FNV BELASTINGWIJZER 2012

Vergelijkbare documenten
FNV BELASTINGWIJZER 2012

FNV Veiligheid BELASTINGWIJZER 2012

Als u gaat scheiden. Let op! PA 960-1Z81FD (2126)

Als u 65 jaar of ouder bent

Als u gaat scheiden. Let op! PA 960-1Z71FD (1019)

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016

Aangeven van vermogensbestanddelen. Aanmerkelijk belang. Aanvullende alleenstaande-ouderkorting. Aanvullende combinatiekorting

Als u gaat samenwonen

Vragenlijst voor de aangifte inkomstenbelasting 2015

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2015

Als u gaat trouwen. Sommige inkomsten en aftrekposten kunt u verdelen. Let op! PA 940-1Z71FD

Vragenlijst voor de aangifte inkomstenbelasting 2014

Als u gaat samenwonen

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

CHECKLIST AANGIFTE INKOMSTENBELASTING 2011

IBAN Bank- of Gironummer teruggaaf: Burgerlijke staat: Gehuwd / ongehuwd / samenwonend / 1) ja/nee ja/nee. ja/nee ja/nee ja/nee

GEGEVENS AANGIFTE INKOMSTENBELASTING

Belastingspecial 2011

GEGEVENS AANGIFTE INKOMSTENBELASTING 2017

Voornamen m/v * Telefoon privé. Telefoon werk. adres


AANGIFTE INKOMSTENBELASTING 2014

Nog niet verstuurd: Aangifte Inkomstenbelasting 2018

GEGEVENS AANGIFTE INKOMSTENBELASTING 2015

Presentatie scholingsdag NBPB. Mr. R. van Rijssen R. Ruinemans RB

Het fiscale partnerschap... 2 Wie zijn fiscale partners?... 2 Gehuwden... 2 Ongehuwd samenwonenden... 3 Meer partners in een jaar...

Toelichting Opgaaf wereldinkomen 2017

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Werking box 3: inkomsten uit sparen en beleggen. Inleiding

7.7. Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni keer beoordeeld

Checklist Wij verzorgen uw aangifte inkomstenbelasting Onze werkwijze is als volgt:

1. PERSONALIA Registratienummer Burgerservicenummer. Voornamen Man / Vrouw *

Belastingspecial 2014

Toelichting Opgaaf wereldinkomen 2018

Kinderen: Voorletters Geb.datum Sofi-nummer (zie kinderbijslag formulier)

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Vragenlijst aangifte inkomstenbelasting 2015 In te dienen voor 15 maart

Schatting 2012 ondernemers. Blz. 1 van 6. (35,-- excl. btw)

WELKOM CNV Senioren. Agenda ODP voorlichtingsmiddag

CHECKLIST INKOMSTENBELASTING

Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen

Wonen in Duitsland 2016

PERSOONLIJKE GEGEVENS

GEGEVENS AANGIFTE INKOMSTENBELASTING 2014

Werking box 3: inkomsten uit sparen en beleggen. Inleiding

Zorgtoeslag aanvragen

Vragenlijst voor de aangifte inkomstenbelasting 2016

PERSOONLIJKE GEGEVENS. Uw gegevens Naam : Adres : Postcode en woonplaats : Telefoon : Burgerservicenummer : Geboortedatum : Geslacht :

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2015

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2017

Zorgtoeslag aanvragen

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016

Nog niet verstuurd: Aangifte Inkomstenbelasting 2018

Checklist aangifte inkomstenbelasting 2016

Nog niet verstuurd. Eigen kopie, niet opsturen. Aangifte Inkomstenbelasting Formulierenversie IB 650E 2Z71 OLAV. Afgedrukt op

Gegevens aangifte inkomstenbelasting Persoonlijke gegevens

Overzicht Fiscale Cijfers 2013 en 2014 (per januari 2014)

Checklist Wij verzorgen uw aangifte inkomstenbelasting Onze werkwijze is als volgt:

1. Inkomstenbelasting/premie

Checklist aangifte Inkomstenbelasting/ Premie Volksverzekeringen 2017

PERSOONLIJKE GEGEVENS. Uw gegevens Naam : Adres : Postcode en woonplaats : Telefoon : Burgerservicenummer : Geboortedatum : Geslacht :

inkomstenbelasting 2012

Vragenlijst aangifte inkomstenbelasting 2016 In te dienen voor 15 maart

Geneste & Van Namen GVN ADVISEURS B.V.

Programma. Inleiding wettenbundel fiscaal. FFP opleiding Fiscaal. Inleiding Wettenbundel IB 2001, IWIB, UBIB, URIB. Box 1.

Kwalificerende Buitenlandse Belastingplichtige 2015

Inventarisatieformulier aangifte inkomstenbelasting / premie volksverzekeringen 2012

Gegevens benodigd voor ondersteuning in aangifte inkomstenbelasting 2011:

Verzoek om kwijtschelding particulieren 2016

Partnerschap Stroomlijning partnerbegrip. Uniform partnerbegrip (artikel 5a Awr) Nader uitgewerkt. (artikel 1.2 Wet IB 2001)

Je eigen woning en de Belastingdienst in 2012

Geboortedatum : Bankrekeningnummer : Aanhef : De heer Mevrouw Naam partner : SoFi-nummer :

GEGEVENS AANGIFTE 2012

Kwijtschelding van gemeentelijke belastingen 2016


Aanleverhulp inkomstenbelasting 2011

Uw kindertoeslag wijzigen

U of uw fiscale partner verkoopt een eigen woning of heeft een eigenwoningreserve

Heffingskortingen 2016

Gegevens aangifte inkomstenbelasting 2007

PARTICULIEREN: LETOP

Persoonlijke gegevens (alleen invullen indien anders dan op aangifte)

Verzoek voor kwijtschelding van belastingen

Inventarisatieformulier aangifte inkomstenbelasting / premie volksverzekeringen 2014

U ontvangt een uitnodiging tot het doen van aangifte van de Belastingdienst (per post of in uw digitale Berichtenbox).

