Taaljournaal spelling groep 5. Week 1 Categorie 10, 17: ng/ nk, samenstellingen



Vergelijkbare documenten
net-als-woord: slang, bank, driehoek

net-als-woord: ei, ijs, beer, leeuw

samenstellingen de afspraak de afwas daarom erin de koelkast

net-als-woord: ei, ijs, beer, leeuw Pas op voor de plaagletter r. De ee, de oo en de eu klinken er anders door

ng de angst langzaam de tong hij brengt hij vangt nk dankbaar hij bedankt hij bedenkt hij drinkt het stinkt

Woordpakketten taaljournaal groep 5

Bloonboekje van ... Spelling. Middenbouw

instapkaarten spelling

WOORDPAKKET 1. Ik schrijf woorden met een medeklinker aan het begin en einde van een woord: woorden net als man.

je schrijft het woord zoals je het hoort je schrijft het woord zoals je het hoort je schrijft het woord zoals je het hoort

klas Ik schrijf op wat ik hoor. Categorie 4a Twee medeklinkers aan het begin Thema 1 groep 4

Woordpakket 11 Groep 4. Woorden: Ook zo-woorden. draai foei gooi mooi nooit ooit roeit saai blijf fijn de gein het plein de pijn vijf zei

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht:

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Week 2. Week 1. Week 3

woorden met eer (heer) De /r/ is een plaagletter bij /eer/. volgwoord woorden met oor (oor) De /r/ is een plaagletter bij /oor/.

ring bank touw blauw vinkje kroontje bloempje stoel kast schrift schuur Thema 2 De boom ik leer: woorden lezen die uit twee woorden bestaan, zoals

slee Ik hoor aan het eind van het woord ee. Ik schrijf ee. Categorie 42 Woorden met een ee aan het eind Thema 7 groep 4

Klankgroep en lettergreep

We spelen in het huis van mijn mama deze keer,

Woordpakket 11 Groep 4. Woordpakket 12 Groep 4

thema 5 les 2 extra oefenen

fluit Ik hoor f aan het begin. Ik schrijf f. Categorie 6a Woorden die beginnen met f Thema 1 groep 5

K a t m e t s l a g ro o m

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Woordpakket 31 Groep 4. Woordpakket 32 Groep 4

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Per vliegtuig naar droomland

Copyright Beertje Anders

Spelling Klankwoorden. Werkboek Geschikt voor de groepen 7 en 8

Antwoorden: zie laatste bladzijde. Woordenschat 1

Mamma vliegt steeds hoger.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Teksten Peuterplein Liedjes bij cd Dirk Scheele

Lente. Zomer. Winter. Herfst. Winter

Blok 1. Groep 4. Signaaldictee

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Best tof. Asma haalt haar schouders op. Ik weet niet eens of ik niet mag, zegt ze.

golf Ik hoor u tussen 2 medeklinkers. Ik schrijf de tussenklank u niet. Categorie 5a Woorden met lf Thema 2 groep 4


MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI

Online leren lezen - Overzicht van de oefeningen

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

in het holst van de nacht

7.5 Script en plaatjes post-test

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

KINDEREN VOOR KINDEREN CONCERT. ZONDAG 24 JUNI 2012 PURMEREND. Met het Stedelijk Orkest.

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

z w aai t n ooi t extra oefenen les 2 thema 4 1 Vul het woord in. 2 Schrijf het goede woord op. Een woord met aai of ooi.

En er komt nog een derde vinger bij: Ik heb nog niets aan mijn boekverslag gedaan.

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

blauw 1 Schrijf het woord op. 2 Schrijf het woord op. spelling 11a pauw Kies uit: au blauw gauw 1 Dit is een kleur. 2 Dit roep je als je pijn voelt.

Het onze Vader. Naam:

Een baas voor Mallekat

Adam en Eva eten van de boom

Afspraak 31 weetwoord. Afspraak 30 regelwoord. liniaal, actueel. thermometer. Afspraak 32a weetwoord. Afspraak 32b weetwoord. team.

Ik schrijf op wat ik hoor.

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen!

blok 5 les 1 R1: Woorden van de week het huisje het treintje het stoeltje het paardje het kastje het vriendje

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

Gedichten werkboekje. Naam: Groep:

We gaan binnenkort starten met blok 2 van taal, spelling en begrijpend lezen. Hieronder een overzicht van wat uw kind gaat leren.

De dieren in de dierentuin bereiden zich voor op het Kerstfeest. Mevrouw Nijlpaard neem nog even een bad voordat ze aan het kerstdiner gaat en meneer

Op een avond besloot Dolfje naar de dierentuin te gaan. Er stond een mooie volle maan aan de hemel, dus Dolfje was geen gewone jongen.

