Archeologie Rosheuvel, Eersel Beoordeling onderzoeken en concept selectiebesluit

Vergelijkbare documenten
Advies Archeologische Monumentenzorg 2010-nr. 92

Advies Archeologische Monumentenzorg 2009-nr. 126

Advies Archeologische Monumentenzorg 2013 nr. 83

Archeologische MonumentenZorg

Ruimtelijke onderbouwing archeologie Vijf Akkers-Noord, Moordrecht (gemeente Zuidplas). Notitie TML554

ADVIES ARCHEOLOGIE 16 dec 2013

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899

Advies Archeologische Monumentenzorg 2015-nr. 71

CHECKLIST. Beoordeling standaard rapport IVO-waarderend

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

CHECKLIST. 1. Het IVO-verkennend (voorzover booronderzoek) dient te zijn uitgevoerd door een instelling die beschikt over een opgravingsvergunning

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK

Bijlage 5a. De AMZ-cyclus op land

Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.

Heesch - Beellandstraat

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand

Archeologische Begeleiding

Het bevoegd gezag is het bestuursorgaan dat het besluit neemt of de vergunning verleent.

CHECKLIST. en Wetenschap aan instellingen die hebben aangetoond bekwaam te zijn tot het doen van

V&L. Selectiebesluit archeologie Breda, Klokkenberg. Bijlage 5 bij besluit 2017/2000-V1

Rijkswaterstaat Brede Afspraak Archeologie. Datum 3 juli 2014 Status definitief

Selectiebesluit archeologie Hoeveneind tussen 7 en 21 Teteringen

Brede Afspraak Archeologie

Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

Rijkswaterstaat Brede Afspraak Archeologie. Datum 6 april 2011 Status Definitief

Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie

Advies Archeologie Plangebied Smidsvuurke 5, (gemeente Veldhoven)

Bijlage 4 Archeologisch onderzoek

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland

Bijlage 3 De AMZ-procedure

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand

Monumentenhuis Brabant bv

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

4 Archeologisch onderzoek

Bureauonderzoek Archeologie

Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek

Archeologische Quickscan

Selectiebesluit archeologie Liesboslaan 30-32

Archeologische Quickscan

GEMEENTE WIERDEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE EN VERWACHTINGSKAART

PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek

6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag.

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld

Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek

PLAN VAN AANPAK. Pagina 1 van 7 LOCATIE. Knegsel, gemeente Eersel PROJECT

Landgoed de Heihorsten. Plan van Aanpak archeologie.

Plangebied kapschuur aan de Holte 17 te Onstwedde

RAAP-NOTITIE Plangebied Burloseweg Gemeente Winterswijk Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

Antea Group Archeologie 2015/124 Adviesdocument bestemmingsplan Wateringse Veld vijf restlocaties, gemeente Den Haag.

Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat. Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek. M.E. Hemminga. Archol.

Verkennend archeologisch onderzoek IVO Vorstenbosch-Bergakkers fase 2. R. Jansen, L.G.L. van Hoof

QUICKSCAN N69 BRAAMBOSCHROTONDE, GEMEENTE BERGEIJK Arcadis Archeologisch Rapport 75 5 JANUARI 2016

Archeologisch bureauonderzoek De Kikkerpit te Domburg, gemeente Veere

Bijlage 25 Notitie Archeologie Windpark Greenport Venlo

Transect-rapport 608. N348 Raalte-Ommen, Fase 1 en 2. Gemeente Raalte/Ommen (Ov.) Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek (IVO; karterende fase)

no-hoek: / zw-hoek: / zo-hoek: /

Afbeelding 1.1. Luchtfoto van de locaties (rood=alternatief, blauw=bestaand)

Quickscan Archeologie. Forellenvisvijvers De Huif Aan de Uilenweg 2 Lelystad, gemeente Lelystad

Quickscan Archeologie

30 sept OU

OMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01)

De kracht van vrijwilligers Bijdragen aan archeologisch onderzoek. Bijdragen aan archeologisch onderzoek

