Tweede Kamer der Staten-Generaal



Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

29200 XVI Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2004

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Lijst van vragen - totaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over privéklinieken en toezicht (ingezonden 15 oktober 2009).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 februari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 15 mei 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 13 juni 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 2500 EA DEN HAAG Postbus Datum 4 maart 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Bouwmeester (PvdA) en Bruins Slot (CDA) over de fraude met AGB-codes (2013Z17155).

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over concentratie van verloskundige zorg (2012Z01806).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapportage van het inspectiebezoek aan Van Linschoten Specialisten op 18 juni 2013 te Hilversum

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 22 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Vaststellingsovereenkomsten in de zorg. Utrecht, juni 2016

Aan de Voorzitter van de. Tweede Kamer der Staten-GeneraalPostbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 1 juni 2011 Betreft beantwoording kamervragen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 januari 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Beantwoording vragen Tweede Kamer bij rapport Implementatie kwaliteitswet zorginstellingen (Tweede Kamer, vergaderjaar , , nrs.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Leidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Inspectie voor de Gezondheidszorg Bestuursorgaan: de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Rapportage van het inspectiebezoek aan Medisch Centrum de Veluwe op 3 september 2013 te Apeldoorn. Utrecht, november 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapportage van het inspectiebezoek aan De Hoogstraat op 31 maart 2015 te Utrecht

Eerste Kamer der Staten-Generaal Inhoudelijke Ondersteuning

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 oktober 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Actieplan wachttijden in de zorg 11 mei 2017

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 december 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Wat te doen bij disfunctioneren? Prof.mr. Aart Hendriks KNMG

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 25 295 Infectieziektenbestrijding Nr. 14 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 3 december 2004 De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport 1 heeft op 3 november 2004 overleg gevoerd met minister Hoogervorst van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over: de brief van de minister van VWS d.d. 25 mei 2004 inzake het rapport Infectiepreventie in ziekenhuizen (25 295, nr. 10); de brief van de minister van VWS d.d. 24 juni 2004 inzake het rapport Follow-up onderzoek scopendesinfectie (25 295, nr. 11); de brief van de minister van VWS d.d. 8 september 2004 inzake het rapport Kwaliteit en veiligheid in particuliere klinieken voor de somatische zorg (29 200-XVI, nr. 279); de brief van de minister van VWS d.d. 13 september 2004 inzake het rapport Spoedeisende medische hulpverlening (29 247, nr. 18). Van dit overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit. 1 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Kalsbeek (PvdA), Rijpstra (VVD), Buijs (CDA), Atsma (CDA), Arib (PvdA), Halsema (GroenLinks), Kant (SP), Blok (VVD), voorzitter, Smits (PvdA), Örgü (VVD), Verbeet (PvdA), Van Oerle-van der Horst (CDA), ondervoorzitter, Vergeer (SP), Vietsch (CDA), Tonkens (GroenLinks), Joldersma (CDA), Van Heteren (PvdA), Smilde (CDA), Nawijn (LPF), Van Dijken (PvdA), Timmer (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Hermans (LPF), Schippers (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer-Kaya (D66). Plv. leden: Rouvoet (ChristenUnie), Verdaas (PvdA), Griffith (VVD), Ferrier (CDA), Cqörüz (CDA), Blom (PvdA), Vendrik (GroenLinks), Gerkens (SP), Veenendaal (VVD), Van Nieuwenhoven (PvdA), Weekers (VVD), Tjon- A-Ten (PvdA), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), De Ruiter (SP), Ormel (CDA), Van Gent (GroenLinks), Koomen (CDA), Waalkens (PvdA), Mosterd (CDA), Varela (LPF), Bussemaker (PvdA), Heemskerk (PvdA), Oplaat (VVD), Kraneveldt (LPF), Hirsi Ali (VVD), Eski (CDA) Bakker (D66). Vragen en opmerkingen uit de commissie De heer Buijs (CDA) benadrukt dat het bewaken van de kwaliteit van de zorg een kerntaak is van de overheid. In korte tijd zijn vijf rapporten verschenen van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Is dit een samenloop van omstandigheden of wordt dit de normale productie? De IGZ constateert dat de Kwaliteitswet zorginstellingen onvoldoende wordt nageleefd en doet in dat kader verschillende aanbevelingen. Welke garantie is er dat deze aanbevelingen worden opgevolgd? In het verleden is dat niet altijd gebeurd, wat blijkt uit de tekortkomingen bij de infectiepreventie in ziekenhuizen. De heer Buijs heeft waardering voor de wijze waarop de IGZ controle uitoefent op de kwaliteit. Het is echter wenselijk dat zij de beschikking krijgt over een scherper instrumentarium. Wat vindt de minister in dat kader van het instrument bestuurlijke boete? Ook over de desinfectie van scopen zijn in 2000 aanbevelingen gedaan. Nu blijkt dat er nog steeds calamiteiten zijn. Hoe kan de minister of de IGZ afdwingen dat de richtlijnen binnen een jaar worden geïmplementeerd? De inspectie heeft gelast dat de instellingen een operationeel kwaliteitssysteem voor het reinigen en desinfecteren van scopen toezenden. Hebben alle instellingen aan deze verplichting voldaan? KST82160 0405tkkst25295-14 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgevers s-gravenhage 2004 Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 1

