Hockey, niet zo maar een sport "van zestalhockey naar achttalhockey''



Vergelijkbare documenten
8-tal Coachmap HC Gemert

Hockey in een elftal. De overgang van achttal naar elftal hockey (Deze pagina is bijgewerkt op 6 juni 2002) Inleiding

VAN E-PUPIL NAAR D-PUPIL

Het creëren van kansen en het scoren. Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen?

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4

Nieuwerkerkse Hockey Club De IJssel. Coach tips Tactische uitgangspunten

OFWEL VAN E NAAR D VOETBAL

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen

Speelwijze E- en F-jeugd

Voor de Jongste Jeugd van Hockeyclub Hisalis. Maart 2006 Anniek de Jong

Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930

Coaching Boekje U7-U12 Dragons

Van E- naar D-pupillen (van JO11 naar JO13)

Spelregels 3-tal, 6-tal en 8-talhockey bij de mini's

1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander

W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN

Welkom bij MHC Woerden

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander.

11 v 11 Uitwerking

Van E-pupil naar D-pupil. Wat gaat er allemaal veranderen?

Spelregels zestal hockey

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen

De stap van E naar D Informatie voor spelers, leiders en trainers

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva

HET POSITIE- EN PARTIJSPEL

Welkom. Coachavond Zaalhockey 24 november 2016 MHC Forescate

Spelregels achttal hockey. Hoe ziet het speelveld eruit? 15m. speelrichting. 15m. Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen

Spelregels zestal hockey

Van pupil E naar D...

Teamorganisatie en basistaken 11 tegen 11 vv Bargeres

Oefening 1. Druk zetten

wat gaat er veranderen?

Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen. Doelmarkeringen in de vorm van pylonnen

Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze)

SCHC. Zaalhockey seizoen Hockeylijn 6-tallen/m A 9 november 2017

Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen Doelmarkeringen in de vorm van pylonnen

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen

Spelbegeleiding Jongste Jeugd. Vrijdag 18 november 2011

MINI-HOCKEY E-jeugd (6:6)

1e periode: positieverkenning. 2e periode: positie en taakgericht voetballen. 3e periode: teamgericht handelen. 4e periode: taakgericht en

Van pupil E naar D...

D. Aansluiting tussen de linies

Trainingsvoorbereidingsformulier

Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen

Oefenvormen - Het Oversteekspel

Jeugd Opleidingsplan SV Lycurgus

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011

Van Benjamin-hockey tot elftalhockey

H. De samenwerking tussen de linies

Spel- en gedragsregels voor jeugdspelers

Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal

Taken van het totale team Balbezit (opbouwend/aanvallend)

Circuittraining voetbal:

Wat nu? Ik ga van de E...naar de D pupillen! Wat verandert er allemaal bij de D pupillen?

Van pupil E naar D wat moet ik daarmee? Voorwoord

vv Bergambacht Technische Commissie Onderbouw


15m. 15m. Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen. Doelmarkeringen in de vorm van pylonnen

Spelregels : Zestal Hockey Versie oktober 2011 Bron: KNHB / District Zuid JJ

Doelstelling. Leeftijdscategorie Jeugd Aantal Spelers Ongeveer 12 Oefen/Leerfase

zaalhockey. Presentatie Zaalhockey , E jeugd (EM) 1

Wat staat erin? September

W10-TR2 L UITSPELEN 1:1

Spelregels 8:8. Rijswijksche Hockey Club Seizoen

Spelregels Achttal hockey

Blok 1. situatie 1. situatie 2. situatie 4. situatie 3

Briefing spelbegeleiders Jongste Jeugd

Spelregels : Achttal Hockey Versie oktober 2011 Bron: KNHB / District Zuid JJ

Spelregels achttal hockey. Hoe ziet het speelveld eruit? 15m. speelrichting. 15m. Veldmarkeringen in de vorm van pylonnen

D-pupillen. Leeftijdskenmerken

Spelregels Minipolo. Pupillen 1 Voorwoord:

G. Het verbeteren van het verdedigen

Hockey begeleiding Jongste Jeugd

speelrichting speelrichting.

Van pupil E naar D wat moet ik daar mee?

WEEK 4 - (AANV) DIEP SPELEN IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (11-13 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (9-11 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT PASSING

Technisch Ontwikkeling Plan voor de voetballers uit de jeugd van Klein Dochteren TOP!

Spelregels drietal hockey

HOCKEYVELD... 2 HOCKEYSPEL ALGEMEEN... 3 HOCKEYREGELS...