CHECKLIST GEGEVENS VOOR DE AANGIFTE INKOMSTENBELASTING Ik wil graag de toegezonden, originele stukken weer retour ontvangen.

Afdeling Samenleving Richtlijn 330 Ingangsdatum:

Graag ontvangen wij van u een kopie van de jaaropgave(n) 2010 van uw werkgever(s) of uitkeringsinstantie.

Uw zorgtoeslag wijzigen

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2011

Transcriptie:

FNV BELASTINGWIJZER 2012 BELASTINGJAAR 2012 1 e jaargang Uitgave: Stichting FNV-pers in samenwerking met de Federatie Nederlandse Vakbeweging Naritaweg 10 Amsterdam Hoewel aan de inhoud van deze gids de meeste zorg is besteed, kunnen de samenstellers en de uitgever geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele onjuistheden hierin. Aan de teksten kunnen dus geen rechten worden ontleend. 1

TEN GELEIDE FNV: Laat geen geld liggen! Wil je geen geld laten liggen bij de belastingdienst? En zie jij ook zo op tegen de komst van die beruchte blauwe envelop op je deurmat? Maak dan gebruik van de FNV Belastingservice. Onze deskundigen helpen je gratis bij het invullen van het belastingformulier en zorgen dat je niet teveel belasting betaalt. Of nog beter, dat je geld terugkrijgt, als je daar recht op hebt. Ook dit jaar kunnen al onze FNV-leden gewoon weer terecht op 600 invulservicepunten in het land voor hulp bij het invullen van hun belastingformulier. Gratis! Dat bespaart je dus kosten van een belastingadviseur. Bijna 6000 vrijwilligers vullen samen per jaar zo'n 350.000 aangiftebiljetten en 100.000 toeslagen in. Daarmee is de FNV de grootste belastingadviseur van Nederland, en volgens onafhankelijke onderzoeken ook nog de beste. Dat is een groot compliment voor die duizenden vrijwilligers die deze service mogelijk maken. In 2013 verandert een aantal belastingregels. Sommige regels moeten nog worden goedgekeurd door het parlement. Bijvoorbeeld de regels voor het aftrekken van de hypotheekrente. Vanaf 1 januari 2013 heb je voor een nieuwe hypotheek of lening alleen nog recht op renteaftrek als je je hypotheek binnen 30 jaar geleidelijk aflost. Ook wordt er strenger gecontroleerd bij toeslagen en of je op tijd de wijzigingen in bijvoor- beeld je gezinssituatie en je inkomen doorgeeft. Vanaf 2013 moet je ook zogenaamde belastingrente betalen als je teveel ontvangen toeslagen moet terugbetalen aan de belastingdienst. Uiteraard volgen wij de laatste belastingontwikkelingen nauw op de voet voor je. En houden wij je op de hoogte! Vanaf eind januari kun je de nieuwe Belastingwijzer 2013 op onze site www.fnv.nl/belastingservice raadplegen. De Belastingwijzer is de opvolger van de vertrouwde Belastinggids. De nieuwe wijzer is ingedeeld op thema s. Ik wens alle leden, niet-leden en doe-het-zelvers die met deze belastingwijzer hun eigen belastingaangifte doen veel succes. Leuker kunnen wij het niet maken, maar wel makkelijker. Mocht je een vraag hebben, denk dan eens aan al die duizenden vrijwilligers van de FNV belastingservice. Zij zijn er echt om het jou gemakkelijker te maken. Lid worden kan natuurlijk altijd... Ton Heerts Voorzitter FNV in beweging 2

Beste lezer, Voor u ligt de eerste jaargang van de Belastingwijzer. Velen van u zullen zich afvragen waarom er gesleuteld heeft aan een belastinggids die in 36 jaargangen bijna geperfectioneerd was. Een belastinggids die een heleboel mensen van voor tot achter kende en waarvan de bladzijden aan het einde van het jaar vol zaten met ezelsoren, aantekeningen en gele Post-It. Dat is niet te overtreffen. Waarom dan de Belastingwijzer? Vorig jaar is het digitale platform gelanceerd. Een onderdeel daarvan is de Kennisbank. Het idee achter de Kennisbank was deze de functie van een papieren gids zou overnemen. Een digitale kennisbank heeft als voordeel dat wijzigingen in de wet- en regelgeving er direct in overgenomen kunnen worden. Een nadeel van een digitale kennisbank is dat je deze niet in je tas kan stoppen en bijvoor- beeld in de trein kan lezen. Er is dus voor gekozen om naast de Kennisbank ook een papieren kennisbank uit te geven. De indeling van de Kennisbank voor belastingjaar 2012 is veranderd ten opzichte van belastingjaar 2011. Er is voor gekozen om de informatie niet op volgorde van de vragen van het aangifteprogramma in te delen, zoals de Belastinggids, maar per thema. U kunt de thema s herkennen aan de symbooltjes die er bij staan. Deze komen overeen met de symbolen in de Kennisbank. De informatie in de Kennisbank wordt geschreven volgens het principe van een artikel. De Belastingwijzer is een exacte kopie van de Kennisbank. Dat betekent dat de Belastingwijzer een bundel is van losse artikelen. De Belastingwijzer heeft een nieuwe naam en nieuwe kleur gekregen om aan te geven dat het een nieuwe uitgave betreft. De Belastingwijzer moet het opnemen tegen een begrip binnen en buiten de FNV Belastingservice en het zal dan ook enige tijd duren voordat deze de herinnering aan de Belastinggids kan vervagen. Niet alleen de Belastingwijzer heeft een verandering ondergaan. Ook de eindredactie van de Belastinggids heeft dit jaar afscheid genomen. Zij hebben jaren met toewijding en enthousiasme aan de Belastinggids gewerkt om deze op tijd af te leveren. De afgelopen maanden hebben wij veel aan hun gezamenlijke 29 jaar aan ervaring en kennis gehad. Wij wensen u veel plezier met de Belastingwijzer. Eindredactie 3

