Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Vergelijkbare documenten
2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen

Erfgoedverordening gemeente Houten

De raad van de gemeente Grave

Erfgoedverordening Roosendaal 2017

Gemeente Bergen op Zoom - ERFGOEDVERORDENING BERGEN OP ZOOM

Erfgoedverordening Haaksbergen (6.2b)

1. In te trekken de Erfgoedverordening 2013 gemeente Bronckhorst. 2. Vast te stellen de Erfgoedverordening 2018 gemeente Bronckhorst.

1*z % Erfgoedverordening 2017

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 november 2017,

Gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders, nummer Rsl van 6 september 2016

Erfgoedverordening gemeente Neder-Betuwe gelezen het advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit van 31 augustus 2017;

Erfgoedverordening Boxtel 2010

Erfgoedverordening Nissewaard 2016

Hoofdstuk 1. Algemeen

MONUMENTENVERORDENING 2006

GEMEENTEBLAD. Nr Erfgoedverordening Krimpenerwaard 2017

GEMEENTEBLAD. Nr Erfgoedverordening De Ronde Venen 2017

Gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2006, nr.

ERFGOEDVERORDENING GEMEENTE BUNNIK 2017

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 januari 2004, nr ;

Besluit: Erfgoedverordening Roerdalen 2018

Nr.: 9.4 Onderwerp: Erfgoedverordening gemeente Lopik gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Artikel 2. Het gebruik van het monument Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.

ERFGOEDVERORDENING TEYLINGEN 2017

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en op de artikelen 12, 14, 15, en 38 van de Monumentenwet 1988,

ERFGOEDVERORDENING GEMEENTE TWENTERAND 2016

Model Erfgoedverordening 2016

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Begripsbepalingen

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Maasgouw houdende regels omtrent erfgoed Erfgoedverordening maasgouw 2018

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 augustus 2016;

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Echt-Susteren houdende regels omtrent erfgoed Erfgoedverordening Echt-Susteren 2018

MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004

Erfgoedverordening gemeente Den Helder 2017

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 23 november 2010, Nr. SO/2010/482366;

Erfgoedverordening Amsterdam

Erfgoedverordening Harderwijk 2017

gezien het advies van de Monumentencommissie Teylingen van 6 november 2017; besluit vast te stellen:

zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische

ERFGOEDVERORDENING WASSENAAR De raad van de gemeente Wassenaar; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.

Erfgoedverordening Harderwijk 2017

besluit vast te stellen de volgende verordening: Erfgoedverordening gemeente Groningen 2017.

Erfgoedverordening gemeente Houten

VERORDENING. De raad van de gemeente Terneuzen; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.

- karakteristiek object: een object waaraan in het geldende bestemmingsplan de dubbelbestemming

p. bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

Erfgoedverordening 2018

Erfgoedverordening Boxtel 2017

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen 4

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 29 september 2016;

Toelichting ALGEMEEN DEEL Inleiding Reikwijdte Wettelijke grondslag

1 J gemeente «tffl" Heemskerk. Erfgoedverordening Heemskerk 2012

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

DE RAAD VAN DE GEMEENTE VOORST;

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 19 april 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 juli 2016;

Raadsvoorstel 21. Gemeenteraad. Vergadering 1 maart Onderwerp : Erfgoedverordening Helmond 2011

H E E R H U G O W >\ /\ R D

Erfgoedverordening Texel 2018

Gemeente Tilburg Monumentenverordening gemeente Tilburg Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling

Erfgoedverordening Tynaarlo 2010

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 augustus 2010;

Erfgoedverordening Heemskerk 2009

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Leiden houdende regels omtrent erfgoed Erfgoedverordening Leiden 2017

Toelichting Erfgoedverordening gemeente Houten

o Vertrouwelijk Van der Schaaf

Besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 6 november 2017 tot vaststelling van de Erfgoedverordening Noord-Holland 2017

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 augustus 2010;

Gemeenteraad 13 januari 2009 Gemeenteblad

Erfgoedbeleid Ridderkerk. Archeologieverordening Ridderkerk 2013

Toelichting. Pagina 1 van 6

gezien artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Hoofdstuk II Beschermde monumenten. Monumentenlijst en plaatsing. Provinciale Staten van Noord-Holland;