De situatie bij de privé-klinieken is licht verbeterd. Waarom wordt er geen duidelijker onderscheid gemaakt tussen particuliere instellingen en zelfstandige behandelcentra (ZBC s)? Zo wordt voorkomen dat er een vervuild beeld ontstaat. Het is onduidelijk welke klinieken zijn aangesloten bij de Nederlandse Raad voor Particuliere Klinieken (NRPK). Hanteert de raad kwaliteitseisen voor de toelating van leden? De minister ziet weinig in het advies van de IGZ om een register voor privé-klinieken in te stellen omdat dit zou zorgen voor administratieve rompslomp. Een verplichte registratie voordat de praktijk wordt uitgeoefend, biedt in de ogen van de heer Buijs de IGZ echter meer mogelijkheden om op te treden bij calamiteiten. De minister heeft terecht erkend dat er nog veel valt te verbeteren bij de spoedeisende hulp (SEH). Het is van belang dat het aanbod voldoende is gespreid. Hoe staat het met het spreidingsplan in het kader van de Wet toelating zorginstellingen (WTZi)? Waarom wil de minister dat traumacentra een regiefunctie krijgen? Hoe past dit in het streven van de minister naar een SEH-levelindeling? Functioneert de SEH onvoldoende omdat specialisten niet goed bereikbaar zijn, of zijn er andere structurele problemen? De minister lijkt te kiezen voor het opleiden van specialistische geneeskundigen, maar wellicht zijn er andere mogelijkheden om de SEHte verbeteren. Specialisten zouden meer hun verantwoordelijkheid moeten nemen. De afgelopen tijd heeft een aantal artsen geklaagd over disfunctioneren van collega s in een maatschap. Heeft de IGZ een protocol voor de afhandeling van dit soort klachten? Mevrouw Arib (PvdA) constateert op basis van de IGZ-rapporten dat het niet overal goed gaat. Instellingen slagen er onvoldoende in om kwaliteitsbeleid vorm te geven. De overheid grijpt onvoldoende in als niet aan de eisen wordt voldaan. De minister verwijst in zijn reacties op de rapporten steeds naar het veld, de Kwaliteitswet zorginstellingen en de rol van de IGZ. De conclusie moet echter zijn dat de stevige IGZ-aanbevelingen niet het gewenste effect hebben. De minister zou zelf de verantwoordelijkheid moeten nemen voor de geconstateerde misstanden en minder moeten wijzen naar het veld en de IGZ. Het garanderen van kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg is een kerntaak van de overheid. Het rapport over de particuliere klinieken is alarmerend en schokkend: er is incidentenbeleid, het indicatiebeleid deugt niet, de sterilisatie van medische apparatuur is onvoldoende, de voorlichting aan patiënten (bijvoorbeeld over borstimplantaten) voldoet niet en er wordt ernstig getwijfeld aan de bekwaamheid van het medisch personeel. Er is onvoldoende toezicht en inzicht in het aantal klinieken. Zou het niet beter zijn als alle klinieken worden verplicht om zicht te registeren en een vergunning aan te vragen? Het is onbegrijpelijk dat de IGZ zich moet baseren op lijsten met klinieken van de kamers van koophandel. Waar de IGZ wel heeft getoetst, zijn ernstige schendingen van de kwaliteitsnormen geconstateerd en voldoet het personeel niet aan de eisen. De minister mag zich niet verschuilen achter brancheverenigingen. Er moet inzicht ontstaan in de prestaties van individuele klinieken die zorg leveren. Indien klinieken niet aan de eisen voldoen, moeten zij gesloten kunnen worden. Daarvan gaat een preventieve werking uit. Het is zeer ernstig dat de acute zorg, de SEH, onder de maat is. Kwaliteitssystemen en evaluaties komen onvoldoende van de grond. Verder is er nog geen landelijk dekkend netwerk van mobiele intensive care units (MICU s) en gaat de ontwikkeling van traumazorgnetwerken langzamer dan verwacht. Sommige ziekenhuizen zijn onvoldoende toegerust om bepaalde categorieën patiënten op te vangen. Technologische ontwikkelingen houden geen gelijke tred met het groeiende aantal patiënten. De minister heeft ervoor gepleit dat het veld zelf zorgt voor structurele verbeteringen. Wat gaat hij doen om de opleiding voor spoedeisende genees- Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 2

