Bloedglucosesysteem. Handleiding. Instructies voor gebruik



Vergelijkbare documenten
Bloedglucosesysteem. Handleiding. Gebruiksaanwijzing.

Bloedglucosesysteem. Handleiding. Gebruiksinstructies

AW A AW A

Handleiding Manuel d utilisation. Gebruiksaanwijzing Mode d emploi.

Uw gebruiksaanwijzing. LIFESCAN VERIO

Bloedglucosesysteem GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Bloedglucosesysteem. Gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Blutzuckermesssystem AW A. Gebrauchsanweisung

Bloedglucosesysteem. Handleiding. Gebruiksinstructies

Bloedglucosesysteem GEBRUIKERS- HANDLEIDING

Uw gebruiksaanwijzing. LIFESCAN ONETOUCH VERIO

Bloedglucosesysteem GEBRUIKERSHANDLEIDING

Draadloos Smart Glucosemeetsysteem Snelstarthandleiding

Uw gebruiksaanwijzing. LIFESCAN ONETOUCH VERIO

Gebruikershandleiding

Bloedglucosesysteem. Gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing

E-LEARNING. E-learning voor succesvol meten met de qlabs INR meter

Bloedglucosesysteem. Handleiding. Gebruiksaanwijzing

Gebruikershandleiding

Lader rol reiniging FS 2000 / FS 3000 series

Gebruikershandleiding

TREX 2G Handleiding Pagina 2

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave

Accu-Chek Inform II SYSTEEM VOOR DE BEPALING VAN BLOEDGLUCOSE. Beknopte gebruiksaanwijzing

11 Oplossen van problemen

Uw gebruiksaanwijzing. LIFESCAN ONETOUCH ULTRASMART

2015 NSE Products, Inc. Provo, Utah, USA ageloc Galvanic Body Spa

Ik gebruik deze perzikkleurige pen: ja. Suliqua. Informatiebrochure SANL.LALI

AAN DE SLAG MET HERCULES DJCONTROLWAVE EN DJUCED DJW

VI-D4 Beton Vochtmeter

Gebruikershandleiding. Taltz 80mg oplossing voor injectie in voorgevulde pen. Ixekizumab

GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053

korte handleiding Codefree GL50 mg/dl Beurer GmbH Söflinger Straße Ulm, Germany

AR280P Clockradio handleiding

TD-GLUCO. Handleiding. Bloedglucose-controlesysteem. TD-4277 versie /11 HT G

TD-GLUCO. Handleiding. Bloedglucose-controlesysteem. TD-4277 versie /11 HT G

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING. Humuline NPH KwikPen 100 IE/ml LEES DEZE HANDLEIDING VOOR GEBRUIK

Gebruikershandleiding KwikPen ABASAGLAR 100 E/ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen Insulin glargine

CALLA premium GEBRUIKS- AANWIJZING

GEBRUIKSAANWIJZING FT-07

Snelstartgids. Inhoud verpakking. De digitale pen

Zorg dat u alle items hebt die worden getoond in Afbeelding 1. (De etiketten in het pakket kunnen verschillend zijn.)

Byzoo Sous Vide Hippo

GEBRUIKS- HANDLEIDING

Electronische loep "One"

Hoofdstuk 1 Inleiding

Diabetes mellitus en zelfcontrole. Diabetespoli

Beknopte gebruiksaanwijzing FB 7100

Gebruiksaanwijzing Nederlands. Alarmsysteem & Sensorpleister

introductie Nederlands

Duurzame energie. Aan de slag met de energiemeter van LEGO

Onderhoud. Onderhoud

NutropinAq Pen. instructies voor gebruik samen met NutropinAq

In elkaar zetten. Haal NovoPen 3 uit het etui door met uw vinger bovenaan op de pendop te drukken. Draai de pendop los en trek hem van de pen af.

Nokia Extra Power DC-11/DC-11K /2

Onderhoud en reiniging

MultiSport DV609 Nederlands

GEBRUIKS- HANDLEIDING

PHLILIPS HR2304/70. Gebruiksaanwijzing

Bluelab ph Meter TM Gebruiksaanwijzing

Hoofdstuk 9 Onderhoud en opslag

Leather keyboard case for Ipad Air 2

Gezichtsreiniger set TB HANDLEIDING

BIJSLUITER. CHLOORHEXIDINE 0,02% oogdruppels

Informatie voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg: Instructies voor gebruik en verwijdering

GEBRUIKERSHANDLEIDING

BLOEDGLUCOSEMEETSYSTEEM GEBRUIKSAANWIJZING

Charging base handleiding

Handleiding. mmol/l meter

Automatische WC-bril Gebruiksaanwijzingen

U kunt inkt toevoegen als de printer niet actief is of wanneer op het voorpaneel het bericht Inkt is bijna op of Inkt is op verschijnt.

Wij willen u graag bedanken voor het aanschaffen van onze digitale. MP3 speler. Lees deze handleiding vóór ingebruikname a.u.b.

Make up spiegel met LED verlichting (1x/5x)

Diabetes Mellitus Zelfcontrole

Beknopte instructies Gallery 210 ES

Alles wat u moet weten over het dragen van zachte contactlenzen

GEBRUIKSINSTRUCTIES. JuniorSTAR is een halve eenheden, navulbare insulinepen.

Gebruikershandleiding. Taltz 80mg oplossing voor injectie in voorgevulde injectiespuit. Ixekizumab

Garmin Nautix. Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding. Digitale Video Memo

Gebruiksaanwijzing Bloedglucosemeter

Gebruiksaanwijzing. Bloedglucosemeter Bluetooth. Voor thuisgebruik

2015 Multizijn V.O.F 1

SoloStar. informatiebrochure

SmartHome Huiscentrale

Onderhoud en reiniging

Handleiding Plextalk PTN1. Handleiding Daisyspeler Plextalk PTN1

Gebruikershandleiding KwikPen ABASAGLAR 100 E/ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen Insulin glargine

SingStar Microphone Pack Gebruiksaanwijzing. SCEH Sony Computer Entertainment Europe

BIJSLUITER. POVIDONJODIUM 0,3% oogdruppels

CA2010 Handleiding Digitale Alcoholmeter

GEBRUIKSAANWIJZING Stralingsmeter PCE-EMF 823

BYDUREON 2 mg poeder en oplosmiddel voor suspensie voor injectie met verlengde afgifte

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5TA280

BIJSLUITER. ATROPINESULFAAT 0,25%, 0,5% en 1,0% oogdruppels

Alleen voor Trip 2, 2L, 3 en 5W Gebruikershandleiding. NEDERLANDS

Welch Allyn Connex Spot Monitor - Snelzoekkaart

Transcriptie:

Bloedglucosesysteem Handleiding Instructies voor gebruik

VerioIQ Bloedglucosesysteem Handleiding 1

Handleiding We stellen het op prijs dat u OneTouch gekozen hebt! Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem is een van de nieuwste productinnovaties van OneTouch. Elke OneTouch Verio IQ meter is ontworpen om testen van uw bloedglucose gemakkelijk voor u te maken en u te helpen uw diabetes te reguleren. Deze gebruikershandleiding geeft een uitgebreide uitleg over het gebruik van uw nieuwe meter en testtoebehoren, en gaat in op wat u wel en niet moet doen bij het testen van uw bloedglucose. De duidelijke instructies en afbeeldingen helpen u om bekend te worden met het gebruik van de OneTouch Verio IQ meter, zodat u bij elke test betrouwbare resultaten kunt verwachten. Bewaar uw handleiding op een veilige plek; u wilt deze in de toekomst mogelijk nog raadplegen. Wij hopen dat u ook in de toekomst baat zal hebben bij de OneTouch producten en diensten. 2