Inhoud FNV BELASTINGWIJZER 2012 BELASTINGJAAR 2012 TEN GELEIDE Over inkomstenbelasting en toeslagen 1-1 Wet inkomstenbelasting 2001 1-2 Box 1-werk en woning 1-3 Box 2-aanmerkelijk belang 1-4 Box 3-inkomen uit sparen en beleggen 1-5 Persoonsgebonden aftrek 1-6 De tarieven 1-7 De gecombineerde heffingskorting 1-8 Wanneer aangifte doen? 1-9 Uw persoonlijke gegevens 1-10 Rekeningnummer aangifte 1-11 De vooringevulde aangifte 1-12 Optimaliseren van de aangifte 1-13 Aandachtspunten bij het optimaliseren 1-14 Aanslaggrens 1-15 Toeslagen 2-1 Algemeen fiscaal partnerschap 2-2 Voorwaarden fiscaal partnerschap 2-3 Voldoen aan de voorwaarde voor fiscaal partnerschap 2-4 Schema fiscaal partnerschap 2-5 Begin en einde fiscaal partnerschap 2-6 Schema Begin en einde fiscaal partnerschap 2-7 Voljaars partnerschap 2-8 Verdeling inkomensbestanddelen fiscale partners 2-9 Heffingskortingen bij fiscaal partnerschap gedurende een deel van het jaar 2-10 Voorbeeld verdeling en twee partners in een kalenderjaar 2-101 Verdeling bijzondere situaties 2-10.2 Verdeling inkomensbestanddelen van een minderjarig kind 2-10.3 Verdeling: ieder een eigen woning na echtscheiding 2-10.4 Verdeling: box 3 na overlijden fiscale partner 2-11 Co-ouderschap 2-12 Algemeen 65 jaar 2-13 Effecten 65 jaar of ouder op de tarieven IB/PVV 2-14 Effecten 65 jaar en ouder op de gecombineerde heffingskorting 2-15 Gevolgen fiscaal partnerschap overlijden 2-16 Drempelinkomen bij overlijden fiscale partner 2-17 Box 3 en overlijden fiscale partner 4

2-18 Heffingskortingen en overlijden 3-1 Inkomen uit arbeid 3-2 Reizen naar het werk 3-2.1 Reisaftrek openbaar vervoer 3-2.2 Met de auto naar het werk 3-3 Pensioen en uitkeringen 3-3.1 Afkoopsommen pensioen en lijfrente 3-4 Lijfrente-uitkering: afkoop en revisierente 3-4.1 Afkoopsommen lijfrente van meer dan 4.242 3-4.2 Belastbare lijfrente-uitkeringen berekenen: de (beperkte) saldomethode 3-4.3 Saldoverklaring 3-5 Inkomen uit het buitenland 3-6 Vrijstellingen en verminderingen premie volksverzekeringen (PVV) 3-7 Vrijstellingen en verminderingen Zorgverzekeringswet 3-7.1 Werken bij een internationale organisatie 3-8 Negatief loon 3-9 Andere inkomsten 3-9.1 Alimentatie 3-9.2 Belastbaar deel kapitaalverzekering en andere inkomsten 3-9.3 Vorderingen- en kasstelsel en fictieve dienstbetrekking 3-9.4 Inkomsten uit overig werk 3-9.5 Periodieke uitkeringen of toelagen 3-9.6 Negatieve persoonsgebonden aftrek 4-1 Eigenwoningregeling 4-1.1 Eigen woning 4-1.2 Woonvormen die ook onder de eigenwoning regeling vallen 4-1.3 Bijzondere situaties eigenwoningregeling 4-2 Inkomsten uit eigen woning 4-2.1 Eigenwoningforfait 4-2.2 WOZ-waarde 4-2.3 Inkomsten uit tijdelijke verhuur eigen woning 4-2.4 Voordeel uit kapitaalverzekering, spaarrekening of beleggingsrecht eigen woning 4-3 Eigenwoningschuld 4-4 Eigenwoningschuld op 31 december 4-5 Aftrekbare kosten eigen woning 4-5.1 Aftrekbare rente en financieringskosten 4-5.2 Periodieke betalingen voor erfpacht, opstal of beklemming 4-6 Bijleenregeling 4-6.1 Eigenwoningschuld 4-6.2 Eigenwoningreserve 4-6.3 Overwaarde/vervreemdingssaldo 4-6.4 Aankoop nieuwe woning na verkoop oude woning 5

