BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

Vergelijkbare documenten
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Venlafaxine HCl Retard Alembic 150 mg, capsule met verlengde afgifte, hard. venlafaxine

Venlafaxine retard 37,5 mg PCH, capsules met verlengde afgifte, hard Venlafaxine retard 150 mg PCH, capsules met verlengde afgifte, hard

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. venlafaxine

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Venlafaxine retard 75 mg Focus, capsule met verlengde afgifte, hard

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Venlafaxine 225 mg Focus, tabletten met verlengde afgifte. venlafaxine

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Venlafaxine

1. Waarvoor wordt dit middel gebruikt?

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKERS

Loratadine 10 PCH, tabletten Loratadine

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Venlafaxine Aurobindo 225 mg, tabletten met verlengde afgifte. venlafaxine

LORATADINE HOOIKOORTSTABLETTEN APOTEX 10 mg Module RVG Version 2014_04 Page 1 of 5. Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

LORATADINE HOOIKOORTSTABLETTEN APOTEX 10 mg Module RVG Version 2017_12 Page 1 of 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

D1389.V. Venlafaxine Sandoz retard 37,5/75/150 mg, harde capsules met verlengde afgifte venlafaxine BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Neoclarityn 5 mg filmomhulde tabletten desloratadine

LORATADINE HOOIKOORTSTABLETTEN APOTEX 10 mg Module RVG Version Page 1 of 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. RHINI-SAN 2 mg/20 mg tabletten. Difenylpyralinehydrochloride Fenylefrinehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. fexofenadinehydrochloride

BIJSLUITER. pl-market-nl-rhini-san-mar16-apprmar16.docx 1/5

Package Leaflet

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Venlabacher XR 37.5 mg, capsules met verlengde afgifte, hard. Venlafaxine

RVG / Version 2017_06 Page 1 of 5. ETHYMAL 125 mg, capsules, zacht ETHYMAL 250 mg, capsules, zacht Ethosuximide

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

RVG 23266/ Version 2014_01 Page 1 of 5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

Noscapine HCl Teva 1 mg/ml, stroop noscapine

Package Leaflet

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

MAPROTILINE HCl PCH tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 29 februari : Bijsluiter Bladzijde : 1

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Betaserc, tabletten 8 of 16 mg. Betahistine dihydrochloride

Betahistine dihcl 8 mg Teva, tabletten Betahistine dihcl 16 mg Teva, tabletten betahistinedihydrochloride

Isosorbidedinitraat 5 PCH, tabletten voor oromucosaal gebruik 5 mg isosorbidedinitraat

BIJSLUITER. LEVOMEPROMAZINE MALEAAT 12,5 mg tabletten

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Loperamide EG 2 mg capsules, hard. Loperamidehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Loperamide Galpharm 2 mg, capsules. Loperamide hydrochloride

ETHYMAL 250 mg / 4 ml, siroop Ethosuximide

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

1. Wat is Urfadyn PL en waarvoor wordt dit middel gebruikt?

BIJSLUITER. PIL Isordil

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Venlafaxine Aurobindo 225 mg, tabletten met verlengde afgifte. venlafaxine

Package leaflet / 1 van 5

Noscapine HCl Teva 1 mg/ml, drank noscapinehydrochloride

BIJSLUITER. PIL Isordil 30 Titradose

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Venlafaxine

CHOLECALCIFEROL MYLAN 800 IE, TABLETTEN

Kruidvat Hoestdrank Noscapine HCl 1 mg/ml, stroop Noscapine

Package Leaflet / 1 van 5

NOSCAPINE HCl APOTEX 1 mg/ml, stroop Noscapine

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. BRONCHOSEDAL Dextromethorphan HBr 1,5 mg/ml siroop. Dextromethorfanhydrobromide

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Loratadine Sanias 10 mg, tabletten. loratadine

Package leaflet / 1 van 5

Dancor 10, tabletten 10 mg Dancor 20, tabletten 20 mg

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Riluzol SUN 50 mg filmomhulde tabletten Riluzol

2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN?

