Inspectierapport De Schaepskooi B.V., Locatie Gulden Huis (KDV) Gulden Huis 1 5346VN Oss Registratienummer 552810599 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: Oss Datum inspectie: 03-11-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 07-11-2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 8 Gegevens voorziening... 10 Gegevens toezicht... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 11 2 van 11
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing KDV de Schaepskooi B.V., locatie Gulden Huis, is (sinds 1-1-2017) onderdeel van Fides 0-12 Kinderopvang. Men is gehuisvest in de wijk Mettegeupel. In hetzelfde gebouw zit ook een BSO. Het KDV heeft 3 groepsruimtes, een centrale hal en voldoende buitenterrein. De binnen- en buitenruimtes zijn kindvriendelijk ingericht. Het onderzoek betreft een risicogestuurde inspectie waarbij alleen de kerntaken zijn beoordeeld. Voor een nadere omschrijving en toelichting op de geïnspecteerde voorwaarden verwijs ik u naar de desbetreffende inspectie-items in het rapport. Conclusie: KDV de Schaepskooi, locatie Gulden Huis voldoet, op de gecontroleerde voorwaarden, aan de eisen zoals genoemd in de Wet Kinderopvang en het Besluit Kwaliteit kinderopvang en Peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. KDV de Schaepskooi, locatie Gulden Huis voldoet, op de gecontroleerde voorwaarden, aan de eisen zoals genoemd in de Wet Kinderopvang en het Besluit Kwaliteit kinderopvang en Peuterspeelzalen 3 van 11
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Het Kinderdagverblijf voldoet aan de onderzochte voorwaarden met betrekking tot het pedagogisch klimaat. Binnen dit onderdeel zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: - Het bieden van een gevoel van emotionele veiligheid. - De mogelijkheid bieden tot de ontwikkeling van persoonlijke competenties. - De ruimte bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties. - De mogelijkheid geven om normen en waarden eigen te maken. Om een goed beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is het beleidsplan gecontroleerd op inhoud en volledigheid. Het pedagogisch beleidsplan is in 2015 voor het laatst aangepast (C. Zuylen) Observatie o.a. bij: binnenkomst van enkele kinderen, puzzelen, zingen, bouwen, vrij spel, gesprekjes met en tussen kinderen, fruit en drinken, jonge kinderen voeden, naar bed brengen, opruimen, "rollenspel". Pedagogische praktijk De pedagogische praktijk voldoet. Bij de observatie is gebruik gemaakt van het veldinstrument 2015 observatie pedagogische praktijk 0-4 jaar; items hieruit staan hieronder cursief. Observatie: Pedagogisch beleidsplan: Beroepskrachten handelen volgens de uitgangspunten en werkinstructies in het pedagogisch beleidsplan. Zij weten waarom ze zo handelen en wat de bedoeling ervan is in relatie tot de vier pedagogische basisdoelen. De PM-ers zijn bekend met de uitgangspunten en handelen hier naar. Emotionele veiligheid: Kennen/ herkennen Beroepskrachten kennen ieder kind in de groep. Ze kennen hen bij naam en weten persoonlijke bijzonderheden. Kinderen zijn bij de PM-ers bekend. De PM-ers kennen ook de eventuele bijzonderheden. Contact/affectie - Welbevinden Beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen accepteren zoals ze zijn. Ze geven complimentjes, maken grapjes, knuffelen, hebben oogcontact. Het welbevinden van de kinderen is redelijk tot goed. De meeste kinderen zijn ontspannen en bezig. 4 van 11
Er zijn voortdurend contacten, verbaal en non-verbaal, tussen kinderen en PM-ers. Kinderen krijgen regelmatig een complimentje. Veel contacten op kindhoogte. Energie en sfeer - Individuele aandacht Er is een aangename sfeer in de groep. De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen. Beroepskrachten reageren op een warme en ondersteunende manier op kinderen. Kinderen voelen zich vrij in hun spel en maken gemakkelijk onderling contact. Zij zoeken ook spontaan contact met de PM-ers. Respectvol contact -Respectvolle intimiteit - Aandacht Beroepskrachten hebben korte gesprekjes met kinderen waarbij beiden bijdragen aan de voortgang en inhoud van het gesprek. Beroepskrachten hebben vanzelfsprekend en gepast lichamelijk contact met kinderen. Zij hebben een professionele werkhouding in situaties die vragen om c.q. horen bij lichamelijk contact. Tijdens contactmomenten zijn de beroepskrachten meer dan de helft van de tijd gericht op de baby. Er wordt veel gesproken. Lichamelijk contact gaat op een natuurlijke wijze (uit bed halen, verschonen, voeden). Kennis baby-ontwikkeling Beroepskrachten weten wat baby s aankunnen, leuk vinden, enthousiast maakt en sluiten daar in hun contact op aan. Er is aandacht voor het individueel tempo en vermogen van de baby. Persoonlijke competentie: Dagprogramma Het programma bestaat uit vrij spel en gestructureerde activiteiten. De activiteiten zijn gevarieerd en stimuleren diverse ontwikkelingsgebieden. Aandacht - Wederkerigheid Beroepskrachten tonen hun betrokkenheid door met aandacht naar individuele kinderen te luisteren en aan te sluiten op de inhoud en reikwijdte van wat een kind vertelt. Beroepskrachten en de kinderen waarderen elkaars aanwezigheid door samen te praten, naar elkaar te luisteren, plezier te maken, ervaringen te delen. Ieders inbreng draagt bij aan de wederzijdse relatie en interactie. De PM-ers luisteren naar wat de kinderen vertellen en sluiten daar op aan. Er wordt veel gebruik gesproken met de kinderen. Responsief Beroepskrachten herkennen de signalen van individuele kinderen en kunnen deze correct interpreteren. De PM-ers kennen de bijzonderheden van de kinderen. Contact maken Beroepskrachten gebruiken de verzorgingsmomenten voor interactie met het kind. Aandacht is dan bij het individuele kind. Buitenactiviteiten Kinderen gaan dagelijks een (vast) deel van de tijd naar buiten. 5 van 11
