R.v.V. 273 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het ontwerp van K.B. betreffende reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in decoratieve verven en vernissen voor professioneel en niet-professioneel gebruik. Brussel, 13 juni 2002
De Raad voor het Verbruik, die op 29 maart 2002 door de Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu verzocht werd een advies uit te brengen over het ontwerp van K.B. betreffende reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in decoratieve verven en vernissen voor professioneel en niet-professioneel gebruik, is op 13 juni 2002 in plenaire vergadering bijeengekomen, onder het voorzitterschap van de heer Robert Geurts, en heeft het volgende advies goedgekeurd. De Raad voor het Verbruik heeft de voorzitter verzocht dit advies over te maken aan de Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en aan de Minister van Economie. De Raad voor het Verbruik, ADVIES Gelet op de adviesaanvraag van 29 maart 2002 van de Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu over het ontwerp van K.B. betreffende reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in decoratieve verven en vernissen voor professioneel en niet-professioneel gebruik; Gelet op de wet van 21 december 1998 betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame produtie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid, gewijzigd door de wet van 4 april 2001 tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de veiligheid en de gezondheid van de consumenten, inzonderheid artikel 5, 1, 1, 3, 6 en 10, artikel 15, 3 en artikel 16, 1; Gelet op de werkzaamheden van de Commissie Leefmilieu - Productie en Duurzame Ontwikkeling tijdens de vergadering van 14 mei 2002; Gelet op de deelname aan de werkzaamheden van de volgende deskundigen: de dames Da Silva (Min. Leefmilieu) en Debrue (I.V.P.) en de heer Van Cappellen (O.I.V.O.); Gelet op de uitwerking van het ontwerpadvies door de heer Vandeplas (Fedichem); BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT : 2
De Raad onderschrijft het principe om de uitstoot van V.O.S. stapsgewijs te beperken. De Raad wijst erop dat het openen van verpakkingen voor de monsterneming en voorlopige inbeslagname (artikel 6) niet aangewezen is, aangezien dit de controle op het gehalte aan vluchtige organische stoffen ernstig in het gedrang brengt. De hele procedure voor de staalname dient herzien te worden, teneinde ook toe te laten dat meerdere kleine verpakkingen als één enkel staal kunnen worden aanzien. De Raad merkt op dat de Nederlandstalige en Franstalige versies op heel wat punten van elkaar afwijken en onvolkomenheden vertonen: - titel (NL): decoratieverven (ipv decoratieve verven) - considerans 8 (NL): advies door de Raad van State te verstrekken binnen een termijn - art. 2, 7 : schrappen van de woorden of ondoorzichtige - art. 2, 9 (NL): om de dragers te fixeren (ipv fixerend te maken) - art. 2, 11 : coatings waarvoor de eisen (ipv waarvan de prestaties ) - art. 2, 11 (FR): toevoegen anti-graffiti - art. 4 (NL): beschadigingen (ipv beschadigingen) - art. 5 (NL): bepalingen van het KB (ipv bepaling) - art. 6, 4 (NL): schrappen van de verschillende uit te voeren doseringen of onderzoekingen, toevoegen van de woorden de naam en voor het woord de handtekening - art. 7: na de woorden drie maanden toevoegen na notificatie van niet-conformiteit van de producten aan de verantwoordelijke voor het op de markt brengen - bijlage 1/ voetnoot: 2008 (ipv 2007) - bijlage 1/ punt 1 (FR): 2 X schrappen van het woord mates na de woorden peintures intérieures De Raad vraagt dat de definitie van grondverven (artikel 2, 8 ) wordt aangevuld zodat ze ook van toepassing is op verven die worden aangebracht om de porositeit van de drager verminderen. Mevrouw De Roeck-Isebaert, De heren Ducart, Hoffelt, Kalfa, Mechels, Quintard en Viseur (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) zijn van oordeel dat er duidelijke sancties dienen voorzien te worden in geval van overtreding van dit besluit. Daarvoor kan verwezen worden naar de sancties voorzien in de wet op de productnormen waarvan dit besluit een uitvoering is. 3
De vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties verwonderen er zich over dat er geen onderscheid gemaakt wordt tussen verven die op de klassieke manier worden aangebracht en verven die worden aangebracht met een spuitpistool. De maximale gehaltes aan V.O.S. worden immers bepaald voor gebruiksklare producten, d.w.z. eventuele verdunningen incluis. In praktijk betreft het in de handel veelal om identiek dezelfde producten, maar om het met een pistool aan te brengen dient er extra verdund te worden (afhankelijk of het product al dan niet watergedragen is, met water of een organisch oplosmiddel). Het verschil aan gehalte aan V.O.S. in het gebruiksklare product kan zo, al naar gelang van de toepassingsmethode tot meer dan 30% verschillen. Dat wil zeggen dat het mogelijk is om producten in de handel te brengen die toch beduidend meer V.O.S. bevatten dan technisch noodzakelijk om met een borstel of rol aangebracht te worden. 4
LEDEN EN DESKUNDIGEN AANWEZIG OP DE PLENAIRE VERGADERING VAN DE RAAD VOOR HET VERBRUIK VAN 13 JUNI 2002 VOORGEZETEN DOOR DE HEER ROBERT GEURTS 1. Leden die de organisaties van de consumenten vertegenwoordigen: Effectieve: Mevrouw DE ROECK-ISEBAERT (De Gezinsbond) De heer DUCART (Test-Aankoop) De heer KALFA (Verbrauchersschutzzentrale Ostbelgien) De heer HOFFELT (Febecoop) De heer MECHELS (Test-Aankoop) De heer VISEUR (R.C.R.) Plaatsvervangende: Mevrouw DOMONT-NAERT (Test-Aankoop) De heer QUINTARD (A.B.V.V.) 2. Leden die de organisaties van de productie vertegenwoordigen: Effectieve: Mevrouw STRUYVEN (V.B.O.) De heer FELIX (B.V.K.) De heer VANDEPLAS (FEDICHEM) De heer van OLDENEEL (U.P.E.A.) De heer WALSCHOT (AGORIA) Plaatsvervangende: De heer BILLOCQ (B.V.B.) De heer DUBOIS (V.B.O.) De heer DASTOT (Raad voor de Reclame) 3. Leden die de organisaties van de distributie vertegenwoordigen: Effectieve: Mevrouw PINT (FEDIS) De heer de LAMINNE de BEX (FEDIS) 4. Leden die de organisaties van de middenstand vertegenwoordigen: Effectieve: Mevrouw VAN CAMPENHOUT (UNIZO) De heer RIZZO (U.C.M.) 5. Deskundigen: De heer ANCKAER (Test-Aankoop) De heer VAN BULCK (B.V.B.) De heer VAN CAPPELLEN (O.I.V.O.) De heer VAN POUCKE (O.I.V.O.) 5