Rotterdamseweg 202 in Delft

Nieuwe Waalreseweg 199, Valkenswaard (gemeente Valkenswaard)

Quickscan Inleiding Resultaten quickscan

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

Archeologische Quickscan

MEMO. Projectgegevens

Onderzoeksgebied Klaver 5 in Sevenum

Bijlage 11 Archeologisch onderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag

Pagina 1 van 7. Archeologie West-Friesland Nieuwe Steen 1, 1625 HV Hoorn Postbus 603, 1620 AR Hoorn

N76, Zwartberg, gemeente Genk

Archeologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat (QSnr ) Stadsdeel: Centrum Adres: Eerste Oosterparkstraat

De Moer, plangebied De Hooivork (gemeente Loon op Zand)

Quickscan Archeologie Maasbree-Maasbreeseweg (gem. Peel en Maas) Quickscan en Advies Archeologie Maasbree-Maasbreeseweg gemeente Peel en Maas

PIP Buitenring Parkstad Limburg - Oplegnotitie deelrapport 7 thema Archeologie

Archeologische Quickscan Riethstraat te Tegelen Gemeente Venlo. KSP Archeologie

Het is van belang dat Archeologie West-Friesland minstens een week van tevoren wordt geïnformeerd over de start van de werkzaamheden.

1 Hoe gaan we om met archeologie in de gemeente Oss? U heeft een omgevingsvergunning aangevraagd.voordat we een vergunning kunnen verlenen,

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. Honderdland Ontwikkelingscombinatie cv Honderdland, fase2

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

xxx Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek door middel van verkennende boringen voor de locatie Oogenlust aan de Hees te Eersel, gemeente Eersel.

Adviesdocument ten behoeve van selectiebesluit archeologie Oosterdalfsen, gemeente Dalfsen. Notitie TML520

Pagina 1 van 7 Archeologie West-Friesland, Nieuwe Steen 1, 1625 HV Hoorn, Postbus 603, 1620 AR Hoorn

RISICO-INVENTARISATIE DE WEID TE CASTRICUM

Hoorn. 1 h APR. Gemeente Opmeer t.a.v. dhr. M. Goverde Postbus ZK Spanbroek. Hoorn, Geachte heer Goverde,

Archeologische Begeleiding Tracébesluit N18 Varsseveld - Enschede definitief

Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid. Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg. A. Porreij-Lyklema. Archol.

Bureauonderzoek plangebied IJssalon Venezia op de Heuvel te Oss

Quickscan Archeologie Plangebied Toekomstig Tankstation Hengelosestraat (ong.) te Haaksbergen

Ede, Roekelse Bos (gem. Ede)

Transcriptie:

Archeologie Rosheuvel, Eersel Beoordeling onderzoeken en concept selectiebesluit

Archeologie Rosheuvel, Eersel In opdracht van Opgesteld door Auteur Gemeente Eersel Postbus 12 5520 AA Eersel SRE Milieudienst Keizer Karel V Singel 8 Postbus 435 5600 AK Eindhoven 040 2594664 H. Janssen Projectnummer 486953 Datum 21 april 2010 Status definitief Archeologie Rosheuvel, Eersel 2

Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 2 Concept selectiebesluit 6 3 Beoordeling archeologisch onderzoek 11 Archeologie Rosheuvel, Eersel 3

1. Inleiding In deze notitie is de beoordeling van de meest recente archeologische onderzoeken openomen. Tevens is in deze notitie een concept selectie besluit opgenomen. In verband met certificering van dit onderdeel is deze beoordeling en het concept selectiebesluit onderstaand integraal opgenomen. Archeologie Rosheuvel, Eersel 4

Advies Archeologische Monumentenzorg 2009 nr. 112 Deel 1) Concept selectiebesluit archeologie Deel 2) Beoordeling archeologisch rapport naam Gemeente/bedrijf Datum paraaf Aanvrager A. Kruyzen Gemeente Eersel 7-7-2009 Auteur(s) Jacob Schotten Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Milieudienst Autorisatie Ria Berkvens Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Milieudienst 22-7-2009 23-7-2009 Archeologie Rosheuvel, Eersel 5