Men gaat dagelijks naar buiten. Sociale competentie: Samen spelen samen leren Beroepskrachten zetten gerichte activiteiten en materialen in om kinderen te laten samenspelen. PM-ers stimuleren samen spelen en doen mee. Positieve sfeer Beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer door zorg voor de inrichting en aankleding van ruimte en activiteiten. Zij maken grapjes, zijn behulpzaam en hebben aandacht en zorg voor alle kinderen. Door de spontane contacten en omgang laten kinderen zien dat zij het fijn vinden op het KDV. Thema herkenbaar in de ruimtes. Stimulerend contact Beroepskrachten moedigen gesprekjes tussen henzelf en de kinderen en tussen kinderen onderling aan, door zowel luisteren als praten. Er wordt continue gebruik gemaakt van taal. Ook tijdens het fruit-drinkenmoment wordt er gezellig met elkaar gesproken. Waarden en normen: Eenduidig handelen Beroepskrachten hanteren de afspraken, regels en omgangsvormen op eenduidige en consequente wijze. Verbondenheid met anderen Kinderen reageren positief op andere kinderen. Professionele werkhouding Beroepskrachten zijn zich bewust van hun professionele voorbeeldrol. Gelijkwaardigheid Beroepskrachten gaan op eenzelfde respectvolle manier om met alle kinderen en collega s. Zowel kinderen als PM-ers gaan op een respectvolle wijze met elkaar om. Men waardeert elkaars aanwezigheid. Gebruikte bronnen: Interview (PM0-ers) Observaties (zie inleiding pedagogisch klimaat) Website Pedagogisch beleidsplan 6 van 11
Personeel en groepen Er zijn 3 horizontale groepen: Kruimels (tot ca. 1,5 jaar) en Spetters en Bengels (beiden vanaf ca. 1,5 jaar) met vaste PM-ers. Verklaring omtrent het gedrag Ingezien en eerder ingezien. Alle VOG's vallen onder de continue screening. Passende beroepskwalificatie Ingezien en eerder ingezien. De kwalificaties zijn passend. Opvang in groepen 3 groepen. De jongste kinderen worden opgevangen bij de Kruimels. Vanaf ca, 1,5 jaar gaat men naar de Bengels of de Spetters. Beroepskracht-kindratio Roosters ingezien en besproken. Geen afwijkingen geconstateerd. Gebruikte bronnen: Interview (PM0-ers) Observaties (zie inleiding pedagogisch klimaat) Website Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster 7 van 11
Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. De actuele verklaring omtrent het gedrag is niet ouder dan twee jaar, te rekenen vanaf de dag van afgifte van de meest actuele verklaring omtrent het gedrag. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 11
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 9 van 11
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : De Schaepskooi B.V., Locatie Gulden Huis Website : http://www.deschaepskooi.nl Aantal kindplaatsen : 42 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Nee Gegevens houder Naam houder : De Schaepskooi B.V. Adres houder : Palestrinastraat 24 Postcode en plaats : 5344AA Oss Website : www.deschaepskooi.nl KvK nummer : 17112627 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Hart voor Brabant Adres : Postbus 3024 Postcode en plaats : 5003DA Tilburg Telefoonnummer : 088-3686845 Onderzoek uitgevoerd door : G van der Wijst Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Oss Adres : Postbus 5 Postcode en plaats : 5340BA OSS Planning Datum inspectie : 03-11-2017 Opstellen concept inspectierapport : 03-11-2017 Zienswijze houder : 07-11-2017 Vaststelling inspectierapport : 07-11-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 10-11-2017 Verzenden inspectierapport naar : 10-11-2017 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 01-12-2017 10 van 11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. We zijn heel tevreden met de inhoud van het rapport en de resultaten van de inspectie van onze KDV vestiging het Gulden Huis in Oss. We zien opnieuw de kwaliteiten van onze medewerkers terugkomen in het rapport en zijn blij dat ook de inspecteur van de GGD dit herkent. Onze medewerkers werken hard en met plezier om met de kinderen een fijne sfeer te creëren. Wij zijn volop bezig aan het in stand houden en continu verbeteren van onze dienstverlening. Het is fijn om te zien dat dit erkent en herkent wordt bij een inspectie. Voor al onze medewerkers is dit rapport een opsteker. Daar zijn we trots op. We blijven ons met enthousiasme inzetten voor de kinderen! Met vriendelijke groet, Marieke Flobbe Team Pedagogische ondersteuning en Beleid Fides 0-12 11 van 11