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Leesboekje de seizoenen

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt.

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Johan van Caeneghem. Het Schemerhuis

Deel 1. De eerste oorlogsdagen

Dit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr

Blok Klankgrgoepenwoord Deze categorie komt in veel woorden voor en is een heel lastige categorie.

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

schrijf je meestal ch, behalve bij ik lig, ik leg en ik zeg. Dan schrijf je ij. Dan schrijf je ij.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden.

De allerliefste oppas

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Thema hatsjoe Kleine Puk wat is er nou... 4 Au! Mijn vinger doet zeer... 4 Dag dokter... 5 Kortjakje... 5 Waar heb je pijn?...

sarie, mijn vriend kaspar en ik

1 Samuel 24 Ik krijg je nog wel Of zou jij het anders doen?

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Toen ze buiten stond, knipperde Sabien met haar ogen. Overal zag ze sneeuw en ijs, zelfs op de vijver en op de heuvel.

Attributen: Materiaal: Poppenkastpoppen: Koning Brul Kok Bollebuik Hofnar Prinses Roosje De hond van de prinses

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

KLEINE DEUGNIET Door Marcel van Rijn

Mijn vader is een leugenaar, hij kan fantastisch liegen. Wat los zit liegt hij aan elkaar, hij kan iedereen bedriegen. Mijn vader is een leugenaar.

Morgen sta ik weer op

Transcriptie:

Taaljournaal spelling groep 5 Week 1 Categorie 10, 17: ng/ nk, samenstellingen Net- als- woorden: slang, bank, driehoek de angst langzaam de tong hij brengt hij vangt dankbaar hij bedankt hij bedenkt hij drinkt het stinkt de afspraak de afwas daarom erin de koelkast omdat de rookworst de slagroom de steelpan de zondag Week 2 Categorie 11, 14, 15: ei/ij, eer/oor/eur, uw/eeuw/ieuw Net- als- woorden: k klein de trein het zeil hij reist hij zei de buikpijn gelijk het ontbijt vijftien hij bijt alweer veertien de voorkant de zeurpiet het gebeurt uw de sneeuwpop opnieuw hij geeuwt hij schreeuwt Week 3 Categorie 12, 16: aai/ ooi/ oei, au/ ou Net- als- woorden: mooi, blauw, kou fraai saai het waait mooi nooit hij strooit oei hij bemoeit zich het bloeit hij loeit au blauw flauw gauw hij snauwt het gebouw nou ik houd hij vertrouwt hij zou

Week 5 Categorie 19: eind d/-t Net- als- woorden: hond, kat de baard het bed het geld de hand de hoed de hond het hoofd het kind de mond de vriend de fout de kaart de kast de kat de kist de klant de poot de snuit de staart de straat Week 6 Categorie 19: eind d/t Net- als- woorden: hond, kat blind de brand het geluid goed hard kwaad rood verliefd vreemd wild het gat groot het hart heet nat de sloot wit woest de zeilboot zwart Week 7 Categorie 11, 19: ei/ ij, eind -d/ -t Net als woorden: ei, ijs de keizer het eiland de pleister het geheim eigen hij eist de meid het weiland het eind de aardbei altijd het bedrijf dichtbij het gordijn de leeftijd de lijst het ontbijt wijd het spijt mij hij verdwijnt

Week 9 Categorie 20: -e/ -en Net- als- woord: leuke de aarde beste de derde kleine de lente leuke sterke de tante de verte zwarte buiten de keuken de morgen het noorden het oosten het westen het zuiden buigen knijpen snurken Week 10 Categorie 20: -el/- em/- er Net- als- woorden: moeder de deksel de duivel de heuvel het meubel de sleutel de spiegel de vleugel de wortel de bliksem stiekem de ander donker de moeder het monster onder verder vroeger de winter de zolder zonder Week 11 Categorie 18, 20: be-/ ge-/ ver-, -e/ -en, -el/- em/ -er Net- als- woorden: begin bekend het gevoel beroemd het gezin het beroep gezond beslist hij gelooft hij beschermt verbaasd hij bestaat het verkeer hij betaalt hij verdeelt het gebied hij vergeet het gesprek hij verkoopt het gevaar hij verzint

Week 13 Categorie 21: marmot- woorden Net- als- woord: marmot anders de dokter eerder elke ergens de groente de hamster de laatste de marmot de meeste minder nergens paarse de schilder sterker telkens verse vreemde warme welke Week 14 Categorie 21: kuiken- woorden Net- als- woord: kuiken de boeken bruine goede groene de groepen ieder de kleuter het kuiken liever de schoenen schuine de woede zoete huilen krijgen kijken liegen roepen ruilen zoeken Week 15 Categorie 17, 21: samenstellingen, marmot- en kuikenwoorden Net- als- woord: driehoek ermee de landweg linksaf naartoe omlaag het ontwerp het onweer de oorzaak opeens de opzet rechtdoor de snelweg het stoomschip de stoomtrein het stoplicht het vliegtuig het vliegveld vooraan voorbij de voorrang