2. Concept selectiebesluit archeologie gemeente Eersel Bevoegd gezag: Gemeente Eersel Mevr. A. Kruyzen Postbus 12 5520 AA Eersel Datum: 23-7-2009 Locatie: Project: Van: Plangebied Rosheuvel-Boksheidsedijk te Eersel, gemeente Eersel Eersel (NB), Rosheuvel Boksheidsedijk. Inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven, auteurs: M. Kooi en C. Verbeek (BILAN rapport 2009/extern concept, versie 25-06-2009) Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Milieudienst Mevr. drs. Ria Berkvens Tel. 040-2594780 / 06-15829049 E-mail: r.berkvens@milieudienst.sre.nl Concept selectiebesluit archeologie Rosheuvel-Boksheidseweg gemeente Eersel In het plangebied Rosheuvel-Boksheidseweg te Eersel is in opdracht van de gemeente Eersel een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd. Het proefsleuvenonderzoek heeft uitgewezen dat in het plangebied geen behoudenswaardige archeologische resten aanwezig zijn. Aangetroffen greppels kunnen niet aan een nederzetting worden verbonden, maar zeggen zeer waarschijnlijk iets over de ontginningsgeschiedenis van het gebied. Het gaat dan m.n. om perceelsgreppels uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd. Op basis van de waarderingsaspecten scoort deze vindplaats onvoldoende om als behoudenswaardig te worden aangemerkt. Het advies van de uitvoerder luidt geen vervolgonderzoek te laten plaatsvinden. SRE Milieudienst adviseert de gemeente Eersel dit advies op te volgen en het gebied vrij te geven voor verdere ontwikkeling. De aanwezigheid van (potentieel behoudenswaardige) archeologische resten kunnen nooit geheel worden uitgesloten op basis van het uitgevoerde onderzoek. Mochten er tijdens toekomstige grondwerkzaamheden toch onverwacht archeologische vondsten en structuren worden aangetroffen, dan dient men dit zo spoedig bij onze minister te melden (Monumentenwet 1988, artikel 53). Archeologie Rosheuvel, Eersel 6

Toelichting Concept selectiebesluit door het bevoegd gezag Op basis van de gegevens van het vooronderzoek stelt de uitvoerder van het onderzoek een waardering op. Het bevoegd gezag kan deze waardering gebruiken bij het nemen van een selectiebesluit. Als het bevoegd gezag concludeert dat de vindplaats behoudenswaardig is, zal men moeten bekijken of de ruimtelijke plannen zodanig kunnen worden aangepast dat behoud van de vindplaats mogelijk is. Het rijks- en ook het provinciaal archeologiebeleid gaat uit van behoud van het bodemarchief in situ (ter plekke, dat wil zeggen in de bodem). Is dit niet realiseerbaar, dan dient de aanwezige, als behoudenswaardig gewaardeerde, vindplaats te worden onderzocht. Meestal betekent dat een opgraving als definitieve beheersmaatregel. Als de archeologische vindplaats niet behoudenswaardig wordt bevonden kan het terrein worden vrijgegeven voor de realisatie van de plannen (=negatief selectieadvies). Zelfs dan is het in sommige gevallen overigens nog aan te bevelen amateur-archeologen onderzoek te laten doen; dit kan alleen bij vindplaatsen met een negatief selectieadvies. Het al of niet opvolgen van een selectieadvies door de archeologisch uitvoerder is een beleidsbesluit, dat is voorbehouden aan het bevoegde gezag. Het selectiebesluit kan dan ook afwijken van het selectieadvies. Onder de huidige wetgeving is niet geregeld welke overheid een selectiebesluit moet nemen, nog hoe dat besluit eruit moet zien. Een overheid kan een (selectie)besluit nemen voor de archeologie in het eigen grondgebied en daaraan voorwaarden verbinden. Dat kan in het kader van haar wettelijke taken of op basis van een speciale archeologieverordening. Daarbij is het wel van belang dat deze overheid een eigen archeologiebeleid voert, zich bij de besluitvorming baseert op adequaat uitgevoerd vooronderzoek en zich laat adviseren door een daartoe gekwalificeerd archeoloog. Dit is in overeenstemming met de richtlijnen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. 1 1 Handreiking Valletta, VNG (in voorbereiding, gereed najaar 2008) Archeologie Rosheuvel, Eersel 7