De Provinciale Monumentenverordening Noord-Holland 2010 wordt als volgt aangepast:

gelezen het voorstel van het college van 27 oktober 2015, No. B ;

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 23 september 2008 ;

Erfgoedverordening gemeente Dongen 2016

Een archeologische exploratie van wet en regelgeving

Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34; AB 2000 no. 25; AB 2009 nos. 75 en 84 ====================================================================

Erfgoedverordening Waalwijk 2016

Onderhoud en vergunningplicht

I. SAMENHANG ERFGOEDWET, OVERGANGSRECHT, OMGEVINGSWET

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen. Verordening Werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Bunnik

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 11 Datum :

LANDSBESLUIT monumentenregister

gelezen het voorstel van het college van 20 april 2010, No. B

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 mei 2012;

Erfgoedverordening 2009 Gemeente Roosendaal

Monumentenverordening Enschede 2010

Gemeenteblad van Utrecht 2010, nr... CONCEPT

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

gelet op het advies van de raadscommissie Grondgebiedszaken; ERFGOEDVERORDENING GEMEENTE EIJSDEN-MARGRATEN 2013

Reclameverordening gemeente Utrecht 2017

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2001 Nr. 25

HOOFDSTUK 1. ALGEMEEN

gemeente Katwijk: Koningin Julianalaan 3, 2224 EW Katwijk, Postbus 589, 2220 AN Katwijk, website:

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda

Transcriptie:

Bekendmaking vaststelling beleid De raad van Heemskerk maakt bekend de Erfgoedverordening Heemskerk 2016 te hebben vastgesteld. De nieuwe verordening treedt in werking op 15 juli 2016, onder gelijke intrekking van de Erfgoedverordening Heemskerk 2012. Deze regelgeving is vanaf de inwerkingtredingsdatum ook in te zien via www.heemskerk.nl/verordeningen. Nadere inlichtingen: bureau Strategie en beleid, telefoonnummer 14 0251 of via deze website. Geconsolideerde tekst van de regeling: Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt, tenzij anders is bepaald, verstaan onder: - archeologisch monument: terrein dat deel uitmaakt van cultureel erfgoed vanwege de daar aanwezige overblijfselen, voorwerpen of andere sporen van menselijke aanwezigheid in het verleden, met inbegrip van die overblijfselen, voorwerpen en sporen; - archeologische vondst: overblijfsel, voorwerp of ander spoor van menselijke aanwezigheid in het verleden afkomstig van een archeologisch monument; - beschermd cultuurgoed: cultuurgoed dat: a. als zodanig is aangewezen op grond van artikel 3.7, eerste lid, van de Erfgoedwet; b. voorkomt in een opsomming als bedoeld in artikel 3.7, derde lid, van de Erfgoedwet; of c. in geval van de aanwijzing van een beschermde verzameling op grond van artikel 3.8, eerste lid, van de Erfgoedwet zolang nog geen opsomming voor die verzameling is vastgesteld, redelijkerwijs onder de algemene omschrijving van die beschermde verzameling valt; - beschermde verzameling: verzameling die is aangewezen op grond van artikel 3.7, tweede lid, van de Erfgoedwet; - cultureel erfgoed: uit het verleden geërfde materiële en immateriële bronnen, in de loop van de tijd tot stand gebracht door de mens of ontstaan uit de wisselwerking tussen mens en omgeving, die mensen, onafhankelijk van het bezit ervan, identificeren als een weerspiegeling en uitdrukking van zich voortdurend ontwikkelende waarden, overtuigingen, kennis en tradities, en die aan hen en toekomstige generaties een referentiekader bieden; - cultuurgoed: roerende zaak die deel uitmaakt van cultureel erfgoed; - gemeentelijk monument: monument of archeologisch monument dat is ingeschreven in het gemeentelijk erfgoedregister; - kerkelijk monument: monument dat eigendom is van een kerkgenootschap, een zelfstandig onderdeel daarvan, een lichaam waarin kerkgenootschappen zijn verenigd, of van een ander genootschap op geestelijke grondslag en dat uitsluitend of voor een overwegend deel wordt gebruikt voor het gezamenlijk belijden van de godsdienst of levensovertuiging; - minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap; - monument: onroerende zaak die deel uitmaakt van cultureel erfgoed; - normaal onderhoud: noodzakelijke reguliere werkzaamheden die gericht zijn op het behoud van monumentale waarde; - omgevingsvergunning: omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, 1

