Installatiebewaking SUNNY SENSORBOX



Vergelijkbare documenten
Sensor voor omgevingstemperatuur TEMPSENSOR-AMBIENT

Communicatie-interface voor SMA omvormers SMA BLUETOOTH PIGGY-BACK

Installatiebewaking Windsensor

Installatiebewaking SUNNY SENSORBOX

Toebehoren SMA BLUETOOTH REPEATER

Installatiebewaking 485PB-NR, 485PB-MS-NR

Installatiebewaking SMA BLUETOOTH PIGGY-BACK

Apparaat voor het sluiten van gaten bij de draadloze verbinding bij SMA Bluetooth Wireless Technology SMA BLUETOOTH REPEATER

Installatiebewaking PT100U-NR

Installatiebewaking PT100M-NR

Aanpassen van de totale energieopbrengst bij de vervanging van een omvormer in installaties met communicatieproducten

Apparaat voor het beheer van PV-installaties en de besturing van verbruikers SUNNY HOME MANAGER

Communicatie-interface voor SMA omvormers SMA BLUETOOTH PIGGY-BACK PLUS

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

Installatiebewaking METER CONNECTION BOX

BES External Signaling Device

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

Apparaat voor de bewaking van installaties SUNNY WEBBOX met Bluetooth Wireless Technology

Dit document geeft een samenvatting van de belangrijkste eigenschappen van SMA Bluetooth Wireless Technology en beantwoordt vragen uit de praktijk.

Elektrische muurbeugel

h Aanwijzing! NL; BENL Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat Bedieningshandleiding Aanwijzingen bij de documentatie

Installatiehandleiding Easy Roof Evolution. Formaat L-1 (1676 x 1001 portrait)

Toebehoren voor Sunny Central COMMUNICATION CABINET (COM-C)

Thermis WireFree io temperatuur sensor

Montage- en gebruiksaanwijzing

NTC-voeler vervangen IKEF 238-5, IKEF 248-5, IKEF Z3 IKE T, IKE T, IKE IKE T, ITE 239-0

Installatiebewaking SUNNY MATRIX

Home Control Deur-/Venstercontact Eerste stappen

Installatiebewaking SUNNY WEBBOX

VIESMANN. Montage- en inbedrijfstellingshandleiding. Afstandsbediening Radiorepeater. Veiligheidsvoorschriften. Montagevoorbereiding.

MONTAGEHANDLEIDING MODULE RTS VOOR O.A. VERLICHTING

ACS-30-EU-MONI-RMM2-E

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C

OMI-5 METALEN BEHUIZING

Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw. Installatiehandleiding

Bedieningsinstructie

Inbouwhandleiding Pagina 26. Wijnklimaatkast EWTgb/gw 1683 / 2383 / 3583

VIESMANN. Montagehandleiding. Vitotrol 300. Veiligheidsvoorschriften. Montageplaats. voor de vakman

INSTALLATIE. ekey TOCAnet. Biometrisch toegangssysteem netwerkversie

Installatiehandleiding SUNNY HOME MANAGER

voorschrift Voor de installateur OpenTherm module AAN DE INSTALLATEUR

BES External Signaling Device

SUNNY CENTRAL 400 / 500 / 630HE-11 Installatiehandleiding voor de ventilatieoptie: "Bescherming tegen chemisch actieve stoffen"

BES External Signaling Devices

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

KAPTIV-CS SERVICE KIT

MOD-I-XP. Vooraanzicht. Kenmerken. MOD-I-XP_ _NL Technische wijzigingen voorbehouden Pagina 1 van 8. Modem voor externe gegevensoverdracht

Installatiehandleiding Vervanging van SMA apparaten in installaties met SMA communicatieproducten

Sunny WebBox met Bluetooth Wireless Technology. Razendsnel configureren, veilig bewaken. Eenvoudig. Gebruikersvriendelijk. Veilig

Registreer uw product op SWW1890. Hier kunt u ook terecht voor ondersteuning. Snelstartgids. Installeren.

SMA Bluetooth Wireless Technology Technische beschrijving

Zonne-datatechniek SUNNY BEAM met Bluetooth Wireless Technology

Tuincontactdoos met piket

GSMVERSTERKERS.NL. Gebruikers installatie handleiding

Installatiehandleiding. Pannendak montage SUNKIT ZONNESTROOMSYSTEEM VOOR MONTAGE OP PANNENDAK SUNKIT. Zonnestroomsysteem

Installatie & Ondersteuning. Zyxel router

Aanvulling op de technische handleiding. MOVIMOT -opties MLU.1A, MLG.1A, MBG11A, MWA21A. Uitgave 06/ / NL.

Facilitair BV. Pulpmatic Vermaler. Installatie handleiding. QRS Facilitair Randmeer JW Oss. T: E:

Montagehandleiding Screens screenstotaalshop.nl 1. Instructie plaatsen screen. 1.1 Aftekenen montage gaten

Hoofdmaten V2xx-xxALU-x, V3xx-xxALU-x. Met LED en LED-schakelaar. Cilinder: 17 mm Europrofiel. Benodigdheden

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Gebruiksaanwijzing. AS-i CompactLine module AC2454 AC2455 AC /01 04/2016

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 9 versie

Inbouwhandleiding Pagina 22. Wijnklimaatkast EWTdf 1653 / 2353 / 3553

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-basisuitrusting met ISOBUS-cabinecontactdoos en relais

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 12 versie

Sunis WireFree io zonsensor

Montagehandleiding van TEO systeembesturing

Montage-instructie. Screens. V599 Ritz V599R Ritz V599 Ritz XL

Switch. Handleiding

Zonne-energie voor iedereen. Installatiehandleiding. zonnepaneelset camper, boot of caravan

Montagehandleiding. Dubbele antenne. Stand: V

Draaibare en kantelbare muurbeugel APM-70 INSTALLATIE HANDLEIDING 35 KG

Installatie-instructie Adapter Nefit Easy Connect Modulerend

Apparaat voor de bewaking van installaties SUNNY WEBBOX met Bluetooth Wireless Technology

Installatie-instructie. Accessoire. RF-ontvanger N (2012/05) NL

Air Trade Centre NV, Hoogstraat 180, 1930 Zaventem, België

U hebt meerdere aansluitpunten. of + B. U hebt geen 6-polig aansluitpunt. 1 Leg het benodigde materiaal klaar.

1. Fundamentele veiligheidsinstructies

ILUMEN PID OPLOSSING BINNEN BUITEN ILUMEN PIDBOX MINI INSTALLATIEHANDLEIDING. Ilumen PIDbox mini Versie 1.8

Inbouwhandleiding Pagina 18. Wijnklimaatkast UWT 1672 / UWK 1752

Toebehoren voor SMA omvormers Ventilator-uitbreidingsset FANKIT01-10

Jack vta 562/800. Pagina 1 van 15 versie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

Golfplatendak montage

testo 330i Rookgas-meetinstrument Inbedrijfstelling en veiligheid

50 meter wireless phone line. User Manual

Aanvulling op de technische handleidingen

PV-omvormer SUNNY BOY 3300/3800

Montagehandleiding externe antenne UNILOG 300

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman

Apparaat voor de bewaking van installaties SUNNY WEBBOX

1. Installatie van de e-thermostaat Installatie van de hub 8

P1G2. Handleiding. firmware datum auteur Aanpassing

Installatie- en bedieningsinstructie. Table Stand DS (2018/08) nl

Mobrey MCU900-serie 4 20 ma + HART-compatibele controller

Inbouwhandleiding Pagina 22. Wijnklimaatkast EWTdf 1653 / 2353 / 3553

6.8 Afmonteren / meerdere rijen onder elkaar

1. Fundamentele veiligheidsinstructies 3 2. Bedoeld gebruik 3

Transcriptie:

Installatiebewaking SUNNY SENSORBOX Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 98-0010714 Version 1.4 NL

SMA Solar Technology AG 2 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Toelichting bij deze handleiding..................... 7 1.1 Geldigheidsbereik.................................... 7 1.2 Doelgroep.......................................... 7 1.3 Gedetailleerde informatie.............................. 7 1.4 Gebruikte symbolen.................................. 8 2 De Sunny SensorBox.............................. 9 3 Veiligheid...................................... 10 3.1 Reglementair gebruik................................ 10 3.2 Veiligheidsaanwijzingen.............................. 11 4 Uitpakken...................................... 12 4.1 Leveringsomvang................................... 12 4.2 Identificatie van het product........................... 14 4.2.1 Typeplaatje.................................................. 14 4.2.2 Firmwareversie............................................... 14 5 Overzicht apparaten............................. 15 5.1 Overzicht van het apparaat van de Sunny SensorBox....... 15 5.2 Overzicht van de RS485-Power Injector.................. 16 5.3 Overzicht van het apparaat van de SMA Power Injector met Bluetooth......................................... 17 5.3.1 LED voor de stroomvoorziening.................................. 17 5.3.2 LEDs voor de verbindingskwaliteit (Bluetooth LEDs)................... 18 5.3.3 LED voor de datacommunicatie.................................. 19 6 Montage....................................... 20 6.1 Sunny SensorBox................................... 20 6.1.1 Eisen aan de montagelocatie.................................... 20 6.1.2 Sunny SensorBox op montagerail monteren......................... 21 6.1.3 Sunny SensorBox op dakspant monteren........................... 23 Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 3

SMA Solar Technology AG Inhoudsopgave 6.2 Moduletemperatuursensor op PV-module monteren......... 26 6.3 RS485-Power Injector................................ 28 6.3.1 Eisen aan de montageplaats..................................... 28 6.3.2 RS485-Power Injector op de wand monteren........................ 28 6.4 SMA Power Injector met Bluetooth..................... 30 6.4.1 Eisen aan de montageplaats..................................... 30 6.4.2 Opmerking over SMA Bluetooth................................. 30 6.4.3 Plaats van montage/opstelling bepalen............................ 31 6.4.4 SMA Power Injector met Bluetooth op de wand monteren.............. 33 6.4.5 SMA Power Injector met Bluetooth op de montagerail monteren......... 34 7 Inbedrijfstelling.................................. 36 7.1 Aanwijzingen voor inbedrijfstelling...................... 36 7.2 Moduletemperatuursensor aansluiten.................... 37 7.3 Windsensor aansluiten............................... 38 7.4 Omgevingstemperatuursensor aansluiten................. 39 7.5 Inbedrijfstelling via RS485-Power Injector................ 40 7.5.1 Aanwijzingen voor inbedrijfstelling................................ 40 7.5.2 RS485-Power Injector op RS485-busdeelnemer aansluiten............. 41 7.5.3 RS485-Power Injector op Sunny SensorBox aansluiten................ 43 7.5.4 Sunny SensorBox op nog meer Sunny SensorBox aansluiten............ 46 7.5.5 Sunny SensorBox op nog een RS485-busdeelnemer aansluiten......... 50 7.5.6 RS485-Power Injector op de stroomvoorziening aansluiten............. 52 7.6 Inbedrijfstelling via SMA Power Injector met Bluetooth...... 53 7.6.1 Aanwijzingen voor inbedrijfstelling................................ 53 7.6.2 Sunny SensorBox aarden....................................... 53 7.6.3 Sunny SensorBox op de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten.... 55 7.6.4 SMA Power Injector met Bluetooth op de stroomvoorziening aansluiten... 58 8 Sunny SensorBox openen en sluiten................ 61 8.1 Sunny SensorBox openen............................. 61 8.2 Sunny SensorBox sluiten.............................. 61 Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 4

SMA Solar Technology AG Inhoudsopgave 9 Onderhoud en verzorging........................ 62 9.1 Onderhoud........................................ 62 9.2 RS485-Bus op Sunny SensorBox afsluiten................ 62 9.3 Geïntegreerde instralingssensor aansluiten............... 63 9.4 Afdichtingen van de Sunny SensorBox vervangen.......... 64 9.5 Verzorging........................................ 65 10 Buitenbedrijfstelling.............................. 66 10.1 Sunny SensorBox demonteren......................... 66 10.2 RS485-Power Injector demonteren...................... 67 10.3 SMA Power Injector met Bluetooth demonteren............ 68 10.4 Sensoren demonteren................................ 69 10.5 Sunny SensorBox en sensoren verpakken................ 69 10.6 Sunny SensorBox en sensoren afvoeren.................. 69 11 Zoeken naar fouten.............................. 70 11.1 Sunny SensorBox................................... 70 11.2 RS485-Power Injector................................ 72 11.3 SMA Power Injector met Bluetooth..................... 72 12 Parameters..................................... 73 12.1 RS485-Power Injector................................ 73 12.1.1 Weergegeven waarden........................................ 73 12.1.2 Instelbare parameters.......................................... 74 12.2 SMA Power Injector met Bluetooth..................... 75 12.2.1 Weergegeven waarden........................................ 75 12.2.2 Instelbare parameters.......................................... 75 13 Technische gegevens............................. 76 13.1 Sunny SensorBox................................... 76 13.2 RS485-Power Injector................................ 77 Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 5

Inhoudsopgave SMA Solar Technology AG 13.3 SMA Power Injector met Bluetooth..................... 78 13.4 Stekkeradapter..................................... 79 14 Toebehoren..................................... 80 14.1 Montageplaat...................................... 80 14.2 Dakhoekstuk....................................... 80 14.3 Afdichtingsset voor Sunny SensorBox.................... 81 14.4 RS485-Power Injector................................ 81 14.5 SMA Power Injector met Bluetooth..................... 82 14.6 Windsensor........................................ 83 15 Contact........................................ 84 6 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Toelichting bij deze handleiding 1 Toelichting bij deze handleiding 1.1 Geldigheidsbereik Deze handleiding geldt voor de Sunny SensorBox vanaf firmwareversie 1.51 en vanaf hardwareversie C1. 1.2 Doelgroep Deze handleiding is bestemd voor de installateur. 1.3 Gedetailleerde informatie Uitgebreide informatie over de SMA Bluetooth Wireless Technology vindt u in het downloadgebied van www.sma-benelux.com. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 7

Toelichting bij deze handleiding SMA Solar Technology AG 1.4 Gebruikte symbolen In dit document worden de onderstaande soorten veiligheidsaanwijzingen en algemene aanwijzingen gebruikt: GEVAAR! GEVAAR markeert een veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen direct tot de dood of zwaar lichamelijk letsel leidt! WAARSCHUWING! WAARSCHUWING markeert een veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot de dood of zwaar lichamelijk letsel kan leiden! VOORZICHTIG! VOORZICHTIG markeert een veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot licht of middelzwaar lichamelijk letsel kan leiden! OPGELET! OPGELET markeert een veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot materiële schade kan leiden! Aanwijzing Een aanwijzing die duidt op informatie die belangrijk is voor de optimale werking van het product. 8 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG De Sunny SensorBox 2 De Sunny SensorBox Met de Sunny SensorBox en de externe sensoren kunt u op uw PV-installatie omgevingsgegevens opnemen die belangrijk zijn voor de vermogensbewaking. Hiervoor beschikt de Sunny Sensorbox over een geïntegreerde instralingsensor en een externe moduletemperatuursensor. Bovendien kunt u op de Sunny SensorBox een optionele omgevingstemperatuursensor en een optionele windsensor aansluiten. Met de instralingssterkte (W/m 2 ) van de geïntegreerde instralingssensor en het gedurende een dag gemeten vermogen van de PV-installatie kunt u het gegenereerde PV-vermogen en de gemeten instralingssterkte vergelijken. Als u deze gegevens over een langere periode volgt, biedt het systeem de mogelijkheid om storingen in de PV-installatie te herkennen. De verzamelde gegevens van de Sunny SensorBox kunnen via Sunny Portal of Flashview worden gevisualiseerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 9