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen

Trainer- & coachavond D&C breedte. Communiceren. Besprekingen voeren. coach-tips. Wedstrijd coaching

Trainingsvoorbereidingsformulier

SCHOLING -VV REUVER -ZATERDAG 7 JANUARI 2017

(Spel)regels 3-tallen seizoen

Arbitrage : van 8-tal hockey naar 11-tal hockey Versie november 2010 Bron: KNHB / B.Bams

Spelregels : Drietal Hockey Versie oktober 2011 Bron: KNHB / District Zuid JJ

Balcontrole Doordat je een goede techniek hebt, gaat de bal precies de kant op die jij wilt.

1) 2. 3 : 1 in een afgebakende ruimte = meter

Balbezit Balbezit tegenpartij Wisselingen

Leskaart les 5, ronde 3

MODULE BASKETBAL TWEEDE FASE

Transcriptie:

Hockey, niet zo maar een sport "van zestalhockey naar achttalhockey'' In het hockey sta je er niet alleen voor. Je speelt in een team. Eerst zestalhockey en daarna achttalhockey. Teamsport betekent je samen inzetten, samen plezier maken, samen trainen, samen wedstrijden spelen, samen succes beleven, maar ook samen verlies verwerken, samen teleurgesteld zijn. Je speelt uit- en thuiswedstrijden. Voordat je begint met het spelen van wedstrijden is het belangrijk dat je weet wat wel en wat niet mag tijdens het spel. Ook is het goed om te weten hoe je je moet gedragen in en om het veld. Hockey is leuk en moet dat ook blijven. Daar kunnen we met z n allen voor zorgen. Jij met je team, de trainers, de coaches; kortom iedereen die iets met hockey te maken heeft. Dus ook de scheidsrechters en de tegenstanders. Natuurlijk geldt dit zowel voor buiten als binnen het veld. Binnen het veld gedraag je je sportief, want de tegenstanders willen ook lol hebben. En je respekteert het oordeel van de scheidsrechter. Buiten het veld ben je zuinig op de spullen van jezelf, je club en je tegenstander. Om alles in goed banen te leiden zijn er spelregels. Iedereen weet dan tenminste wat mag en wat niet mag. Zorg dat je die spelregels kent, je coach helpt je daarbij. Belangrijke informatie kan je vinden op www.ghbs.nl

Roulerende opstelling, keeper, reserve en aanvoerder Roulerende opstelling We proberen je op alle plaatsen te leren spelen. Dan leer je het spel het beste begrijpen. Je snapt dan beter wat de taak van iedere speler is, want je hebt zelf op elke plaats gespeeld. Het is leuk om precies de slimme dingetjes van iedere plaats te kennen. Dus we wisselen steeds. Dat is goed voor de ontwikkeling van je eigen inzicht. En het is nodig om een hecht team te kunnen worden. Twee plaatsen vinden de meesten wat minder leuk, maar die horen er wel bij; de keeper en de reserve. Ook die plaatsen rouleren. Keeper Om de beurt ben je, een halve wedstrijd, keeper. De coach houdt bij wie er al keeper is geweest en bepaalt wie er aan de beurt is. Reserve We zijn een achttal, maar we zijn gelukkig met elf spelers. Dan hoeven we nooit een invaller van een ander team te vragen. We zijn altijd met elkaar. En als we in de wedstrijd moe zijn, of het gaat even wat slechter, dan kunnen we even uitrusten aan de kant. Tijdens de wedstrijd wisselen we niet meer zo vaak als met het zestal. Toen wisselden we zodanig dat tijdens een wedstrijd iedereen aan de kant had gestaan. Bij achttal stoort het wisselen teveel. Het spel is taktisch wat moeilijker. Je moet meer wennen aan de opstelling. Dus we moeten niet teveel verstoren. De coach houdt bij wie er al reserve is geweest en bepaalt wie er aan de beurt is. Aanvoerder De aanvoerder is de gast man/vrouw van het team. Je geeft de scheidsrechters een hand en bepaalt mee wie er begint. Je zorgt dat de scheidrechters bedankt worden en dat alle tegenstanders een hand krijgen. Taken Op de volgende bladzijden worden de taken van iedere speler apart uitgelegd.

De opstelling van een achttal Het veld is net zo lang, maar veel breder dan bij 6-tal hockey. Bij 8-tal hockey is het de bedoeling om in de breedte te leren spelen. In het centrum zijn er twee nieuwe spelers bijgekomen, de midvoor en de voorstopper. Deze twee vullen de ruimte in het centrum op, doordat de linksbuiten en de rechtsbuiten verder naar buiten zijn gegaan. Bij 8-tal hockey ligt de nadruk op taktiek: De breedte van het veld gebruiken. Ruimte in de diepte trekken door opbouw langs de buitenlijnen. Elkaar rugdekking geven. Rugdekking betekent, dat je achter je medespeler met de bal gaat staan, zodat zij de bal kan terugspelen maar ook dat je er bent om te helpen als het mis gaat.

