RAAD VOOR VERKIEZINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERKIEZINGSBETWISTINGEN ARREST van 11 maart 2019 met nummer RVERKB/1819/0045 in de zaak met rolnummer 1819-RVERKB-0041 Verzoekende partijen 1. de heer Patrick HERMANS 2. de heer Danny BULEN 3. mevrouw Kathleen THOELEN 4. mevrouw Miet NELISSEN 5. mevrouw Mariska CLAESEN 6. de heer Freddy BLOKKEN 7. de heer André CLEEREN 8. de heer Jeroen HENDRIKX 9. de heer Johny MACHIELS 10. mevrouw Suzy WOLFS vertegenwoordigd door advocaat Inke DEDECKER met woonplaatskeuze op het kantoor te 3500 Hasselt, Spoorwegstraat 105 Betrokken partijen 1. de gemeente DIEPENBEEK, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen. 2. het OCMW DIEPENBEEK, vertegenwoordigd door het vast bureau vertegenwoordigd door advocaat Tom DE SUTTER met woonplaatskeuze op het kantoor te 9000 Gent, Koning Albertlaan 128 3. de heer Jos LEROI, wonende te 3590 Diepenbeek, Steenakkerstraat 7 4. mevrouw Ilse PIPELEERS, wonende te 3590 Diepenbeek, Nanofstraat 39 5. de heer Hugo LEROUX, wonende te 3590 Diepenbeek, Elzenlaan 18 6. mevrouw Jerica HELEVEN, wonende te 3590 Diepenbeek, Bosstraat 36 7. de heer Peter PREVOT, wonende te 3590 Diepenbeek, Zandstraat 48 8. de heer Lode VEREECK, wonende te 3590 Diepenbeek, Zegestraat 2 RVERKB 1

I. VOORWERP VAN HET BEZWAAR Het bezwaar, ingesteld met een aangetekende brief van 31 januari 2019, is gericht tegen de beslissing van de gemeenteraad van 3 januari 2019 waarbij: - De heer Jos Leroi wordt verkozen als eerste schepen voor de periode van 3 januari 2019 tot en met 31 december 2024 - Mevrouw Ilse Pipeleers wordt verkozen als tweede schepen voor de periode van 3 januari 2019 tot en met 31 december 2024 - De heer Hugo Leroux wordt verkozen als derde schepen voor de periode van 3 januari 2019 tot en met 28 oktober 2020 - Mevrouw Jerica Heleven wordt verkozen als opvolger derde schepen voor de periode van 29 oktober 2020 tot en met 31 december 2024 - De heer Peter Prevot wordt verkozen als vierde schepen voor de periode van 3 januari 2019 tot en met 31 december 2021 - De heer Lode Vereeck als opvolger vierde schepen voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2024 II. VERLOOP VAN DE RECHTSPLEGING De eerste en tweede betrokken partij hebben een nota ingediend. De partijen zijn opgeroepen voor de openbare zitting van 6 maart 2019, waar het bezwaar werd behandeld. Kamervoorzitter Luc Verhulst heeft verslag uitgebracht. De procespartijen verschijnen op de zitting. Advocaat Imke DEDECKER voert het woord voor de verzoekende partijen. Advocaat Tom DE SUTTER voert het woord voor de eerste en tweede betrokken partij. De heer Jos LEROI voert het woord voor de derde betrokken partij. De heer Lode VEREECK voert het woord voor de vierde betrokken partij. De heer Hugo LEROUX voert het woord voor de vijfde betrokken partij. Mevrouw Jerica HELEVEN voert het woord voor de zesde betrokken partij. De heer Peter PREVOT voert het woord voor de zevende betrokken partij. De heer Lode VEREECK voert het woord voor de achtste betrokken partij. Het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges (DBRC-decreet) en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges (Procedurebesluit) zijn toegepast. III. FEITEN De feiten die relevant zijn voor de beoordeling van het bezwaar kunnen als volgt worden samengevat. 1. Voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 wordt een voorakkoord gesloten tussen vier partijen, met name Open VLD, PRO3590 (SP.A), CD&V en N-VA op 25 april 2018. Hierbij werden afspraken gemaakt over de aanduiding van de burgemeester en de schepenen onder deze vier partijen. RVERKB 2