kunde te verbeteren? De minister legt de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit bij de instellingen. Is hij bereid om de individuele instellingen meer te wijzen op hun tekortkomingen? Zo krijgen patiënten en verzekeraars beter inzicht in misstanden. In 1996 heeft de IGZ al geadviseerd dat ziekenhuizen werk moesten maken van infectiepreventiebeleid, zodat het aantal infecties zou dalen. Mevrouw Arib sluit zich aan bij de heer Buijs: hiervan is onvoldoende terechtgekomen. Wat verwacht de minister van het ingrijpen van de IGZ? Zullen de zorgaanbieders de infectieziektebestrijding op peil brengen en houden? De controle van de reinigings- en desinfectieapparatuur voor scopen maakt nog onvoldoende deel uit van de procedures. De IGZ heeft geëist dat ziekenhuizen zonder kwaliteitssysteem binnen drie maande een plan van aanpak opstellen en toesturen. De minister heeft uitgesproken dat het onaanvaardbaar is dat instellingen de IGZ-aanbevelingen niet of onvoldoende opvolgen. Is de minister bereid om daaraan consequenties te verbinden? Verwacht hij tot sluitende afspraken te kunnen komen met de betrokken ziekenhuizen? Na het lezen van de rapporten stelt mevrouw Tonkens (GroenLinks) vast dat de IGZ een buitengewoon nuttige organisatie is. In dat licht zal zij blijven pleiten voor het versterken ervan. Het doen van goed onderzoek is niet genoeg; het gaat erom wat er vervolgens mee gebeurt. Tot nu toe gebeurt er te weinig; de minister laat het grotendeels aan het veld zelf over. Er blijkt veel fout te zijn in de (cosmetische) privé-klinieken. Essentiële zaken zoals infectiepreventie, nazorg en sterilisatiebeleid zijn vaak niet in orde. Er is weinig zicht op de kwaliteit van medewerkers; veel klinieken werken met personeel dat onvoldoende is gekwalificeerd. Verder worden er te hoge verwachtingen gewekt en worden mensen te weinig geïnformeerd over risico s (op de langere termijn). In dat licht zijn meer controle en strengere kwaliteitseisen noodzakelijk. Er zou een landelijk keurmerk moeten komen voor particuliere klinieken, dat door een onafhankelijke organisatie wordt verstrekt. Het kaf moet van het koren worden gescheiden, zodat consumenten weten welk klinieken deugen. In het verlengde hiervan moeten protocollen worden ontwikkeld, zodat er uniformiteit ontstaat in de werkwijze. Indien regels worden overtreden, moeten sancties kunnen worden opgelegd. Cosmetische ingrepen moeten zorgvuldig, deskundig en terughoudend plaatsvinden, vooral omdat het gaat om medisch niet noodzakelijke ingrepen. Privé-klinieken hebben belang bij het aantrekken van zoveel mogelijk patiënten, omdat dit hun winst vergroot. In dat licht heeft de overheid de taak om waarborgen in te bouwen. Een middel daarvoor is het verplicht stellen van een «bijsluiter». Klinieken moeten duidelijk aangeven wat de risico s zijn van cosmetische operaties, zowel in folders en brochures als op websites en in gesprekken. Is de minister op de hoogte van het recente onderzoek naar de schadelijke gevolgen van bepaalde siliconen? Welke conclusies trekt hij daaruit? In de Verenigde Staten zijn deze siliconen al sinds 1992 verboden. Verder zou er bij cosmetische operaties een verplichte bedenktijd moeten komen van twee weken, zodat men geen overhaaste beslissing neemt. Klinieken zouden ook moeten worden verplicht om patiënten te selecteren en deskundig te beoordelen, en zo te voorkomen dat mensen hun psychische problemen proberen op te lossen met een cosmetische ingreep. Het is bovendien onwenselijk dat er nog steeds onbeschermde en onbestaande titels worden gevoerd, zoals «cosmetische chirurg», «esthetisch arts» en «dermatochirurg». Patiënten denken daardoor dat zij met een medisch specialist te maken hebben terwijl het vaak gaat om een basisarts. Wat is de visie van de minister op dit alles? In het verleden is vaak betoogd dat de IGZ alle (negatieve) resultaten van onderzoeken bekend moet maken. In bepaalde gevallen kan het echter in Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 3