Bij ruimtelijke planvorming en ingrepen kan de nieuwe archeologiewetgeving en de beleidsmatige vertaling ervan door de gemeente grote financiële en/of organisatorische consequenties hebben. Niet alleen voor de gemeente zelf, maar ook voor grondeigenaren en -gebruikers, planmakers en initiatiefnemers van bodemingrepen. Gezien de grote financiële, planologische en cultuurpolitieke consequenties die aan archeologische selectiebesluiten verbonden kunnen zijn, is het van het grootste belang dat dit soort besluiten op een zorgvuldige, transparante, rechtvaardige en rechtmatige wijze tot stand komen. In ieder geval staan selectiebesluiten open voor beroep- en bezwaar. Kwaliteit Bij het nemen van het selectiebesluit wordt er van uitgegaan dat de kwaliteit van het archeologisch selectieadvies gewaarborgd is. Dit betekent dat het selectieadvies moet zijn opgesteld (en gecontroleerd) door een senior archeoloog. Een ander uitgangspunt is dat het gehele proces voorafgaand aan het archeologische selectieadvies volgens de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) is verlopen. Dat wil zeggen dat er in het geval van gravend onderzoek een Programma van Eisen (PvE) moet zijn geweest. Een PvE moet bovendien goedgekeurd zijn door het bevoegd gezag. Wanneer de opsteller van het PvE ook de uitvoerder is, moet het plan beoordeeld worden door een onafhankelijk senior archeoloog. Dit kan een archeoloog zijn die aan uw gemeente verbonden is, een archeoloog die werkzaam is bij de provincie of het rijk of een senior archeoloog bij een andere instelling dan de opsteller/uitvoerder. Archeologie Rosheuvel, Eersel 8

Beleidskader Het nationale beleid voor de archeologische monumentenzorg staat in het teken van het behoud en het beheer van het archeologische erfgoed. De archeologische belangen vinden wettelijke bescherming in de Monumentenwet 1988 en het Europese Verdrag van Valletta (1992). Op gelijke voet staat het streven naar het gebruik van het archeologische erfgoed als inspiratiebron voor de ruimtelijke inrichting van ons land. Dit beleid geldt voor alle cultuurhistorische waarden, dat wil zeggen voor zowel archeologische als voor historisch geografische en historisch bouwkundige waarden (Nota Belvedere 1999). Op 1 september 2007 is de wet op de archeologische monumentenzorg in werking getreden. Deze wet omvat een wijziging van de Monumentenwet 1988 en is ook gericht op de implementatie van het genoemde verdrag. Dit betekent dat gemeenten verplicht zijn in de voorbereidingsfase van een nieuw bestemmingsplan of projectbesluit archeologisch onderzoek te laten uitvoeren. Gemeenten dienen ook aan te geven welke conclusies zij aan de onderzoeksresultaten verbinden. De archeologische onderzoeksresultaten krijgen vervolgens hun vertaling in het bestemmingsplan of projectbesluit. Het beleid voor de archeologische monumentenzorg van de provincie Noord-Brabant sluit op hoofdlijnen aan op het nationale beleid voor de archeologische monumentenzorg. In het streekplan 2002 is in overeenstemming met voornoemde regelgeving bepaald dat bij ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden met bekende en te verwachten archeologische waarden. Het uitgangspunt hierbij is dat het archeologisch erfgoed moet worden beschermd op de plaats waar het wordt aangetroffen. Archeologie Rosheuvel, Eersel 9