van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; - provinciaal monument: monument of archeologisch monument dat is ingeschreven in het provinciaal erfgoedregister; - rijksmonument: monument of archeologisch monument dat is ingeschreven in het rijksmonumentenregister; - rijksmonumentenregister: register als bedoeld in artikel 3.3 van de Erfgoedwet; - verzameling: cultuurgoederen die uit cultuurhistorisch of wetenschappelijk oogpunt bij elkaar horen. Artikel 2 Gemeentelijk erfgoedregister 1. Burgemeester en wethouders houden een door eenieder te raadplegen gemeentelijk register bij van krachtens deze verordening onherroepelijk aangewezen cultureel erfgoed (gemeentelijk erfgoedregister). 2. Het gemeentelijk erfgoedregister bevat gegevens over de inschrijving en ter identificatie van het aangewezen gemeentelijk cultureel erfgoed. Hoofdstuk 2 Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen Artikel 3 Aanwijzing als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling 1. Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve besluiten een cultuurgoed dat van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis of uitzonderlijke schoonheid is en dat als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en dat in eigendom is van de gemeente of dat aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als beschermd gemeentelijk cultuurgoed. 2. Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve besluiten een verzameling van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis, die als geheel of door een of meer van de cultuurgoederen die een wezenlijk onderdeel van de verzameling zijn, als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en die in eigendom van de gemeente is of die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als beschermde gemeentelijke verzameling. 3. Voor de aanwijzing van een cultuurgoed dat of een verzameling die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd is toestemming van de eigenaar vereist. 4. Over het voornemen van een aanwijzing, bedoeld in het eerste of tweede lid, alsmede over de vervreemding van een beschermd gemeentelijk cultuurgoed of een beschermde gemeentelijke verzameling of over het afstand doen van de zorg daarvoor vragen burgemeester en wethouders advies aan een commissie als bedoeld in artikel 4.18 van de Erfgoedwet. 5. Dit artikel is niet van toepassing op: a. beschermde cultuurgoederen en beschermde verzamelingen als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, en b. cultureel erfgoed dat is aangewezen op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet. Artikel 4 Wijziging, intrekking en vervallen van de aanwijzing als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling 1. Burgemeester en wethouders kunnen een besluit tot aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste of tweede lid, ambtshalve wijzigen of intrekken. Artikel 3, vierde lid, is hierop van overeenkomstige toepassing, tenzij 2

het een aanpassing van ondergeschikte betekenis betreft of het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft als zodanig is tenietgegaan. 2. Een aanwijzing vervalt met ingang van de dag waarop het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft wordt aangewezen als: a. beschermd cultuurgoed of beschermde verzameling als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, of b. beschermd cultureel erfgoed op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet. 3. Zodra de wijziging, intrekking of het vervallen van een aanwijzing onherroepelijk is geworden wordt dat onverwijld bijgehouden in het gemeentelijk erfgoedregister. 3

