Lesmap voorstelling: Het is ingewikkeld



Vergelijkbare documenten
Werkboek Het is mijn leven

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection

LESBRIEF BIJ VOORSTELLING WOLFJE VAN THEATERGROEP ARTHUR GROEP 3-4-5

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Verhaal: Jozef en Maria

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Ria Massy. De taart van Tamid

Je zintuigen kunnen lang niet alles waarnemen. Veel dieren kunnen beter zien, horen, proeven en ruiken dan de mensen.

De droom. De sneeuw dwarrelt in de ruimte.

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

MOEILIJKHEIDSGRAAD: -**- Een spreekbeurt geven, vraagt veel voorbereiding. Je moet immers vlot kunnen vertellen en je moet je luisteraars boeien.

Iris marrink Klas 3A.

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Villanella & Club Kathoorn

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

sarie, mijn vriend kaspar en ik

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Lepel. Het boek en de film. Jolien Hesselberth

Vertel de kinderen, of praat met hen over het verschil tussen film, tv kijken of naar het theater gaan.

Educatief materiaal bij de voorstelling Buurman en Buurvrouw, groep 3 en 4

Relaxatie en ontspanning. voor ouder en kind

Liefdesgedichten schrijven

Copyright Beertje Anders

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Mijn lichaam is goed! Doe-opdrachten rond lichaamsbeeld voor 5-6 BaO

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

Lesideeën groep 1 en 2

Charles den Tex VERDWIJNING

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

De Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

Lesmap Wij ook HETGEVOLG WIJ OOK

Nog niet gedaan, ga dit dan echt doen het gaat je echt verder helpen.

A. Wat is jouw mening?

Luisteren: muziek (B1 nr. 2)

Activiteiten bij 'De tovenaar die vergat te toveren'

Er was eens een Kleine Ziel die tegen God zei: Ik weet wie ik ben, ik ben het licht net als alle andere zielen.

ROSANNE. Oh, oh, oh. Van Aemstel Produkties - De leukste uitjes van Amsterdam -

Spelregels voor de plas training thuis

Ben je slachtoffer? Folder voor jongeren

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren

Vragenlijst: Wat vind jij van je

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

Een van de agenten komt naar hem toe. Nou, het is me het dagje wel, zegt hij. Nu zijn er toch rellen in de stad.

Dat kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek.

Eerste druk, Arinka Linders AVI E5 M6 Illustraties: Michiel Linders

Lesbrief Ezel en Beer. Beste kleuters,

Lezer: 2 Woeste Willem is een echte brombeer. Hij houdt niet van gezelschap. Iedereen die maar in de buurt van zijn huis komt, jaagt hij weg.

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Rollenspel. Opdracht 1. Opdracht 2. Opdracht

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

Achtergrondinformatie opdracht 1, module 1, les 1

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht.

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen.

Kempenhaeghe entreeboekje kinderafdeling

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je.

Kinderen zullen zich graag herkennen in de grappige kleine Bever. En wie wil er niet zo n lieve, grote Beer als vriend?

Afval Anne en de Sorteerbrigade

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien.

Kids. &Go. Informatieblad speciaal voor kinderen

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Ik heb een nieuw horloge, zegt papa. Kijk.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Arie van der Veer & Ellen Laninga. Luister maar. Met illustraties van Rike Janssen. Boekencentrum

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Eerste druk, april Piety Alkema Illustraties: Studio Roede te Grootegast en Piety Alkema

Het Groot en Bijzonder Verdriet Doe Boek

Wil jij minderen met social media?

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

Het kasteel van Dracula

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Eerste druk, september Tiny Rutten

Inhoud. Woord vooraf 7. Het allereerste begin 9. Oervaders 19. Israël als moeder 57. Wijsheid voor ouders en kinderen 83. Koninklijke vaders 113

Geboortegedichtjes. Wie zegt dat er geen wonderen gebeuren. En ook nog nooit gebeurd zijn bovendien. Die moet beslist met eigen ogen

De epilepsie van Annemarie Als je hersens soms op hol slaan

onderwerp: Ik ruik mensenvlees ( drama- beweging)

Vogelgriep. Auteur: Chris Vegter Illustraties: Dirk van der Maat. Boekverslag van:... Klas:...