4-6.5 Bijzondere situaties bijleenregeling 4-6.6 Voorbeelden bijleenregeling 4-6.7 Voorbeeld 1: netto-verkoopopbrengst 4-6.8 Voorbeeld 2: fiscale partners 4-6.9 Voorbeeld 3: einde relatie 4-6.10 Voorbeeld 4: partnerregeling 4-6.11 Voorbeeld 5: goedkoper gaan wonen 4-7 Saldo inkomsten en aftrekposten eigen woning 4-8 Diverse onderwerpen in verband met eigen woning 4-8.1 (vervallen) 4-8.2 Echtscheiding en de woning 4-8.3 Huurwoning kopen 4-8.4 Koophuurwoning 4-8.5 Herfinanciering 4-8.6 30-jaarsperiode 4-9 Aftrek vanwege geen of geringe eigenwoning- schuld 5-1 Vermogen 5-2 Bezittingen 5-2.1 Contant geld 5-2.2 Spaar en banktegoeden 5-2.3 Beleggingen 5-2.4 Tweede woning 5-2.5 Overige onroerende zaken 5-2.6 Vorderingen 5-2.7 Overige bezittingen 5-2.8 Buitenlandse bezittingen 5-2.9 Aangifte doen van buitenlandse bezittingen 5-3 Schulden 5-3.1 Schulden die in box 3 thuishoren 5-3.2 Schulden die niet in box 3 thuis horen 5-4 Schema Waarde van het totale vermogen van box 3 5-5 Voordeel uit sparen en beleggen 5-5.1 Heffingsvrij vermogen 5-5.2 Tabel Ouderentoeslag 5-5.3 Vrijstellingen 6-1 Persoonsgebonden aftrek 6-1.1 Alimentatie en andere onderhoudsverplichtingen aan de ex-partner 6-1.2 Giften 6-1.3 Kosten voor een rijksmonumentenpand 6-1.5 Uitgaven levensonderhoud kinderen jonger dan 21 jaar 6-1.6 Tabel kosten levensonderhoud kinderen 6-1.7 Specifieke zorgkosten 6-1.8 Tabel Dieetkosten 6

6-1.9 Tabel Extra uitgaven voor kleding en beddengoed 6-1.10 Tabel uitgaven voor reizen wegens regelmatig ziekenbezoek 6-1.11 Tabel Drempel uitgaven extra gezinshulp 6-1.12 Tabel Drempel uitgaven specifieke zorgkosten 6-1.14 Uitgaven voor tijdelijk verblijf thuis van ernstig gehandicapten 6-1.15 Restant persoonsgebonden aftrek over vorige jaren 6-1.16 Voorbeeld verrekening persoongebonden aftrek 6-2 Overige aftrekposten 6-2.1 Eigen woning 6-2.2 Uitgaven voor inkomensvoorzieningen 6-2.3 Reisaftrek 7-1 Algemene heffingskorting 7-1.1 Uitbetaling algemene heffingskorting 7-2 Arbeidskorting 7-3 Kortingen voor ouders 7-3.1 Alleenstaande-ouderkorting 7-3.2 Inkomensafhankelijke combinatiekorting 7-3.3 Ouderschapsverlofkorting 7-4 Kortingen voor ouderen 7-5 Jonggehandicaptenkorting 7-6 Kortingen voor maatschappelijke beleggingen 7-7 Tabel heffingskortingen 2012 8-1 Algemeen 8-2 Loonheffing 8-3 Ingehouden dividendbelasting 8-4 Voorlopige aanslag IB/PVV 2012 en Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet 2012 8-5 Bronheffing 9-1 Soorten aangifte 9-2 De uitnodiging tot het doen van aangifte 9-2.1 Uitstel voor het doen van aangifte 9-2.2 H-Opbouw aanslagnummer 9-2.3 Definitieve aanslag 9-2.4 Navorderingsaanslag 9-2.5 Voorlopige aanslag 9-2.6 Voorlopige aanslag lopend jaar algemeen 9-2.7 Voorlopige terug te ontvangen aanslag lopend jaar 9-2.8 Voorlopige te betalen aanslag lopend belastingjaar 9-3 Betalen van aanslagen 9-3.1 Rente 9-3.2 Invordering 9-4 Hoger beroep en cassatie 9-4.1 Bezwaar 7