Week 17 Categorie 22: ezel- woorden Net- als- woord: ezel later de namen rare samen de tranen plagen beter deze even de ezel zeker hoge open over rode de zomer de buren de muziek de ruzie de uren Week 18 Categorie 23: woorden met een lange klank aan het eind van het woord Net- als- woord: hoera bijna ha hoera ja na de oma de opa de sla de foto ho hoezo het stro zo nu u mee nee de slee twee de zee Week 19 Categorie 16, 22, 23: au/ ou, woorden met een lange klank aan het eind van een klankgroep, woorden met ene lange klank op het eind van het woord Net- als- woorden: blauw, kou de dauw de auto miauwt de wenkbrauw rauw grauw benauwd de pauze lauwe de saus de buurvrouw de fouten de inhoud de mevrouw het oerwoud oud ouders de schouder houden trouwen

Week 21 Categorie 24: kikker-woorden Net- als- woord: kikker alleen hallo wakker wanneer de herrie lekker de letter bellen de kikker de middag liggen zitten de koffer de koffie de trommel stoppen jullie het nummer tussen zullen Week 22 Categorie 22: ezel- woorden Net- als- woord: ezel de kamer de manier het water laten praten de hemel negen de regen zeven spelen boven de motor de vogel komen stromen de vuren zure duren sturen turen Week 23 Categorie 12, 24, 22: woorden met aai/ oei/ ooi, kikker-woorden, ezel- woorden Net- als- woord: mooi de haai foei het lawaai het geknoei aaien de gloeilamp draaien de koeien kraaien de moeite zwaaien knoeien de fooi snoeien het hooi stoeien mooiste de prooi de rotzooi gooien

Week 25 Categorie 14: eren/ oren/ euren Net- als- woord: beren de beren de keren de kleren de meren de speren de veren leren smeren de oren de sporen boren horen storen de deuren de kleuren de scheuren sleuren speuren treuren zeuren Week 26 Categorie 10: ng/ nk Net- als- woorden: slang, bank bange de enkel de gangen flinke de hanger slanke de hengel de winkel jonge hinken de jongen janken de lengte de botsing de slinger de koning de vinger de staking dronken de woning week 27 Categorie 19, 14, 10: eind d/-t, eren/ oren/ euren, ng/ nk Net- als- woorden: hond, kat de afstand geschikt de avond de hut breed kapot het geluid de landkaart koud het moment het strand de plaat verkeerd het riet de wind de rust het zand de sloot de zeehond want

Week 29 Categorie 25: -je/ -pje/- tje Net- als- woord: grapje het eendje een eindje het grapje het kunstje het plekje een poosje een stukje een tijdje een ijsje een visje een beetje het meisje het boompje het geheimpje het raampje het buitje het broertje het diertje het eitje een uurtje Week 30 Categorie 26: -ig/- lijk Net- als- woorden: handig, vrolijk aardig eerlijk bezig gevaarlijk giftig heerlijk grappig kwalijk handig lelijk lastig moeilijk nodig natuurlijk rustig pijnlijk twintig sierlijk zuinig vrolijk Week 31 Categorie 13: ch/ cht Net- als- woorden: pech, lucht de autopech de ochtend het gelach de opdracht de kachel prachtig het lichaam rechter och rechtop juichen slechte lachen vannacht achter vechten het bericht vluchten dichtbij wachten

Week 33 Categorie 27: woorden met v of -z Net- als- woorden: lieve, boze de boeven de brieven de dieven lieve blijven geven hoeven leven schrijven verven boze grijze de huizen de keuze onze de prijzen de rozen kiezen lezen wijzen Week 34 Categorie 14: eind b/ -p, eind d/ -t Net- als- woorden: web, hap, hond, kat de krab de held de slab iemand het web het lied ik heb niemand ik krab het woord de hap apart de klap onverwacht de knoop het portret slop de tekst de trap het tijdschrift Week 35 Categorie 15, 19, 28: uw/ eeuw/ ieuw, eind d/ -t, eind b/ -p Net-als-woord: leeuw ruwe de schaduw schuwe sluwe de zwaluw duwen waarschuwen eeuwenlang eeuwig de leeuwen de sneeuwbal de sneeuwvlok de spreeuw geeuwen schreeuwen sneeuwen benieuwd nieuwe de nieuwslezer het nieuwtje