Symbolen Aandachtspunten en waarschuwingen. Raadpleeg de handleiding en de bijsluiters die bij het systeem zijn meegeleverd voor informatie over veiligheid. Gelijkstroom Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Voldoende voor <n> tests 2 Niet hergebruiken Vervaldatum IVD Medisch hulpmiddel voor in-vitrodiagnostiek LOT Lotnummer Fabrikant Gescheiden batterij-inzameling SN Serienummer Gesteriliseerd door middel van straling Temperatuurlimieten voor bewaring Batterij vol Batterij 30-85% vol Batterij bijna leeg Batterij bijna helemaal leeg Voor maaltijd -markering Na maaltijd -markering Berichtpictogram Resultaat van controlevloeistof 3

Inhoud 1 Het systeem instellen 12 2 Een test uitvoeren - Uw bloedglucose testen 27 - Testen met controlevloeistof 47 3 Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten 55 4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 60 5 Onderhoud 76 4

6 Batterij (oplaadbaar) 82 7 Problemen oplossen 90 8 Gedetailleerde informatie over het systeem 102 9 Index 112 5

Voordat u begint Lees, voordat u dit product gebruikt om uw bloedglucose te testen, zorgvuldig deze handleiding en de bijsluiters die bij de OneTouch Verio teststrips en OneTouch Verio controlevloeistof worden geleverd. LET OP: U moet de batterij opladen voordat u de OneTouch Verio IQ meter gebruikt. Zie pagina s 82-89 voor de instructies. 6

Beoogd gebruik Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem is bedoeld om te worden gebruikt voor de kwantitatieve meting van glucose (suiker) in verse capillaire volbloeddruppels uit de vingertoppen. Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem is bedoeld om buiten het lichaam voor zelftests te worden gebruikt (in vitro diagnostiek) door mensen met diabetes in hun eigen omgeving en artsen/diabetesverpleegkundigen in een klinische omgeving als hulpmiddel bij het controleren of de diabetes effectief onder controle wordt gehouden. Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem mag niet worden gebruikt voor de diagnose of het onderzoeken van diabetes of voor neonataal gebruik. 7

Testprincipe Glucose in de bloeddruppel wordt vermengd met speciale chemische stoffen in de teststrip. Hierdoor wordt een zwakke elektrische stroom geproduceerd. De sterkte van deze stroom is afhankelijk van de hoeveelheid glucose in de bloeddruppel. De meter meet de stroom, berekent uw bloedglucosewaarde, geeft het resultaat weer en slaat het resultaat op in het geheugen. 8

Deze pagina is bewust leeggelaten. 9

Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem In uw set zijn inbegrepen: A B D E C F Afzonderlijk verkrijgbaar: G 10 H

A OneTouch Verio IQ Meter (inclusief oplaadbare batterijen) B Etui C OneTouch prikpen D Steriele lancetten E Adapter voor het opladen via stopcontact F Mini USB-kabel G OneTouch Verio controlevloeistof* H OneTouch Verio teststrips* OPMERKING: De OneTouch Delica prikpen gebruikt ALLEEN OneTouch Delica lancetten. Als een ander type prikpen is meegeleverd, raadpleegt u de instructies die bij die prikpen horen. * OneTouch Verio controlevloeistof en teststrips zijn afzonderlijk verkrijgbaar. Vraag daar waar u uw teststrips koopt naar controlevloeistof. m WAARSCHUWING Bewaar de meter en de testtoebehoren buiten het bereik van jonge kinderen. Kleine onderdelen, zoals de teststrips, de lancetten, de beschermdopjes van de lancetten en de dop van het flesje controlevloeistof kunnen verstikkingsgevaar opleveren. Deze onderdelen niet innemen of inslikken. 11

1 Het systeem instellen Uw OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem leren kennen Meter Teststrippoort Plaats hier een teststrip om de meter in te schakelen Scherm Batterijpictogram Geeft het resterende vermogen van de batterij aan mmol/l is de vooraf ingestelde maateenheid en kan niet worden gewijzigd OK-toets Hiermee schakelt u de meter in of uit Bevestigt menuselecties Terugtoets Omhoog Ga terug naar en omlaag het vorige (toets) scherm (drukken Markeert de en loslaten) gewenste Ga naar het selectie Hoofdmenu (drukken en ingedrukt houden) 12 Gegevens/batterij oplaadpoort Aansluiting om gegevens naar computer te downloaden Aansluiten om de batterij van de meter op te laden

Het systeem instellen 1 Teststrip Kanaaltje om druppel aan te brengen Teststripuiteinden In teststrippoort plaatsen Uw meter inschakelen Houd ingedrukt totdat het opstartscherm verschijnt. Als het opstartscherm verschijnt, laat dan los. m LET OP Als u pixels mist in het opstartscherm, is er mogelijk een probleem met de meter. Neem gratis contact op met de OneTouch -lijn op 0800-022 24 45 of www.lifescan.nl 13 Verio IQ

1 Het systeem instellen Na het opstartscherm verschijnt het Hoofdmenu. Een blauwe balk markeert de huidige selectie op het scherm van de meter. 01 Apr 09:00 Historiek Trend log Instellingen Voorbeeld Hoofdmenu met Instellingen gemarkeerd De achtergrondverlichting van het scherm gebruiken De achtergrondverlichting gaat automatisch aan wanneer de meter wordt ingeschakeld. Na een paar seconden zonder activiteit wordt de achtergrondverlichting gedimd. Door te drukken op een toets of het inbrengen van een teststrip gaat de achtergrondverlichting weer aan. Bij testen in het donker, houd ingedrukt voordat u de teststrip inbrengt. Dit verlicht de gehele bovenkant van de meter en levert genoeg licht om te testen in het donker. 14

Het systeem instellen 1 Basisinstellingen De taal, tijd en datum van de meter instellen Voordat u de meter voor het eerst gebruikt, moet u deze instellingen controleren. Wanneer u de meter voor de eerste keer gebruikt, verschijnt automatisch het scherm Taal instellen. 1. Een taal kiezen In het scherm Taal instellen, druk op of om de gewenste taal te markeren en druk op. Door op te drukken nadat u uw keuze hebt gemaakt, wordt elke instelling bevestigd en wordt u naar het volgende scherm geleid. Bij het instellen van uw meter kunt u op drukken om naar het vorige scherm terug te keren om een instelling aan te passen. Taal instellen Nederlands English Welkom 15

1 Het systeem instellen OPMERKING: De tijd- en datumindeling is vooraf ingesteld. U kunt deze instellingen niet veranderen. 2. De tijd instellen In het scherm Tijd instellen, druk op of om het uur Tijd instellen in te stellen en druk op. Herhaal deze stap om de minuten in te stellen. 12 : 45 Zorgvuldig instellen. 3. De datum instellen In het scherm Datum instellen, druk op of om de dag te wijzigen en druk op. Herhaal deze stappen om de maand in te stellen en daarna het jaar. Datum 23 Apr 2012 Zorgvuldig instellen. 16

Het systeem instellen 1 4. Uw instellingen bevestigen Als uw instellingen correct zijn, druk op of om Gereed te Instellingen markeren en druk op. Tijd: 12:45 Als een instelling incorrect Dat: 23 Apr 2012 is, markeer de incorrecte Taal: Nederlands instelling en druk op om terug te keren naar het Meterinst. Meterinfo instellingenscherm. Gereed Nadat u uw instellingen hebt bevestigd, verschijnt dit scherm op de meter. Om de hoge/lage trendfunctie in te stellen, markeer Nu instellen en druk op. Markeer Later en druk op om terug te keren naar het Hoofdmenu. Instellingen Meter instellen? Tijd: Meter klaar 12:45pm voor Dat: testen.hoog/laag Apr 01 2010 Taal: trendfunctie English Meterinstellingen instellen? Meterinfo Nu instellen Later Menu OPMERKING: Als u Later selecteert, kunt u deze functie altijd op een ander moment instellen door Instellingen te selecteren in het Hoofdmenu (zie pagina 24). 17