9-4.2 Pro-forma en massaal bezwaar 9-4.3 Rechtstreeks beroep 9-4.4 Beroep 9-4.5 Ambtshalve herziening 9-4.6 Klacht indienen 10-1 Inkomen uit aanmerkelijk belang 10-2 Middeling 10-3 Voorbeelden middelingsregeling 10-4 Indienen verzoek om middeling 10-5 Vrijwilligersregeling 10-6 Overgangsrecht kapitaalverzekeringen 10-6.1 Kapitaalverzekering Eigen Woning (KEW) 10-6.2 Kapitaalverzekeringen van vóór 1 januari 1992 10-6.3 Kapitaalverzekeringen van 1 januari 1992 tot 14 september 1999 10-6.4 Kapitaalverzekeringen vanaf 14 september 1999 10-6.5 Berekening Tsz-regeling 10-6.6 Mogelijkheid van herziening en uitbetaling van de tegemoetkoming specifieke zorgkosten 10-7 Erfrecht 10-7.1 Aanvaarden of verwerpen nalatenschap en onverdeelde boedel 10-7.2 Het testamentaire erfrecht 10-7.3 Het wettelijk erfrecht 10-8 Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten 10-9 Wet studiefinanciering 2012-2013 10-10 Algemeen zorgverzekeringswet 10-11 Gegevens zorgverzekeringswet 2012 10-12 Loon zorgverzekeringswet 11-1 Toeslagen algemeen 2012 11-1.1 Schema toeslagpartner 11-1.2 Toeslagpartner 11-1.3 Toetsingsinkomen 11-1.4 Aanvraagtermijn toeslagen 11-1.5 Wijzigen toeslagen 11-1.6 Niet eens met beschikking toeslagen 11-1.7 Betalingsregeling toeslagen 11-1.8 Inkomensgrenzen toeslagen 11-1.9 Zorgtoeslag 11-1.10 Berekening zorgtoeslag 11-1.11 Huurtoeslag 11-1.12 Voorwaarden huurtoeslag 11-1.13 Opbouw berekening huurtoeslag 11-1.14 Onderdelen voor de berekening huurtoeslag 11-1.15 Bijzondere situaties huurtoeslag 8

11-1.16 Kinderopvangtoeslag 11-1.17 Voorwaarden kinderopvangtoeslag 11-1.18 Berekening kinderopvangtoeslag 11-1.19 Kindgebonden budget 12-1 Wijzigingen inkomstenbelasting 2013 12-2 Wijzigingen Inkomstenbelasting en toeslagen 12-3 Wijzigingen belastingjaar 2012 12-4 Wijzigingen kinderopvangtoeslag 2013 12-5 Wijzigingen huurtoeslag 2013 12-6 Wijzigingen toeslagen 2013 12-7 Wijzigingen zorgtoeslag 2013 12-8 Wijzigingen kindgebonden budget 2013 13-1 Berekening van het verzamelinkomen, drempelinkomen 13-2 Tabel reisaftrek openbaar vervoer 9

Over inkomstenbelasting en toeslagen 10

1-1 Wet inkomstenbelasting 2001 In het belastingstelsel, Wet IB 2001, worden drie soorten inkomens onderscheiden. Er wordt met drie belastbare inkomens gewerkt. Deze drie inkomens zijn in drie boxen ondergebracht. Iedere box heeft een eigen tarief. De box waarin het belastbare inkomen uit werk en woning valt, heeft een progressief tarief en bestaat uit 4 schijven. De drie boxen zijn gesloten. Dat wil zeggen dat een negatief belastbaar inkomen van de ene box niet mag worden verrekend met een belastbaar inkomen van een andere box. Wel kunnen negatieve inkomsten binnen een box worden verrekend met positieve inkomsten van die box uit vorige of volgende jaren. Een uitzondering op het gesloten boxensysteem vormen de persoonsgebonden aftrekposten. Deze persoonsgebonden aftrek kan op het inkomen uit alle drie de boxen in mindering worden gebracht. De aftrek hangt namelijk samen met uw persoonlijke omstandigheden en niet met bepaalde inkomsten uit een box. Het resultaat in een box kan nooit negatief worden door de persoonsgebonden aftrekposten. Mocht er uiteindelijk nog een bedrag aan persoonsgebonden aftrekposten overblijven, dan kan dit onbeperkt naar volgende jaren worden doorgeschoven. Terugwenteling naar vorige jaren is niet mogelijk. Op de verschuldigde inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen die uit de drie boxen resulteert, wordt de gecombineerde heffingskorting in mindering gebracht. De heffingskorting is een korting op de verschuldigde inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen en wordt pas in mindering gebracht nadat de totaal verschuldigde inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen van de drie boxen is berekend. 1-2 Box 1-werk en woning In box 1 valt het inkomen uit werk en woning. Bij inkomen uit werk wordt onderscheid gemaakt tussen inkomsten uit loondienst, zoals salaris, en inkomsten uit uitkeringen, zoals pensioen en AOW. Het belastbare inkomen uit werk en woning in box 1 bevat onder meer de volgende inkomens: loon, fooien, ziektewetuitkeringen, tantièmes, enz.; pensioenen, waaronder AOW-, Anw-uitkeringen en termijnen van lijfrenten; prepensioenen, waaronder o.m. VUT-, SUM- en overbruggingsuitkeringen; uitkeringen op grond van sociale verzekeringswetten, zoals WW, WAO, WIA, Waz, WAZO, Wajong, IOAW, IOW en bijstandsuitkeringen; andere inkomsten die in principe onderworpen zijn aan loonheffing, zoals arbeidsongeschiktheidsuitkeringen op grond van de wet uitkeringen 11