Dit akkoord geldt indien deze partijen minstens vijftien zetels halen. Indien er minder zetels worden behaald, wordt gezamenlijk een vijfde partner gezocht. De vier partijen komen samen op 14 oktober 2018 in de namiddag. Zij overhandigen elk twee keer 25 handtekeningen van de kandidaten op hun lijst voor de voordracht van de burgemeester en schepenen aan de heer Geert Vertongen (voorzitter N-VA) zodra de lijsten en documenten beschikbaar zijn. Deze handtekeningen worden op de samenkomst op tafel gelegd. Het voorakkoord wordt door twee vertegenwoordigers van elke partij ondertekend. De verzoekende partijen brengen in totaal zes bijlagen bij. Drie bijlagen betreffen de pagina s 7 tot en 10 van het formulier van de voordrachtsakte van een kandidaat-burgemeester, met name bijlage 2. Zij bevatten de namen van het merendeel van de kandidaten van een respectievelijke lijst, meestal gevolgd door hun handtekening, van drie lijsten, met name CD&V, N-VA en PRO3590. De drie andere bijlagen betreffen de pagina s 21 tot en met 24 van het formulier van de voordrachtsakte van de kandidaat-schepenen, met name bijlage 2. Zij bevatten de namen van het merendeel van de kandidaten van een respectievelijke lijst, meestal gevolgd door hun handtekening, van drie lijsten, met name CD&V, N-VA en PRO3590. Geen enkele bijlage bevat de naam van de kandidaat-burgemeester of kandidaat-schepenen. 2. Op 14 oktober 2018 vinden de gemeenteraadsverkiezingen plaats in de gemeente Diepenbeek met volgend resultaat: lijst stemmen % zetels PUUR DIEPENBEEK 4.101 30,7 9 N-VA 3.515 26,3 7 CD&V 1.787 13,4 3 OPEN VLD 1.613 12,1 3 GROEN 1.306 9,8 2 PRO 3590 1.032 7,7 1 13.354 100 25 De partijen betrokken bij het voorakkoord halen 14 zetels. Op de dag van de verkiezingen zouden er volgens de verzoekende partijen gesprekken zijn geweest zonder resultaat. Later op de dag ondertekenen de lijsten Puur Diepenbeek, CD&V en PRO 3590 een intentieverklaring om met elkaar een coalitie te vormen (13 zetels). Uiteindelijk wordt op 18 oktober 2018 een nieuwe coalitie gevormd tussen CD&V, N-VA, Open VLD en Groen. 3. Een voordrachtsakte voor een kandidaat-burgemeester, met name de heer Hendrik Kriekels (N-VA) werd uiteindelijk neergelegd bij de gouverneur op 19 oktober 2018. Deze akte bevat een aantal bijlagen, met name een lijst van kandidaten en verkozenen van de N-VA met hun handtekening, de naam en handtekening van de twee verkozenen van GROEN, de lijst van RVERKB 3

kandidaten en verkozen van Open VLD met handtekening, een lijst van kandidaten en verkozenen van PRO 3590 met handtekening en een lijst van kandidaten en verkozenen van CD&V met hun handtekening. Ditmaal is de naam van de kandidaat-burgemeester wel ingevuld. Na de adviezen van het Agentschap Binnenlands Bestuur, de procureur-generaal van het Hof van Beroep van Antwerpen en de gouverneur, wordt de heer Hendrik Kriekels benoemd bij ministerieel besluit van 10 december 2018 en legt deze de eed af op 18 december 2018. Klaarblijkelijk wordt deze benoeming bestreden bij de Raad van State in een procedure met rolnummer G/A 227.351/X-17.435. Er is de Raad tot op heden geen uitspraak bekend. 4. Een voordrachtsakte voor de kandidaat-schepenen werd neergelegd bij de algemeen directeur op 13 november 2018. Het betreft kandidaat-schepenen van de lijsten NV-A, CD&V, Open VLD, Groen. Deze akte bevat een aantal bijlagen, met name een lijst van kandidaten en verkozenen van de N-VA met hun handtekening, de naam en handtekening van de twee verkozenen van GROEN, de lijst van kandidaten en verkozen van Open VLD met handtekening, een lijst van kandidaten en verkozenen van PRO 3590 met handtekening en een lijst van kandidaten en verkozenen van CD&V met handtekening. Ditmaal zijn de namen van de kandidaat-schepenen wel ingevuld. 