Keeper Plaats en werkgebied van de keeper (K): Taak: Vóór de doellijn. Meebewegen met de positie van de bal. De goal klein maken, door op tijd uit te lopen. De bal tegenhouden, zodat er geen doelpunten vallen. De bal wegwerken naar de zijkant.

Laatste man Plaats en werkgebied van de laatste man (LM): Centrum, op de 10 meterlijn. Altijd achter alle andere spelers én achter de bal blijven. Verdedigende taak LM: Onderscheppen van voorzetten en doelpogingen. Rugdekking geven aan de LV, de VS of de RV: Als de tegenpartij aanvalt, vang je de tegenstander op als zij jouw medespeler heeft gepasseerd, dat is rugdekking. Als je medespeler de bal heeft, sta je er achter zodat ze altijd kan terugspelen. Dat is ook rugdekking. Wanneer je de bal hebt is het goed om naar links of naar rechts weg te werken. De bal ver van het doel weghouden. De bal niet diep door het centrum wegwerken. Opbouwende taak LM: De opbouw van de aanval begint met breed uitverdedigen via de LV of de RV. Als de eigen partij in de aanval is geef je rugdekking aan de kant waar de bal is. De verdediger van de kant waar de bal niet is helpt je daarbij. Vrije slagen LM: Alle vrije slagen in het centrum tot de middellijn. Niet naar achteren spelen. De medespelers moeten er voor zorgen, dat er steeds drie afspeelmogelijkheden zijn (links, rechts en diep).

Linker Verdediger Plaats en werkgebied van de linker verdediger (LV): Links, op de 10 meterlijn. Halverwege tussen de LM en de linkerbuitenlijn. De aanvallende beweging is eerst naar de linkerbuitenlijn en dan langs de lijn naar voren. Verdedigende taak LV: Afstoppen van de rechtsbuiten van de tegenstander. Als de bal rechtsvoor is, dan geeft de LV samen met de LM rugdekking aan de aanval. Opbouwende taak LV: Als de LM of de VS de bal heeft, dan links breed opstellen (bij de linkerbuitenlijn). Zo kan je medespeler jou in de breedte aanspelen. En daar heb je de ruimte om een aanval in de diepte op te bouwen. Aanvallende taak LV: Als de bal linksvoor is, dan aansluiten om mee te doen met de aanvalsaktie. Als de bal rechtsvoor is, aansluiten tot achter de aanval om rugdekking te geven. Vrije slagen LV: Alle vrije slagen aan de linkerkant tot de 10m-lijn van de tegenstander. Niet in één keer naar rechts spelen, de bal mag niet voor het doel langs rollen. De medespelers moeten er voor zorgen, dat er steeds twee afspeelmogelijkheden zijn (breed en diep).

Rechter Verdediger Plaats en werkgebied van de rechter verdediger (RV): Rechts, op de 10 meterlijn. Halverwege tussen de LM en de rechterbuitenlijn. De aanvallende beweging is eerst naar de rechterbuitenlijn en dan langs de lijn naar voren. Verdedigende taak RV: Afstoppen van de linksbuiten van de tegenstander. Als de bal linksvoor is, dan geeft de RV samen met de LM rugdekking aan de aanval. Opbouwende taak RV: Als de LM of de VS de bal heeft, dan rechts breed opstellen (bij de rechterbuitenlijn) zodat je medespeler je breed kan aanspelen. Daar is de ruimte om een aanval in de diepte op te bouwen. Aanvallende taak RV: Als de bal rechtsvoor is, dan aansluiten om mee te doen met de aanvalsaktie. Als de bal linksvoor is, aansluiten tot achter de aanval om rugdekking te geven. Vrije slagen RV: Alle vrije slagen aan de rechterkant tot de 10m-lijn van de tegenstander. Niet in één keer naar links spelen, de bal mag niet voor het doel langs rollen. De medespelers moeten er voor zorgen, dat er steeds twee afspeelmogelijkheden zijn (breed en diep).

Voorstopper Plaats en werkgebied van de voorstopper (VS): In het centrum tot de 10 meterlijn van de tegenstander. Voor de LM blijven. Achter de LB, MV en RB blijven. Verdedigende taak VS: Afstoppen van de midvoor van de tegenstander. Op het middenveld onderbreken van de aanval van de tegenpartij. Storen. Zodra de tegenstander de bal krijgt, moet de VS zo snel mogelijk terug rennen om te gaan verdedigen. Opbouwende taak VS: Als de LV, LM of de RV de bal heeft, moet je vrijlopen om aangespeeld te kunnen worden. Zo kun je een nieuwe aanval opbouwen. De VS verdeelt het spel. Zorg dat je de bal kunt krijgen, vrij lopen en aanbieden, nooit weglopen. Voortdurend goed kijken. En dan heel slim spelen in de breedte. Of juist heel verrassend in de diepte. Aanvallende taak VS: De VS verdeelt het spel ook in de aanval. Je gaat mee in de aanval. En je geeft rugdekking aan de LB, MV of de RB. Je vangt de tegenstander op, die juist jouw medespeler heeft omspeeld. Maar je biedt jezelf ook aan voor eenterugspeelbal. En dan kun je een hele slimme voorzet geven. Of je kunt juist, heel verrassend, zelf scoren. Vrije slagen VS: Alle vrije slagen in het centrum, vanaf de middellijn. De medespelers moeten er voor zorgen, dat er steeds drie afspeelmogelijkheden zijn (links, rechts en diep).