Lesbrief bij de voorstelling Eendagsvlieg (Annemarije Chamuleau)

Tekst lezen en vragen stellen

Naam: Huseyin Ayaz St. Nummer: Groep: imm08209 Universiteit der dromen

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

EEN RUGZAKJE VERDRIET (5+) Lesmap

De vrouw van vroeger (Die Frau von früher)

Nieuwsbrief Gerdien Jansen Kindcoaching. Jaargang 4: Nieuwsbrief 1 (januari 2015) In deze nieuwsbrief aandacht voor:

E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N

Het is herfst in de poppenkast. door Nellie de Kok

De allerliefste oppas

In dit gebouw vragen ze je: Kan je op je rug in slaap vallen? Ze vragen je: Zie je vaak iets vanuit je ooghoek dat er later niet blijkt te zijn?

Afgesproken verdeling van de boeken over de groepen

Transcriptie:

Lesmap voorstelling: Het is ingewikkeld

Het verhaal De Kantoorganger kan de laatste niet meer rustig, verveeld in zijn zetel zitten. Want sinds kort woont er achter het behang van zijn woonkamer een kleine koning. Hij heet December en is zo klein als een wijsvinger. Koning December sleurt de Kantoorganger mee in een wereld waar je groot wordt geboren en alles weet van computeren tot werkhervatten. Als je ouder wordt krimp je, vergeet je meer en mag je weer fantaseren over de wolken. Koning December leert de Kantoorganger ook dat je 'wakkerworden' eigenlijk 'slapengaan' moet noemen, dat er draken naast je op straat lopen en je sterren een naam moet geven. Na het dagelijks bezoek van December vraagt de Kantoorganger zich af waarom hij dingen ziet die hij anders nooit zag, of dit de werkelijkheid is en of hij toch geen straaljagerpiloot had moeten worden. Tekst/vertaling: Axel Hacke/ Toon Tellegen Regie en bewerking: Sarah Moens Acteurs: Wannes Cappelle, Koen Janssen Scenografie en illustraties: Maaike Devos 1) De kantoorganger: (benodigdheden stoel) Meneer de kantoorganger woont alleen, in een huisje, en doet elke dag hetzelfde: Hij staat op, drinkt een kop koffie, stapt naar het kantoor, doet op kantoor allerlei kantoordingen, gaat naar huis, eet en valt in slaap. Doe-stuk: Dit is een klein bewegingsstukje. Eerst doet de leraar voor, daarna doen de leerlingen het na. Je zit op een stoel, doet of je een kop koffie drinkt, stapt een aantal stappen naar het werk, je doet of je aan de computer zit, je stapt naar huis, zit terug op de stoel, doet alsof je eet en valt in slaap op de stoel. De leerlingen doen samen met jou dit korte mimestukje, mag erg snel gaan. En dit herhaal je een aantal keren. Het mag ook van traag naar snel. Als je dit gedaan hebt vraag je:

En? Stel dat we dit nu de hele dag en alle andere dagen doen...wat denk je dan? Vind je dit ook niet wat saai? De kantoorganger verveelt zich dus een beetje in het leven. Hoe ziet verveling eruit? Doe-stuk: Ga allemaal eens verveeld op je stoel hangen? Iedereen mag een houding aannemen die verveling uitdrukt, en ze mogen goed overdrijven: hangen, liggen en zitten op een stoel met een verveeld gezicht. 2) De koning Maar op een dag hoort hij een stemmetje achter de muur...achter zijn muur blijkt een hele kleine koning te wonen. De koning is zo groot als een wijsvinger. In de wereld van de koning gaat alles omgekeerd. Daar worden ze groot geboren en als ze ouder worden krimpen ze, en worden ze kleiner en kleiner tot wij ze niet meer kunnen zien. Doe-stuk: stel dat wij in de wereld van de kleine koning zouden terechtkomen. En even klein zijn als de koning. Maar alle spullen en meubels blijven even groot. Hoe zou het dan zijn om op een stoel te klimmen. Leraar doet voor: alsof hij op een enorm hoge stoel probeert te kruipen. Leerlingen doen mee. Het mag een groot geworstel zijn met veel kreunen en zuchten. Dan zijn er natuurlijk ook andere moeilijkheden: - Jas aan de grote kapstok hangen - Een snoepje eten - Een tekening maken - Een krant lezen In groepjes mogen ze tonen hoe moeilijk het is om zo klein te zijn. Misschien hebben de leerlingen nog zelf ideeën om uit te beelden? 3) De voorwerpen: De koning heeft veel fantasie, en samen met de kantoorganger fantaseert hij erop los. Vb een stoel is niet zomaar een stoel maar kan ook iets heel anders zijn, als je maar hard genoeg wil.

