Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9

Vergelijkbare documenten
2 keer beoordeeld 20 februari 2016

Samenvatting door M woorden 15 januari keer beoordeeld. Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk 1. Algemeen belang:

5,9. Samenvatting door een scholier 1608 woorden 12 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting door een scholier 2262 woorden 7 april keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer Thema 3 Hoofdstuk 1-6 en 8

Samenvatting Maatschappijleer Samenvatting Hoofdstuk 2

Democratie = Een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Hoofdstuk 1: Wat is politiek?

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie - par 1t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

6,7. Samenvatting door een scholier 1795 woorden 16 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Parlementaire democratie!

Samenvatting door E woorden 5 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer: parlementaire democratie.

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

wat is politiek? Boekverslag door J woorden 17 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

7,1. Samenvatting door een scholier 1863 woorden 25 november keer beoordeeld. Maatschappijleer. Maatschappijleer H4 t/m H6

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld.

Ofwel: parlementaire democratie omdat parlement belangrijkste beslissingen neemt.

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek

Maatschappijleer Parlementaire democratie. 1 wat is politiek

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek H3 H4 H5 H6

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 - Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer hoofdstuk 3: parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Begrippenlijst Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie 1 t/m 9

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

Samenvatting Maatschappijleer Parlemenataire democratie Hoofdstuk 2

Paragraaf 1: Democratie

Aantekening Geschiedenis Hoofdstuk 6: Staatsinrichting

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie (H2)

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

6,6. Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer POLITIEK

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par 2 T/M 5

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6 Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2, paragraaf 4 t/m 6

7, wat is politiek. Samenvatting door een scholier 2134 woorden 24 november keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting door een scholier 2452 woorden 13 december keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. Inhoud.

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming Paragraaf 1 t/m 5

6,6. Samenvatting door een scholier 2067 woorden 5 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Begrippenlijst Maatschappijleer, Parlementaire democratie ( werkboek blz: 68 t/m107)

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming paragraaf 1 t/m 6

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 par. 1 t/m 6 en 9

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming H1

1. Politiek, staat en dictatuur

Vanaf 18 jaar heeft iedereen kiesrecht. Iedereen mag een politieke partij oprichten, vrijheid van meningsuiting

Parlementaire democratie

Samenvatting Maatschappijleer politiek module 1

Maatschappijleer par. 1!

-De meeste onderwerpen zijn van algemeen belang dat iedereen er direct mee te maken heeft, bijv. de kwaliteit van drinkwater.

Samenvatting Maatschappijleer Politiek (hoofdstuk 1)

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 Politieke Besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2 (Politieke Besluitvorming)

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 7

7,7. Samenvatting door een scholier 5295 woorden 26 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer.

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2

Samenvatting Maatschappijleer 1 Wat is politiek?

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

6.7. Boekverslag door P woorden 6 juli keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. 2 Politieke stromingen en partijen.

Bestuurslagen in Nederland rijksoverheid provinciale overheid gemeentelijke overheid

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 3

NL: Parlementaire democratie met constitutionele vorst.

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming

Samenvatting door een scholier 2432 woorden 18 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke besluitvorming.

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

7, Het parlement is baas boven baas. Samenvatting door een scholier 1995 woorden 13 januari keer beoordeeld.

7,4. Samenvatting door een scholier 2092 woorden 2 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Toets politieke besluitvorming H2

Samenvatting Maatschappijleer Staatsinrichting

Maatschappijleer Parlementaire democratie 5VWO

Antwoorden Maatschappijleer Politieke besluitvorming H 1 + 2

MEERKEUZEVRAGEN 1. KEUZES MAKEN

6,5. Samenvatting door een scholier 3346 woorden 16 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire Democratie H1 tm H7. Maatschappijleer Parlementaire Democratie Samenvatting

8.1. Samenvatting door een scholier 2700 woorden 6 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

1Nederland als democratie

Samenvatting door R woorden 23 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer PAR.1

6,9. Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke Besluitvorming

Proeftoets E2 havo

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3 paragraaf 1 tm 5, 7

Samenvatting door een scholier 4104 woorden 30 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Politieke Besluitvorming