1 Het systeem instellen Meterinstellingen De meter heeft verschillende functies die informatie geven, die u helpen bij het reguleren van uw diabetes. Hoge/lage trends Laat u weten of uw bloedglucosewaarden een hoog of laag trend Meterinst. Markering: Aan ontwikkelen. Hoog/laag trend Markeren Bloedglucosewaarden kunnen worden Alarm: Aan Boven/ondergr. gemarkeerd om de tests die zijn genomen rond maaltijden aan te duiden. Gereed De hoge/lage trends instellen De meter kan u laten weten wanneer uw bloedglucoseresultaten een trend onder de Ondergrens ontwikkelen of boven de Voor maaltijd Bovengrens die u instelt in uw meter. Zie pagina s 66-73 voor meer informatie. OPMERKING: Voor maaltijd -markeringen worden gebruikt om te bepalen of een bloedglucoseresulaat een hoog trendbericht moet activeren. Markeer uw resultaten zorgvuldig (zie pagina s 55-59). 18

Het systeem instellen 1 Wees zorgvuldig als u markeringen toevoegt aan uw bloedglucoseresultaten. Incorrecte markeringen kunnen tot gevolg hebben dat de weergegeven informatie in de hoge trendberichten niet nauwkeurig en/of verkeerd geïnterpreteerd kan worden. De functie Hoge/Lage trends gebruikt de tijd- en datuminstellingen van uw meter om trends te identificeren. Controleer of de tijd en de datum juist zijn ingesteld als u deze functie gebruikt. m LET OP Praat met uw arts/diabetesverpleegkundige over de Hoge en Lage trendgrenzen die goed voor u zijn. Bij het selecteren of wijzigen van uw trendgrenzen, moet u factoren zoals uw levensstijl en diabetestherapie overwegen. Breng nooit belangrijke wijzigingen in uw diabeteszorgplan aan zonder eerst uw arts/ diabetesverpleegkundige om advies te vragen. Meterinst. Markeer Alarm in het scherm Meterinstellingen en druk op. Markering: Aan Hoog/laag trend Alarm: Aan Boven/ondergr. Gereed 19

1 Het systeem instellen Om deze functie in of uit te schakelen, druk op of om uw selectie te markeren en druk op. Alarm Aan Uit Volg trends en ontvang meldingen. Als de functie is ingeschakeld, markeer Boven/ondergrens in het scherm Meterinstellingen en druk op. OPMERKING: Om de boven- en ondergrens in te stellen, moet Alarm zijn ingeschakeld. Voor maaltijd Bovenen ondergrens zijn van toepassing op elk uur van de dag. Meterinst. Markering: Aan Hoog/laag trend Alarm: Aan Boven/ondergr. Gereed 20

Het systeem instellen 1 In het scherm Boven/ ondergrens, markeer Ondergrens en druk op. Boven/ondergr. Ondergrens: 3.9 Bovengrens: 7.2 De Ondergrens is gemarkeerd. Druk op of om een waarde voor uw ondergrens te selecteren en druk op. Ondergrens 3.9 mmol/l Tracking instellen voor meldingen lage gluc. trends 21

1 Het systeem instellen In het scherm Boven/ ondergrens, markeer Bovengrens en druk op. De Bovengrens is gemarkeerd. Druk op of om een waarde voor uw bovengrens te selecteren en druk op. Bovengrens Vóór maaltijd: 7.2 mmol/l Alleen voor gluc. res. met markering "Voor de maaltijd" OPMERKING: Markering moet ingeschakeld zijn om de Voor maaltijd Bovengrens in te stellen (zie pagina 23). De meter is standaard ingesteld met de markeringsfunctie ingeschakeld. Indien u de Bovengrens probeert in te stellen terwijl de markeringsfunctie is uitgeschakeld, wordt u verzocht deze in te schakelen voordat u uw bovengrens instelt. U keert nu terug naar het scherm Meterinstellingen. Meterinst. Markering: Aan Hoog/laag trend Alarm: Aan Boven/ondergr. 22

Het systeem instellen 1 De Markeringsfunctie in- of uitschakelen Na een test kunt u markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten. Zie pagina s 55-59 voor meer Meterinst. Markering: Aan informatie. Hoog/laag trend Alarm: Aan Markeer Markeringen in het scherm Meterinstellingen en Boven/ondergr. druk op. OPMERKING: Voor maaltijd -markeringen worden gebruikt om te bepalen of een bloedglucoseresultaat een hoog trendbericht moet activeren. Als u hoge trendberichten wilt ontvangen, controleer dan of uw markeringsfunctie is ingeschakeld en markeer uw resultaten zorgvuldig (zie pagina s 55-59). Om deze functie in of uit te schakelen, druk op of om uw selectie te markeren en druk op. U keert nu terug naar het scherm Meterinstellingen. Druk op om terug te keren naar het scherm Instellingen of houd ingedrukt om terug te keren naar het Hoofdmenu. 23 Markering Aan Uit Zet markering aan voor markeren gluc. res voor of na de maaltijd

1 Het systeem instellen Instellingen aanpassen na het voor de eerste keer instellen van de meter U kunt altijd de instellingen in uw meter aanpassen. 23 Apr 12:45 Markeer Instellingen in het scherm Hoofdmenu en druk op. Historiek Trend log Instellingen Selecteer vervolgens Tijd, Datum, Taal of Meterinstellingen en druk op. Volg hierna de instructies op pagina s 15-23 om uw instellingen te wijzigen. Instellingen Tijd: 12:45 Dat: 23 Apr 2012 Taal: Nederlands Meterinst. Meterinfo 24

Het systeem instellen 1 Het serienummer van de meter en de softwareversie controleren Het serienummer van de meter en de softwareversie zijn opgeslagen in uw meter en u kunt deze informatie op elk tijdstip controleren. Markeer Meter info in het scherm Instellingen en druk op. Instellingen Tijd: 09:00 Dat: 01 Apr 2012 Taal: Nederlands Meterinst. Meterinfo De informatie wordt weergegeven. Druk op of om terug te keren naar het scherm Instellingen. Meterinfo Serienummer: XXXXXXXX Software: 00.00 Eenheden: mmol/l 25

1 Het systeem instellen De meter uitschakelen na het instellen Er zijn twee manieren om de meter uit te schakelen: Houd ingedrukt totdat de meter wordt uitgeschakeld. Of De meter wordt vanzelf uitgeschakeld als deze gedurende twee minuten niet wordt gebruikt. 26

Een test uitvoeren 2 Uw bloedglucose testen OPMERKING: Veel mensen vinden het nuttig om de testprocedure eerst te oefenen met controlevloeistof in plaats van met bloed. Zie Testen met controlevloeistof, pagina s 47-54. Een test voorbereiden Leg dit klaar als u gaat testen: OneTouch Verio IQ Meter OneTouch Verio Teststrips Prikpen Steriele lancetten Gebruik alleen OneTouch Verio teststrips. In tegenstelling tot sommige andere bloedglucosemeters is er geen aparte stap nodig om uw OneTouch Verio IQ systeem te coderen. Zorg ervoor dat de meter en de teststrips ongeveer dezelfde temperatuur hebben voordat u begint met testen. Niet testen als er condens (water) aanwezig is op uw meter. Breng uw meter en strips naar een koele, droge plaats en wacht tot het oppervlak van de meter opgedroogd is voordat u gaat testen. Klik de dop van het buisje onmiddellijk na gebruik weer stevig vast om besmetting of beschadiging te voorkomen. 27