Veiligheid SMA Solar Technology AG 3 Veiligheid 3.1 Reglementair gebruik Sunny SensorBox De Sunny SensorBox is een apparaat dat meetwaarden van sensoren voor SMA communicatieproducten via de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth ter beschikking stelt. Gebruik de Sunny SensorBox uitsluitend voor de in de handleiding beschreven doeleinden. Ook losse onderdelen, zoals bijv. de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth, mogen niet voor andere doeleinden worden gebruikt. De Sunny SensorBox is voor particulier en industrieel gebruik geschikt. Gebruik de Sunny SensorBox uitsluitend voor het toepassingsgebied dat in de technische gegevens vermeld staat. Gebruik uitsluitend originele toebehoren van der SMA Solar Technology AG of door SMA Solar Technology AG aanbevolen toebehoren. Lees deze handleiding aandachtig door, voordat u de Sunny SensorBox in bedrijf stelt. Deze handleiding dient te allen tijde toegankelijk te zijn. RS485-Power Injector De Sunny SensorBox wordt via de RS485-Power Injector in de RS485-communicatiebus geïntegreerd. Bovendien dient de RS485-Power Injector voor de stroomvoorziening van de Sunny SensorBox. U kunt maximaal 5 Sunny SensorBoxen met 1 RS485-Power Injector gebruiken. In een RS485-communicatiebus kunnen maximaal 50 busdeelnemers inclusief de Sunny SensorBox deelnemen. De RS485-Power Injector ondersteunt de volgende communicatieproducten: Sunny WebBox Sunny Boy Control/Plus vanaf Sunny SensorBox hardwareversie B2 Sunny Data Control Der RS485-Power Injector is geschikt voor montage binnen. Alle elektrische aansluitingen mogen uitsluitend door een hiervoor opgeleide elektricien worden uitgevoerd. SMA Power Injector met Bluetooth De Sunny SensorBox wordt via de SMA Power Injector met Bluetooth in een SMA Bluetooth-netwerk geïntegreerd. De Sunny SensorBox levert de meetgegevens en de diverse parameters aan de SMA Power Injector met Bluetooth. Deze stuurt de gegevens via het SMA Bluetooth netwerk naar de SMA communicatieproducten. Met de SMA Power Injector met Bluetooth kunt u gebieden zonder dekking in het SMA Bluetooth netwerk bereikbaar maken, zoals dat ook met de SMA Bluetooth 10 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Veiligheid Repeater mogelijk is. Bovendien dient de SMA Power Injector met Bluetooth voor de stroomvoorziening van de Sunny SensorBox. U kunt maximaal 1 Sunny SensorBox met de SMA Power Injector met Bluetooth gebruiken. U kunt echter meerdere SMA Power Injector met Bluetooth met elk 1 aangesloten Sunny SensorBox in een SMA Bluetooth netwerk integreren. In een SMA Bluetooth netwerk zijn de volgende aantallen deelnemers mogelijk: Als een 1 Master * wordt gebruikt, kunnen er wel 50 apparaten inclusief een Sunny SensorBox of meerdere Sunny SensorBoxen deelnemen. Als er 2 masters worden gebruikt, kunnen er wel 25 apparaten inclusief een Sunny SensorBox of meerdere Sunny SensorBoxen deelnemen. De SMA Power Injector met Bluetooth ondersteunt de volgende communicatieproducten: Sunny WebBox met Bluetooth Wireless Technology Computer met Bluetooth en de software Sunny Explorer, vanaf softwareversie 1.1.11 Al de in de handleiding van het communicatieproduct beschreven SMA Bluetooth producten worden voor de draadloze SMA Bluetooth verbindung ondersteund. De Sunny Beam met Bluetooth wordt niet ondersteund. De SMAPowerInjectormetBluetooth is geschikt voor montage binnen. Alle elektrische aansluitingen mogen uitsluitend door een hiervoor opgeleide elektricien worden uitgevoerd. 3.2 Veiligheidsaanwijzingen Algemene veiligheidsaanwijzingen om lichamelijk letsel te voorkomen. Gebruik de RS485-Power Injector en SMA Power Injector met Bluetooth uitsluitend in het daarvoor bestemde spanningsbereik. Open het apparaat of de voedingsapparaat nooit zelf. Leg de leidingen zo dat er niemand op kan gaan staan of erover kan struikelen. Werkzaamheden op daken vormen een veiligheidsrisico en vereisen een speciale beveiliging. Algemene aanwijzingen om schade aan de apparaten te voorkomen. Door het aanraken van elektronische onderdelen kan het apparaat door elektrostatische ontlading (ESD) beschadigd of vernield worden. Raak de aansluitingen van componenten en stekkercontacten niet onnodig aan. Let erop dat u altijd geaard bent, voordat u werkzaamheden aan het apparaat uitvoert. Integreer de Sunny SensorBox in de bestaande bliksembeveiliging. Bij werkzaamheden buitenshuis moet erop worden gelet dat er geen vloeistof (bijv. door regen of sneeuw) in de geopende Sunny SensorBox terechtkomt. * 'Master' is een begrip uit de netwerktechnologie. In een netwerk is een master een apparaat dat andere apparaten (slaves) bijvoorbeeld de opdracht geeft gegevens te ontvangen of te zenden. In een SMA Bluetooth netwerk functioneren alle SMA communicatieproducten (bijv. Sunny Explorer, Sunny Beam met Bluetooth) als master. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 11

Uitpakken SMA Solar Technology AG 4 Uitpakken 4.1 Leveringsomvang Controleer de levering op volledigheid en uiterlijk zichtbare beschadigingen. Neem contact op met uw handelaar als de levering niet compleet of beschadigd is. Positie aantal Aanduiding A 1 Sunny SensorBox met geïntegreerde instralingssensor B 2 Isolatieslangen C 1 Klem D 1 PT100-moduletemperatuursensor met 2,5 m aansluitleiding E 1 Warmtegeleidende lijm (veiligheidshandschoenen, verhardingsmiddelen en bindmiddelen) F 2 Plakband G 1 Installatiehandleiding H 1 Poster met RS485-bedradingsprincipe RS485-Power Injector Alleen bij besteloptie van de Sunny SensorBox: SUNNYSENSOR-1xxx Positie aantal Aanduiding A 1 RS485-Power Injector B 1 Schermklem C 2 Schroeven D 2 Plug E 1 Wandsteun F 2 4-polige stekker G 1 Voedingsapparaat met stekkeradapter H 2 Geleidende plakfolies 12 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Uitpakken SMA Power Injector met Bluetooth Alleen bij besteloptie van de Sunny SensorBox: SUNNYSENSOR-2xxx, SUNNYSENSOR-3xxx Positie aantal Aanduiding A 1 SMA Power Injector met Bluetooth B 1 Steun voor wand- of montagerail * C 1 Schroef D 1 Plug E 1 Stekker (1 x 2-polig, 1 x 4-polig) F 1 Power Modul voor de stroomvoorziening (leveringsomvang zie installatiehandleiding van de Power Modul) - Alleen bij besteloptie SUNNYSENSOR-3xxx G 1 Voedingsapparaat met stekkeradapter - Alleen bij besteloptie SUNNYSENSOR-2xxx H 1 Aardkabel * Is bij levering aan de achterkant van de SMA Power Injector met Bluetooth bevestigd. Montageplaat voor moduleframemontage Alleen bij besteloptie van de Sunny SensorBox: SUNNYSENSOR-x1xx Positie aantal Aanduiding A 1 Montageplaat B 5 M4-inbusbouten * C 1 M4-contactschijf * D 2 Onderlegringen * E 1 Veerring * * Bil levering al vooraf gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 13