vervolgingsslachtoffers 1940-1945, kostwinnersvergoedingen, uitkeringen verstrekt op grond van de buitengewone pensioenwetten; winst uit onderneming; inkomsten uit overig werk; periodieke uitkeringen en verstrekkingen (bijvoorbeeld alimentatie, overheidsbijdrage eigen woning); de eigen woning die hoofdverblijf is; negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen. Deze inkomens worden verminderd met: aftrek vanwege geen of een kleine eigenwoningschuld; uitgaven voor inkomensvoorzieningen; persoonsgebonden aftrek; te verrekenen verliezen uit werk en woning. 1-3 Box 2-aanmerkelijk belang In box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang belast. U hebt een aanmerkelijk belang als u alleen of samen met uw partner een belang heeft van 5% of meer in het aandelenkapitaal van een BV of NV, bijv. een directeurgrootaandeelhouder. 1-4 Box 3-inkomen uit sparen en beleggen Box 3 belast het inkomen uit sparen en beleggen. Het belastbare inkomen uit sparen en beleggen is het voordeel uit sparen en beleggen verminderd met een eventueel restant van de persoonsgebonden aftrek. Voor het bepalen van deze inkomsten worden niet de werkelijke inkomsten beoordeeld, maar het voordeel uit sparen en beleggen wordt gesteld op een forfaitair rendement van 4% over de waarde van het totale vermogen aan het begin van het kalenderjaar. De waarde van het totale vermogen is gelijk aan alle privébezittingen verminderd met alle privéschulden, voor zover deze bezittingen en schulden niet in box 1 of 2 vallen. Tot het privébezit wordt dus niet de eigen woning (hoofdverblijf) gerekend, omdat dit al in box 1 wordt belast. Deze vorm van belastingheffing noemen we de vermogensrendementsheffing. Roerende zaken die voor persoonlijke doeleinden worden gebruikt of verbruikt, hoeven niet tot het vermogen te worden gerekend. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om een auto, boot, caravan, juwelen en huis- raad. Verder zijn sommige bezittingen vrijgesteld, zoals: bos, natuurterreinen en landgoederen; voorwerpen van kunst en wetenschap (tenzij deze als belegging is aangeschaft); rechten uit uitvaartverzekeringen tot ten hoogste 6.859; 12

rechten op kapitaalsuitkering bij ongeval, ziekte of invaliditeit; contant geld, elektronisch geld, cadeaubonnen en dergelijke tot 512 per persoon, resp. 1.024 voor fiscale partners; op 31 december 2011 geblokkeerd spaartegoed uit de per 1 januari 2012 vervallen spaarloonregeling, tot ten hoogste 17.025; tegoeden op de levenslooprekening hoeft u niet aan te geven bij de bezittingen; maatschappelijke beleggingen (groene en sociaal-ethische beleggingen) tot een gezamenlijk maximum van 56.420, resp. 112.840 voor fiscale partners; directe en indirecte beleggingen in durfkapitaal en culturele beleggingen tot ten hoogste 56.420, resp. 112.840 voor fiscale partners; op 14-09-1999 bestaande kapitaalverzekering tot ten hoogste 123.428, resp. 246.856 voor fiscale partners. Voor de aftrek van schulden geldt dat de schulden die horen bij bezittingen waarvan de inkomsten in box 1 (bijvoorbeeld eigenwoningschuld) of box 2 vallen, niet kunnen worden afgetrokken in box 3. Alle overige schulden kunnen in beginsel wel worden afgetrokken met uitzondering van belasting- schulden. Een schuld wegens erfbelasting geldt echter wel als schuld in box 3. Verder moet rekening worden gehouden met een drempelbedrag van 2.900 per persoon, 5.800 voor fiscale partners. Alleen de schulden boven dit drempelbedrag mogen worden afgetrokken. U mag geen voordeel behalen door de schulden aan de ene partner en de drempel aan de andere partner toe te rekenen. Een bepaald gedeelte van het vermogen is vrijgesteld van de vermogensrendementsheffing. Voor iedere belastingplichtige geldt een heffingsvrij vermogen van 21.139. Vanaf 2012 is de kindertoeslag voor minderjarige kinderen vervallen. Voor belastingplichtigen van 65 jaar en ouder bestaat er een ouderentoeslag. Deze ouderentoeslag is afhankelijk van de hoogte van het inkomen uit werk en woning vóór toepassing van de persoonsgebonden aftrek. Let erop dat dit niet gelijk is aan het drempelinkomen voor de persoonsgebonden aftrek, want daarin is het (gezamenlijke) voordeel uit sparen en beleggen van box 3 begrepen. De ouderentoeslag is 13.992 of 27.984 per persoon. A 1-5 Persoonsgebonden aftrek Sommige aftrekposten zijn persoonsgebonden aftrekposten. Hieronder vallen: betaalde alimentatie en andere onderhoudsverplichtingen aan de ex-partner; uitgaven voor levensonderhoud van kinderen jonger dan 21 jaar; uitgaven voor specifieke zorgkosten; uitgaven voor tijdelijk verblijf thuis van ernstig gehandicapten van 21 jaar en ouder; 13