2 Een test uitvoeren Bewaar de ongebruikte teststrips uitsluitend in het oorspronkelijke buisje. Maak het buisje met teststrips niet open voordat u klaar bent om een teststrip te pakken en een test uit te voeren. Gebruik de teststrip onmiddellijk nadat u deze uit het buisje hebt genomen. Plaats de gebruikte teststrip niet terug in het buisje als u klaar bent met testen. Gebruik een teststrip waarop bloed of controlevloeistof is aangebracht niet opnieuw. De teststrips zijn uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik. Als uw handen schoon en droog zijn, kunt u de teststrip overal aanraken. De teststrips mogen op geen enkele wijze worden gebogen, gescheurd of gewijzigd. Noteer als u een nieuw buisje met teststrips opent, de uiterste gebruiksdatum op het etiket van het buisje. Zie de bijsluiter van de teststrips of het etiket van het buisje voor instructies met betrekking tot het bepalen van de uiterste gebruiksdatum. OPMERKING: We raden af om uw bloedglucosetestresultaten van deze meter met resultaten van een andere meter te vergelijken. Resultaten kunnen per meter verschillen en zijn geen goede indicatie of uw meter juist werkt. Om de nauwkeurigheid van uw meter te controleren, adviseren we om uw meetresultaten regelmatig te vergelijken met resultaten verkregen in een lab. Zie pagina 103 voor meer informatie. 28

Een test uitvoeren 2 m LET OP Het OneTouch Verio IQ bloedglucosesysteem mag niet worden gebruikt voor patiënten bij wie in de afgelopen 24 uur een D-xyloseabsorptietest is uitgevoerd, aangezien hierdoor onnauwkeurig hoge waarden kunnen worden gemeten. Gebruik het OneTouch Verio IQ-systeem niet wanneer bekend is of vermoed wordt dat er in het volbloedmonster van de patiënt PAM (Pralidoxime) aanwezig is. Gebruik geen teststrips uit een buisje dat beschadigd is of open heeft gestaan. Dit kan leiden tot foutmeldingen of onbetrouwbare resultaten. Neem direct contact op met de klantenservice op 0800-022 24 45 of www.lifescan.nl als het buisje teststrips beschadigd is. Als u geen test kunt uitvoeren vanwege een probleem met uw testbenodigdheden, neem dan contact op met uw arts/ diabetesverpleegkundige. Als u geen tests uitvoert, kan dit beslissingen omtrent behandeling vertragen en leiden tot een ernstige medische conditie. Deze meter voldoet aan alle normen die van toepassing zijn, maar sommige mobiele telefoons kunnen interfereren met de correcte werking van de meter tijdens het testen. Het buisje teststrips bevat een droogmiddel dat schadelijk is bij inademen of inslikken en dat irritatie van de huid of de ogen kan veroorzaken. Gebruik de teststrips niet na de vervaldatum die op het etiket van het buisje staat afgedrukt of na de uiterste gebruiksdatum (wat het eerste komt), aangezien dat kan leiden tot onnauwkeurige resultaten. 29

2 Een test uitvoeren OneTouch Delica Prikpen Uitwerpmechanisme Spanmechanisme Diepteindicatie Ontspanknop Dieptewiel Beschermdopje Prikpendop (voor het afnemen van een bloeddruppel uit de vingertop) Bolle zijde van het beschermdopje OPMERKING: De OneTouch Delica prikpen gebruikt ALLEEN OneTouch Delica lancetten. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de betreffende prikpen, als de hier afgebeelde prikpen verschilt van de prikpen die bij uw systeem is meegeleverd. 30

Een test uitvoeren 2 m LET OP Maatregelen om de kans op infectie te verkleinen Was de prikplaats met warm water en zeep en spoel deze af en droog deze, voordat u een bloeddruppel gaat afnemen. De prikpen is uitsluitend bedoeld voor een enkele gebruiker. Deel nooit het lancet of een prikpen met iemand anders. Gebruik voor elke test altijd een nieuw, steriel lancet. Houd uw meter en prikpen altijd schoon (zie pagina s 76-81). Een bloeddruppel uit de vingertop afnemen Kies voor elke test een andere prikplaats uit. Herhaald prikken op dezelfde plaats kan pijn of littekenweefsel veroorzaken. Was uw handen met warm water en zeep voordat u een test uitvoert. Spoel en droog de plaats goed af. 31

2 Een test uitvoeren 1. De prikpendop verwijderen Verwijder de dop door deze tegen de klok in te draaien en trek het recht van de pen. 2. Plaats een steriel lancet in de prikpen Lijn het lancet uit zoals hier is weergegeven, zodat het lancet in de lancethouder past. Duw het lancet in de pen tot het op zijn plaats vastklikt en goed vastzit in de houder. 32

Een test uitvoeren 2 Draai het beschermdopje een gehele draai tot het loslaat van het lancet. Bewaar het beschermdopje voor verwijdering van het lancet. Zie pagina 42-44. 3. Plaats de dop terug op de prikpen Plaats de dop terug op de pen; draai met de klok mee om de dop vast te draaien. Niet te vast draaien. 33

2 Een test uitvoeren 4. De diepte-instelling wijzigen De prikpen heeft zeven instellingen voor de prikdiepte, genummerd van 1 tot en met 7. Kleinere getallen zijn voor ondiepere prikken en grotere getallen voor diepere prikken. Bij kinderen en de meeste volwassenen volstaan ondiepere prikken. Bij mensen met een dikke huid of eeltplekken zijn diepere prikken nodig. Draai het dieptewiel om de instelling te kiezen. OPMERKING: Een ondiepere prik is mogelijk minder pijnlijk. Probeer eerst een ondiepere instelling en vergroot de diepte tot u een instelling vindt, waarbij u een druppel bloed van de juiste omvang kunt afnemen. 34

Een test uitvoeren 2 5. De prikpen spannen Schuif het spanmechanisme naar achteren tot u een klik hoort. Als er geen klik hoorbaar is, kan het zijn dat de prikpen reeds was gespannen toen het lancet werd geplaatst. 6. Een teststrip in de meter plaatsen om deze in te schakelen Teststripuiteinden Plaats een teststrip met de gouden zijde van de strip en de teststripuiteinden naar u toe gericht in de teststrippoort. Er is geen aparte stap nodig om de meter te coderen. OPMERKING: Bij het testen Teststrippoort met onvoldoende licht of in het donker, houd ingedrukt voordat u de teststrip inbrengt, om de achtergrondverlichting van het scherm en het licht van de teststrippoort aan te zetten. Dit extra licht helpt u bij het inbrengen van de teststrip en het voltooien van de test. 35

2 Een test uitvoeren Als u het scherm Bloed aanbrengen ziet, kunt u uw bloeddruppel aanbrengen op een zijde van de strip. 7. In uw vinger prikken Houd de prikpen stevig tegen de zijkant van uw vinger. Druk op de ontspanknop. Haal de prikpen van uw vinger. 36

Een test uitvoeren 2 8. Een druppel bloed afnemen Knijp voorzichtig in uw vingertop en/of masseer deze een beetje totdat zich een ronde druppel bloed op de vingertop heeft gevormd. Grootte bij benadering Gebruik de bloeddruppel niet als het bloed uit- of wegloopt. Droog de plek af en knijp voorzichtig tot er nog druppel bloed wordt gevormd of prik op een andere plaats. 37

2 Een test uitvoeren Bloed aanbrengen en resultaten aflezen 1. Een bloeddruppel op de teststrip aanbrengen U mag het bloed op elk van beide zijden van de teststrip aanbrengen. Breng het monster aan op de opening van het kanaal. Breng de bloeddruppel direct aan nadat er een druppel bloed is gevormd. Bloeddruppel hier aanbrengen... Kanaaltje Kanaaltje...of hier 38

Een test uitvoeren 2 Houd de meter onder een kleine hoek, zodanig dat het kanaaltje de bloeddruppel raakt. Kanaaltje Wanneer het de bloeddruppel raakt, vult de teststrip het kanaaltje met bloed. 39