het belang van de kwaliteit van het onderzoek nodig zijn om resultaten niet (tot in detail) bekend te maken. Mensen kunnen worden beschadigd door openbaarmaking, wat tot gevolg heeft dat men minder zal zeggen. Dat is niet in het belang de kwaliteitscontrole. Hoe denkt de minister over dit dilemma? Mevrouw Kant (SP) is verbijsterd na het kijken naar het tv-programma Extreme Makeover. De deelnemers lijken eerder een psychisch dan een lichamelijk probleem te hebben. Dit maakt duidelijk waartoe het nastreven van commerciële belangen door klinieken kan leiden. Tijdens het algemeen overleg van juni 2003 over de privé-klinieken heeft de minister gezegd dat hij zich verheugde op de vele discussies die hij ongetwijfeld nog zou gaan voeren met mevrouw Kant over de marktwerking in de zorg. Verheugt hij zich nog steeds? Een van de gevaren van commerciële klinieken is dat kwaliteit onvoldoende aandacht krijgt door de focus op winst. Het IGZ-rapport bevestigt nog eens de ernst van de tekortkomingen: slechte voorlichting, onvoldoende sterilisatie van apparatuur, een onvoldoende infectiebeleid, gebrek aan deskundig personeel, te weinig aandacht voor «informed consent» en het gebruik van onjuiste titels. Het is goed dat de IGZ er bovenop zit. Klopt het dat de IGZ alle klinieken gaat bezoeken? Dit zou een goede ontwikkeling zijn. De minister heeft eerder gezegd dat de IGZ elke nieuwe kliniek binnen drie maanden moet bezoeken. Gebeurt dit ook in de praktijk? Een probleem daarbij is dat niet alle klinieken zijn te vinden. Waarom wil de minister niet overgaan tot een verplichte registratie? Klinieken die zich niet willen registreren, hebben blijkbaar iets te verbergen. Nog beter dan verplichte registratie is het introduceren van een vergunningsstelsel. In vergunningen kunnen duidelijk eisen worden vastgelegd, op basis waarvan de IGZ kan controleren. Slechte klinieken kunnen simpelweg worden gesloten door de vergunning in te trekken. Op basis van de rapporten is de IGZ met aanbevelingen en aanwijzingen gekomen, die moeten worden opgevolgd. De IGZ gaat dit vervolgens weer controleren. Als er ernstige zaken worden aangetroffen uit het IGZ-rapport over particuliere klinieken blijkt dat moet sneller worden besloten tot sluiting van klinieken; het gaat om de veiligheid van mensen. Waarom dringt de minister daar niet meer op aan? Zorgverzekeraars kunnen de kosten van slechte en mislukte behandelingen door privé-klinieken verhalen. In de praktijk gebeurt dit echter nog te weinig. Wil de minister maatregelen nemen om dit te verbeteren? Wellicht kan er een meldplicht komen voor ziekenhuizen die een medische fout van een privé-kliniek vaststellen. De IGZ constateert ook dat er veelal geen afspraken worden gemaakt over de nazorg in een ziekenhuis van patiënten die in een particuliere kliniek zijn behandeld. De veiligheid van patiënten is daardoor onvoldoende gewaarborgd. Particuliere klinieken hebben geen belang bij samenwerking met ziekenhuizen omdat dit commercieel niet interessant is. Particuliere klinieken en ZBC s zouden moeten worden verplicht om samenwerkingverbanden aan te gaan. Die samenwerking past in het werken volgens protocollen en normen van de beroepsgroep. In het IGZ-rapport wordt het voorbeeld genoemd van klinieken die bij een liposuctie meer vet afzuigen dan medisch verantwoord is volgens de normen van de beroepsgroep. Een ander voorbeeld is het plaatsen van siliconenimplantaten, waarbij niet wordt gewezen op de gevaren. Waarom zijn overigens bepaalde siliconen wel in de Verenigde Staten verboden maar niet in Nederland? De IGZ vindt het onverantwoord dat er in sommige gevallen niet 24 uur per dag een arts beschikbaar is voor SEH. Bovendien hebben artsen vaak onvoldoende ervaring. Wat is het oordeel daarover van de minister? Ook over het vervoer van ernstig zieke patiënten worden zware conclusies getrokken. Verder is er geen garantie dat in de avond en de nacht altijd Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 4