Uitpakken SMA Solar Technology AG 4.2 Identificatie van het product 4.2.1 Typeplaatje Sunny SensorBox De Sunny SensorBox kan met behulp van het typeplaatje worden geïdentificeerd. Het typeplaatje bevindt zich op de onderkant van het apparaat. RS485-Power Injector De RS485-Power Injector kan met behulp van het typeplaatje worden geïdentificeerd. Het typeplaatje bevindt zich op de onderkant van het apparaat. SMA Power Injector met Bluetooth De SMA Power Injector met Bluetooth kan met behulp van het typeplaatje worden geïdentificeerd. Het typeplaatje bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat. 4.2.2 Firmwareversie De firmwareversie van de Sunny SensorBox wordt door het communicatieproduct (bijv. Sunny WebBox of Sunny Explorer) als volgt weergegeven: voor de RS485-Power Injector via de weergegeven waarde "FwVer". Kies daarvoor in de navigatiebalk "Apparaten" het tabblad "Parameters". Voor de SMA Power Injector met Bluetooth via het menu van het apparaat "Instellingen". Kies daarvoor in de parametergroep "Apparaatcomponenten" de subgroep "Typeplaatje > Centrale componenten". 14 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Overzicht apparaten 5 Overzicht apparaten 5.1 Overzicht van het apparaat van de Sunny SensorBox Positie A B C D Aanduiding Kabeldoorvoer voor de sensoren Kabeldoorvoer voor de aansluiting van de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth Geïntegreerde instralingssensor Kabeldoorvoer voor de aarding van de Sunny SensorBox Positie Aanduiding Betekenis A "F5: IntSol" Aansluitklem voor de geïntegreerde instralingssensor B LED van de LED voor de statusweergave van de Sunny SensorBox Sunny SensorBox C "F3: Wind" Aansluitklem voor de windsensor D "RS485 F2: OUT" Aansluitklem voor andere RS485-busdeelnemers E "RS485 F1: IN" Aansluitklem voor de RS485-Power Injector of SMA Power Injector met Bluetooth Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 15

Overzicht apparaten SMA Solar Technology AG Positie Aanduiding Betekenis F "F7: TmpMdul" Aansluitklem voor de moduletemperatuursensor G "F6: TmpAmb" Aansluitklem voor de omgevingstemperatuursensor LED van de Sunny SensorBox Status Betekenis uit De Sunny SensorBox heeft geen stroom. Tijdens de startfase is de LED 10 seconden lang uit. Tijdens een reset is de LED 60 seconden lang uit. brandt continu De Sunny SensorBox is op de stroomvoorziening aangesloten en is klaar voor gebruik. knippert 2x zeer snel Die Sunny SensorBox is op de stroomvoorziening aangesloten en ontvangt gegevens via het RS485- communicatiekanaal. Knippert elke seconde Storing in de firmware (zie hoofdstuk 11 Zoeken naar fouten (Pagina 70)). 5.2 Overzicht van de RS485-Power Injector Positie Aanduiding Betekenis A "Power" Aansluiting voor de stekkeradapter B "Power" LED LED voor de stroomvoorziening C "Activity" LED LED voor het dataverkeer D "RS485 IN" Aansluiting voor de RS485-communicatiebus E "RS485 + Power OUT" Aansluiting voor de Sunny SensorBox 16 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Overzicht apparaten 5.3 Overzicht van het apparaat van de SMA Power Injector met Bluetooth Positie Aanduiding Betekenis A "MODE" Draaischakelaar voor de modus B "NetID" Draaischakelaar voor de NetID C Bluetooth-LED (blauw) LEDs voor de verbindingskwaliteit D Bluetooth LEDs (geel) Positie Aanduiding Betekenis A "Power 12V " Aansluiting voor het voedingsapparaat, polariteit is willekeurig B 2-polige bus Aansluiting voor de alternatieve stroomvoorziening, polariteit is willekeurig C "RDY" LED (groen) LED voor de stroomvoorziening D "DEVICE" Aansluiting voor de Sunny SensorBox E "COM" LED (geel) LED voor de datacommunicatie 5.3.1 LED voor de stroomvoorziening RDY LED (groen) Mode brandt continu knippert uit Betekenis Voedingsspanning is in orde. Het apparaat is in bedrijf. De voedingsspanning is bijna onvoldoende. Het apparaat is in bedrijf, maar een stabiele werking is niet gegarandeerd. Geen voedingsspanning aanwezig of voedingsspanning te laag. Het apparaat is niet in bedrijf. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 17

Overzicht apparaten SMA Solar Technology AG 5.3.2 LEDs voor de verbindingskwaliteit (Bluetooth LEDs) De SMA Power Injector met Bluetooth kan de verbindingskwaliteit alleen weergeven als hij in een bestaand Bluetooth netwerk is geïntegreerd. Het Bluetooth netwerk wordt alleen door communicatieproducten (bijv. Sunny WebBox met Bluetooth of Sunny Explorer) opgebouwd. Bluetooth-LED's Mode Blauwe LED Gele LEDs Kwaliteit van de verbinding zeer goed Maatregel Geen actie vereist. Brandt continu 3 LEDs aan goed Geen actie vereist. 2 LEDs aan 1 LED aan onbetrouwbaar Locatie wijzigen of een SMA Bluetooth Repeater gebruiken. kritiek Geen LED aan uit Geen LED aan geen De SMA Power Injector met Bluetooth heeft geen verbinding met het Bluetooth netwerk: Er bevindt zich geen apparaat met dezelfde NetID binnen het zendbereik. NetID controleren. Locatie wijzigen of een SMA Bluetooth Repeater gebruiken (zie pagina 31). Het Bluetooth netwerk is niet opgebouwd. De opbouw van het net wordt alleen door communicatieproducten gestart. 3 LEDs knipperen (speciale functie) De draaischakelaar voor de NetID staat op stand "1" of "0" (zie hoofdstuk 6.4.3 Plaats van montage/opstelling bepalen (Pagina 31)). 18 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Overzicht apparaten Bluetooth-LED's Mode Blauwe LED Gele LEDs knippert 3 LEDs aan 2 LEDs aan 1 LED aan Geen LED aan Kwaliteit van de verbinding zeer goed goed onbetrouwbaar kritiek Maatregel Installatiemodus De SMAPowerInjectormetBluetooth staat in de installatiemodus ("MODE 3"). Deze stand dient uitsluitend voor het bepalen van de plaats van opstelling (zie hoofdstuk 6.4.3 Plaats van montage/ opstelling bepalen (Pagina 31)). Om de installatiemodus te verlaten, zet u de "MODE"-draaischakelaar op stand "0", "1" of "2". 5.3.3 LED voor de datacommunicatie COM LED (geel) Status knippert uit Betekenis Communicatie tussen Sunny SensorBox en SMA Power Injector met Bluetooth. Geen communicatie tussen Sunny SensorBox en SMA Power Injector met Bluetooth. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 19