Doe-stukje: leraar doet één keer voor. De leerlingen verzinnen en doen wat een stoel nog kan zijn. Vb: een roeiboot, een paraplu, een rugzak, een fitnesstoestel, een paard,... De leerlingen kunnen per twee of drie hier een kleine scene van maken en dit spelen voor de klas. 4) De vragen Wat doet de koning? De koning houdt de kantoorganger gezelschap. Maar hij stelt ook vragen waarop de kantoorganger niet zo meteen antwoord op weet. Doe-stuk: wij gaan proberen om antwoord te geven op die vragen. Maar daar is een trucje voor: je moet op een stoel gaan zitten en je ogen dicht doen. Ieder mag een antwoord verzinnen. Bij deze oefening kan je eventueel rustige muziek gebruiken op de achtergrond. Vragen: 1) wat zou er achter/in een muur zitten (= gebruik van de fantasie)? Vb een griezelig monster, heel veel stof, een veld vol met aardbeien... 2) In plaats dat we gaan rondwandelen en kijken in de wereld, kan je verzinnen wat er in de wereld is door je ogen dicht te doen? Triestige dingen, grappige dingen, en dan dingen die niet bestaan. 3) Wat voel je als je de sterren ziet? Vb. Ik voel me blij, klein, beetje triestig, bang,... 4) Stel je voor dat je altijd en eeuwig zou leven, dat je onsterfelijk bent...hoe voelt dat? En wat voor iets fantastisch zou je dan willen doen? 5) De dromen (benodigdheden: doos, eventueel muziek) De koning zegt af en toe ook rare dingen. Bijvoorbeeld: misschien is het beter dat je slapen gaan wakker worden noemt, en wakker worden slapen gaan. Hij zegt: als je s nachts droomt, misschien is dat wel je echte leven en ben je eigenlijk wakker. En als je s morgens wakker wordt dan droom je dat je naar school gaat. De koning heeft een hobby, hij verzamelt dromen in dozen.

Doe-stukje: Leerlingen denken na over: Wat heb je ooit gedroomd? Of wat zou je graag willen dromen? We gaan al deze dromen verzamelen in een doos voor de koning. Eventueel kan men de dromen laten opschrijven en in een doos steken. In groepjes: je kiest iemands droom. En speelt samen een korte droom. Je begint het stukje met één zin en dan speel je het stukje. Vb Ik droom dat ik kan vliegen tussen roze olifanten + spel. 6) De droomdoos Een idee voor in de klas of thuis te maken. De koning bewaart al zijn dromen in dozen. Nu kan je zelf ook zo n doos maken. Je neemt een doos en versiert hem met prentjes of stickers die je leuk vindt: dingen waar je graag over droomt of dingen waarover je liever niet droomt, of dingen die je grappig vindt. Je schrijft op briefjes wat je graag zou dromen. Of wat je al eens gedroomd hebt en terug wil dromen. Deze briefjes steek je in je doos. s Avonds zet je de doos naast je bed, met het deksel eraf, en de droom die je wil dromen leg je bovenaan...slaap zacht en geniet van je droom. 7) Einde: En, of na het bezoek van de koning, de kantoorganger zich nog steeds verveelt...kan je zien in Het is ingewikkeld... 8) Achtergrondinformatie voor de leerkrachten: Inhoud en thema s van de voorstelling Absurdisme in het dagelijks leven Op eenzelfde ochtend, eenzelfde maandag, nam ik dezelfde weg naar mijn werk in Brussel via de Anspachlaan. Meestal gebeurde dit al suffend. Tussen de rij geparkeerde auto's stond één auto perfect geparkeerd. Op zijn dak. Geen glasscherven, geen deuken of barsten. Alsof een reus de auto tussen zijn vingers had genomen en mooi, zachtjes tussen de andere auto's had gelegd. Langzaam begonnen voorbijgangers stil te staan en de auto te bekijken. Er ontstonden technische gesprekken tussen de omstanders over 'hoe je dat kon doen,... een auto omdraaien'. Twee agenten bleven ook staan en begrepen er evenmin iets van. Om toch maar een onderzoek te starten gingen ze de omwoners vragen of ze iets verdacht hadden