5. Op 3 januari 2019 vond de installatievergadering van de gemeenteraad van de gemeente Diepenbeek plaats. In de notulen van deze vergadering wordt de verkiezing en eedaflegging van de schepenen besproken in agendapunt 9. Er wordt nagegaan welke geïnstalleerde gemeenteraadsleden de voordrachtakte hebben ondertekend, met name: - drie gemeenteraadsleden van de lijst CD&V; - twee gemeenteraadsleden van de lijst Groen; - zeven gemeenteraadsleden van de lijst N-VA; - drie gemeenteraadsleden van de lijst Open VLD. Er kan geen rekening worden gehouden met de handtekeningen van de kandidaten van de diverse lijsten welke niet zijn verkozen. Er is wel sprake van een handtekening van de tweede verzoekende partij, enig verkozen raadslid voor de lijst Pro 3590. Deze handtekening is evenwel niet vereist voor het behalen van de dubbele meerderheidsvereiste. Uit het onderzoek blijkt dat de voordrachtakte door meer dan de helft van de geïnstalleerde gemeenteraadsleden én door meer dan de helft van de verkozen van dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaten-schepenen is ondertekend. Uit de notulen blijken de volgende opmerkingen van de tweede verzoekende partij: 1. In de voordrachtakte van de schepenen vind ik een bijlage met de handtekeningen van de kandidaten van PRO3590. Deze bijlage werd gehandtekend door de kandidaten van RVERKB 4

PRO3590 maar niet in het bijzijn van het hoofddocument waarop de namen van de voorgedragen schepenen staan vermeld. De bijlage was dus bij de ondertekening een los document. PRO3590 heeft dus nooit de intentie gehad om de huidige voordrachtakte van de schepenen te steunen. Zonder goedkeuring van de voorzitter van PRO3590 Mevr. Surinx een ondertekenaar van de bijlage van PRO3590 werd dit document toegevoegd aan de voordrachtakte van de schepenen. Er wordt dus misbruik gemaakt van de handtekeningen van PRO3590. 2. Naar aanleiding van het gebruiken van de handtekeningen in de bijlage, zonder toestemming van PRO3590, gevoegd bij de huidige voordrachtakte van de schepenen vraag ik aan de voorzitter van de gemeenteraad op grond van de onder punt 1 vermelde argumentatie de voordrachtakte onontvankelijk te verklaren. De bezwaren van de tweede verzoekende partij worden niet weerhouden: Aangezien de akte van voordracht een dubbele meerderheid heeft ze is ondertekend door meer dan de helft van de verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen en de eed als gemeenteraadslid hebben afgelegd alsook door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaten werd verkozen en de eed als gemeenteraadslid hebben afgelegd wordt de akte en toepassing van artikel 43 van het Decreet Lokaal Bestuur ontvankelijk verklaard en verklaart de voorzitter Karen Alders de voorgedragen kandidaten-schepenen als verkozen en is het aantal schepenen vastgesteld op vier tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad. Dit vormt de bestreden beslissing. IV. ONTVANKELIJKHEID VAN HET BEZWAAR A. Ontvankelijkheid wat betreft de tijdigheid van het bezwaar Het bezwaar werd ingesteld met een aangetekende brief van 31 januari 2019, binnen de termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de installatievergadering van de gemeenteraad op 3 januari 2019. Geen enkele partij betwist de tijdigheid van het bezwaar. Het bezwaar is tijdig. B. Ontvankelijkheid wat betreft het belang en de hoedanigheid van de verzoekende partijen Overeenkomstig artikel 27 DBRC-decreet zijn alleen de gemeenteraadsleden gerechtigd bij de Raad bezwaar in te dienen omtrent de verkiezing en benoeming van de schepenen. Beide verzoekende partijen zijn verkozen gemeenteraadsleden bij de gemeenteraadsverkiezing in Diepenbeek. Zij beschikken zodoende over de vereiste hoedanigheid. Zij beschikken tevens over een functioneel belang bij een wettige samenstelling van het college van burgemeester en schepenen. RVERKB 5