Hoofdstuk 3 Aanwijzing gemeentelijk monument Artikel 5 Aanwijzing als gemeentelijk monument 1. Burgemeester en wethouders kunnen, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, besluiten een monument of archeologisch monument dat van bijzonder belang is voor de gemeente vanwege zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde aan te wijzen als gemeentelijk monument. 2. Dit artikel is niet van toepassing op: a. rijksmonumenten, en b. provinciale monumenten. Artikel 6 Voornemen tot aanwijzing 1. Een voornemen om toepassing te geven aan artikel 5 wordt door burgemeester en wethouders schriftelijk bekendgemaakt aan alle zakelijk gerechtigden op de onroerende zaak die vermeld staan in de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Kadasterwet. 2. Voordat een kerkelijk monument wordt aangewezen, voeren burgemeester en wethouders overleg over het voornemen met de eigenaar. Artikel 7 Voorbescherming 1. De bescherming van hoofdstuk 4 is van overeenkomstige toepassing op het monument of archeologisch monument ten aanzien waarvan een voornemen als bedoeld in artikel 6 is bekendgemaakt. 2. De voorbescherming, bedoeld in het eerste lid, vervalt op het moment van inschrijving van de aanwijzing in het gemeentelijk erfgoedregister of op het moment waarop het aanwijzingsbesluit wordt herroepen of door de bestuursrechter wordt vernietigd. Artikel 8 Advies gemeentelijke adviescommissie 1. Burgemeester en wethouders vragen over het voornemen om toepassing te geven aan artikel 5 advies aan een gemeentelijke adviescommissie waarbinnen enkele leden deskundig zijn op het gebied van de monumentenzorg. Van de adviescommissie maken geen deel uit leden van het gemeentebestuur. 2. De gemeentelijke adviescommissie betrekt in ieder geval de leden die deskundig zijn op het gebied van de monumentenzorg bij het advies. 3. De gemeentelijke adviescommissie brengt binnen acht weken na ontvangst van de adviesaanvraag schriftelijk en deugdelijk gemotiveerd advies uit. Artikel 9 Beslistermijn en inhoud aanwijzingsbesluit 1. Op een aanvraag om aanwijzing dient te worden besloten binnen 26 weken na het voornemen tot aanwijzing. 2. De aanwijzing bevat in ieder geval de plaatselijke aanduiding van het gemeentelijke monument, de datum van aanwijzing, de kadastrale aanduiding en een beschrijving van het gemeentelijke monument. Artikel 10 Bekendmaking aanwijzingsbesluit aan rechthebbenden en inschrijving 1. De aanwijzing wordt schriftelijk bekendgemaakt aan alle zakelijk gerechtigden op de onroerende zaak die vermeld staan in de openbare registers, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Kadasterwet. 2. Zodra een aanwijzing onherroepelijk is geworden wordt deze onverwijld opgenomen in het gemeentelijk erfgoedregister. 4

Artikel 11 Aanwijzing als voorlopig gemeentelijk monument 1. In een spoedeisend geval kunnen burgemeester en wethouders een monument of archeologisch monument aanwijzen als voorlopig gemeentelijk monument. In afwijking van artikel 8 wordt in dat geval aan de gemeentelijke adviescommissie advies gevraagd over de vastgestelde aanwijzing als voorlopig gemeentelijk monument. 2. Een aanwijzing als voorlopig gemeentelijk monument vervalt na 26 weken of zoveel eerder als burgemeester en wethouders een besluit hebben genomen over de aanwijzing, bedoeld in artikel 5. 3. Hoofdstuk 4 is van overeenkomstige toepassing vanaf het moment dat belanghebbenden schriftelijk in kennis worden gesteld van het besluit van burgemeester en wethouders tot aanwijzing van het monument of archeologisch monument als voorlopig gemeentelijk monument. Artikel 10 is van overeenkomstige toepassing op deze aanwijzing. Artikel 12 Wijziging gemeentelijk erfgoedregister, vervallen aanwijzing monument 1. Burgemeester en wethouders kunnen ten aanzien van gemeentelijke monumenten en voorlopige gemeentelijke monumenten ambtshalve wijzigingen aanbrengen in het gemeentelijk erfgoedregister. 2. Als de wijziging ziet op het schrappen uit het register is hoofdstuk 3 van overeenkomstige toepassing, tenzij het monument of het archeologisch monument waarop de aanwijzing betrekking heeft als zodanig is tenietgegaan. 3. Een aanwijzing vervalt met ingang van de dag waarop het monument of het archeologisch monument waarop de aanwijzing betrekking heeft is ingeschreven in het rijksmonumentenregister of een provinciaal erfgoedregister als bedoeld in artikel 3.17, derde lid, van de Erfgoedwet. Het vervallen van de aanwijzing wordt onverwijld bijgehouden in het gemeentelijk erfgoedregister. Hoofdstuk 4 Bescherming gemeentelijk monument Artikel 13 Instandhoudingsplicht gemeentelijk monument Het is verboden een gemeentelijk monument te beschadigen of te vernielen, of daaraan onderhoud te onthouden dat voor de instandhouding daarvan noodzakelijk is. Artikel 14 Omgevingsvergunning gemeentelijk monument 1. Het is verboden zonder omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders een gemeentelijk monument: a. te slopen, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen, of b. te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op: a. de uitvoering van normaal onderhoud, voor zover detaillering, profilering, vormgeving, materiaalsoort en kleur van het monument niet wijzigen, en voor zover de aanleg van een tuin, park of andere aanleg, niet wijzigt, of b. inpandige veranderingen van het monument, voor zover het een onderdeel daarvan betreft dat vanuit het oogpunt van monumentenzorg zonder betekenis is. 3. Burgemeester en wethouders kunnen in het belang van de monumentenzorg nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van werkzaamheden aan een gemeentelijk monument. Deze regels kunnen mede inhouden een vrijstelling van het verbod, bedoeld in het eerste lid. 5

