BELLM 3 STWC BELLM Vraag 1: Vul de letters aan van dit éénvoudig kaartje ( noteer ze rechts )

Woordenschat les 8.1. Vervuilde grond?

6+ 10 WAT MAAKT EEN BOS TOT EEN BOS? Opdracht EDUKIT 3

5,8. Samenvatting door een scholier 2061 woorden 23 oktober keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Buitenland - vmbo/t/havo klas 1 - Hoofdstuk 1

Kenia. Natuur en Milieu. Bron: cross your borders

Lesbrief. Watersysteem. Droge voeten en schoon water. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Werkstuk Aardrijkskunde China

Klimaten hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bijlage VMBO-GL en TL

Werkstuk Aardrijkskunde Nieuw-Zeeland

Thema 2 Bewaren. Weinig te eten. Opdracht: zoek met je groepje een ramp en beschrijf de ramp met gebruik van bovenstaande woorden.

e-book: gebonden versie: De continenten Dit boek gaat over het continent Australië. Het is speciaal gemaakt voor

3 De islamitische wereld

Titel De gasbel onder Nederland

Transcriptie:

Samenvatting Aardrijkskunde H2, paragraaf 1 t/m 3 Samenvatting door A. 1377 woorden 2 februari 2017 6,9 63 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo Hoofdstuk 2 par. 1-3 wat moet je leren samenvatting Paragraaf 1 De amazone ligt in Zuid-Amerika. De kenmerken van de Tropische Regenwouden zijn: Het zijn dichte, ondoordringbare bossen Ze liggen tussen 23,5 NB en 23,5 ZB. Het is altijd warm, overdag meestal 30 graden. Het regent er veel, gemiddeld 2.000 mm per jaar De bomen kunnen hoger dan 35 m hoog worden. Er bestaan verschillende etages in het regenwoud. In het bos is het altijd schemerig. Vele soorten planten en bomen groeien door elkaar, ook leven er veel dieren. Dit noemen we biodiversiteit (bio=leven, diversiteit=verschillend). Het amazone gebied wordt bedreigd. Dat komt door het kappen van bossen, ook wel ontbossing genoemd. De ontbossing heeft te maken met een ongelijke bevolkingsspreiding in Brazilië: Het oosten is dichtbevolkt, het westen is leeg. De regering wil de mensen beter verspreiden over het land. Dat doen ze door het Amazonegebied op te offeren. Dwars door het bos zijn wegen aangelegd, een belangrijke weg is de Trans-Amazoneweg (4.000 km). Het bos wordt ook gebruikt voor natuurlijke hulpbronnen. Dat zijn producten uit de natuur die mensen goed kunnen gebruiken, zoals goud, uranium, rubber en hout. Tropisch hout is heel goed, daarom worden er zoveel bomen gepakt. Langs de wegen door het Amazonegebied is al veel bos weg. Arme, landloze boeren mogen er gratis een stukje grond in gebruik nemen. Ook zijn er grote bedrijven die runderen houden voor het vlees. Op grote akkers wordt soja verbouwd, dat dient als veevoer, bijvoorbeeld voor koeien, varkens en kippen in Nederland. De bossen in het Amazonegebied zijn belangrijk. Ze zijn het leefgebied van de oorspronkelijke bewoners, de indianen. Ook zorgen de bossen voor veel zuurstof, en er leven veel bijzondere planten en dieren. Verder is er een grote biodiversiteit. Veel producten komen uit het regenwoud, zoals bananen, kaneel en medicijnen. Om er voor te zorgen dat het bos helemaal verdwijnt kunnen we duurzaam werken (zorgen dat het blijft bestaan). Het bos herstelt zich als je weinig kapt en meteen weer bomen laat groeien, dat noem je herbebossin. Ook helpt het om duurzaam hout te gebruiken (niet uit Tropische regenwouden). Pagina 1 van 5

Paragraaf 2 Neerslag in Mali: In Mali regent het maar een paar maanden per jaar: van juni tot september. De rest van het jaar is het droog. Het zuiden van Mali is vochtig, er valt 600 tot 1200 mm per neerslag per jaar. Landschappen in Mali: Het landschap bestaat uit steppes, een droog gebied waar nog net genoeg regen valt voor de groei van grassen en struiken. Nog noordelijker begint de Sahara, waar het bijna nooit regent. Door de droogte groeit er niets in de woestijn, alleen op plaatsen waar water is, groeien (palm)bomen: een oase. In het zuiden van Mali zijn ook savannes: een landschap om de tropen met lange grassen, afgewisseld met groepjes bomen. Er zijn twee soorten bestaan in droge gebieden; nomaden en mensen met een vaste woonplaats. -Nomaden: Deze bewoners hebben geen vaste woonplaats, ze wonen in tenten en leven van hun vee: kamelen, schapen en geiten. Het vee graast op plekken waar gras groeit. Als dat op is, trekken de nomaden weer verder. De weidegebieden liggen in een groot gebied. Er graast dus maar weinig vee per hectare, dat noem je extensieve veeteelt. -Mensen met een vaste woonplaats: In de oase wonen mensen met een vaste woonplaats. Ze verbouwen groenten, fruit en graan. De akkers worden natgehouden met water uit de oase (een rivier of waterbron). Dat water stroomt via gegraven slootjes naar de akkers. Soms worden er ook pompen gebruikt om het water naar de akkers te brengen. De kunstmatige bewatering van gewassen op een akker heet irrigatie. De Sahel is kwetsbaar door de onbetrouwbare neerslag: Er zijn jaren waarin er veel regen valt, maar ook jaren van extreme droogte. De droogte is een ramp voor de boeren, de gewassen verdorren, waardoor er eten te kort komt. Langs de Niger is irrigatie, maar ook daar moet je oppassen. Je moet niet te veel water geven en het te veel aan water goed afvoeren. In hete, droge gebieden verdampt water snel. Er blijven dan zouten achter die de bodem onvruchtbaar maken, het zout worden van de bodem heet ook wel verzilting. De snelle bevolkingsgroei maakt de Sahel nóg kwetsbaarder. Er is steeds meer voedsel nodig, en dus ook meer vee. Het gevolg is dat er te veel vee graast op te weinig weidegrond, ook wel overbeweiding genoemd. Vooral in droge periodes gaat de begroeiing snel achteruit. Er ontstaan zanderige plekken, waar de wind veel invloed op heeft. Daardoor is er kans op verwoestijning: de uitbreiding van de woestijn. Droge gebieden zijn gebieden met minder dan 500 mm neerslag per jaar. Steppes en woestijnen zijn twee soorten droge gebieden. Droge gebieden liggen ten noorden en ten zuiden van de tropen omdat daar bijna geen neerslag is. De buurlanden van Mali: Mauritanië, Senegal, Guinee, Ivoorkust, Burkina Faso, Niger en Algerije. Paragraaf 3 Langs de kusten van Alaska, Noord-Canada en Groenland wonen de Inuit. De meeste Canadezen zijn Inuit. De toendra: In de toendra zijn de winters lang. De toendra s liggen ten noorden van de boomgrens. De bodem is ongeveer negen maanden bevroren en met sneeuw bedekt. Iets dieper in de grond blijft de vorst het hele jaar zitten. Dat noem je permafrost. Het dooiwater verdampt in de zomer nauwelijks, en het water kan niet weglopen door het permafrost. Daardoor is de toendra in de zomer heel moerassig. Pagina 2 van 5