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming H9 en H10

Transcriptie:

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie paragraaf 1 t/m 9 Samenvatting door een scholier 2945 woorden 24 januari 2011 3 5 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Maatschappijleer samvenvatting thema parlementaire democratie Wat is politiek? Politiek kun je het beste beschrijven als de manier waarop een land bestuurd wordt. Belangrijke beslissingterreinen voor de politiek: - openbare orde en veiligheid - buitenlandse betrekkingen - infrastructuur - welvaart -welzijn -onderwijs Je kunt als inwoner van ons land op verschillende manieren invloed uitoefenen op de politiek: - stemmen 80% van Nederland stemt, in de VS nauwelijks 50%. - lid worden van een politieke partij: 400.000 Nederlanders zijn lid van een politieke partij. Als lid kun je de inhoud van het verkiezingsprogramma beïnvloeden en je verkiesbaar stellen voor bijvoorbeeld de Tweede Kamer of de gemeenteraad. - contact opnemen met politici: Mailen, weekelijkse spreekuur etcetera. - de media benaderen: Brief/persbericht sturen. Soms gaat de Tweede Kamer of de gemeenteraad zich dan met de kwestie bezighouden. - je aansluiten bij een actiegroep: Bijvoorbeeld Greenpeace beïnvloed de politiek door te demonstreren, door handtekenigenacties of door lobbyen. - een bezwaarschrift indienen of naar de rechter stappen: Bijvoorbeeld: de aanleg van een snelweg vertragen. - overgaan tot burgerlijke ongehoorzaamheid: het openlijk overtreden van de wet om politici ervan te overtuigen dat een genomen besluit verkeerd is. Bijvoorbeeld: bij protesten tegen kernbewapening zijn er mensen die geen belasting betalen. Democratie: is een staatsvorm waarbij de bevolking invloed heeft op de politieke besluitvorgming. Nederland heeft een indirecte democratie waarin het volk niet zelf beslissingen neemt maar dit overlaat aan gekozen vertegenwoordigers. Pagina 1 van 8

We spreken ook wel van een parlementaire democratie omdat het parlement de belangrijkste beslissingen neemt. Voor een goed funcionerende democratie zijn regels nodig. Deze regels zijn vastgelegd in de grondwet. Daarin zien we dat. - Alle inwoners hebben vanaf 18 jaar het recht om te stemmen. - iedereen mag een politieke partij of vereniging oprichten - iedereen mag demonstreren of op een andere manier zijn mening uiten - de leden van de staten-generaal worden gekozen door een geheime stemming - de wetten worden vastgesteld door de regering en de Staten-Generaal samen. Dictatuur/autocratie; alle macht is in handen van één persoon of een kleine groep mensen. Naast alleenheerschappij van personen zijn er ook dictaturen op basis van een ideologie. Bijvoorbeeld het communisme dat was gebaseerd op de ideëen van Karl Marx streeft ook naar een samenleving waar mensen op basis van gelijkheid zouden leven. Facisten zijn zeer nationalistisch wat leidt tot racisme en discriminatie zoals in Hitler Duitsland. Iran is een voorbeeld van een religieuze dictatuur het is gebaseerd op de islam. Een dictatuur komt meestal tot stand na een revolutie of een staatsgreep. Het basiskenmerk is altijd geweld en onderdrukking. Andere kenmerken van een dictatuur: - Grondrechten worden niet beschermd. - Er is geen vrije meningsuiting. - Oppositiepartijen zijn verboden. - Er is een grote politieke rol voor de militairen. - Er worden schijnverkiezingen gehouden. Politieke stromingen Ideologie: een samenhangend geheel van ideeën over de mens en de gewenste inrichting van de samenleving. Progressief: de maatschappij willen veranderen. Conservatief: behoudend. Conservatieven die zo behoudend zijn dat ze ook regels van vroeger terug willen noemen reactionair. Politiek rechts legd de nadruk op eigen verantwoordelijkheid en de vrijheid van mensen. Burgers en bedrijfsleven moeten zo veel mogelijk hun eigen zaakjes regelen. Om dit te kunnen garanderen moet de overheid rust en orde handhaven. Politiek links gaat uit van het principe van gelijkwaardigheid en wil dat iedereen gelijke kansen heeft op onderwijs, inkomen en werk. Om de zwakkeren te beschermen moet de overheid daarom actief optreden, bijvoorbeeld door studiefinanciering voor studenten. Veel mensen hebben linkse én rechtse standpunten daarom wordt het steeds drukker in het politieke midden. Liberalisme: vinden dat de overheid op sociaaleconomisch gebied slechts een kleine rol moet spelen. Volgens de liberalen is de vrijemarkteconomie het beste voor het land. De overheid moet zich beperken tot een aantal kerntaken: defensie, onderwijs, bescherming van de rechtsstaaat en de klassieke grondrechten. De VVD is de grootste liberale partij. Progressieve liberalen vinden we terug bij D66. De PVV Pagina 2 van 8