2 Een test uitvoeren 2. Wacht tot het kanaaltje volledig is gevuld De bloeddruppel wordt in het smalle kanaaltje gezogen. Het kanaaltje moet volledig gevuld zijn. Het kanaaltje kleurt rood en de meter telt af van 5 tot 1. De bloeddruppel mag niet bovenop de teststrip of tegen de bovenrand van de teststrip worden aangebracht. Smeer de druppel niet uit en schraap deze niet af met de teststrip. Druk de teststrip niet te stevig tegen de prikplaats, want dan wordt het kanaaltje mogelijk niet volledig gevuld doordat het geblokkeerd wordt. Breng geen bloed meer aan op de teststrip nadat u de bloeddruppel hebt verwijderd. 40

Een test uitvoeren 2 Beweeg de teststrip tijdens een test niet in de meter anders ontvangt u een foutmelding of schakelt de meter mogelijk uit. Verwijder de teststrip niet voordat het resultaat wordt weergegeven anders wordt de meter uitgeschakeld. Test niet als de batterij aan het opladen is. 3. Het resultaat van de meter aflezen Uw bloedglucoseresultaat wordt op het scherm weergegeven, samen met de maateenheid en de datum en het tijdstip waarop de test is uitgevoerd. Als mmol/l niet verschijnt met het bloedglucoseresultaat, neem dan contact op met de gratis OneTouch -lijn op 0800-022 24 45. m LET OP Als het woord Controlevloeistof Voorbeeld tijdens het testen van uw bloedglucose op het scherm verschijnt, dient u de test opnieuw uit te voeren met een nieuwe teststrip. Neem, als het probleem blijft aanhouden, contact op met de gratis OneTouch -lijn op 0800-022 24 45. 41

2 Een test uitvoeren Na het bloedglucoseresultaat Zodra u uw bloedglucoseresultaat hebt, kunt u het volgende doen: Breng een markering aan bij dit resultaat, indien de Markeringsfunctie is ingeschakeld (zie pagina s 55-59). Of Houd ingedrukt om terug te keren naar het Hoofdmenu. Of Houd ingedrukt totdat de meter wordt uitgeschakeld. De meter wordt vanzelf uitgeschakeld als deze gedurende twee minuten niet wordt gebruikt. Het gebruikte lancet verwijderen OPMERKING: De prikpen heeft een uitwerpfunctie, zodat u het gebruikte lancet er niet uit hoeft te trekken. 1. De prikpendop verwijderen Verwijder de dop door deze tegen de klok in te draaien en trek de dop recht van de pen. 42

Een test uitvoeren 2 2. De uitstekende punt van het lancet afdekken Plaats het beschermdopje van het lancet op een hard oppervlak en duw de punt van het lancet in het dopje voordat u het lancet verwijderd. 3. Het lancet uitwerpen Schuif het uitwerpmechanisme naar voren totdat het lancet uit de prikpen komt. Breng het uitwerpmechanisme terug in zijn originele positie. Als het lancet niet goed uitwerpt, span de pen dan nog een keer en schuif het uitwerpmechanisme naar voren tot het lancet eruit komt. 43

2 Een test uitvoeren 4. De dop terug op de prikpen plaatsen Plaats de dop terug op de pen; draai met de klok mee om de dop vast te draaien. Niet te vast draaien. Het is belangrijk dat u iedere keer als u een bloeddruppel afneemt een nieuwe lancet gebruikt. Dit helpt bij het voorkomen van een infectie en pijnlijke vingertoppen. 44

Een test uitvoeren 2 Het gebruikte lancet en de gebruikte teststrip weggooien Wees voorzichtig bij het weggooien van het gebruikte lancet om te voorkomen dat u zich per ongeluk aan de naald prikt. Gebruikte lancetten en teststrips worden in bepaalde gebieden gezien als klein-chemisch afval. Neem voor het weggooien hiervan de aanwijzingen van uw arts/ diabetesverpleegkundige of de plaatselijke voorschriften in acht. Was uw handen grondig met zeep en water na omgang met de meter, teststrips, prikpen en de dop. Onverwachte testresultaten interpreteren Raadpleeg de volgende aandachtspunten als uw bloedglucoseresultaten hoger of lager zijn dan verwacht. m LET OP Laag bloedglucoseresultaat Als uw bloedglucoseresultaat lager is dan 3.8 mmol/l of wordt weergegeven als EXTREEM LAGE GLUCOSE, kan dit duiden op hypoglycemie (lage bloedglucose). Dit kan een onmiddellijke behandeling vereisen volgens de aanwijzingen van uw arts/diabetesverpleegkundige. Hoewel dit resultaat het gevolg kan zijn van een testfout, is het veiliger eerst te behandelen en vervolgens opnieuw te testen. 45

2 Een test uitvoeren m LET OP Dehydratatie en lage bloedglucoseresultaten Het is mogelijk dat u onjuiste lage bloedglucoseresultaten krijgt, als u ernstig bent uitgedroogd. Neem onmiddellijk contact op met een arts/diabetesverpleegkundige, als u denkt dat u aan ernstige dehydratatie lijdt. Hoog bloedglucoseresultaat Als uw testresultaat hoger is dan 10.0 mmol/l, kan dit duiden op hyperglycemie (een hoge bloedglucose) en moet u overwegen een nieuwe test uit te voeren. Raadpleeg uw arts/diabetesverpleegkundige als u zich zorgen maakt over hyperglycemie. EXTREEM HOGE GLUCOSE wordt weergegeven als uw bloedglucosewaarde hoger is dan 33.3 mmol/l. U kunt ernstige hyperglycemie hebben (zeer hoge bloedglucose). Test uw bloedglucosewaarde opnieuw. Als het resultaat opnieuw EXTREEM HOGE GLUCOSE is, duidt dit op een ernstig probleem met de controle van uw bloedglucose. Neem onmiddellijk contact op met uw arts/ diabetesverpleegkundige. Herhaaldelijk onverwachte bloedglucoseresultaten Als u voortdurend onverwachte resultaten krijgt, moet u het systeem met controlevloeistof controleren. Zie Testen met controlevloeistof, pagina s 47-54. 46

Een test uitvoeren 2 m LET OP Als u symptomen hebt die niet in overeenstemming zijn met de resultaten van de bloedglucosetest en u alle in deze handleiding beschreven aanwijzingen hebt gevolgd, dient u contact op te nemen met uw arts/diabetesverpleegkundige. Negeer nooit symptomen en breng nooit belangrijke wijzigingen in uw diabetesbehandelplan aan zonder eerst uw arts/ diabetesverpleegkundige om advies te vragen. Ongewoon gehalte rode bloedcellen Een hematocrietpercentage (percentage van het bloed dat uit rode bloedcellen bestaat) dat zeer hoog (hoger dan 60%) of zeer laag (lager dan 20%) is, kan een onjuist resultaat veroorzaken. Testen met controlevloeistof OneTouch Verio controlevloeistof wordt gebruikt om te controleren of de meter en teststrips correct samenwerken en of u de test juist uitvoert (controlevloeistof is afzonderlijk verkrijgbaar.) OPMERKING: Gebruik alleen OneTouch Verio controlevloeistof met uw OneTouch Verio IQ meter. 47

2 Een test uitvoeren Noteer de uiterste gebruiksdatum op het etiket van het flesje als u een nieuw flesje met controlevloeistof opent. Zie de bijsluiter van de controlevloeistof of het etiket van het flesje voor instructies met betrekking tot het bepalen van de uiterste gebruiksdatum. Draai de dop van het flesje met controlevloeistof onmiddellijk na gebruik stevig vast om besmetting of beschadiging te voorkomen. m LET OP Controlevloeistof niet inslikken of innemen. Breng de controlevloeistof niet aan op de huid of de ogen; dit kan irritatie veroorzaken. Gebruik de teststrips niet na de vervaldatum die op het etiket van het buisje staat afgedrukt of na de uiterste gebruiksdatum (wat het eerste komt), aangezien dat kan leiden tot onnauwkeurige resultaten. Voer in de volgende gevallen een test met controlevloeistof uit wanneer u een nieuw buisje met teststrips opent; wanneer u vermoedt dat de meter en de teststrips niet juist werken; als u herhaaldelijk onverwachte bloedglucoseresultaten krijgt; als u de meter hebt laten vallen of als deze beschadigd is. 48