Montage SMA Solar Technology AG 6 Montage 6.1 Sunny SensorBox 6.1.1 Eisen aan de montagelocatie Monteer de Sunny SensorBox op de montagerail van het PV-montagesysteem of op het dakspant. Neem de volgende algemene aanwijzingen over de montageplaats van de Sunny SensorBox in acht: De Sunny SensorBox is voor montage buiten geschikt. De omgevingstemperatuur moet tussen 25 C en +70 C liggen. Als de geïntegreerde instralingssensor wordt gebruikt, moet de Sunny SensorBox onder dezelfde hellingshoek en in dezelfde richting als de PV-module worden gemonteerd om meetresultaten te krijgen die in relatie met de opbrengst van de PV-installatie kunnen worden gebracht. De montageplaats moet afhankelijk van de gebruikte sensoren worden gekozen. Neem de voorgeschreven kabellengten in de handleidingen van de sensoren in acht. De maximale kabellengte van de laatste Sunny SensorBox tot aan de RS485-Power Injector bedraagt 150 m. De maximale kabellengte van de Sunny SensorBox tot aan de SMA Power Injector met Bluetooth bedraagt 150 m. De Sunny SensorBox mag, zoals in de volgende afbeelding weergegeven, in 3 richtingen worden gemonteerd om beschadigingen door binnendringend water te voorkomen. De Sunny SensorBox mag niet verticaal met het SMA logo naar boven gemonteerd worden, omdat er anders water door het ventilatiemembraan in het apparaat kan binnendringen. 20 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 6.1.2 Sunny SensorBox op montagerail monteren Meegeleverde montagetoebehoren Alleen bij besteloptie van de Sunny SensorBox: SUNNYSENSOR-x1xx Positie aantal Aanduiding A 1 Montageplaat B 5 M4-inbusbouten * C 1 M4-contactschijf * D 2 Onderlegringen * E 1 Veerring * * Bil levering al vooraf gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 21

Montage SMA Solar Technology AG Sunny SensorBox op montagerail monteren Een montage in een modulefram is mogelijk als de montagerail circa 16 cm aan de zijkant onder de modules uitsteekt. 1. Montageplaats met inachtneming van de montageruimte en de voorgeschreven richting van de Sunny SensorBox bepalen (zie hoofdstuk 20). 22 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 2. Montageplaat met geschikte bouten en borgplaatjes door de fabrikant van het PV-montagesysteem op de montagerail bevestigen. Normaal gesproken passen bouten tot maximaal M10 in de borgplaatjes. 3. De zijdelingse kleppen van de Sunny SensorBox via de uitsparingen openen. 4. Sunny SensorBox met 4 inbusbouten op de montageplaat bevestigen. Richting van de Sunny SensorBox in acht nemen (zie pagina 20). De Sunny SensorBox is op de montagerail gemonteerd. 6.1.3 Sunny SensorBox op dakspant monteren Optionele montagetoebehoren SMA bestelnummer: Roofan-Ssensor Positie aantal Aanduiding A 1 Dakhoekstuk B 3 Zeskanthoutschroeven C 3 Onderlegringen voor zeskanthoutschroeven D 5 M4-inbusbouten * E 1 M4-contactschijf * F 2 Onderlegringen * G 1 Veerring * * Bil levering al vooraf gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 23

Montage SMA Solar Technology AG Sunny SensorBox op dakspant monteren Voor de montage op het dakspant heeft u het optionele dakhoekstuk nodig (zie hoofdstuk 14 Toebehoren (Pagina 80)). 1. Montageplaats met inachtneming van de montageruimte en de voorgeschreven richting van de Sunny SensorBox bepalen (zie hoofdstuk 20). 24 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 2. Dakpannen in het montagebereik verwijderen om de dakspant vrij te leggen. 3. Dakhoekstuk met de 3 houtschroeven en de bijbehorende onderlegringen op het dakspant bevestigen. 4. Dakhoekstuk in de bestaande bliksembeveiliging integreren. De bliksembeveiliging kan aan de onderste afschuining van het dakhoekstuk worden bevestigd (zie pagina 54). 5. De zijdelingse kleppen van de Sunny SensorBox via de uitsparingen openen. 6. Sunny SensorBox met 4 inbusbouten op de montagehoekstuk bevestigen. Richting van de Sunny SensorBox in acht nemen (zie pagina 20). 7. Dakpannen eventueel met een haakse slijper afzagen. 8. Dakpannen weer op het dak leggen. De Sunny SensorBox is op het dakspant gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 25

Montage SMA Solar Technology AG 6.2 Moduletemperatuursensor op PV-module monteren Eisen aan de montagelocatie Neem de volgende eisen aan de montageplaats van de moduletemperatuursensor in acht: Kies een PV-module die zich overdag niet in de schaduw bevindt. De voorgeconfectioneerde, 2,5 m lange kabel mag niet verlengd of ingekort worden. De moduletemperatuursensor wordt op de achterkant van de PV-module geplakt. Meegeleverde montagetoebehoren Positie aantal Aanduiding A 1 PT100-moduletemperatuursensor met 2,5 m aansluitleiding B 1 Warmtegeleidende lijm (veiligheidshandschoenen, verhardingsmiddel en bindmiddel) met handleiding op verpakking C 2 Plakband Moduletemperatuursensor op PV-module monteren VOORZICHTIG! Gevaar voor brandwonden door contact met de warmtegeleidende lijm. Contact met huid, slijmvliezen en ogen vermijden. Geschikte veiligheidskleding, -handschoenen en -bril dragen tijdens het werken. Veiligheidsrichtlijnen en aanwijzingen van de fabrikant van de warmtegeleidende lijm naleven. 1. Montageplaats met inachtneming van de kabellengte van de sensor en met de eisen aan de montageplaats bepalen. 26 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 2. Meegeleverde warmtegeleidende lijm voorbereiden volgens de instructies van de fabrikant. Houd rekening met de tijden voor de verwerking en verharding die zijn opgegeven door de fabrikant. 3. Plak de moduletemperatuursensor met de warmtegeleidende lijm op de achterkant van een PVmodule. 4. Plak de moduletemperatuursensor met het plakband op de onderkant van de PV-module vast. 5. Verwijder het plakband nadat de warmtegeleidende lijm is uitgehard. De moduletemperatuursensor is gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 27

Montage SMA Solar Technology AG 6.3 RS485-Power Injector 6.3.1 Eisen aan de montageplaats Neem de volgende eisen aan de montageplaats van de RS485-Power Injector in acht: De RS485-Power Injector is uitsluitend geschikt voor montage binnen. De montageplaats moet zich in de buurt van een 100 V 240 V stopcontact bevinden (kabellengte van het voedingsapparaat ca. 180 cm). De RS485-Power Injector tegen stof, vocht en agressieve stoffen beschermen. De omgevingstemperatuur moet tussen 20 C en +65 C liggen. De maximale kabellengte van de laatste Sunny SensorBox tot aan de RS485-Power Injector bedraagt 150 m. De maximale kabellengte van de gehele RS485-communicatiebus bedraagt 1.200 m. 6.3.2 RS485-Power Injector op de wand monteren Meegeleverde montagetoebehoren Alleen bij besteloptie van de Sunny SensorBox: SUNNYSENSOR-1xxxx Positie aantal Aanduiding A 1 Wandsteun B 2 Schroeven C 2 Plug RS485-Power Injector monteren 1. Montageplaats met inachtneming van de montageruimte bepalen. 28 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 2. Boorgaten met behulp van de wandsteun markeren. 3. Boor op de gemarkeerde plaatsen gaten met een diameter van 6 mm en gebruik pluggen. 4. Wandsteun met 2 schroeven op de wand schroeven. RS485-Power Injector zoals in de stappen 1-3 weergegeven op de wandsteun schuiven. 5. De RS485-Power Injector is op de wand gemonteerd. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 29