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. RXT amylmetacresol dichloorbenzylalcohol 0,6/1,2 mg keelpijntabletten honing & citroen zuigtabletten

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER SPASMINE FORTE, 120 MG, CAPSULES, HARD ALVERINE CITRAAT

Xylometazoline HCl 0,5 mg/ml Teva, neusspray Xylometazoline HCl 1 mg/ml Teva, neusspray xylometazolinehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Aspirine 500 Bruis, 500 mg, bruistabletten Acetylsalicylzuur

VASOCEDINE PSEUDOEPHEDRINE 60 mg, filmomhulde tabletten pseudo-efedrine hydrochloride

VASOCEDINE PSEUDOEPHEDRINE 60 mg, filmomhulde tabletten pseudo-efedrine hydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. loratadine

NOSCAPINE HCL 1=1 PCH, stroop 1 mg/ml Noscapine

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Kruidvat Xylometazoline HCl 1 mg/ml, neusdruppels, oplossing. xylometazolinehydrochloride

BIJSLUITER. OXAZEPAM 5 mg en 25 mg tablet

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Nootropil 1200, 1200 mg filmomhulde tabletten. Piracetam

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Oxymetazoline HCl 0,5 mg/ml Focus, neusspray, oplossing oxymetazoline hydrochloride

BIJSLUITER (Ref )

Venlafaxine 1. WAT IS VENLAFAXINE RETARD ALEMBIC CAPSULES MET VERLENGDE AFGIFTE EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT

Package Leaflet / 1 van 5

Fexofenadine HCl 120 PCH, filmomhulde tabletten 120 mg Fexofenadine HCl 180 PCH, filmomhulde tabletten 180 mg Fexofenadine hydrochloride

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. AXID 150, capsules 150 mg nizatidine

venlafaxine 1. Wat is Efexor-Exel en waarvoor wordt dit middel ingenomen?

Betahistine dihcl 8 mg Teva, tabletten Betahistine dihcl 16 mg Teva, tabletten betahistinedihydrochloride

Apotex Europe BV Proc.nr CINNARIZINE REISTABLETTEN APOTEX 25 MG RVG tablets 25 mg cinnarizine Date 2014_10 Module 1

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER Levocetirizine dihcl Mylan 5 mg tabletten

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER. ARIPIPRAZOL 2,5 mg capsules

BIJSLUITER 1/5 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Aspirine 500 Bruis, 500 mg, bruistablet. Acetylsalicylzuur

FIBORAN, capsules 50 mg

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Xylometazoline HCl Sanias 1 mg/ml, neusdruppels, oplossing. xylometazolinehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Paracetamol Sandoz 500 mg, tabletten. Paracetamol

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER. CLONAZEPAM 0,25 mg tabletten

Chlooramfenicol Teva 10 mg/g, oogzalf chlooramfenicol

Transcriptie:

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Venlafaxine HCl XR 75 mg, capsules met verlengde afgifte, hard Venlafaxine HCl XR 150 mg, capsules met verlengde afgifte, hard Venlafaxinehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie in voor u. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. Inhoud van deze bijsluiter: 1. Wat is Venlafaxine HCl XR en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS VENLAFAXINE HCl XR EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Venlafaxine HCl XR bevat de werkzame stof venlafaxine. Dit middel is een antidepressivum dat behoort tot de groep van de zogenaamde serotonine- en norepinefrine-heropnameremmers (SNRI s). Deze groep geneesmiddelen wordt gebruikt om depressie en andere aandoeningen zoals angststoornissen te behandelen. Er wordt gedacht dat mensen die depressief en/of angstig zijn, lagere hoeveelheden serotonine en noradrenaline in de hersenen hebben. Het is niet volledig bekend hoe antidepressiva werken, maar zij kunnen helpen door het verhogen van de hoeveelheden serotonine en norepinefrine in de hersenen. Dit middel is een behandeling voor volwassenen met depressie. Dit middel wordt ook gebruikt voor de behandeling van volwassenen met de volgende angststoornissen: gegeneraliseerde angststoornis*, sociale angststoornis (angst of vermijden van sociale situaties) en paniekstoornis* (paniekaanvallen). Om beter te worden, is het belangrijk de depressie of angststoornis adequaat te behandelen. Indien onbehandeld, zal uw ziekte misschien niet vanzelf overgaan en kan deze erger worden en moeilijker om te behandelen. I:\RIC\RIC Persoonlijke mappen\karin S\2019\719467\patent\pl-Venlafaxine HCL XR_incl gepat Ind_2019-02-track.doc Version 2019-02 1 van 11 pagina('s)