een deskundig mobiel medisch team klaarstaat. De minister zou meer het voortouw moeten nemen bij verbeteringen. Het antwoord van de minister De minister benadrukt dat hij een verzoek van de IGZ om een kliniek te sluiten direct zou inwilligen. Tot nu toe is zo n verzoek nog niet gedaan maar hierover zijn duidelijke afspraken gemaakt. Bij de privé-klinieken moeten veel zaken worden verbeterd. In het licht van de rapporten kan echter niet worden geconcludeerd dat het in privé-klinieken aantoonbaar slechter gaat dan in de niet-commerciële zorgsector; ook de IGZ geeft dit aan. Ook in de niet-commerciële sector zijn veel zaken niet in orde. Zo is het onaanvaardbaar dat zoals in een aantal ziekenhuizen gebeurt bij SEHde portier zorgt voor de triage en dat de behandelende artsen onervaren zijn. Commerciële en niet-commerciële instellingen kunnen niet op alle punten goed worden vergeleken, maar over de hele linie zijn verbeteringen nodig. De IGZ zal overigens op verzoek van de minister een duidelijker onderscheid gaan maken tussen privé-klinieken en ZBC s. Om de kwaliteit te verbeteren moet indien nodig hard kunnen worden opgetreden. De belangrijkste instrumenten waarover de minister nu beschikt, zijn het geven van een aanwijzing en het gebruiken van bestuursdwang om een instelling te sluiten. Het openbaar maken van gegevens over instellingen zal een steeds belangrijkere rol gaan spelen bij het bevorderen van kwaliteitsverbetering. Daarnaast zou er een tusseninstrument moeten komen in de vorm van de bestuurlijke boete; de IGZ heeft daaraan behoefte om haar rapporten kracht bij te zetten. Inmiddels heeft een groot deel van de instellingen een plan van aanpak opgesteld voor verbetering van de scopendesinfectie en dit toegestuurd aan de IGZ. Instellingen die dat nog niet hebben gedaan, zullen schriftelijk worden benaderd. Ook voor de aanpak van infectieziekten waaronder MRSA moesten alle ziekenhuizen een plan van aanpak indienen; meer dan 75% heeft inmiddels aan die verplichting voldaan. De nadruk zal komen te liggen op de essentiële aspecten, zoals de isolatie van patiënten die gevaarlijke bacteriën kunnen verspreiden; deze punten moeten voor het eind van het jaar in orde zijn. Bij het verbeteren van de SEHis het belangrijk dat er een duidelijke ketenorganisatie komt. Het is overigens niet de bedoeling dat de traumacentra daarin de baas gaan spelen; het gaat niet om een hiërarchie binnen de deelnemende partijen. De minister zal op basis van de WTZi op de achtergrond een rol spelen, met name door te verplichten dat dergelijke ketens tot stand worden gebracht. Een cruciale eis is dat er iemand met minimaal twee jaar ervaring aanwezig moet zijn. Het wreekt zich dat er in Nederland geen specialisme SEHis, en daardoor ook geen SEH-maatschappen. In dat licht is SEHin veel ziekenhuizen een ondergeschoven kindje. Specialisten zouden hun verantwoordelijkheid moeten nemen, bijvoorbeeld door vaker nachtdiensten te draaien. De Stuurgroep Modernisering Opleidingen en Beroepsuitoefening in de Gezondheidszorg (Stuurgroep MOBG) zal kijken naar het opzetten van een gespecialiseerde SEH-opleiding, maar ondertussen moet er wel iets gebeuren. SEHis overigens in de Verenigde Staten al heel lang een specialisme. De minister zegt toe, te bezien hoe de mogelijkheden voor het gebruik van helikopters kunnen worden vergroot. Het komt zelden voor dat de ene dokter een klacht indient tegen de andere. Er is een algemene leidraad meldingen en geen specifieke leidraad voor «doktersverklikgedrag». Er staat nog veel te gebeuren op het punt van de foutenregistratie. Binnenkort verschijnt in het kader van het project Sneller Beter een stevig rapport over de verbetering van het veiligheidsbeleid in ziekenhuizen. De minister is bezig om te bezien of de bestaande verplichte registraties voor het bedrijfsleven, zoals bij de kamer van koophandel, voldoende zijn om zicht te houden op klinieken. Het instellen van een apart register voor Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 5