Een test uitvoeren 2 Een test met controlevloeistof uitvoeren 1. Een teststrip in de Teststripuiteinden meter plaatsen om deze in te schakelen Teststrippoort Wacht tot op het scherm Bloed aanbrengen verschijnt. OPMERKING: Het scherm Bloed aanbrengen dat verschijnt tijdens een bloedglucosetest, verschijnt ook tijdens een test met controlevloeistof. 49

2 Een test uitvoeren 2. Bereid de controlevloeistof voor Verwijder de dop van het flesje en plaats deze op een plat oppervlak met de bovenkant van de dop naar boven gericht. Knijp in het flesje om het eerste druppeltje te verwijderen. Veeg de opening van het flesje met de controlevloeistof af en de bovenkant van de dop met een schone, vochtige tissue of doek. Voorbeeld OneTouch Verio controlevloeistof 50

Een test uitvoeren 2 Knijp een druppel in de kleine opening bovenop de dop of op een schoon, niet-absorberend oppervlak. 3. Breng de controlevloeistof aan Houd de meter zodanig dat de zijrand van de teststrip een kleine hoek vormt met de druppel controlevloeistof. Houd het kanaaltje op de zijde van de teststrip tegen de controlevloeistof. Wacht tot het kanaaltje volledig is gevuld. 51

2 Een test uitvoeren 4. Het resultaat aflezen De meter begint af te tellen van 5 tot 1. Het resultaat wordt op het scherm weergegeven, samen met de datum, de tijd, de maateenheid en het woord Controlevloeistof. De meter markeert het resultaat automatisch als een test met controlevloeistof. Voorbeeld m LET OP Als het woord Controlevloeistof niet verschijnt op het scherm, wordt dit resultaat meegerekend in uw gemiddelden en veranderen deze ook. Herhaal de test met een nieuwe teststrip. Neem, als het probleem blijft aanhouden, contact op met de klantenservice op 0800-022 24 45. 52

Een test uitvoeren 2 5. Controleren of het resultaat in het juiste bereik valt Vergelijk het op de meter weergegeven resultaat met het bereik dat op het OneTouch Verio flesje met controlevloeistof staat gedrukt. Als het resultaat van een test met controlevloeistof buiten het verwachte bereik ligt, dient de test met controlevloeistof eerst met een nieuwe teststrip te worden herhaald. OneTouch Verio controlevloeistof 5.7-7.7 mmol/l Voorbeeld bereik Resultaten die buiten het bereik vallen, kunnen de volgende oorzaken hebben: De instructies op pagina s 49-53 zijn niet gevolgd. De controlevloeistof is verontreinigd of de vervaldatum of uiterste gebruiksdatum is verlopen. De teststrip of het buisje met teststrips is beschadigd of de vervaldatum of uiterste gebruiksdatum is verlopen. Meter, teststrips en/of controlevloeistof waren niet op dezelfde temperatuur toen de test met de controlevloeistof werd uitgevoerd. 53

2 Een test uitvoeren Er is een probleem met de meter. Vuil in of besmetting van de kleine opening bovenop de dop van de controlevloeistof (zie stap 2). 6. Reiniging Reinig de bovenzijde van de dop van de controlevloeistof met een schone, vochtige tissue of doek. Resultaten van de tests met controlevloeistof kunnen worden bekeken bij de eerdere resultaten, maar worden niet opgenomen in de resultaatgemiddelden. m LET OP Als de resultaten van tests met de controlevloeistof buiten het bereik blijven vallen dat op het flesje met controlevloeistof wordt vermeld, mag u de meter, de teststrips en de controlevloeistof niet meer gebruiken. Neem gratis contact op met de OneTouch -lijn op 0800-022 24 45. Het controlevloeistofbereik, dat gedrukt is op het flesje met controlevloeistof, is alleen voor testen met controlevloeistof en is geen aanbevolen bereik voor uw bloedglucoseniveau. 54

Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten 3 Met uw OneTouch Verio IQ meter kunt u een Vóór maaltijd -markering of een Na maaltijd -markering toevoegen aan uw huidige bloedglucoseresultaat. Een Vóór maaltijd -bloedglucosetest wordt vlak voor aanvang van een maaltijd uitgevoerd. Een Na maaltijd -bloedglucosetest wordt gewoonlijk één tot twee uur na aanvang van een maaltijd uitgevoerd. U kunt een maaltijdmarkering ook wijzigen of toevoegen aan uw meest recente resultaat (Laatste resultaat) als u deze bekijkt in het geheugen van de meter. Overleg met uw arts/diabetesverpleegkundige hoe u met maaltijdmarkeringen uw diabetes beter kunt reguleren. OPMERKING: Vóór maaltijd -markeringen worden gebruikt om te bepalen of een bloedglucoseresultaat een hoog trendbericht moet activeren (pagina s 66-73). Wees zorgvuldig als u markeringen toevoegt aan uw bloedglucoseresultaten. Incorrecte markeringen kunnen de oorzaak zijn dat de weergegeven informatie in gemiddelde en hoge trendberichten niet nauwkeurig en/ of verkeerd geïnterpreteerd kan worden. 55

3 Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten Een markering toevoegen of wijzigen Om markeringen toe te voegen, moet de Markeringsfunctie ingeschakeld zijn (zie pagina 23). Een markering toevoegen Na de test verschijnt uw bloedglucoseresultaat, en 01 Apr 11:45 Vóór maaltijd en Na maaltijd verschijnen op het scherm van de meter. 5 8mmol/L Vóór maaltijd Na maaltijd Vóór maal Na maaltijd Menu 56

Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten 3 1. Druk op of om Vóór maaltijd of Na maaltijd te markeren en druk op Als u dit bloedglucoseresultaat niet wilt markeren, druk op om terug te keren naar het resultaatscherm of houd ingedrukt om naar het Hoofdmenu te gaan. OPMERKING: Als u een bloedglucoseresultaat heeft gemarkeerd kunt u deze wel wijzigen, maar de markering kan niet worden verwijderd van het resultaat, zie pagina s 58-59. Uw markering verschijnt hier 01 Apr 11:45 5 8mmol/L Vóór maal Na maaltijd Menu 01 Apr 11:45 5 8mmol/L Vóór maal Menu Voorbeeld Vóór maaltijd 57

3 Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten Een markering aan uw laatste resultaat toevoegen of wijzigen Selecteer Historiek in het Hoofdmenu en druk op (Zie Eerdere resultaten bekijken, pagina s 60-61). 01 Apr 11:45 3 Historiek Trend log Instellingen Markeer vervolgens Laatste resultaat en druk op. Historiek Laatste result: 5.8 mmol/l Result.overz Gemiddelden 58

Markeringen toevoegen aan uw bloedglucoseresultaten 3 Om een markering toe te voegen, markeer Vóór maaltijd of Na maaltijd en druk op. Laatste result. 01 Apr 01:45 5 8mmol/L Na maaltijd Vóór maal Na maaltijd Menu Om een markering te wijzigen of de bestaande markering te markeren, druk op en volg stap 1 op pagina 57 om de markering te wijzigen. OPMERKING: U kunt alleen een markering toevoegen of wijzigen aan uw meest recente (laatste) bloedglucoseresultaat. Laatste result. 01 Apr 01:45 5 8mmol/L Na maaltijd Menu Voorbeeld Na maaltijd 59