Beoordeling van een Archeologisch Rapport Bevoegd gezag: Gemeente Eersel Mevr. A. Kruyzen Postbus 12 5520 AA Eersel Datum: 22-07-2009 Locatie: Project: Van: Plangebied Rosheuvel-Boksheidsedijk te Eersel, gemeente Eersel Eersel (NB), Rosheuvel Boksheidsedijk. Inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven, auteurs: M. Kooi en C. Verbeek (BILAN rapport 2009/extern concept, versie 25-06-2009) Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Milieudienst Dhr. drs. Jacob Schotten Tel. 040-2594403 E-mail: J.Schotten@milieudienst.sre.nl Inleiding Op 7 juli ontvingen wij van de gemeente Eersel de opdracht om het rapport Eersel (NB), Rosheuvel Boksheidsedijk. Inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven, auteurs: M. Kooi en C. Verbeek (BILAN rapport 2009/extern concept, versie 25-06-2009) te beoordelen. Doel van het onderzoek was het aanvullen en toetsen van de gespecificeerde verwachting, zoals die is opgesteld op basis van het eerder uitgevoerde bureauonderzoek. Tot slot moest een advies worden gegeven over de noodzaak van archeologisch vervolgonderzoek. Samenvatting van het plan en het rapport Onderzoekskader RO: Bestemmingsplanwijziging t.b.v. woningbouw Grootte plan- en onderzoeksgebied:4,64 ha Onderzoeksperiode: 30-03-2009 t/m 01-04-2009 Opdrachtgever: gemeente Eersel Opdrachtnemer: BILAN Het plangebied is gelegen ten zuiden van de bebouwde kom van Eersel en bestond ten tijde van het onderzoek uit twee agrarische bedrijven, één in het zuidwesten en één in het noordoosten, met daar tussenin weiland. In het noorden en westen grenst het plangebied aan de Rosheuvel en in het oosten aan de Boksheidsedijk. Aanleiding tot het onderzoek is de voorgenomen bouw van 40 woningen in het plangebied. Archeologie Rosheuvel, Eersel 10

