DELFT HET ATELIER
SITUERING IN DE POLDER SITUATIE 1:1000 PROJECTGEGEVENS Locatie: Rotterdamseweg 205, Delft Opdrachtgever: Art Centre Delft Architect: Artesk van Royen Architecten Ontwerp: Teske van Royen Medewerkers: Wytske van der Veen, Ek van Roosendaal Constructeur: CIHR Adviezen, Delft Aannemer: Jeroen van Schie Uitvoering: 2005-2009 Fotografie: Anja Schlamann, Köln
PLATTEGROND 1:200
DWARSDOORSNEDE 1:200
ATELIER EN EXPOSITIERUIMTE De eerste ontmoeting, het begin van een langdurige vriendschap, met de opdrachtgevers, het kunstenaars / ondernemers duo, Paula Kouwenhoven en Jeroen van Schie dateert inmiddels weer van ongeveer 17 jaar geleden. Destijds, in de galeriewoning van Paula Kouwenhoven aan de Oude Langedijk in Delft, ontstonden de eerste concepten voor hetgeen later zou uitmonden in het werkplaatsinitiatief Art Centre Delft en World Art Delft. In de toenmalige situatie was de opgave de verruiming van de galeriewoning met een atelier in een historisch pand. In de realisatie van het geheel is gezocht naar een transformatie van dit pand waarbij het panorama op het oude centrum van Delft werd benut en, in de atmosfeer van het huis, een analogie werd bereikt met de kunstwerken, overwegend schilderijen van Paula Kouwenhoven. Vanuit deze oorspronkelijke omgeving heeft het initiatief zich in de loop der jaren steeds verder ontwikkeld, naar schaal en ook naar inhoud. Zo zijn Art Centre Delft en World Art Delft ontstaan, die niet alleen initiatieven omvatten waarin beide partners hun eigen productie willen onderbrengen, maar in de ruimste zin creatieve processen willen bevorderen. Aanvullend is daarom gezocht naar ruimte voor het tentoonstellen en distribueren van internationale kunst en verblijf- en werkruimten voor groepen en teams die met behulp van beeldende middelen groepsprocessen en teambuilding willen bevorderen. Om deze ambitie gestalte te geven hebben de opdrachtgevers uiteindelijk hun oog laten vallen op een in onbruik geraakt agrarisch bedrijf op een haast arcadische locatie in de onmiddellijke nabijheid van metropolen. DELFLAND Het project is gesitueerd in een van oorsprong agrarisch gebied in het hart van Haaglanden / Delfland, met op zichtafstand de stedelijke agglomeraties van Rotterdam en Den Haag. Even ten zuiden van de bebouwing van Delft ligt, begrensd door de rivier de Delftse Schie en de autosnelweg A13, de Zuidpolder van Delfgauw. Deze polder is een onderdeel van een groene zone, waarvan, ondanks of dankzij de begrenzing door stedelijke functies, de rijksweg en de spoorlijn Delft-Rotterdam, het agrarisch karakter relatief onaangetast is gebleven. Het gebied, waar het Art Centre Delft en World Art Delft gevestigd is, bevindt zich in de periferie van het Groene Hart en maakt derhalve deel uit van de actuele discussie van de Delta-metropool, de verbinding van de grote steden in de Randstad tot een structuur en de verschillende opinies omtrent urbane ontwikkelingen en onderhoud van landschap en cultureel erfgoed. In de wijze waarop de opdrachtgevers gedurende langere tijd en in verschillende opdrachten gestalte geven aan hun landgoed, worden interessante opties ontwikkeld die relevant zijn in het vertoog over dit deel van Nederland. Het initiatief lijkt te refereren aan de structuur van buitenplaatsen, een nabijgelegen plek grond die in de huidige epoque de stadsbewoner in de gelegenheid stelt in relatieve rust grond te vinden voor een onbevangen waarneming, een structuur die vanaf de zeventiende eeuw in een pragmatische context ook in dit gebied bekend was. De locatie behelst een boerderijcomplex van begin 19e eeuw, bestaande uit meerdere gebouwen en door sloten omgeven erven, moestuinen, boomgaarden en bleekvelden. Het hoofdgebouw is op enige afstand van de openbare weg en bereikbaar via een oude oprijlaan. Dit hoofdvolume in de compositie is in 2000 getransformeerd van haar oorspronkelijke functie van woonhuis en opslag / stal naar die van woning en expositieruimte. De bijgebouwen zijn vervangen door actuele architectuur die adequaat