studiekosten en andere scholingsuitgaven; giften; onderhoudskosten voor rijksmonumentenpanden; restant persoonsgebonden aftrek over voorgaande jaren. De persoonsgebonden aftrek kan op het inkomen uit alle (drie) boxen in mindering worden gebracht. De aftrek hangt namelijk niet samen met bepaalde inkomsten uit een box, maar met uw persoonlijke omstandigheden. Wel vindt verrekening van de persoonsgebonden aftrek in een vaste volgorde plaats. Eerst wordt de persoonsgebonden aftrekpost in mindering gebracht op het inkomen uit werk en woning (box 1). Blijft er dan nog een bedrag over, dan vindt verrekening plaats met box 3 en pas daarna kan het resterende bedrag in mindering worden gebracht op het inkomen uit box 2. Het resultaat in een box kan nooit negatief worden door de persoonsgebonden aftrekposten. Mocht er uiteindelijk een bedrag overblijven, dan kan dit onbeperkt naar volgende jaren worden doorgeschoven. Terugwenteling naar vorige jaren is niet mogelijk. 1-6 De tarieven Het uitgangspunt voor het berekenen van de verschuldigde inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen is het belastbare inkomen. Er zijn drie belastbare inkomens: voor elke box één. Voor personen geboren in 1946 of later wordt de 2e schijf sinds 2011 niet meer volledig geïndexeerd, waardoor het inkomen sneller in de hogere 3e schijf valt. Het verschil in de verschuldigde IB/PVV met personen geboren vóór 1946 wordt de komende jaren steeds groter. Schema tarieven 2012 Schijventarief 2012 voor mensen jonger dan 65 op 1 januari 2012 TARIEF BELASTING + PREMIE TOTAAL BELASTBAAR INKOMEN IN BOX 1 BELASTING EN PREMIES 1e schijf 1,95% + 31,15% = 33,10% van 18.945 6.270 2e schijf + 31,15% = 41,95% van 14.918 6.258 10,80% 33.863 12.528 3e schijf 42% + - = 42% van 22.628 9.503 56.491 22.031 4e schijf 52% + - = 52% van elke euro boven 56.491 14

Schijventarief 2012 voor ouder dan 65 op 1 januari 2012, geboren in 1946 en later TARIEF BELASTING PREMIE TOTAAL BELASTBAAR INKOMEN BOX 1 BELASTING EN PREMIES 1e schijf 1,95% + 13,25% = 15,20% 18.945 2.879 2e schijf + 13,25% = 24,05% 14.918 3.587 10,80% 33.863 6.466 3e schijf 42% + - = 42% 22.628 9.503 56.491 15.969 4e schijf 52% + - = 52% elke euro boven 56.491 Schijventarief 2012 voor ouder dan 65 op 1 januari 2012, geboren vóór 1946 TARIEF BELASTING + PREMIE TOTAAL BELASTBAAR INKOMEN BOX 1 BELASTING EN PREMIES 1e schijf 1,95% + 13,25% = 15,20% 18.945 2.879 2e schijf + 13,25% = 24,05% 15.110 3.633 10,80% 34.055 6.512 3e schijf 42% + - = 42% 22.436 9.423 56.491 15.935 4e schijf 52% + - = 52% elke euro boven 56.491 1-7 De gecombineerde heffingskorting Als is berekend hoeveel inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over box 1, 2 en 3 verschuldigd is, mag u dit bedrag verminderen met diverse heffingskortingen. Onder heffingskortingen wordt verstaan een korting op het totaal berekende bedrag aan inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen. U hebt recht op een of meer heffingskortingen, afhankelijk van uw situatie, leeftijd en/of samenlevingsverband. De gecombineerde heffingskorting bestaat uit een algemene heffingskorting en eventuele andere heffingskortingen. De gecombineerde heffingskorting bestaat uit: algemene heffingskorting; arbeidskorting; doorwerkbonus; inkomensafhankelijke combinatiekorting; ouderschapsverlofkorting; 15 A Over inkomstenbelasting en toeslagen

alleenstaande-ouderkorting; jonggehandicaptenkorting; ouderenkorting; alleenstaande-ouderenkorting; levensloopverlofkorting; korting voor maatschappelijke beleggingen; korting voor directe beleggingen in durfkapitaal en culturele beleggingen. We komen ook wel het begrip standaardheffingskorting tegen. Bij binnenlands belastingplichtigen is bij volledige premieplicht de gecombineerde heffingskorting gelijk aan de standaardheffingskorting. Verzamelinkomen Het verzamelinkomen is gelijk aan het totaal van de inkomens in de drie boxen. Verschillende socialezekerheidsregelingen en inkomensafhankelijke regelingen, waaronder toeslagen, verwijzen naar dit verzamelinkomen. 1-8 Wanneer aangifte doen? Ontvangt u van de Belastingdienst een uitnodiging tot het doen van aangifte, de zgn. aangiftebrief, dan moet u ook aangifte doen. Ook als u geen uitnodiging heeft ontvangen kan het zijn dat u aangifte moet doen. Als u een aangiftebrief hebt ontvangen, moet u aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en zorgverzekeringswet doen vóór de in de aangiftebrief genoemde datum, normaal gesproken is dat vóór 1 april 2013. U kunt het aangifteprogramma hiervoor downloaden van www.belasting- dienst.nl. De FNV-Belastingservice maakt gebruik van een aangepaste versie van dat aangifteprogramma voorzien van een FNV-codering. Ook als u een aangifte-biljet heeft aangevraagd, kunt u uw aangifte met het aangifteprogramma 2012 inzenden. Op de aangiftebrief zijn uw naam, adres- en woonplaatsgegevens, uw BSN/ sofinummer, uw geboortedatum en uw rekeningnummer voor teruggaaf al afgedrukt. Vanaf 1 maart 2013 kan er desgewenst gebruik worden gemaakt van een vooringevulde aangifte, de VIA. Enkele gegevens zijn dan vooringevuld, zoals inkomensgegevens, de WOZ-waarde van uw eigen woning(en), de betaalde hypotheekrente en de hypotheekschuld, de betaalde premies lijfrente, enkele heffingskortingen, de ingehouden dividendbelasting en het bedrag van de terug te ontvangen of te betalen voorlopige aanslag. Deze VIA kan alleen worden geopend en ondertekend met DigiD. De FNV-Belastingservice kan daarom geen gebruik maken van de VIA, omdat wij uitsluitend gebruik maken van de elektronische handtekeningcode. 16