Uit het bureauonderzoek 2 blijkt dat de ondergrond van het plangebied geologisch gezien bestaat uit afzettingen behorend tot de Formatie van Sterksel, plaatselijk afgewisseld door leemlagen, smeltwaterzanden, fluvioperiglaciale afzettingen en veenlagen. Geomorfologisch gezien is het plangebied gesitueerd op een lage dekzandrug en volgens de bodemkaart komen er veldpodzolgronden voor en in het noordoosten hoge zwarte enkeerdgronden. Archeologische vondsten uit de omgeving stammen uit de periode vanaf de late prehistorie tot en met de Nieuwe Tijd. Op historisch topografische kaarten is te zien dat het plangebied lag in een gebied met kleinschalige omheinde akkers. Op basis van het bureauonderzoek geldt voor het plangebied een hoge verwachting voor het Paleolithicum en Mesolithicum, de Late Bronstijd tot en met de Midden IJzertijd en de Romeinse Tijd. Voor de Late Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd is de archeologische verwachting middelhoog. Tijdens het onderzoek is wegens praktische belemmeringen een aantal proefsleuven ingekort of verplaatst ten opzichte van het puttenplan in het PvE. Drie sleuven in het zuidwesten en drie in het noordoosten van het plangebied konden niet worden aangelegd wegens bebouwing en bomen. In plaats daarvan zijn in het zuidwesten vier en in het noordoosten vijf boringen gedaan. De ondergrond bestaat uit zand dat van boven naar beneden verandert van matig fijn in zeer tot uiterst grof grindhoudend zand behorend tot de Formatie van Sterksel met daarop een dunne laag dekzand. In vrijwel het gehele plangebied bestaat de bodem uit een 20 tot 50 cm dikke bouwvoor op de C-horizont. In het centrale gedeelte van het plangebied komen onder de bouwvoor resten voor van een veldpodzol in de vorm van een roodbruine verkitte B-horizont op een lichtbruine BC-horizont of alleen resten van de BC-horizont. Voornamelijk in het zuidwestelijke en het noordoostelijke gedeelte van het plangebied komen AC-profielen voor. De overgang tussen de A- en C-horizont verloopt soms via een verstoorde laag bestaande uit vermengd A- en C-materiaal. Het onderzoek heeft 16 grondsporen opgeleverd, te weten 14 greppels en twee kuilen. In totaal zijn er slechts drie aardewerkscherven gevonden; één scherf uit de periode 1350-1600 komt uit een greppel en de andere twee scherven, te dateren tussen 1400 en 1600, komen uit een van de kuilen. Het overige vondstmateriaal bestaat uit vier fragmenten van bouwmateriaal, eveneens uit de periode 1400-1600. Vijf greppels konden niet worden gecoupeerd, omdat ze tijdens het onderzoek onder water lagen, hetgeen getuigt van de lage ligging van het plangebied. De meeste greppels vallen vrijwel samen met perceelsgrenzen op de kadastrale kaart uit de vroege 19 de eeuw. Aangenomen mag dan ook worden dat het gaat om perceelsgreppels die tevens dienden ter ontwatering. Het schaarse vondstmateriaal kan er op wijzen dat de percelering van het onderzoeksgebied is ontstaan aan het einde van de Late Middeleeuwen of het begin van de Nieuwe Tijd. Op basis van fysieke en inhoudelijke criteria kan aan de vindplaats een lage waardering worden toegekend. Het rapport besluit dan ook met het advies om de vindplaats als niet behoudenswaardig te beschouwen en geen archeologisch vervolgonderzoek in het plangebied te verrichten. 2 Vries, J. de& R. Berkvens, 2008: archeologisch bureauonderzoek Rosheuvel te Eersel, gemeente Eersel (SRE Milieudienst). Archeologie Rosheuvel, Eersel 11

Beoordeling Het rapport is goed geschreven en voldoet aan de kwaliteitseisen van de archeologische monumentenzorg. De volgens de KNA vereiste gegevens t.a.v. de archeologie zijn in voldoende mate geleverd. Voor het veldonderzoek zijn de juiste methoden toegepast. Het kaartmateriaal voldoet. In de aanbeveling om geen archeologisch vervolgonderzoek in het plangebied te verrichten kunnen wij ons vinden. Opmerkingen Wij hebben enkele opmerkingen bij het rapport die echter niet van invloed zijn op de conclusie. - Blz. 15: Er wordt vermeld dat er tijdens het veldwerk op een aantal punten van het oorspronkelijke puttenplan moest worden afgeweken, maar er staat niet hoeveel vierkante meter proefsleuf er uiteindelijk is aangelegd. - Blz. 17, De derde zin van par. 3.3.1 kan weg. Deze komt in de vierde alinea namelijk weer terug. - Blz. 19: Over de negen aangetroffen greppels wordt gezegd dat de overige vijf niet konden worden gecoupeerd omdat zij onder water lagen, maar om welke sporen het gaat staat er niet bij. - Blz. 21: Er staat dat de locatie van enkele greppels overeenkomt met greppels op het minuutplan uit het begin van de negentiende eeuw. Op het minuutplan staan geen greppels, maar alleen kadastrale grenzen aangegeven. Verder vallen volgens afb. 5 vrijwel alle aangetroffen greppels zo goed als samen met kadastrale grenzen, in ieder geval qua oriëntatie. Er zit telkens een paar meter verschil in afstand tussen de kadastrale grenzen en de greppels, maar dat zit waarschijnlijk in de maatvoering/projectie en het lijkt er toch op dat zo goed als alle greppels samenvallen met kadastrale grenzen uit de vroege 19de eeuw. - Blz. 23: Bij de beantwoording van de tweede vraag wordt, evenals elders in het rapport, niets gezegd over de aan- of afwezigheid van vondsten in de bouwvoor en de interpretatie daarvan. Dat moet worden aangevuld. Verder wordt er gesproken van de ingebruikname van het plangebeid als akker in de Nieuwe Tijd, maar gezien de vondsten kan dat ook nog aan het einde van de Late Middeleeuwen zijn geweest. - Blz. 24: Bij de beantwoording van de tweede vraag op deze blz. wordt gesproken van kuilen van bewoning die zich ten noorden van het plangebied heeft bevonden. Hiervan is eerder in het rapport geen sprake en e.e.a. behoeft toelichting. Verder staat er dat deze sporen dateren uit de Nieuwe Tijd, maar gezien de vondsten kan dat ook nog het einde van de Late Middeleeuwen zijn. In het antwoord op de laatste vraag op deze blz. wordt vermeld dat er geen sporen zijn aangetroffen die in aanmerking kwamen voor paleo-ecologische bemonstering. Aangezien een aantal greppels onder water lag lijkt het er op dat er wel potentieel was voor bemonstering, maar dat dit niet zinvol was. Archeologie Rosheuvel, Eersel 12