Linksbuiten Plaats en werkgebied linksbuiten (LB): Links, langs de linkerbuitenlijn, van de 10m-lijn tot de achterlijn. Taken: De LB zorgt ervoor dat het team de volle breedte van het veld kan gebruiken. Uitwijken naar opzij (linksbuiten) om ruimte te maken voor de opkomende LV. Uit de dekking vrijlopen om aangespeeld te kunnen worden. Dit moet je slim en heel snel doen, want de RV van de tegenstander zal je steeds proberen te dekken. Soms moet je in de diepte sprinten. Soms in de breedte. En soms ook naar achteren (even terugvallen, de bal ophalen). Meelopen, op het eigen gebied, met de hoogte van de bal (dus niet blijven hangen). Zo kun je, bij balbezit van de eigen partij, altijd in de breedte worden aangespeeld. Zo kun je, bij balbezit van de tegenstander, altijd de opkomende verdediger (hun RV) afstoppen en hun aanval verstoren. Bij een aanval over de vleugel zo ver mogelijk doorgaan (de achterlijn halen) en dan pas een voorzet geven. Van jou komt die gouden voorzet, waaruit jouw midvoor het winnende doelpunt kan scoren. Of, door samenspel of een eigen aktie, zelf een keer scoren. Als de tegenstander de bal heeft moet je storen: de afspeellijnen afschermen. En af toe moet je jagen: in hoog tempo achter de bal aan rennen om hem weer terug te krijgen. Vrije slagen: Alle vrije slagen links van het centrum, tussen de 10m-lijn en de achterlijn van de tegenstander.

Midvoor Plaats en werkgebied midvoor (MV): Midden tussen de linksbuiten en de rechtsbuiten. In het centrum van de middellijn tot de doellijn. Taken: Scoren! Vrijlopen en aanspeelbaar zijn. Je wordt steeds gedekt door de voorstopper én door de laatste man van de tegenstander. Maar om te scoren moet je vrijlopen en aanspeelbaar zijn. Loop steeds weg van de tegenstanders. De midvoor zorgt voor onrust, dreiging en chaos bij de verdediging van de tegenstander. Veel heen en weer rennen. Steeds om de bal roepen. Vaak op doel slaan. Zorg dat die twee (de VS en de LM) hun handen vol hebben aan jou. Maak ze dol. Vrije slagen: De midvoor neemt geen vrije slagen. Je moet jezelf steeds aanspeelbaar maken door weg te rennen uit de dekking. Je moet ook steeds ruimte maken (voor je medespelers) door verdedigers mee te trekken.

Rechtsbuiten Plaats en werkgebied rechtsbuiten (RB): Rechts, langs de rechterbuitenli jn, van de 10m-lijn tot de achterlijn. Taken: De RB zorgt ervoor dat het team de volle breedte van het veld kan gebruiken. Uitwijken naar opzij (rechtsbuiten) om ruimte te maken voor de opkomende RV. Uit de dekking vrijlopen om aangespeeld te kunnen worden. Dit moet je slim en heel snel doen, want de LV van de tegenstander zal je steeds proberen te dekken. Soms moet je in de diepte sprinten, soms in de breedte en meermalen ook naar achteren (even terugvallen, de bal ophalen). Meelopen, op het eigen gebied, met de hoogte van de bal (dus niet blijven hangen). Zo kun je, bij balbezit van de eigen partij, altijd in de breedte worden aangespeeld. Zo kun je, bij balbezit van de tegenstander, altijd de opkomende verdediger (hun LV) afstoppen en hun aanval verstoren. Bij een aanval over de vleugel zo ver mogelijk doorgaan (de achterlijn halen) en vervolgens een voorzet geven. De gouden voorzet geven, waaruit jouw midvoor het winnende doelpunt kan scoren. Of, door samenspel of een eigen aktie, zelf een keer scoren. Als de tegenstander de bal heeft moet je storen: de afspeellijnen afschermen. En af toe moet je jagen: in hoog tempo achter de bal aan rennen om hem weer terug te krijgen. Vrije slagen: Alle vrije slagen rechts van het centrum, tussen de 10m-lijn en de achterlijn van de tegenstander.