V. ONDERZOEK VAN HET BEZWAAR Standpunt van de partijen 1. De verzoekende partijen beroepen zich op de schending van artikel 45 1 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, thans artikel 43 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (hierna DLB). De benoeming van de schepenen zou niet gebaseerd zijn op een ontvankelijke voordrachtsakte. 1.1. Zij stellen allereerst dat een voordrachtsakte die ondertekend werd vóór de verkiezingen niet als een geldige voordrachtsakte beschouwd kan worden en verwijst daarbij naar het arrest nr. 224.272 van de Raad van State van 5 juli 2013. Handtekeningen dienen immers geplaatst te worden door verkozenen. Dat het merendeel van de handtekeningen vóór de verkiezingen werden geplaatst blijkt uit een aantal elementen. Alle lijsten betrokken bij het voorakkoord, met name N-VA, CD&V, Open VLD en PRO3590 (SP.A) bezorgden voor de gemeenteraadsverkiezingen de getekende bijlagen - zonder voordracht van de kandidaten - aan de voorzitter van de N-VA en kregen een kopie van hun eigen document maar ook van de documenten van de andere partijen. Deze bijlagen zijn identiek aan de uiteindelijk voorgelegde voordrachtsakte. In een e-mail van 25 september 2018 stuurt de voorzitter van de N-VA de voordrachtsaktes rond met de vraag om deze te handtekenen door kandidaten van wie algemeen mag worden aangenomen dat zij de grootste kans maken om verkozen te worden. De bijlagen werden niet alleen door de verkozenen maar ook door niet verkozen kandidaten op de lijst van N-VA, CD&V, Open VLD ondertekend. De bijlagen werden voor de lijst Groen enkel ondertekend door de twee verkozenen, aangezien zij niet betrokken waren bij het voorakkoord. In het voorakkoord zelf werd gevraagd om elk twee keer 25 handtekeningen van de kandidaten op hun lijst voor de voordracht van de burgemeester en schepenen aan de heer Geert Vertongen (voorzitter N- VA) te bezorgen zodra de lijsten en documenten beschikbaar zijn. Ten slotte zou dit blijken uit de wijze waarop de bijlagen bij de voordrachtsakten ondertekend werden. 1.2. Tevens dienen de namen van de kandidaten ingevuld te zijn op de voordrachtsakte, waarbij zij verwijst naar hetzelfde arrest van de Raad van State. Een voordracht is een aanbeveling van kandidaten; het is een nominatie: het noémen van iemand of iets voor, bijvoorbeeld, een ambt. Wie voordraagt stelt personen als kandidaat voor door ze op de voordrachtlijst te plaatsen. Dit standpunt zou bevestigd zijn door de Raad van State in haar arrest nr. 224.559 van 5 september 2013. Vóór de verkiezingen konden er geen namen van burgemeester en schepenen ingevuld worden op de bijlagen van de voordrachtsakten omdat het resultaat van de verkiezingen niet gekend is en men niet weet wie in aanmerking komt om schepen of burgemeester te worden en hoeveel schepenen per partij er in aanmerking komen. De concrete uitvoering van de overeenkomst tussen N-VA, CD&V, Open VLD RVERKB 6

en PRO3590 (SP.A) was afhankelijk van de verkiezingsresultaten De bijlagen bij de voordrachtsakten werden derhalve ingevuld zonder dat er iemand werd voorgedragen. Op de vóór de verkiezingen getekende bijlagen van de voordrachtsakten van PRO3590 (SP.A), CD&V en N-VA voor de kandidaat-burgemeester, staat geen naam ingevuld van de burgemeester en de opvolger van de burgemeester, terwijl er op deze bijlagen expliciet ruimte is voorzien voor het invullen van de naam van burgemeester en zijn opvolger. In een e-mail van 15 oktober 2018 bevestigt een bestuurslid van CD&V Diepenbeek dat er geen naam van burgemeester, schepen of voorzitter van de gemeenteraad werd ingevuld. Op een foto in het Belang van Limburg op 17 oktober 2018 is te zien dat op de bijlagen geen naam is ingevuld. Uit sms-en afkomstig van de voorzitter van de N-VA zou blijken dat er op 14 