privé-klinieken voegt weinig toe en zorgt voor extra administratieve lasten. Bovendien wordt zo onterecht de indruk gewekt dat de geregistreerde klinieken een keurmerk hebben. Het idee dat er geen aangrijpingspunt is om slecht functionerende privé-klinieken aan te pakken, is onjuist. De mensen die in de klinieken medische handelingen verrichten, vallen gewoon onder de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG). Overigens is nu nog onhelder of de klinieken ook vallen onder de Kwaliteitswet zorginstellingen; de minister zal de bestaande dubbelzinnigheid wegnemen zodat duidelijk wordt dat klinieken eronder vallen. Het inzicht in de algehele kwaliteit neemt in de reguliere sector sterk toe door de indicatoren waarmee de IGZ is gaan werken. De ziekenhuizen leveren de gegevens zelf aan. Het toezicht op de ZBC s en privé-klinieken is verscherpt, waardoor er meer inzicht is in de kwaliteit en de tekortkomingen. De vervolgtrajecten zijn gericht op verbetering van de kwaliteit, waarbij het belangrijk is dat het IGZ-instrumentarium wordt verbeterd. Verder moet de transparantie per instelling over de hele linie worden verbeterd door zoveel mogelijk individueel herleidbare gegevens openbaar te maken. Alle particuliere klinieken en nieuwe zelfstandige behandelingen zullen worden bezocht; de IGZ zit er bovenop. Het gebruik van misleidende of niet-bestaande titels is met name een probleem bij privé-klinieken. De IGZ moet optreden als zij overtredingen constateert. De minister is niet precies op de hoogte van de regels voor titelgebruik. Hij zegt toe, de Kamer hierover met een brief te informeren. Het is overigens volstrekt ontoelaatbaar dat mensen die niet bevoegd zijn om «te snijden», cosmetische operaties verrichten. De parate kennis van de minister over siliconen is onvoldoende om te antwoorden op daarover gestelde vragen. Hij zegt toe, de Kamer schriftelijk te informeren over de veiligheid van implantaten. Het valt te betwijfelen of het verplicht stellen van bijsluiters en bedenktijd iets toevoegt. De IGZ heeft aangegeven dat een aantal klinieken de informatieverstrekking aan patiënten moet verbeteren; artsen zijn verplicht om hun patiënten goed te informeren. Als klinieken deze aanwijzing opvolgen, is een bijsluiter overbodig. Het gaat overigens om zorg die mensen zelf betalen. In dat licht valt te verwachten dat patiënten er zelf op aandringen dat zij goed worden geïnformeerd. Overigens geven veel klinieken al informatie via brochures en websites. In de praktijk krijgen mensen veelal bedenktijd doordat de operatie moet worden gepland. Extra regels zorgen waarschijnlijk slechts voor schijnveiligheid. De inspectie zal een aantal beroepsverenigingen vragen om op korte termijn veldnormen te ontwikkelen voor ooglidcorrecties, liposucties, rimpelbehandelingen met lasers en facelifts. In dat kader moet worden omschreven welke bekwaamheid vereist is voor een dergelijk ingreep, zodat de verantwoordelijkheidsverdeling tussen basisarts en medisch specialist duidelijk wordt geregeld. Zorgverzekeraars kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om kosten te verhalen op de veroorzaker van een medische fout, ook als dit een privékliniek betreft. Als zij dit niet doen, bijvoorbeeld omdat het te omslachtig is of te duur, is dat hun eigen afweging. De minister is wel bereid om hierover met Zorgverzekeraars Nederland (ZN) te overleggen. Nadere gedachtewisseling De heer Buijs (CDA) bestrijdt het sombere beeld dat kan ontstaan na het lezen van de IGZ-rapporten. Het is juist goed dat er aanbevelingen worden gedaan voor verbetering. In dit kader is het positief dat de minister het handhavingsinstrumentarium van de IGZ wil versterken door het introduceren van de bestuurlijke boete. Instellingen waren verplicht om binnen drie maanden een plan van aanpak in te dienen voor de desinfectie van scopen. Klinieken die dat niet hebben gedaan, mogen direct een bestuurlijke boete krijgen. Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 6