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Uw meter slaat uw meest recente 750 resultaten van uw bloedglucosetests en tests met controlevloeistof op en geeft de bloedglucoseresultaten op verschillende manieren weer. Als de meter is uitgeschakeld, houd ingedrukt tot het opstartscherm verschijnt. Als het opstartscherm verschijnt, laat dan los. (Zie Uw meter inschakelen, pagina 13.) 01 Apr 09:00 3 Historiek Trend log Instellingen Als u zojuist een test hebt uitgevoerd, houd ingedrukt om naar het Hoofdmenu te gaan vanuit het scherm met bloedglucoseresultaten. In het Hoofdmenu kiest u: Historiek voor het bekijken van: - Laatste resultaat - Resultatenoverzicht - Gemiddelden Trend log om lage of hoge trendberichten te bekijken Druk op of om uw selectie te markeren en druk op. 60

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Historiek In het menu Historiek, kiest u: - Laatste resultaat - Resultatenoverzicht - Gemiddelden Historiek Laatste result: 5.8 mmol/l Result.overz Gemiddelden 4 Laatste resultaat De meter geeft het meest recente resultaat weer. Als u een markering aan uw Laatste resultaat wilt toevoegen of verwijderen, zie pagina s 58-59. Om terug te keren naar het vorige scherm, druk op. Houd ingedrukt om terug te keren naar het Hoofdmenu. Datum Laatste result. 01 Apr 11:45 5 8mmol/L Vóór maal Menu Tijdstip Markering Maateenheid 61

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Resultatenoverzicht De meter geeft maximaal zes resultaten per keer weer, beginnend bij het meest recente. Druk op om achteruit te bladeren en op om vooruit door uw resultaten te bladeren. Als u of ingedrukt houdt kunt u sneller bladeren. Result.overz mmol/l di, 01 Apr 09:03 6.7 07:00 6.1 ma, 31 Mrt 20:29 8.3 15:12 5.9 De volgende symbolen kunnen eveneens worden weergegeven: HI bij een bloedglucoseresultaat boven 33.3 mmol/l LO bij een bloedglucoseresultaat onder 1.1 mmol/l C als het een resultaat van een test met controlevloeistof is (zie pagina s 47-54) als het bloedglucoseresultaat is gemarkeerd Voor maaltijd als het bloedglucoseresultaat is gemarkeerd Na maaltijd 62

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Als u meer gegevens wilt bekijken over een afzonderlijk resultaat, druk op of om het resultaat te markeren en druk op. Om terug te keren naar het vorige scherm, druk op. Druk op om terug te keren naar het Hoofdmenu. Detail resultaat 01 Apr 09:03 6 7mmol/L Na maaltijd Menu 63

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Gemiddelden Voor elke 7-, 14-, 30- en 90-daagse periode die voorafgaat aan de huidige datum, wordt het aantal resultaten en het gemiddelde van die resultaten weergegeven. Gemiddelden mmol/l 7 dagen 24 Result. 5.8 14 dagen 52 Result. 6.7 30 dagen 136 Result. 6.9 90 dagen 396 Result. 6.2 Om meer informatie over uw 7-, 14-, 30- en 90-daagse gemiddelden te bekijken, markeer het Gemiddelde en druk op. In het scherm dag gemidd, druk op om terug te keren naar het scherm Gemiddelden. Druk op om terug te keren naar het Hoofdmenu. 7 dag gemidd De afgelopen 7 dagen, heeft u 4 lage en 5 hoge resultaten gemarkeerd voor de maaltijd Menu 64

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Indien er geen resultaten zijn voor de afgelopen 7-, 14-, 30 en 90-daagse perioden, verschijnt er naast Resultaten een nul, en verschijnen er streepjes in de mmol/l kolom. In de resultaatgemiddelden wordt een EXTREEM HOGE GLUCOSE altijd geteld als 33.3 mmol/l, en een EXTREEM LAGE GLUCOSE wordt altijd geteld als 1.1 mmol/l. (Zie pagina s 45-46 voor meer informatie over hoge en lage bloedglucoseresultaten.) OPMERKING: De meter berekent gemiddelden op basis van de 7-, 14-, 30- en 90-daagse perioden die eindigen op de huidige datum. Als u de datuminstelling wijzigt, veranderen de gemiddelden mogelijk ook. Resultaatgemiddelden geven informatie over eerdere resultaten. Gebruik de resultaatgemiddelden niet voor directe behandelingsbesluiten. Breng nooit belangrijke wijzigingen in uw diabeteszorgplan aan zonder eerst uw arts/diabetesverpleegkundige om advies te vragen. m LET OP Laat andere mensen nooit uw meter gebruiken, omdat dit uw gemiddelden kan beïnvloeden. 65

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Trend log (hoge/lage trendberichten) Hoge en lage trendberichten verschijnen als de meter een trend met glucoseresultaten identificeert, die buiten de boven- en ondergrens vallen die u heeft ingesteld (zie pagina s 18-22). Trendberichten geven informatie over eerdere resultaten en kunnen u helpen bij het identificeren van een noodzaak om therapie of aanpassingen aan uw levensstijl te overwegen. Breng nooit belangrijke wijzigingen in uw diabeteszorgplan aan zonder eerst uw arts/diabetesverpleegkundige om advies te vragen. Iedere keer dat u uw bloedglucose test, zoekt uw OneTouch Verio IQ meter naar nieuwe trends die zich in de laatste 5 dagen hebben ontwikkeld. Trends worden geïdentificeerd op basis van het tijdstip dat de test was uitgevoerd. Een groep resultaten wordt gezien als trend als het tijdstip voor elk resultaat binnen 3 uur van elkaar ligt. Een hoge trend bevat alleen resultaten die gemarkeerd zijn als Voor maaltijd. Er verschijnt een hoog trendbericht als uw meter 3 resultaten registreert die boven de bovengrens uitkomen, die in uw meter is ingesteld. Er verschijnt een laag trendbericht als uw meter 2 resultaten registreert die onder de ondergrens uitkomen, die in uw meter is ingesteld. Er is geen markering nodig om een lage trend te activeren. 66

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Om hoge of lage trendberichten te ontvangen bij uw bloedglucoseresultaten, moeten de functies Hoge/Lage trend en Markering ingeschakeld zijn (zie pagina s 18-23). Als een resultaat is gebruikt in een trend wordt het niet nogmaals gebruikt in een toekomstige trend. OPMERKING: Om ervoor te zorgen dat de hoge/lage trendberichten op het juiste moment verschijnen: Controleer of de tijd en de datum juist zijn ingesteld en werk dit bij als u van tijdzone verandert. Test uw bloedglucose alleen met deze meter. Het gebruik van verschillende meters kan problemen met uw trends veroorzaken. Markeer zorgvuldig uw bloedglucoseresultaten. Test als u zich hoog of laag voelt. m LET OP Gebruik nooit berichten om directe en/of belangrijke wijzigingen in uw diabeteszorgplan aan te brengen, zonder eerst uw arts/diabetesverpleegkundige om advies te vragen. Wacht niet op trendberichten om lage of hoge resultaten te behandelen. Gebruik altijd uw huidige resultaat om direct te beslissen over uw behandeling. 67

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken m LET OP Hoge en lage trendberichten zijn gebaseerd op de waarden die u heeft ingesteld in uw meter (zie pagina s 18-22). Deze berichten verschillen van de EXTREEM LAGE GLUCOSE en EXTREEM HOGE GLUCOSE meldingen die verschijnen als uw bloedglucoseniveau onder 1.1 mmol/l of boven 33.3 mmol/l. Laat andere mensen nooit uw meter gebruiken, omdat dit uw trends kan beïnvloeden. Na een bloedglucosetest verschijnen Lage trend of Hoge trend en het berichtpictogram ( ) bij uw testresultaten als er een trend is gedetecteerd. Er verschijnen trendberichten door onnauwkeurige resultaten. Om het hoge of lage trendbericht na een test te 01 Apr 13:45 bekijken, markeer Bekijken en 3 6 druk op. Als u geen trendbericht wilt mmol/l bekijken, markeer Later en druk Lage trend op om terug te keren naar Zie het resultaatscherm. Later 68 Voorbeeld Batterij bijna leeg