oktober 2018, datum vermeld op de voordrachtsakte nog geen akkoord was. Uit het voorgaande zou blijken dat de schepenen werden benoemd op basis van een ongeldige voordrachtsakte: de bijlagen, behalve voor wat betreft CD&V met betrekking tot de voorzitter van de gemeenteraad, werden ondertekend door kandidaten op een ogenblik dat zij nog niet verkozen waren en zonder dat op het ogenblik van de ondertekening iemand werd voorgedragen. Er is bijgevolg zelfs geen sprake van een voordracht. De benoeming van de schepenen is derhalve volgens de verzoekende partijen onwettig, zodat het bezwaarschrift ontvankelijk en gegrond is en de bestreden beslissing vernietigd dient te worden. 2. De eerste en tweede betrokken partijen (hierna: de betrokken partijen) stellen dat een voordrachtsakte ten vroegste kan ontstaan op het ogenblik dat de verkozenen voor de gemeenteraad gekend zijn, meer bepaald na de gemeenteraadsverkiezingen. Verder blijkt uit het onderzoek bij de installatievergadering dat de voordrachtakte door meer dan de helft van de geïnstalleerde gemeenteraadsleden én door meer dan de helft van de verkozen van dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaten-schepenen is ondertekend. Zij stellen dan ook vast dat de voordrachtsakte zonder meer voldoet aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden, wat op zich ook niet wordt betwist door de verzoekende partijen. Enkel de tweede verzoekende partij zou een belang kunnen laten gelden bij het middel. Bij de voordrachtakte is geen bijlage gevoegd met handtekeningen van de kandidaten van de lijst van de eerste verzoekende partij. De verzoekende partijen betwisten de (impliciete) rechtspraak van de Raad van State niet dat een voordrachtakte ondertekend voor de verkiezingen niet als een geldige voordrachtakte kan worden beschouwd. Zij beweren evenwel ten onrechte dat de handtekeningen op de bijlagen moeten worden geplaatst na de gemeenteraadsverkiezingen. Zij verliezen daarbij uit het oog dat de rechtspraak van de Raad van State is geënt op casussen waarbij er wordt aangevoerd dat er wel meer dan één voordrachtakte door één of meer dezelfde personen zou zijn ondertekend. Het valt volgens de betrokken partijen niet in te zien waarom de gehandtekende bijlagen niet zouden kunnen worden gebruikt én bevestigd door ze na de verkiezingen te voegen bij de voordrachtakte op zich nadat deze volgens de vereisten is ingevuld met de gegevens van degene die wordt voorgedragen. Op het ogenblik van het indienen van de voordrachtakte beschikte het vereiste aantal verkozenen over de vereiste hoedanigheid om de voordracht te doen. Geen enkele verkozene van de lijsten N-VA, Groen, RVERKB 7

Open VLD en CD&V betwist de rechtsgeldigheid van de eigen handtekening en instemming met de voordracht. Er is slechts één persoon, namelijk de tweede verzoekende partij, die voorhoudt dat hij zijn handtekening op de bijlage niet wenst te bevestigen. De eerste betrokken partij heeft daar ook mee rekening gehouden, minstens moet worden vastgesteld dat de voordrachtakte ook zonder de handtekening van de tweede verzoekende partij nog steeds aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet. De stelling van de verzoekende partijen komt er enkel op neer dat de tweede verzoekende partij geen voordrachtakte heeft ondertekend en dat aan de bijlage met zijn handtekening en de overige kandidaten van de lijst PRO 3590 geen waarde kan worden gehecht. De tweede verzoekende partij verkeert in die zin in de mogelijkheid om desgevallend een andere voordrachtakte te ondertekenen zoals alle verkozenen van de lijst PUUR Diepenbeek van de eerste verzoekende partij, maar zulks heeft geenszins tot gevolg dat de voordrachtakte die wel is ondertekend door de verkozenen van N-VA, Groen, Open VLD, en