Als u bijvoorbeeld inkomsten heeft waarover nog geen loonheffing is ingehouden of als u vermogen heeft in box 3 dat het heffingvrij vermogen overstijgt dan moet u ook aangifte doen. Zelfs als u geen uitnodiging heeft ontvangen van de Belastingdienst. 1-9 Uw persoonlijke gegevens Op de uitnodigingbrief staat een aantal persoonlijke gegevens. Sommige dient u in te vullen in de aangifte zoals het sofinummer, maar van andere zoals het rekeningnummer dient u te bevestigen dat deze correct is. Eén van de door de Belastingdienst afgedrukte gegevens is het BSN/sofinummer. Het BSN/sofinummer is voor u persoonlijk vastgesteld en u moet er vanuit gaan dat dit nummer juist is. Jaaropgaven e.d. moeten worden gecontroleerd op het juiste BSN/sofinummer. Verwisseling van uw gegevens met die van naamgenoten bij uw werkgever of uitkeringsinstantie leidt tot een onjuiste aangifte met alle bijkomende gevolgen. Als het BSN/sofinummer op uw jaaropgave(n) niet hetzelfde is als het BSN/sofinummer op uw aangiftebrief, stelt u zich dan in verbinding met uw werkgever of uitkeringsinstantie. Als meerdere gezinsleden met dezelfde voorletters en achternaam op hetzelfde adres wonen, moet aan de hand van BSN/sofinummer en geboorte- datum worden vastgesteld voor welk gezinslid aangifte, aanslagen en andere correspondentie bestemd zijn. Controleer op dezelfde wijze of de gegevens van uw echtgenoot juist zijn. Uw geboortedatum Dit spreekt voor zich. Het kan voorkomen dat er een geboortedatum staat voorgedrukt op bijv. 00001955. Dit betekent dat de juiste geboortedatum onbekend is. Bij de digitale aangifte wordt dit gelezen als 01071955. Uw rekeningnummer voor teruggaaf Als uw rekeningnummer voor teruggaaf bij de Belastingdienst bekend is, staat dit al vermeld. Is er geen of een foutief rekeningnummer vermeld, noteer dan het juiste rekeningnummer. Dit kan ernstige problemen voorkomen. Let vooral bij echtscheiding en beëindiging van een partnerschap op, dat een teruggaaf niet ongewild op het rekeningnummer van uw ex-partner wordt overgemaakt. Het rekeningnummer dat u hebt opgegeven voor de uitbetaling van de voorlopige teruggaaf, werd nog niet automatisch gebruikt voor andere belastingaanslagen of teruggaven. Met ingang van 2014 zal voor alle uitbetalingen van belastingen en toeslagen één rekeningnummer gebruikt gaan worden. 17

Telefoonnummers Hoewel hier de mogelijkheid wordt geboden om te vermelden onder welk telefoonnummer u bereikbaar bent, kunt u eventuele vragen beter schriftelijk beantwoorden. Hierdoor bent u in de gelegenheid rustig over de gestelde vraag na te denken en het antwoord te formuleren aan de hand van de gegevens waarover u beschikt. Maak altijd een kopie van uw reactie, waarmee ook uw eigen documentatie rond de aangifte compleet blijft. Ondertekening Door het ondertekenen van uw aangifte, verklaart u de vragen naar beste weten te hebben ingevuld. Ondertekening fiscale partner Bij digitale aangifte van fiscale partners verdient de aanbeveling om uw aangifte samen met de aangifte van de fiscale partner te doen. Hierdoor is het mogelijk de gevolgen van de verdeling van gezamenlijke inkomensbestand- delen en gezamenlijke grondslag sparen en beleggen meteen te zien. Let ook bij aangifte op papier op de ondertekening van u en bij gezamenlijke verzoeken ook van uw fiscale partner. 1-10 Rekeningnummer aangifte Op welke wijze u ook aangifte doet, controleer in alle gevallen goed of het rekeningnummer waarop de Belastingdienst een eventuele teruggaaf aan u mag overmaken, juist is. In de praktijk blijkt het enorm problematisch, en soms zelfs onmogelijk te zijn om geld dat op een onjuist rekeningnummer is over- gemaakt, alsnog te ontvangen, zeker als u zelf het rekeningnummer heeft geaccordeerd. Let vooral goed op in het jaar dat u gescheiden bent om te voorkomen dat er een teruggaaf ongewild op de rekening van uw ex-partner wordt overgemaakt. Het rekeningnummer wijzigen doet u met het formulier Opgaaf rekeningnummer particulieren'. Dit formulier vindt u op de site van de Belastingdienst. In het aangifteprogramma 2012 wordt gevraagd om het IBAN-rekeningnummer. Dit is het International Bank Account Number. Per februari 2014 moet iedereen dit rekeningnummer gaan gebruiken. Het is een langer rekeningnummer dat voor een deel uit uw eigen rekeningnummer bestaat. Voor de belastingaangifte 2012 is het nog niet noodzakelijk dat u dit nummer opgeeft. Het aangifteprogramma accepteert ook het kortere huidige rekeningnummer. Bij de aanvraag voor de voorlopige aanslag 2014 moet wel het IBAN-rekeningnummer opgegeven worden. 1-11 De vooringevulde aangifte Een vooringevulde aangifte bevat een aantal gegevens, dat al bekend zijn bij de 18