zou je kunnen omschrijven als een liberale partij met reactionaire elementen. Socialisme: Het socialisme ontstond als reactie op de slechte werkomstandigheden in de negentiende eeuw. De socialisten wilden op verschillende manieren armoede en ongelijkheid tegengaan: -Communisten: revolutie. -Sociaaldemocraten: meedoen verkiezingen. De hedendaagse socialisten vinden dat de overheid de zwakkeren in de samenleving moet beschermen. Verder vinden ze dat kennis inkomen en macht eerlijker verdeeld moeten worden. Volgens de sociaaldemocraten is de verzorgingsstaat hiertoe een goed middel, omdat zo de sociale grondrechten wettelijk zijn vastgelegd. De grootste sociaaldemocratische partij in Nederland is de PvdA. Confessionalisme: Baseren mensen hun politieke opvattingen op hun geloofsovertuiging, in Nederland het christelijk geloof. Christendemocraten streven naar een samenleving op christelijke grondslag, waarin rentmeesterschap, solidariteit, harmonie en gespreide verantwoordelijkheid belangrijke waarden zijn. Rentmeesterschap betekent dat de mens de taak heeft om goed voor de aarde te zorgen waarop hij leeft. Solidariteit betekent dat we moeten zorgen voor de kwetsbaren in de samenleving. Ten slotte moeten organisaties, burgers en overheid in harmonie samenwerken zoals werkgevers en werknemes(gespreide verantwoordelijkheid). De christendemocraten willen een zorgzame samenleving waar mensen verantwoordelijk zijn voor elkaar. De overheid heeft slechts een aanvullende rol en moet zoveel mogelijk overlaten aan het maatschappelijk middenveld, zoals welzijnsinstellingen en schoolbesturen. De overheid verricht alleen taken die niet door andere instituten kunnen worden verricht, zoals ordehandhaving, de finaniering van het onderwijs en bijstandsuitkeringen. Grootste CDA anderen SGP(rechterkant) CU(linkerkant). Politieke partijen Een politieke partij bestaat uit een groep mensen met dezelfde ideeën over een ideale samenleving. Zij verschillen daarin van actiegroepen en belangenorganisaties. Actiegroepen houden zich bezig met één bepaalde doelstelling en voeren in tegenstelling tot politieke partijen buitenparlementaire acties als ze dat nodig vinden. bijvoorbeeld demonstraties, blokkades en handtekeningenacties. Belangenorganisaties behartigen de belangen van één bepaalde groep mensen. Den aan de FNW, ANWB en de Consumentenbond. Politieke partijen zijn geen belangenorganisaties, omdat het bij hen niet draait om de belangen van een bepaalde groep maar om het algemeen belang. Soorten partijen: -Partijen op basis van een ideologie -One-issuepartijen richten zich op één aspect van de samenleving en hebben daar een duidelijk standpunt over. -Protestpartijen -Niet-democratie partijen Functies politieke partijen: -Integratiefuncie -Informatiefunctie -Participatiefuntie Pagina 3 van 8