- Blz. 25: De eerste vraag op deze blz. gaat over eventuele vondsten uit het esdek. Het antwoord dat er geen esdek is aangetroffen kan worden aangevuld met een opmerking over het wel of niet aanwezig zijn van vondsten in de bouwvoor en de interpretatie daarvan. Zie de opmerking bij blz. 23. Advies Met inachtneming van bovenstaande opmerkingen stemmen wij in met het rapport Eersel (NB), Rosheuvel Boksheidsedijk. Inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven, auteurs: M. Kooi en C. Verbeek (BILAN rapport 2009/extern concept, versie 25-06-2009. De conclusie dat de aangetroffen vindplaats niet behoudenswaardig is wordt door ons gedeeld. Op grond daarvan hoeft er in het onderzoeksgebied geen archeologisch vervolgonderzoek te worden verricht. Archeologie Rosheuvel, Eersel 13

BIJLAGE 1 Toetsingsprocedure Rapportages worden door de SRE Milieudienst getoetst aan de in de archeologische monumentenzorg voorgeschreven kwaliteitsnormen en aan de in de beroepsgroep gangbare gedragscodes m.b.t. onafhankelijkheid en proportionaliteit. De conclusies en aanbevelingen zijn getoetst aan de verwachte waarde van de locatie en aan de verhouding tot de bestaande en de te verwachten verstoring van het bodemarchief. Indien deze toetsing leidt tot aanbevelingen om het rapport te verbeteren, hebben deze aanbevelingen alleen betrekking op meetbare kwaliteitsaspecten en niet op zaken die binnen het domein van de integriteit en wetenschappelijke verantwoordelijkheid van de rapporteur vallen. Selectie- en beleidsadviezen van de toetser zijn onderscheiden van die van de auteur van het rapport. Bij de toetsing is waar nodig gebruik gemaakt van de volgende documenten: RACM database Archis II Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie versie 3.1 Checklist SIKB beoordeling IVO verkennend, karterend en waarderend Checklist SIKB beoordeling PvE Leidraad Archeologische Standaard Boorbeschrijving Leidraad Archeologisch Onderzoek Beekdalen Leidraad IVO Karterend Booronderzoek Minimum- en onderzoekseisen Provincie Noord-Brabant t.b.v. archeologisch vooronderzoek in de vorm van inventariserend en waardestellend boor- en proefsleuvenonderzoek (versie 02/01/2007) Nationale Onderzoeksagenda Archeologie MemoRIA 6 en 8 Literatuur m.b.t. de regio voorzover die aanwezig is in de bibliotheek van het Archeologisch Centrum in Eindhoven Gedragscode van de Vereniging van Nederlandse Archeologen Archeologie Rosheuvel, Eersel 14