Montage SMA Solar Technology AG 6.4 SMA Power Injector met Bluetooth 6.4.1 Eisen aan de montageplaats Neem de volgende eisen aan de montageplaats van de SMA Power Injector met Bluetooth in acht: De SMA Power Injector mit Bluetooth is uitsluitend geschikt voor montage binnen. De montageplaats moet zich in de buurt van een 100 V 240 V stopcontact bevinden (kabellengte van het voedingsapparaat ca. 180 cm). De SMA Power Injector met Bluetooth tegen stof, vocht en agressieve stoffen beschermen. De omgevingstemperatuur moet tussen 20 C en +65 C liggen. De maximale kabellengte van de Sunny SensorBox tot aan de SMA Power Injector met Bluetooth bedraagt 150 m. De maximale kabellengte voor de alternatieve stroomvoorziening bedraagt 10 m. De verbindingskwaliteit van het draadloze traject dient op het montageplaats minimaal "goed" te zijn (zie hoofdstuk 6.4.3 Plaats van montage/opstelling bepalen (Pagina 31). Bepaalde omgevingsvoorwaarden kunnen de verbindingskwaliteit en de datatransmissiesnelheid tussen Bluetooth-apparaten verminderen: Monteer of plaats het Bluetooth-apparaat op minstens 1 m afstand van de volgende apparaten: WLAN-apparaten magnetrons andere apparatuur die de 2,4 GHz frequentieband gebruikt 6.4.2 Opmerking over SMA Bluetooth SMA Bluetooth-apparaten van uw PV-installatie kunnen via Bluetooth met een SMA Bluetoothcommunicatieproduct communiceren en een netwerk vormen. Om met elkaar te kunnen communiceren en een netwerk te vormen moeten de apparaten op dezelfde NetID zijn ingesteld. De NetID is een uniek identificatienummer van uw PV-installatie. Met de NetID kunnen uw PV-installatie en andere SMA Bluetooth PV-installaties uit elkaar worden gehouden. NetID voor uw PV-installatie bepalen Als uw Bluetooth PV-installatie nog geen NetID heeft, moet u eerst met behulp van de software Sunny Explorer of Sunny Beam met Bluetooth een vrije NetID bepalen die vervolgens op de apparaten van uw PV-installatie moet worden ingesteld. 30 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage Uitbreiding van het Bluetooth-netwerk met behulp van een SMA Bluetooth Repeater Met behulp van een SMA Bluetooth-repeater kunt u het radiografische bereik van het Bluetoothnetwerk uitbreiden. Een SMA Bluetooth Repeater die aan de periferie van het bereik van het Bluetooth-netwerk is opgesteld, stuurt de verzonden gegevens van dit netwerk binnen het eigen bereik door. Door middel van deze techniek is het mogelijk de opbouw van Bluetooth-netwerken te vormen die een veel groter gebied kunnen bereiken dan met de Sunny SensorBox of de SMA Power Injector met Bluetooth. Uitgebreide informatie over SMA Bluetooth Wireless Technology vindt u in het downloadgebied van www.sma-benelux.com. 6.4.3 Plaats van montage/opstelling bepalen Voordat de SMA Power Injector met Bluetooth wordt gemonteerd, moet u de verbindingskwaliteit tussen de SMA Power Injector met Bluetooth en uw PV-installatie op de plaats van montage of opstelling controleren. De Sunny SensorBox mag hiervoor nog niet op de SMA Power Injector met Bluetooth aangesloten zijn. Ga hiervoor als volgt te werk: 1. Draaischakelaar "MODE" van de SMA Power Injector met Bluetooth op stand "3" draaien. Deze stand dient uitsluitend voor het bepalen van de plaats van opstelling. "MODE"-ID Betekenis 0 Normale modus 1 Uitsluitend voor servicedoeleinden 2 Uitsluitend voor servicedoeleinden 3 Installatiemodus 2. Draaischakelaar "NetID" van de SMA Power Injector met Bluetooth op de NetID Ivan uw PV-installatie draaien. Als uw PV-installatie nog geen NetID heeft, zie hoofdstuk 6.4.2 Opmerking over SMA Bluetooth (Pagina 30). Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 31

Montage SMA Solar Technology AG Indeling van de schakelaarposities NetID Werking 0 Bluetooth is uitgeschakeld. De 3 gele Bluetooth LEDs knipperen. 1 Bluetooth is ingeschakeld. 1 (standaard bij levering) De SMA Power Injector met Bluetooth kan maar maximaal 2 verbindingen van communicatieproducten (Computer met Bluetooth en de software Sunny Explorer of de Sunny WebBox met Bluetooth) aannemen. Een verbinding met Sunny Beam met Bluetooth is niet mogelijk. De 3 gele Bluetooth LEDs knipperen. 2 - F Bluetooth is ingeschakeld. De SMA Power Injector met Bluetooth kan met alle SMA Bluetoothproducten met dezelfde NetID een netwerk vormen. Een verbinding met Sunny Beam met Bluetooth is niet mogelijk. 3. Stroomvoorziening van de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten (zie hoofdstuk 7.6.4 SMA Power Injector met Bluetooth op de stroomvoorziening aansluiten (Pagina 58)). De SMA Power Injector met Bluetooth geeft de verbindingskwaliteit naar het volgende bereikbare SMA Bluetooth-apparaat aan. De verbindingskwaliteit kan aangepast worden door de onderlinge afstand en/of de plaats van de Bluetooth-apparaten te veranderen. Voor de plaats van montage/opstelling dient de verbindingskwaliteit minimaal "goed" zijn (minimaal 2 gele Bluetooth LEDs branden). Als de verbindingskwaliteit onbetrouwbaar of kritiek is, moet u de verbindingskwaliteit verbeteren (zie hoofdstuk 5.3.2 LEDs voor de verbindingskwaliteit (Bluetooth LEDs) (Pagina 18)). 4. Koppel de stroomvoorziening los en zet de draaischakelaar op "MODE 0". De plaats van montage/opstelling voor de SMA Power Injector met Bluetooth is bepaald. Als u de optimale montagplaats heeft bepaald, kunt u de SMA PowerInjectormet Bluetooth op de wand of op een montagerail monteren. 32 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 6.4.4 SMA Power Injector met Bluetooth op de wand monteren Meegeleverde montagetoebehoren Positie aantal Aanduiding A 1 Houder * B 1 Schroef C 1 Plug * Is bij levering aan de achterkant van de SMA Power Injector met Bluetooth bevestigd. 1. Houder op de achterkant van de SMA Power Injector met Bluetooth verwijderen, zoals in de afbeelding te zien. 2. Montageplaats met inachtneming van de montageruimte en de verbindingskwaliteit met het Bluetooth-netwerk bepalen. 3. Boorgat markeren. 4. Boor op de gemarkeerde plaats een gat met een diameter van 6 mm en gebruik een plug. 5. Schroef de houder met de schroef op de wand vast. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 33