Sneeuw dat altijd blijft liggen heet Eeuwige Sneeuw. Die laag wordt steeds dikker op sommige plaatsen en wordt dan samengeperst tot een dikke laag landijs. Ook de zee is vaak bevroren, dat noem je zee-ijs of pakijs. In de zomer breekt het ijs af en dat noem je drijfijs. Toendra s zijn boomloze vlakten in koude gebieden. Kenmerken: 1. Plantengroei: Toendra (grassen, mossen, en hier en daar een struik) 2. Bodem: Permafrost 3. Winters: Lang Bij toendra is het eens in het jaar boven de 0, bij eeuwige sneeuw niet. Bij toendra is de bodem ongeveer negen maanden keihard bevroren en met sneeuw bedekt. Luchtstreken: Begrippen: Bevolkingsspreiding: De verdeling van mensen over een land of gebied. Variatie aan levensvormen in de natuur. zorgen dat iets altijd blijft bestaan. verschillende verdiepingen in een bos. die aardbol in 2 helften verdeeld: noordelijk en zuidelijk halfrond. Herbebossing: Het opnieuw aanplanten van jonge bomen na een houtkap. hulpbron: Pruduct uit de natuur dat mensen goed kunnen gebruiken. Ontbossing: Het kappen van bossen. Warme luchtstreek bij de evenaar tussen 23,5 NB en 23,5 ZB. regenwoud: Dicht, ondoordringbaar bos in de warme en vochtige tropen. geografie: Soort AK die kijkt hoe een natuurlandschap door de natuur is gemaakt. landschap: Landschap waarin mensen huizen, wegen, akkers hebben aangelegd. Biodiversiteit: Duurzaam: Ervoor Etage: De Evenaar: Lijn Natuurlijke Tropen: Tropisch Fysische Ingericht Pagina 3 van 5

Oorspronkelijke plantengroei: De natuurlijke plantengroei die ergens voorkomt. Sociale geografie: Soort AK die kijkt naar hoe mensen een gebied hebben ingericht. Stijgingsregen: Regen bij evenaar. Ontstaat door opwarming van lucht, die stijgt en afkoelt. Vegetatie: Plantengroei. Extensieve veeteelt: Veeteelt met weinig vee per hectare. Irrigatie: Het kunstmatig nathouden van landbouwgrond. Nomaden: Mensen zonder vaste woonplaats. Oase: Een plek in de woestijn waar water is. Overbeweiding: Als begroeiing achteruit gaat doordat te veel vee graast op te weinig grond. Savanne: Landschap in tropen met lange grassen, afgewisseld met bomen en struiken. Steppe: Droog gebied waar net genoeg regen valt voor de groei van grassen en lage struikjes Verwoestijning: Uitbreiding van de woestijn. Verzilting: Het zout worden van de bodem. Woestijn: Een erg droog gebied waar weinig groeit. Boomgrens: Grens tussen een gebied waar nog wel bomen groeien en waar geen bomen groeien door de lage temperatuur (kouder dan 10 C in de zomer) Eeuwige sneeuw: Gebied waar altijd sneeuw ligt. Landijs: Laag eeuwige sneeuw op het land die tot ijs is samengeperst. Permafrost: Altijd bevroren ondergrond. Toendra: Boomloos gebied in de poolstreken met begroeiing van grassen, mossen, struikjes. Zee-ijs: Bevroren zeewater (pakijs en drijfijs). Loofboomgordel: Zone in de gematigde luchtstreek waar loofbomen groeien(eiken&beuken) Pagina 4 van 5

Luchtstreek: Temperatuurzone op aarde: tropen, gematigde zone en poolstreken. Naaldboomgordel: Zie taiga. Poolcirkel: De breedtecirkel van 66,5 NB en 66,5 ZB. Poolstreken: Het gebied ten noorden en ten zuiden van de poolcirkel. Taiga: Zone in de gematigde luchtstreek waar naaldbomen groeien. In de winter is het gemiddeld kouder dan -3 C. Pagina 5 van 5