-Selectiefunctie Positie van de politieke partijen in Nederland: SP-Groenlinks-PvdB-PvdA-D66-Christenunie-CDA-VVD-SGP-PVV Verkiezingen We kiezen politici op verschillende niveaus: - Het Europees parlement - de Tweede kamer - de Provenciale Staten - De gemeenteraden Elke Nederlander van achttien jaar of ouder mag zich verkiesbaar stellen, maar dat mag niet zomaar. Daarom moet een politieke partij die mee wil doen: - Zich officieel laten registreren bij de Kiesraad - In alle negentien kiesditricten een kandidatenlijst en een ondertekende steunbetuiging van dertig personen inleveren; - Een borgsom van 11.250 euro betalen. De partij krijgt dit bedrag terug als ze 75 procent van de stemmen haalt die nodig is om één zetel te krijgen(ongeveer 45.000 stemmen). In nederland hebben alle Nederlanders van achttien jaar en ouder actief kiesrecht. Zij mogen bij de landelijke verkiezingen hun stem uitbrengen. Het recht om je verkiesbaar te stellen noemen we het passief kiesrecht(ook 18 plus). De bekendste kandidaat van elke partij staat nummer één op de kandidatenlijst en wordt ook wel lijsttrekker genoemd. Samengevat kun je de volgende redenen hebben om op een partij te stemmen: - De standpunten komen overeen met jouw ideeën. -De partij let goed op jouw belangen. -Je stemt strategisch. - Aantrekkingskracht van de lijsttrekker. Verkiezingen woorden gehouden volgens het systeem van evenredige vertegenwoordiging, dat wil zeggen dat alle zetels eerlijk verdeeld worden op basis van alle geldig uitgebrachte stemmen. Bij die berekening wordt uitgegaan van de kiesdeler, dat wil zeggen de hoeveelheid stemmen die een partij nodig heeft voor één zetel. Mensen brengen een voorkeursstem uit op een vrou of een allochtoon, omdat deze ondervertegenwoordigd zijn in de politiek. Zwevende kiezers zijn kiezers die niet op een vaste partij stemmen maar makkelijk van partij wisselen. Kabinet is een ander woord voor alle ministers en staatssecretarissen samen. De regering De regering bestaat uit de koningin en de ministers. De ministers met hun staatssecretarissen, maar, zonder koningin, vormen het kabinet. Direct na de Tweede-kamerverkiezingen begint altijd de kabinetsformatie. Het doel is om een kabinet te vormen van bekwame ministers en staatssecretarissen die: - Het samen globaal eens zijn over het toekomstige beleid. Pagina 4 van 8

- Samen de steun hebben van de meerderheid van de Tweede Kamer, dus ten minste 76 leden. Als de meeste Kamerleden het kabinet niet steunen en allerlei plannen van het kabinet afwijzen, werkt dat niet goed. Hoe verloopt de kabinetsformatie? - Adviezen: De dag na de verkiezingen ontvangt de koningin de vice-president van de Raad van State(het belangrijkste adviescollege van de regering), de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer en de fractievoorzitters van de politieke partijen in de Tweede Kamer. Zij adviseren haar welke partijen het beste een regering kunnen gaan vormen. Op basis hiervan benoemt de koningin een informateur. - De informateur begint: De informateur gaat onderzoeken welke combinatie van partijen de meeste kans van slagen heeft, bijvoorbeeld CDA, PvdA en ChristenUnie. Behalve een meerderheid in de Tweede kamer moeten de partijen ook inhoudelijk goed kunnen samenwerken. Omdat ze verschillende standpunten hebben, laat de informateur de partijen allerlei compromissen sluiten. Als dat lukt, dan is er een coalitie mogelijk, een samenwerkingsverband van twee of meer partijen. Onder leiding van de informateur stellen de coalitiepartijen een regeerakkoord op, waarin de hoofdlijnen staan van het beleid voor de komende jaren. - De formateur maakt het af: Hierna brengt de informateur verslag uit aan de koningin. Is zijn opdracht mislukt, dan gaat er een nieuwe informateur aan de slag. Is er wel een coalitie gevormd, dan benoemt de koningin een formateur die geschikte ministers en staatssecretarissen bij elkaar gaat zoeken. De formateur is bijna altijd afkomstig van de grootste regeringspartij en wordt meestal zelf de minister-president. De overige posten worden zo evenredig mogelijk over de partijen verdeeld. Daarbij wordt gekeken hoeveel zetels de verschillende partijen in de tweede kamer hebben, de voorkeuren van de partijen en de zwaarte van de verschillende functies. zo heeft de minister van Financiën meer macht dan de minister van Onderwijs,Cultuur en Wetenschappen. Als de formateur klaar is, benoemt de koningin de ministers en staatssecretarissen en volgt de bekende foto op het koninklijk bordes. Manieren waarop een kabinetscrisis kan worden veroorzaakt: - De ministers zijn het oneens over een aantal kwesties. - De meerderheid van de Tweede kamer steunt het kabinet niet meer. Als een kabinet ontslag neemt volgen er meestal vervroegde verkiezingen. Om het land niet onbestuurbaar te maken blijven de oude ministers meestal in functie totdat er een nieuw kabinet is gevormd. Je noemt dit een demissionair kabinet, dat net als het ware geen eigen missie meer heeft en alleen de lopende zaken afhandelt. De regering De regering wordt gevormd door de koningin en de ministers. De koningin is ons staatshoofd maar in onze rechtsstaat moet ook zij zich houden aan de grondwet of constitutie. We spreken daarom van een constitutionele monarchie: een staatsvorm waarin de taken en bevoegdheden van het staatshoofd grondwettelijk zijn vastgelegd. In de grondwet staat dat niet de koningin maar de ministers verantwoordelijk zijn voor het bestuur van het land. De belangrijkste taken van de koningin zijn: - haar handtekening plaatsen onder alle wetten Pagina 5 van 8