Montage SMA Solar Technology AG 6. Steek de SMA Power Injector met Bluetooth zoals in de volgende afbeelding weergegeven op de houder. De SMA Power Injector met Bluetooth is gemonteerd. Het van de wand afnemen van de SMA Power Injector met Bluetooth wordt in hoofdstuk 10.3 SMA Power Injector met Bluetooth demonteren (Pagina 68) behandeld. 6.4.5 SMA Power Injector met Bluetooth op de montagerail monteren Meegeleverde montagetoebehoren Positie aantal Aanduiding A 1 Houder * * Is bij levering aan de achterkant van de SMA Power Injector met Bluetooth bevestigd. 1. Houder op de achterkant van de SMA Power Injector met Bluetooth verwijderen, zoals in de afbeelding te zien. 34 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Montage 2. Bovenste lijst van de SMA Power Injector met Bluetooth in de bovenkant van de montagerail haken. 3. SMA Power Injector met Bluetooth tegen de montagerail drukken en naar beneden gedrukt houden. 4. De houder van onderen in het midden in de geleiding drukken tot hij vastklikt. De SMA Bluetooth Repeater is gemonteerd. Het van de montagerail afnemen van de SMA Power Injector met Bluetooth wordt in hoofdstuk 10.3 SMA Power Injector met Bluetooth demonteren (Pagina 68) behandeld. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 35

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 7 Inbedrijfstelling 7.1 Aanwijzingen voor inbedrijfstelling Dit hoofdstuk behandeld de aansluiting van de externe sensoren en de inbedrijfstelling van de Sunny SensorBox met de RS485-Power Injector of met de SMA Power Injector met Bluetooth. De volgende stappen zijn voor de inbedrijfstelling van de Sunny SensorBox noodzakelijk: Moduletemperatuursensor aansluiten (zie pagina 37). Indien nodig de windsensor aansluiten (zie pagina 38). Indien nodig de omgevingstemperatuursensor aansluiten (zie pagina 39). Sunny SensorBox via de RS485-Power Injector op de RS485 communicatiebus aansluiten en in bedrijf stellen (zie pagina 40) of de Sunny SensorBox op de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten en in bedrijf stellen (zie hoofdstuk 53). OPGELET! Beschadiging van de Sunny SensorBox door binnendringend vocht. Bij het invoeren en verwijderen van de kabel door de kabelschroefverbinding moet erop worden gelet dat de afdichting correct in de kabelschroefverbinding zit. 36 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 7.2 Moduletemperatuursensor aansluiten Lengte van de kabel bij een aansluiting met 2-aderige techniek De aansluiting gebeurt met een 2,5 m lange kabel. De kabel mag niet ingekort of verlengd worden. De meetnauwkeurigheid is afhankelijk van de kabellengte. 1. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 2. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding linksonder op de Sunny SensorBox losdraaien en blinde plug eruit trekken. 3. Kabel van de sensor door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding linksonder in de behuizing van der Sunny SensorBox trekken en de kabelschroefverbinding vastdraaien. 4. Sensor op de aansluiting "F7: TmpMdul" van de Sunny SensorBox aansluiten. De polariteit van de kabel is willekeurig. 5. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. 6. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien, om de kabel vast te zetten (draaikoppel: 0,8 Nm). 7. Kabel met geschikt bevestigingsmateriaal veilig leggen. De moduletemperatuursensor is aangesloten. U kunt nu nog meer sensoren aansluiten of de Sunny SensorBox via de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten en in bedrijf stellen. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 37

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 7.3 Windsensor aansluiten Voorgeschreven kabellengte bij de aansluiting op de SensorBox Neem de voorgeschreven kabellengte in de handleiding van de sensor in acht. 1. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 2. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding linksboven op de Sunny SensorBox losdraaien en blinde plug eruit trekken. 3. Kabel van de sensor door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding linksboven in de behuizing van de Sunny SensorBox trekken en de kabelschroefverbinding vastdraaien. 4. Sensor op de aansluiting "F3: Wind" van de Sunny SensorBox aansluiten. De polariteit van de kabel is willekeurig. 5. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. 6. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien (aanhaalmoment: 0,8 Nm). 7. Kabel met geschikt bevestigingsmateriaal leggen. De windsensor is aangesloten. U kunt nu nog meer sensoren aansluiten of de Sunny SensorBox via de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten en in bedrijf stellen. 38 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 7.4 Omgevingstemperatuursensor aansluiten Voorgeschreven kabellengte bij de aansluiting op de SensorBox Neem de voorgeschreven kabellengte in de handleiding van de sensor in acht. 1. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 2. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding onder in het midden van de Sunny SensorBox losdraaien en de blinde plug eruit trekken. 3. Kabel van de sensor door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding onder in het midden trekken en de kabelschroefverbinding vastdraaien. 4. De afsluitweerstand en de brug op de aansluiting "F6: TmpAmb" in de Sunny SensorBox verwijderen. 5. Sensor op de aansluiting "F6: TmpAmb" van de Sunny SensorBox aansluiten. 6. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. 7. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien (aanhaalmoment: 0,8 Nm). 8. Kabel met geschikt bevestigingsmateriaal leggen. De omgevingstemperatuursensor is aangesloten. U kunt nu nog meer sensoren aansluiten of de Sunny SensorBox via de RS485-Power Injector of de SMA Power Injector met Bluetooth aansluiten en in gebruik stellen. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 39

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 7.5 Inbedrijfstelling via RS485-Power Injector 7.5.1 Aanwijzingen voor inbedrijfstelling De Sunny SensorBox wordt via de RS485-Power Injector in de RS485-communicatiebus geïntegreerd. De RS485-Power Injector dient voor de stroomvoorziening van de Sunny SensorBox. Wij raden u aan om de Sunny SensorBox aan het einde van de RS485-communicatiebus te plaatsen. De benodigde afsluiting is al voorgeconfectioneerd. Aanwijzingen voor de RS485-bekabeling Informatie over de bedrading vindt u op de poster met het bedradingsprincipe van de RS485. Ga als volgt te werk om de Sunny SensorBox op de RS485-communicatiebus aan te sluiten: 1 RS485-Power Injector op een RS485-busdeelnemer aansluiten (zie pagina 41). 2 RS485-Power Injector op de Sunny SensorBox aansluiten (zie pagina 43). 3 RS485-Power Injector op de stroomvoorziening aansluiten (zie pagina 52). U heeft bovendien de volgende mogelijkheden: Sunny SensorBox op nog een Sunny SensorBox aansluiten (zie pagina 46). Sunny SensorBox op nog een RS485-busdeelnemer aansluiten (zie pagina 50). 40 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 7.5.2 RS485-Power Injector op RS485-busdeelnemer aansluiten RS485-busdeelnemer 1. Kabel op de RS485-busdeelnemer aansluiten, zoals in de handleiding van de RS485- busdeelnemer beschreven. RS485-Power Injector 2. 4 cm kabelmantel van de RS485-communicatiekabel aan de zijkant van de RS485-Power Injector verwijderen. 3. Kabelafscherming 1,5 cm inkorten. 4. Kabelafscherming naar achteren stulpen en met geleidende plakfolie vastplakken. Daar wordt later de schermklem bevestigd. 5. Niet benodigde aders tot aan de kabelmantel inkorten. 6. Aders over een lengte van ca. 6 mm strippen. Aansluitindelingen en bedrading in het systeem De toewijzing van de aansluitingen en bedradingen in het systeem vindt u op de poster met de grondbeginselen van de RS-485-bekabeling. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 41