is in de huidige opzet. De opdrachtgevers hanteren daarbij een strategie die vanuit een samenhangend concept voor het hele areaal en met behoud van de initiële structuur van boomgaarden en sloten, successievelijk en door verschillende auteurs / architecten vorm geeft aan het complex. neemt binnen de configuratie van het complex een perifere plaats in, terwijl het zich zeer direct oriënteert op het open weidelandschap en de karakteristiek van deze streek. De opdracht behelsde een atelier- en expositieruimte, annex conferentieruimte, waarbij volume, lichtvoering en materiaal belangrijke condities waren. Voor het ontwerp is onderzocht hoe het oorspronkelijke complex en de context van het cultuurlandschap verstaan kunnen worden, om vervolgens in de conversie van het gebruik te komen tot contouren. De oorspronkelijk agrarische structuur is daarbij vooral gelezen op basis van productie en op grond van haar mentale beeld, het cyclische dat aan iedere agrarische cultuur eigen is. Ondanks de representatieve elementen in de toepassing van het exposeren en organiseren, heeft in het ontwerp toch vooral dit element van het voortbrengen en het pragmatische op de voorgrond gestaan. In de uitvoering van het ontwerp, de constructie en het materiaalgebruik is gelet op aspecten van duur en herhaling : duurzaamheid, soliditeit en verwering. De situering van het volume is op zeer pragmatische wijze gebeurd parallel aan de contouren van het hoofdvolume en de domeingrens. De operatie in het ontwerp is gebaseerd op een simpele additie van een kwadraat naar drie kwadraten, in een hoogte die in de waarneming beantwoordt aan de helft van het kwadraat. Om dit volume, dat verwijst naar het open, flexibele en bevattende principe van de schuur, te ontsluiten, is een volume verschoven ten opzichte van de andere twee. In deze zone, die niet rechtstreeks benaderd kan worden, maar via het erf en het hoofdvolume, wordt de toegang verschaft tot het interieur. Om deze benadering te benadrukken, is aan de noordzijde, daar waar het gebouw grenst aan de openbaarheid, gekozen voor een gesloten gevel, zodat er geen directe relatie is met de aanrijdende bezoekers en het gebouw, ondanks zijn ligging, toch voldoende privaat is. De verschuiving isoleert enigszins het volume van het atelier, en benadrukt hierdoor de relatie met het erf en de overige gebouwen. Het exterieur oogt, door een ostentatief gebruik van grote formaten cortenstaal, zeer gesloten, monolitisch. Het interieur biedt een contraire ervaring: door de overvloed van licht, door vensters die doorlopen van bovenzijde wand naar het dak, wordt de gedrongen impressie van het exterieur gekanteld naar een expanderende kwaliteit van de binnenruimte. LENTEMENT Langzaam of bedachtzaam zijn begrippen die voor een architect benijdenswaardig zijn. Une maison, ça ce construire lentement is een uitspraak van de Portugese architect Alvaro Siza, die in de huidige hectische bouwpraktijk en de urbane omgeving, temidden waarvan dit project gerealiseerd is bijna een anachronisme, haast een noodkreet is. Architectuur ontstaat ; ze wordt niet bedacht of vormgegeven. Ze ontstaat in de synergie tussen plaats, geologie, klimaat en tradities, de nieuwe eisen van de tijd en niet in de laatste plaats in de samenspraak tussen opdrachtgever en architect. In het ontwerp voor de Rotterdamseweg waren de opdrachtgevers aristocratisch ; helder in hun wensen, respectvol naar de auteur, kritisch, enthousiast over de ontwerpen: ruimhartig. ONTWERP Het segment van het perceel waarvoor opdracht werd gegeven bevindt zich aan het einde van de oprijlaan, ten zuidwesten van het hoofdgebouw. Het perceel is langgerekt, ligt parallel aan de oost west oriëntatie van dit volume en wordt aan de noordzijde begrensd door een parkeerplaats en aan de zuidzijde door een sloot die tevens de grens vormt tussen twee domeinen. Het grondstuk
ZUIDGEVEL 1:200 NOORDGEVEL 1:200 OOSTGEVEL 1:200 WESTGEVEL 1:200
ARTESK VAN ROYEN ARCHITECTEN BOURGOGNEPLEIN 21 6221CZ MAASTRICHT WWW.ARTESK.NL 043-4574590