- De troonrede voorlezen op Prinsjesdag - ministers en (in)formateurs benoemen - regelmatig overleg voeren met de minister president De ministers vormen het dagelijks bestuur van ons land. De belangrijkste taken van de regering zijn daarom de voorbereiding en uitvoering van het overheidsbeleid. Dit gebeurd voornamelijk door: - het opstellen van wetsvoorstellen - het uitvoeren van eenmaarl aangenomen wetten - het jaarlijks opstellen van de rijksbegroting en deze aanbieden aan het parlement Binnen het parlement zijn ministers verantwoordelijk voor het beleid en niet de koningin: zij is onschendbaar. Dit betekent dat het kabinet verantwoordelijk is voor de inhoud van de wetten en de troonrede, maar ook voor alle gedragingen van alle leden van het Koninklijk Huis. De ministeriële verantwoordelijkheid houdt ook in dat de minister politieke verantwoording neemt voor zijn ambtenaren. Ministers en staatssecretarissen Elke minister heeft een eigen beleidsterrein ook wel portefeuille genoemd, een eigen ministerie waar veel ambtenaren voor hem of haar werken. De ambtenaren bereiden wetsvoorstellen voor en geven adviezen. soms hebben ministers geen eigen ministerie. Zo is de minister van Ontwikkelingssamenwerking ondergebracht bij buitenlandse zaken. Je noemt dit daarom een minister zonder portefeuille. Een minister heeft een of twee staatssecretarissen onder zich die verantwoordelijk zijn voor een deel van zijn beleidsterrein. zo heeft Buitenlandse Zaken een staatssecretaris voor Europese Zaken. Staatssecretarissen zitten niet in de ministerraad, maar voeren wel zelf het woord in de Tweede Kamer als het over hun beleid gaat. Als een minister ziek of afwezig is, wordt hij overigens niet vervangen door zijn staatsecretaris maar door een andere minister. Politieke cultuur: de manier waarop de regering en het parlement met elkaar omgaan. Kenmerkend voor de Nederlandse cultuur is de bereidheid tot overleg en het sluiten van compromissen, ook wel poldermodel genoemd. De Eerste kamer wordt indirect gekozen door de leden van de Provinciale Staten. We sreken in dit geval van 'getrapte' verkiezingen. Eerste en Tweede kamer de Tweede kamer heeft honderdvijftig leden die voor 4 jaar worden gekozen. De Tweede Kamer behandelt als eerste elk wetsvoorstel en mag een voorstel afwijzen of veranderen. Pas hierna bespreekt de Eerste Kamer het voorstel. In deze Eerste Kamer, ook wel Senaat genoemd, zitten 75 leden. De Senaat mag een wetsvoorsel niet veranderen maar alleen goed- of afkeuren. De Eerste Kamer vormt een soort extra controle op de Tweede Kamer. ze stuurd een wetsvoorstel soms terug naar de Tweede Kamer, als deze fouten over het hoofd gezien. De Tweede Kamer heeft meer macht dan de Eerste Kamer en hier vinden dan ook de meeste debtten plaats met ministers. Fracties: Onder leiding van een fractievoorzitter, Een fractie is de groep vertegenwoordigers van een politieke partij in een gekozen orgaan. De politieke partijen in de eerste en tweede kamer kunnen worden verdeeld in regeringsfracties en oppositiepartijen. De regeringsfracties zijn de partijen die ook ministers in de regering hebben zitten. De oppositiepartijen worden gevormd door alle partijen die niet in de regering zitten. Verhouding regering en parlement; Ministers hebben zowel wetgevende als uitvoerende macht. De wetgevende macht delen ze met het parlement: de meeste wetsvoorstellen worden ontworpen door Pagina 6 van 8