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 OPMERKING: Als u Later selecteert, blijft het knipperende berichtpictogram ( ) na elke test 48 uur staan of tot u uw bericht bekijkt. 01 Apr 11:45 5 8mmol/L Vóór maal Na maaltijd Menu Laag trendbericht In dit voorbeeld geeft het Lage trendbericht aan dat u tenminste één bloedglucoseresultaat had, op 2 van de 5 achtereenvolgende dagen dat lager was dan de ingestelde Ondergrens in uw meter. Lage trend 01 Apr 13:45 Het lijkt erop dat uw glucose rond deze tijd LAAG is. Details ophalen 69

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Om details te bekijken over afzonderlijke bloedglucoseresultaten uit het Lage trendbericht, markeer Details ophalen en druk op. Om terug te keren naar het vorige scherm, druk op. Houd ingedrukt om terug te keren naar het Hoofdmenu. Hoge trendbericht In dit voorbeeld geeft het Hoge trendbericht aan dat u tenminste één bloedglucoseresultaat had, op 3 van de 5 achtereenvolgende dagen dat hoger was dan de ingestelde Voor maaltijd Bovengrens in uw meter. Lage details mmol/l 01 Apr 13:45 3.6 30 Mrt 11:45 3.3 Menu Voorbeeld Hoge trend 01 Apr 13:45 Let op. Uw glucose voor de maaltijd was rond deze tijd HOOG Details ophalen OPMERKING: Hoge trendberichten bevatten alle bloedglucoseresultaten die boven de Voor maaltijd Bovengrens zijn en zijn gemarkeerd als Voor maaltijd - resultaten. Markeer uw resultaten zorgvuldig. 70

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Om details te bekijken over afzonderlijke bloedglucoseresultaten uit het Hoge trendbericht, markeer Details ophalen en druk op. Om terug te keren naar het vorige scherm, druk op. Houd ingedrukt om terug te keren naar het Hoofdmenu. Hoge details mmol/l 01 Apr 13:45 10.2 31 Mrt 12:15 9.0 29 Mrt 14:03 10.6 Menu Voorbeeld Als Hoge of Lage trendberichten niet zijn bekeken, verschijnt Trend log in het Hoofdmenu samen met het aantal ongelezen berichten. Dit herinnert u dat u uw berichten moet bekijken. Om de berichten te bekijken, markeer Trend log en druk op. 01 Apr 09:00 2 Historiek Trend log Instellingen 71

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken In het scherm Trend log, markeer het/de bericht(en) die u wilt bekijken en druk op. Nadat het bericht is bekeken, wordt het berichtpictogram ( ) verwijderd. Als u uw berichten bekijkt, wordt het aantal berichten links van het Trend log in het Hoofdmenu verminderd met het aantal berichten dat u hebt gelezen. Om details te bekijken over afzonderlijke resultaten uit het Hoge of Lage trendbericht, markeer Details ophalen en druk op. Trend log 2 ongelezen bericht. 01 Apr 13:45 Laag 29 Mrt 13:00 Hoog 21 Mrt 08:20 Laag 19 Feb 18:18 Hoog Lage trend 01 Apr 13:45 Het lijkt erop dat uw glucose rond deze tijd LAAG is. Details ophalen Voorbeeld 72

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Om terug te keren naar het vorige scherm, druk op. Druk op om terug te keren naar het Hoofdmenu. Lage details mmol/l 01 Apr 13:45 3.6 30 Mrt 11:45 3.3 Menu Voorbeeld 73

4 Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken Resultaten downloaden naar een computer Raadpleeg het fabrikantenlabel van uw computer voor bevestiging. Volg voor het overzetten van gegevens van de meter de instructies op die zijn meegeleverd bij de OneTouch diabetesbeheer software om de resultaten van de meter te downloaden. OPMERKING: De Mini USB-kabel waarmee u gegevens kunt downloaden naar een computer wordt meegeleverd. Met deze kabel kunt u ook de batterij van de meter opladen. Zie pagina s 82-89 voor meer informatie. 74

Eerdere resultaten, gemiddelden en hoge/lage trendberichten bekijken 4 Nadat u de opdracht voor het downloaden van de computer naar de meter hebt verzonden, verschijnt PC aangesloten op de meter om aan te geven dat de meter in de communicatiemodus staat. OPMERKING: Als de meter is aangesloten op een computer, wordt de batterij van de meter opgeladen. Zie pagina s 82-89 voor meer informatie. Plaats geen teststrip in de meter als deze is aangesloten op een computer. Pc aangesloten Batterij laadt 75

5 Onderhoud Systeem bewaren Berg de meter, de teststrips, de controlevloeistof en de andere onderdelen op in het etui. Bewaar op een droge, koele plaats tussen 5 C en 30 C. Niet in de koelkast bewaren. Bescherm alle onderdelen tegen direct zonlicht en hitte. Reinigen en desinfecteren Reinigen en desinfecteren zijn twee verschillende dingen en moeten beide worden uitgevoerd. Reinigen is onderdeel van het normale proces en voor desinfectie moet onderhoud worden gepleegd. Reiniging doodt geen bacteriën. Desinfectie is de enige manier om uw blootstelling aan ziektes te verminderen. Zie voor reinigingsinformatie pagina s 77-78 en voor desinfectieinformatie pagina s 79-80. 76

Onderhoud 5 De meter, prikpen en de doorzichtige dop reinigen De meter en de prikpen moeten worden gereinigd als ze zichtbaar vuil zijn. Gebruik voor reiniging normaal afwasmiddel en een zachte doek. Maak een milde oplossing van schoonmaakmiddel door 2,5 ml normaal afwasmiddel in 250 ml water op te lossen. Gebruik geen alcohol of ander oplosmiddel. Laat geen vloeistof, vuil, stof, bloed of controlevloeistof in de teststrippoort of gegevens/ batterijlaadpoort komen. (Zie afbeelding van de meter op pagina 12). Spuit geen reinigingsvloeistof op de meter en dompel de meter niet onder in vloeistof. 77

5 Onderhoud Houd de meter vast met de teststrippoort naar beneden gericht. Gebruik een zachte, vochtige doek en mild schoonmaakmiddel om de buitenzijde van de meter en prikpen schoon te maken. Wring de doek uit voordat u de meter schoonmaakt. Maak de binnenzijde en buitenzijde van de doorzichige dop schoon. Droogwrijven met een schone, zachte doek. 78

Onderhoud 5 De meter, prikpen en de doorzichtige dop desinfecteren De meter, prikpen en doorzichtige dop moeten regelmatig worden gedesinfecteerd. Reinig de meter, prikpen en doorzichtige dop voor desinfectering. Gebruik voor desinfectie in de winkel verkrijgbaar bleekmiddel (6% natriumhypochloriet)*. Maak een oplossing van 1 deel bleekmiddel en 9 delen water. Houd de meter vast met de teststrippoort naar beneden gericht. Gebruik een zachte doek die is bevochtigd met de oplossing om de buitenzijde van de meter en prikpen schoon te maken zodat het oppervlak vochtig is. Wring de doek uit voordat u de meter schoonmaakt. 79

5 Onderhoud Dek het oppervlak dat u desinfecteert na het inwrijven gedurende 1 minuut af met de zachte doek die is bevochtigd met de oplossing. Wrijf de meter schoon met een schone, zachte, vochtige doek en laat hem drogen. Was uw handen grondig met water en zeep nadat u de meter, prikpen en doorzichtige dop hebt behandeld. Als u slijtage ziet, neem dan contact op met de gratis OneTouch -lijn op 0800-022 24 45. * Volg de instructies van de fabrikant over het werken met en opslaan van bleekmiddel. 80