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 7. Aders met de stekker verbinden. Neem de aansluitingstoewijzingen in uw RS485- communicatiebus in acht. Noteer in ieder geval de kleuren van de aders. 2 D+ 5 GND 7 D- 8. Stekker in de bus "RS485 IN" van de RS485- Power Injector steken. De RS485-Power Injector is op de RS485-communicatiebus aangesloten. U kunt nu de RS485-Power Injector op de Sunny SensorBox aansluiten. 42 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 7.5.3 RS485-Power Injector op Sunny SensorBox aansluiten OPGELET! Kortsluiting door verkeerde bedrading. De RS485-Power Injector moet direct op de Sunny SensorBox worden aangesloten. Er mogen geen andere RS485-busdeelnemers tussen worden aangesloten, anders kan er kortsluiting ontstaan. RS485-Power Injector 1. 4 cm kabelmantel van de RS485- communicatiekabel aan de zijkant van de RS485- Power Injector verwijderen. 2. Kabelafscherming 1,5 cm inkorten. 3. Kabelafscherming naar achteren stulpen en met geleidende plakfolie vastplakken. Daar wordt later de schermklem bevestigd. 4. Niet benodigde aders tot aan de kabelmantel inkorten. 5. Aders over een lengte van ca. 6 mm strippen. 6. Aders met de stekker verbinden. De draadkleur noteren: +12V GND D+ D - 7. Stekker in de bus "RS485+Power OUT" van de RS485-Power Injector steken. De RS485-Power Injector is aangesloten. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 43

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 8. Schermklem aanbrengen. 9. RS485-communicatiekabel van de RS485-Power Injector naar de Sunny SensorBox leggen. Sunny SensorBox 10. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 11. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding rechtsonder op de Sunny SensorBox losdraaien en blinde plug verwijderen. 12. RS485-communicatiekabel door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding in de behuizing van de Sunny SensorBox duwen. OPGELET! Beschadiging van de Sunny SensorBox door metaal- of kabelresten in het apparaat. Let er bij werkzaamheden aan de kabel op dat er geen metaalresten van de kabelafscherming of van de kabel in de geopende Sunny SensorBox vallen. 13. 4 cm kabelmantel van de RS485- communicatiekabel op de Sunny SensorBox verwijderen. 14. Aders over een lengte van ca. 6 mm strippen. 15. Kabelafscherming tot een streng ineendraaien. De kabelafscherming is alleen nodig als er nog een Sunny SensorBox wordt aangesloten. 16. Isolatieslang over de kabelafscherming stulpen. 4 cm van de kabelafscherming uit de isolatieslang laten uitsteken. 44 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 17. De vrije kabelafscherming in de klem steken. 18. Aders op de klemmen "RS485 F1: IN" van de Sunny SensorBox aansluiten. Let op de genoteerde kleuren van de aders. +12V GND D+ D- RS485 + Power OUT +12V GND D+ D- PE +12V GND D+ D- PE RS485 F1: IN D - +12 V GND D + D - 19. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 45

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 20. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien, om de kabel vast te zetten (draaikoppel: 0,8 Nm). 21. Indien nodig nog een Sunny SensorBox of nog een RS485-busdeelnemer aansluiten (zie pagina 46 of pagina 50). 22. Aan de hand van de poster met het bedradingsprincipe van de RS485 controleren of de afsluitweerstand op de aansluiting "RS485 F2: OUT" moet zijn gestoken. 23. Sunny SensorBox sluiten (zie pagina 61). De RS485-Power Injector is op de Sunny SensorBox aangesloten. 7.5.4 Sunny SensorBox op nog meer Sunny SensorBox aansluiten U kunt de Sunny SensorBox met nog een Sunny SensorBox uitbreiden. Daarbij kunt u de RS485- Power Injector als stroomvoorziening voor maximaal 5 Sunny SensorBoxen gebruiken. Aansluiting op reeds aanwezige Sunny SensorBox OPGELET! Beschadiging van de Sunny SensorBox door metaal- of kabelresten in het apparaat. Let er bij werkzaamheden aan de kabel op dat er geen metaalresten van de kabelafscherming of van de kabel in de geopende Sunny SensorBox vallen. Eventueel metaal- en kabelresten verwijderen. 1. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 2. Afsluitweerstand bij "F2: OUT RS485" op de aanwezige Sunny SensorBox verwijderen. 46 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 3. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding rechtsboven op de aanwezige Sunny SensorBox losdraaien en blinde plug verwijderen. 4. RS485-communicatiekabel door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding in de behuiuzing van de aanwezige Sunny SensorBox duwen. 5. 4 cm kabelmantel van de RS485- communicatiekabel op de aanwezige Sunny SensorBox verwijderen. 6. Aders over een lengte van ca. 6 mm strippen. 7. Kabelafscherming tot een streng ineendraaien. 8. Isolatieslang over de kabelafscherming stulpen. 4 cm van de kabelafscherming uit de isolatieslang laten uitsteken. 9. De vrije kabelafscherming in de klem steken. 10. Aders op de klemmen "F2: OUT RS485" van de aanwezige Sunny SensorBox aansluiten. De draadkleur noteren: +12V GND D+ D- 11. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. 12. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien om de RS485-communicatiekabel vast te zettten (aanhaalmoment: 0,8 Nm). 13. Aanwezige Sunny SensorBox sluiten (zie pagina 61). De RS485-communicatiekabel is op de aanwezige Sunny SensorBox aangesloten. Aansluiting op nog aan te sluiten Sunny SensorBox 14. De nog aan te sluiten Sunny SensorBox monteren, zoals in hoofdstuk 6 Montage (Pagina 20) beschreven. 15. Sunny SensorBox openen (zie pagina 61). 16. Wartelmoer van de kabelschroefverbinding rechtsonder op de nog aan te sluiten Sunny SensorBox losdraaien en blinde plug verwijderen. Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 47

Inbedrijfstelling SMA Solar Technology AG 17. RS485-communicatiekabel door de wartelmoer en de kabelschroefverbinding in de behuizing van de Sunny SensorBox duwen. 18. 4 cm kabelmantel van de RS485- communicatiekabel op de Sunny SensorBox verwijderen. 19. Aders over een lengte van ca. 6 mm strippen. 20. Kabelafscherming tot een streng ineendraaien. De kabelafscherming is alleen nodig als er nog een Sunny SensorBox wordt aangesloten. 21. Isolatieslang over de kabelafscherming stulpen. 4 cm van de kabelafscherming uit de isolatieslang laten uitsteken. 22. De vrije kabelafscherming in de klem steken. 48 Sensorbox-INL100914 Installatiehandleiding

SMA Solar Technology AG Inbedrijfstelling 23. RS485-communicatiekabel op de klemmen "F1: IN RS485" van de Sunny SensorBox aansluiten. Let op de genoteerde kleuren van de aders. Wind F2: OUT RS485 IP - +12 V GND D + D - +12 V +12V GND D+ D- PE +12V GND D+ D- PE Wind IP - F2: OUT RS485 24. Controleren of de afdichting van de kabelschroefverbinding goed zit. 25. Wartelmoer handvast op de kabelschroefverbinding draaien om de RS485-communicatiekabel vast te zettten (aanhaalmoment: 0,8 Nm). 26. Indien nodig nog een Sunny SensorBox of nog een RS485-busdeelnemer aansluiten (zie pagina 46 of pagina 50). 27. Controleren of de afsluitweerstand erin gestoken is (zie hoofdstuk 9.2 RS485-Bus op Sunny SensorBox afsluiten (Pagina 62)). 28. Sunny SensorBox sluiten (zie pagina 61). De extra Sunny SensorBox is aangesloten. +12 V GND D + D - +12 V Installatiehandleiding Sensorbox-INL100914 49