Artikel 15 Intrekken van de omgevingsvergunning De omgevingsvergunning, bedoeld in artikel 14, eerste lid, kan door burgemeester en wethouders worden ingetrokken: a. als de verlening berust op onjuiste of onvolledige gegevens en de juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid; b. voor zover veranderde omstandigheden of feiten met betrekking tot de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is verleend, zich in overwegende mate tegen voortzetting of ongewijzigde voortzetting van die activiteit verzetten. Artikel 16 Weigeringsgronden 1. De vergunning kan slechts worden verleend als het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. 2. Een omgevingsvergunning voor een kerkelijk monument wordt niet verleend zonder overeenstemming met de eigenaar. Hoofdstuk 5 Rijksmonumenten en Provinciale monumenten Artikel 17 Advies omgevingsvergunning rijksmonument Burgemeester en wethouders zenden onverwijld een afschrift van de ontvankelijke aanvraag om omgevingsvergunning voor een rijksmonument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor advies aan de adviescommissie, bedoeld in artikel 8, eerste lid. Artikel 8, tweede en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 18 Advies omgevingsvergunning provinciaal monument Burgemeester en wethouders zenden onverwijld een afschrift van de ontvankelijke aanvraag om omgevingsvergunning voor een provinciaal monument als bedoeld in artikel 6 van de Monumentenverordening Noord-Holland 2010 voor advies aan de adviescommissie, bedoeld in artikel 8, eerste lid. Artikel 8, tweede en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing. Hoofdstuk 6 Handhaving en toezicht Artikel 19 Strafbepaling Degene die handelt in strijd met artikel 13 of het bepaalde krachtens artikel 14, derde lid, van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden. Artikel 20 Toezichthouders 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het bevoegd gezag aangewezen ambtenaren. 2. Burgemeester en wethouders kunnen daarnaast andere personen met dit toezicht belasten. 6

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen Artikel 21 Intrekken oude verordening De Erfgoedverordening Heemskerk 2012 wordt ingetrokken. Artikel 22 Overgangsbepalingen 1. De krachtens de Erfgoedverordening Heemskerk 2012 aangewezen en geregistreerde gemeentelijke monumenten, worden geacht aangewezen en geregistreerd te zijn overeenkomstig de bepalingen van deze verordening. 2. Aanvragen om vergunningen die zijn ingediend voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze verordening worden afgehandeld met inachtneming van de Erfgoedverordening Heemskerk 2012. 3. De procedures van aanwijzing tot beschermd gemeentelijk monument waarop nog geen besluit is genomen en die gestart zijn vóór inwerkingtreding van deze verordening, worden afgehandeld met inachtneming van de Erfgoedverordening Heemskerk 2012. Artikel 23 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op 15 juli 2016. Artikel 24 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Erfgoedverordening Heemskerk 2016. Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Heemskerk in zijn openbare vergadering van 6 juli 2016 de raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, 7