CD&V als onontvankelijk zou moeten worden gekwalificeerd. Het gegeven dat er voor de gemeenteraadsverkiezingen geen sprake is van een officiële voordrachtakte verhindert niet dat na de gemeenteraadsverkiezingen mede op basis van eerder ondertekende bijlagen wel degelijk een officiële voordrachtakte ontstaat. Op het ogenblik van het indienen van de voordrachtakte wordt een verkozene voorgedragen met naam en toenaam. De voordrachtakte is bijkomend vergezeld van de vereiste bijlagen. De enige beoordeling door de eerste verwerende partij die mogelijk is, is dat er een ontvankelijke voordrachtakte voorligt. Beoordeling door de Raad 1. De betrokken partijen betwisten het belang van de eerste verzoekende partij daar bij de voordrachtakte geen bijlage is gevoegd met handtekeningen van de kandidaten van de lijst van de eerste verzoekende partij. De eerste verzoekende partij heeft evenwel een functioneel belang bij een correcte verkiezing van de schepenen in haar gemeente. Het feit dat de voordrachtsakte geen handtekeningen bevat van haar lijst doet daar geen afbreuk aan. 2. De verzoekende partijen beroepen zich op een schending van artikel 43, 1 DLB, dat luidt als volgt: 1. Behalve de schepenen die benoemd zijn overeenkomstig artikel 42, 1, derde lid, en 3, tweede en derde lid, verkiest de gemeenteraad de schepenen onder de gemeenteraadsleden op basis van een gezamenlijke akte van voordracht van de kandidaat-schepenen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen. Om ontvankelijk te zijn moet die gezamenlijke akte van voordracht voor elk van de kandidaatschepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst zijn verkozen als de voorgedragen kandidaten. Als de lijst waarop een kandidaat-schepen voorkomt, maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Niemand kan meer dan één gezamenlijke akte van voordracht ondertekenen. Overtreding van dit verbod wordt gesanctioneerd overeenkomstig artikel 7, 2. De gezamenlijke akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van een kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam vermeld worden van een of meer personen die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het RVERKB 8

mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Als het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of als de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig artikel 49. Die akte wordt uiterlijk acht dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad aan de algemeen directeur bezorgd. De algemeen directeur bezorgt een afschrift van de akte aan de burgemeester. Op basis van het verzoekschrift en de zeer uitgebreide stukkenbundel voldoen de verzoekende partijen aan hun bewijslast om aan te tonen dat: - de bijlagen bij de akte van voordracht van de kandidaat-schepenen door het merendeel van de kandidaten van de lijsten N-VA, CD&V, Open VLD en PRO3590 (SP.A) werden ondertekend vóór de gemeenteraadsverkiezingen. - deze bijlagen geen enkele (indicatie van een) naam bevatten wat betreft de kandidaatschepenen bij de ondertekening door bovenvermelde kandidaten. - deze bijlagen werden gebruikt bij de uiteindelijke voordrachtsakte die werd neergelegd bij de algemeen directeur op 13 november 2018. Hierbij werden kandidaat-schepenen van de lijst NV- A, CD&V, Open VLD en Groen voorgesteld. Deze vaststellingen worden ook niet betwist door de betrokken partijen. Op de zitting van 6 maart 2019 wordt dit ook op vraag van de Raad bevestigd door alle acht betrokken partijen. Artikel 43, 1 DLB bepaalt duidelijk dat de voordrachtsakte ondertekend dient te worden door ( ) verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen. Tevens moet zij ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst zijn verkozen als de voorgedragen kandidaten. Zoals