ministers, maar het parlement stemt er uiteindelijk over. De uitvoerende macht is in handen van de ministers. Zij bepallen hoe wetten worden uitgevoert en nemen daar dagelijks besluiten over. De scheiding tussen de wetgevende en uitvoerende macht, zoals bedacht in de trias politica, wordt in Nederland dus niet strikt doorgevoerd. Hoe komt een wet tot stand? 1 er is een maatschappelijk probleem 2 een minister of tweede kamerlid maakt een wetsvoorstel 3 de tweede kamer debatteert over het wetsvoorstel 4 tweede kamerleden dienen amandementen in 5 de Tweede Kamer stemt over de amandementen 6 de eerste kamer stemt over het wetsvoorstel zij mogen geen aanpassingen meer maken. 7 de koningin en de verantwoordelijke minister ondertekenen het wetsvoorstel 8 de wet wordt gepubliceerd in het staatsblad. Hiermee is de wet automatisch van kracht. Wetgevende taak; Twee rechten Eerste en Tweede kamer: - Stemrecht bij wetsontwerpen. - Het budgetrecht; rijksbegroting wel of niet goedkeuren. Daarnaast heeft de Tweede kamer nog twee extra bevoegdheden: - Het recht van initiatief. - Het recht van amandement. Controlerende taak; om te controleren of ministers hun werk goed doen hebben de Eerste en Tweede kamer een aantal rechten om informatie te krijgen: - Het recht om schriftelijke vragen te stellen. - Het recht van interpellatie. - Het recht op een parlementaire enquète. - Het recht om een motie in te dienen; motie van afkeuring: het beleid van een minister wordt afgekeurd, motie van wantrouwen: de meerderheid van de tweede kamer heeft geen vertrouwen meer heeft in een minister. Systeemtheorie vier fasen: - Invoer - Omzetting - Uitvoer - Terugkoppeling Politieke actoren: alle burgers, groepen, bestuursorganen en instanties die betrokken zijn bij het politieke besluitvormingsproces. Wie kunnen hoe de politieke besluitvorming beïnvloeden: Burgers: Stemmen, actievoeren, contact zoeken met politici. Ambtenaren: beleidsvorming, beleidsuitvoering(vierde macht). Massamedia vijf politieke functies: 1 Een informatieve functie 2 Een onderzoekende of agendafunctie 3 Een commentaarfunctie 4 Een spreekbuisfunctie Pagina 7 van 8

5 Een controlerende functie Voorwaarde voor een goed functionerende media is dat er persvrijheid is. Met de vervulling van hun politieke functies dragen de media bij aan de meningsvorming. Daarbij is pluriformiteit van de media belangrijk. Pressiegroepen zijn groepen die proberen invloed uit te oefenen op de politieke besluitvorming. Als ze gaan lobbyen zoeken ze persoonlijk contact met politici om ze te overtuigen van hun standpunten. Alle pressiegroepen samen worden de vijfde macht genoemd. Om de afstand tussen burger en politiek te verkleinen zijn de afgelopen jaren diverse voorstellen gedaan: - Het direct kiezen van de minister-president en burgemeesters. - Het referendum.(raadplegend/binden). - Een andere politieke cultuur. Pagina 8 van 8