gezien. Later bleek het hele ding een kunstproject te zijn. Maar we waren wel wakker die ochtend! Veel wakkerder dan anders. Datzelfde gevoel zoek ik op in teksten en verhalen en probeer ik te vertalen naar het theater. Theater waarbij de kinderen na de voorstelling wel alles hebben kunnen volgen maar met een fronsje in hun voorhoofd naar buiten komen. Ze hebben net de wereld gezien...maar dan op z'n kop. Filosofie voor kinderen of waarom de wereld op z'n kop leren zien? Ik wil met deze theatervoorstelling voor kinderen iets ontwikkelen waar ik vorig jaar mee ben begonnen, namelijk: filosofie met kinderen in het theater. Mijn afstudeervoorstelling Iedereen wakker in Het Paleis was een bewerking van kinderverhalen van Ionesco. Het werd absurdisme voor 5- jarigen. Eigenlijk waren het vooral denkoefeningen. Dus... filosofie voor kinderen. Maar zonder het plezier van het spel te vergeten. De denkrichting: 'maar stel dat het nu eens anders in elkaar zit dan we hebben geleerd of altijd heb gedacht'. En dan niet het soort fantasie in de Harry Potter films. Het heeft meer met de realiteit te maken. Dus genoeg realiteit waarin iets gebeurt op een manier alsof het best eens echt zou kunnen zijn. Ik vergelijk de teksten van Iedereen wakker graag met deze nieuwe voorstelling Het is ingewikkeld. De inhoud en thema zijn vergelijkbaar maar de manier waarop er wordt gefilosofeerd is anders. Men kan zeggen dat ik mijn onderzoek verder zet, deze keer voor iets oudere kinderen, vanaf 7 jaar: hoe krijg je met een theatertaal kinderen in dit soort absurdistische verbeelding, een verbeelding die je kan wakker schudden. Dit is een soort absurdisme die de filosofische stroming (het leven is absurd en heeft weinig zin, Sisyphus en zo) naar mijn mening overstijgt. Of misschien beter gezegd: aanvult. Een absurdisme dat het leven juist wel zinvol en draaglijk maakt. Die fantasie en kracht van je verbeelding lijkt soms het enige dat je echt kan 'hebben'. Waarom is de kracht van de verbeelding (in constructieve zin!) zo belangrijk? François Ruyvidal, een Franse uitgever die o.a. kinderverhalen van Ionesco als eerste heeft gepubliceerd, geeft daar een perfect antwoord op. Volgens hem is het rekken en strekken van de verbeelding een manier om het totalitaire denken tegen te gaan. En volgens François kan men met de training van de verbeelding niet vroeg genoeg beginnen, dus ook bij kinderen. Dus naast het openen van oogkleppen en er een ellendige tijd mee verdrijven is de kracht van de verbeelding er ook om met die verbeelding dingen te realiseren. Dus zelfs al ben je ingenieur, dan nog moet je de verbeelding leren hebben om bijvoorbeeld een neuskrabbetje te ontwerpen.