Het is verstandig dat de minister bekijkt hoe hij particuliere klinieken kan laten vallen onder de Kwaliteitswet zorginstellingen. De minister heeft al een keer een «siliconenbrief» gestuurd aan de Kamer. Wellicht kan hij in zijn toegezegde brief de laatste ontwikkelingen schetsen. Het is niet strafbaar om je «cosmetisch chirurg» te noemen; er is geen sprake van titelbescherming. Het gaat echter niet om een beroep dat onder de Wet BIG valt. Mevrouw Arib (PvdA) vindt het belangrijk dat instellingen via bestuursdwang worden gehouden aan wettelijke maatregelen, zodat de kwaliteit wordt gewaarborgd. Schrikt een bestuurlijke boete privé-klinieken wel voldoende af? Zij verdienen waarschijnlijk genoeg geld om die te betalen. Indien de IGZ sneller zou besluiten om klinieken te sluiten, kan dit een preventieve werking hebben. Privé-klinieken gaan te slordig om met het geven van informatie. Zo wordt vrouwen verteld dat bepaalde siliconen veilig zijn, terwijl er onderzoeken zijn die de gevaren aannemelijk maken. Het introduceren van een specialisme SEH heeft weldegelijk een meerwaarde. Het is hoopgevend dat de minister dit positief benadert. Uiteraard moet er ook worden gezocht naar oplossingen voor de korte termijn. Privé-klinieken zijn geen gewone bedrijven. In dat licht is registratie bij de kamers van koophandel onvoldoende. De IGZ kan haar werk beter doen als er een apart register komt. Mevrouw Arib sluit zich aan bij opmerkingen van haar collega s over het oneigenlijk gebruik van titels. In de ogen van mevrouw Tonkens (GroenLinks) stapt de minister te gemakkelijk heen over de alarmerende uitkomsten van de IGZ-rapporten. Zo wekken privé-klinieken vaak hoge verwachtingen die geen reëel beeld geven. Het verplicht stellen van een goede bijsluiter heeft dus weldegelijk zin. De IGZ beveelt ook aan om voldoende bedenktijd te garanderen. De minister zou deze aanbevelingen serieuzer moeten nemen. Mevrouw Tonkens overweegt om een verslag algemeen overleg (VAO) aan te vragen, afhankelijk van de inhoud van de brief van de minister over het oneigenlijk gebruik van titels. De minister is te stellig met zijn beweringen dat er geen aanwijsbare kwaliteitsverschillen zijn tussen gewone instellingen en privé-klinieken. Zo constateert de IGZ dat de sterilisatie van apparatuur in privé-klinieken slechter is dan in ziekenhuizen. Mevrouw Tonkens sluit zich aan bij de opmerkingen van mevrouw Arib over de bestuurlijke boete: klinieken beschouwen het waarschijnlijk gewoon als een bedrijfsrisico. In dat licht zou de boete voor commerciële klinieken hoger moeten zijn dan voor andere instellingen. De IGZ geeft zelf aan dat zij moeite heeft om alle klinieken te vinden doordat er geen verplichte registratie is. De minister zou dit ter harte moeten nemen. Mevrouw Kant (SP) stelt vast dat in de rapporten ernstige zaken worden geconstateerd. Waarom heeft de IGZ de minister dan nog nooit verzocht om een kliniek te sluiten? Hoe verloopt zo n traject om te komen tot sluiting? Welke ruimte krijgt een privé-kliniek om zaken te verbeteren? Sluiting van slecht functionerende klinieken kan een voorbeeldfunctie hebben. Het is goed dat de minister nadenkt over de bestuurlijke boete. Hoe zeker is het dat dit instrument er komt? Wellicht zou de hoogte van de boete moeten worden gekoppeld aan de winst. Welke consequenties heeft het als de privé-klinieken onder de Kwaliteitswet zorginstellingen komen te vallen? Worden er sancties opgelegd als men zich niet aan de kwaliteitsnormen van de sector houdt? Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 7