expliciet bepaald dient een voordrachtsakte dus ondertekend te worden door een verkozene en niet door een mogelijks toekomstig gemeenteraadslid. Een duidelijk geredigeerde bepaling behoeft geen verdere interpretatie. Dit vormt één van de weinige toepassingsvoorwaarden van artikel 43, 1 DLB. Het tijdstip van ondertekening is wel degelijk van belang, waarbij immers minimaal respect dient verleend te worden aan de wil van de kiezer en het democratisch proces van de verkiezingen. Een ondertekening vóór de verkiezingen maakt daarop een flagrante inbreuk. Ook het bezwaar inzake het ontbreken van een vermelding van de identiteit van de kandidaat-schepen alvorens ondertekening van de voordrachtsakte is gegrond. Hierboven werd reeds door de Raad aanvaard dat de bijlagen bij de akte van voordracht van de kandidaat-schepenen op het tijdstip van ondertekening door het merendeel van de kandidaten van de lijsten N-VA, CD&V, Open VLD en PRO3590 (SP.A) geen enkele (indicatie van een) naam bevatten wat betreft de kandidaat-schepenen. Een voordracht is een aanbeveling van kandidaten; het is een nominatie. RVERKB 9

Het betreft het noemen van iemand of iets voor, bijvoorbeeld, een ambt. Wie voordraagt stelt personen als kandidaat voor door ze op de voordrachtlijst te plaatsen. Deze bijlagen zijn dan ook ten onrechte gebruikt bij de uiteindelijke indiening van de voordrachtsakte en er dient zelfs gesteld te worden dat de vermelde kandidaten van de lijsten N-VA, CD&V, Open VLD en PRO3590 (SP.A) geen akte van voordracht hebben ondertekend. De essentie ontbreekt immers van waar het bij een voordracht om te doen is, met name de voorafgaande kennis omtrent de identiteit van de persoon of personen die voorgedragen worden. Het is om deze reden dat het verweer van de betrokken partijen niet gevolgd kan worden, met name dat de uiteindelijke voordrachtakte voldoende geldige handtekeningen bevat van verkozenen. Deze handtekeningen werden immers reeds geplaats op het moment dat zij niet wisten wie ze uiteindelijk zouden voordragen. In casu blijkt duidelijk tot welke situatie een ondertekening van een (deel van) een voordrachtsakte kan leiden zonder voorafgaandelijke kennis van de persoon die voorgedragen wordt. De handtekeningen van een aantal kandidaten van de lijst van de tweede verzoekende partij (PRO3590) werden immers gebruikt voor de uiteindelijke voordracht, ondanks het feit dat deze lijst niet behoort tot de uiteindelijke coalitie. Op het moment van ondertekening gingen deze kandidaten er evenwel vanuit dat hun handtekening zou gebruikt worden voor de benoeming van een schepen van hun lijst. Tenslotte dient benadrukt te worden dat artikel 43, 1 DLB de beslissingsbevoegdheid verleent omtrent de voordracht aan de verkozenen doch niet aan de lijsten of partijen. De loutere mogelijkheid tot bevestiging van de handtekening van gemeenteraadsleden zou deze beslissingsbevoegdheid danig beperken, daargelaten het feit dat deze procedure op geen enkele wijze wordt voorzien in de betrokken regelgeving. Het middel is gegrond. RVERKB 10

BESLISSING VAN DE RAAD VOOR VERKIEZINGSBETWISTINGEN 1. Het door de verzoekende partijen ingediende bezwaar is ontvankelijk en gegrond. 2. De beslissing van de installatievergadering van 3 januari 2019 van de gemeenteraad van Diepenbeek met betrekking tot de verkiezing en eedaflegging van de schepenen wordt vernietigd. Dit arrest is uitgesproken te Brussel in openbare zitting van 11 maart 2019, door de eerste kamer, die samengesteld is uit: VERHULST Luc VANDENDAEL Patrick VERMEIREN Eric voorzitter van de eerste kamer bestuursrechter bestuursrechter bijgestaan door Yannick DEGREEF toegevoegd griffier De toegevoegd griffier, De voorzitter van de eerste kamer, Yannick DEGREEF VERHULST Luc RVERKB 11