Wat is er tegen het invoeren van een vergunningsstelsel? Op die manier kunnen van tevoren eisen worden gesteld, terwijl de IGZ nu vaak achteraf tekortkomingen constateert. Een dergelijk systeem biedt betere garanties. De minister heeft gezegd nog terug te komen op de verplichte registratie. Is hij geneigd om die in te voeren? Wanneer komt hij met zijn nadere reactie? Mevrouw Kant overweegt om op dit punt een VAO aan te vragen. De minister zal overwegen of er bij het vaststellen van de hoogte van een bestuurlijke boete rekening moet worden gehouden met zaken als omzet en winst. De IGZ heeft inderdaad aangegeven dat het van groot belang is dat er sprake is van «informed consent», zodat de patiënt weet wat hem te wachten staat en wat de risico s zijn. Bij vijf van de 27 privé-klinieken blijkt dit niet in orde te zijn, dus bij 22 wel. De minister zal de Kamer zo spoedig mogelijk nader schriftelijk informeren over zowel deze kwestie als het oneigenlijk gebruik van medische titels. De IGZ bepaalt hoeveel ruimte privé-klinieken krijgen. Daarbij gaat het niet om een mathematische optelsom. Indien men constateert dat de kwaliteit en de veiligheid van de patiënten in het gedrang komen, zal men maatregelen nemen. De IGZ zal uiteraard niet lichtvaardig overgaan tot sluiting, maar de minister zal een dergelijke beslissing onverkort steunen. Het nut van het invoeren van een register of een vergunningsstelsel is nog in onderzoek. Indien de minister tot een conclusie is gekomen, zal hij de Kamer daarover berichten. Het was tot nu toe niet helder in hoeverre privé-klinieken onder het gewone toezicht van de IGZ vallen. Er verandert niets aan de praktijk privé-klinieken worden dus niet strenger behandeld dan gewone ziekenhuizen maar de formele posities worden verduidelijkt. De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Blok De adjunct-griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Clemens Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 295, nr. 14 8