* Deze toepassing wordt beschermd door een octrooi (ook wel patent genoemd) van een andere vergunninghouder. Meer informatie hierover vindt u op de website van het CBG, www.cbg-meb.nl. 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? Wanneer mag u dit middel niet gebruiken? - U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6. - Als u in de laatste 14 dagen gelijktijdig geneesmiddelen inneemt of ingenomen heeft, die bekend zijn als irreversibele mono-amine-oxidaseremmers (MAOI s). MAOIs worden gebruikt voor de behandeling van depressie of de ziekte van Parkinson. Het innemen van een irreversibele MAOI samen met dit middel kan ernstige of zelfs levensbedreigende bijwerkingen veroorzaken. Eveneens moet u ten minste 7 dagen wachten als u met het innemen van dit middel bent gestopt alvorens u irreversibele MAOI inneemt (zie ook de rubriek, Gebruikt u nog andere geneesmiddelen? en de informatie in deze rubriek over Serotoninesyndroom ). Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel? Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt. - Als u andere geneesmiddelen gebruikt die bij gelijktijdige inname met dit middel de kans op het ontstaan van het serotoninesyndroom verhogen (zie de rubriek Gebruikt u nog andere geneesmiddelen? ). - Als u oogproblemen heeft zoals bepaalde soorten glaucoom (verhoogde druk in het oog). - Als u in het verleden verhoogde bloeddruk heeft gehad. - Als u in het verleden hartproblemen heeft gehad. - Als u verteld is dat u een abnormaal hartritme heeft. - Als u in het verleden toevallen (stuipen) heeft gehad. - Als u in het verleden verlaagde hoeveelheden natrium in uw bloed heeft gehad (hyponatriëmie). - Als u snel blauwe plekken krijgt of als u een verhoogde bloedingsneiging heeft (als u in het verleden bloedingsstoornissen heeft gehad), of als u andere geneesmiddelen inneemt, bijv. warfarine (dat wordt gebruikt om bloedstolsels te voorkomen), die de kans op een bloeding verhogen. - Als u, of iemand uit uw familie, in het verleden manie of bipolaire stoornis (gevoel van grote opwinding of euforie) heeft gehad. - Als u in het verleden agressief gedrag heeft vertoond. Dit middel kan een gevoel van rusteloosheid veroorzaken of een onvermogen om stil te zitten tijdens de eerste paar weken van de behandeling. Als dit bij u optreedt, moet u uw arts informeren. Gedachten over zelfmoord en verergering van uw depressie of angststoornis Als u aan een depressie lijdt en/of aan angststoornissen kunt u soms gedachten over zelfverminking of zelfmoord hebben. Deze kunnen eerst toenemen als u begint met het

innemen van antidepressiva, aangezien al deze geneesmiddelen tijd nodig hebben om te werken, gewoonlijk twee weken, maar soms langer. Het is waarschijnlijker dat u zo denkt: - Als u eerder gedachten over zelfmoord of zelfverminking heeft gehad - Als u een jongvolwassene bent. Gegevens uit klinisch onderzoek hebben een verhoogd risico op suïcidaal gedrag aangetoond bij jongvolwassenen (jonger dan 25 jaar) met psychische stoornissen die werden behandeld met een antidepressivum. Wanneer u op welk moment dan ook gedachten over zelfverminking of zelfmoord krijgt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of ga direct naar een ziekenhuis. U vindt het misschien prettig om familie en vrienden te vertellen dat u depressief bent of dat u een angststoornis heeft en hen vragen deze bijsluiter te lezen. U kunt hen vragen u te vertellen wanneer zij denken dat uw depressie of angst verergert of als zij zich zorgen maken over veranderingen in uw gedrag. Droge mond Droge mond werd gemeld bij 10% van de patiënten die met venlafaxine behandeld werden. Dit kan het risico op gaatjes (cariës) in tanden en kiezen vergroten. U moet daarom extra aandacht aan uw mondhygiëne besteden. Diabetes Het glucosegehalte in uw bloed kan veranderen door dit middel. Daarom kan het zijn dat de doseringen van uw diabetesmedicijnen aangepast moeten worden. Kinderen en jongeren tot 18 jaar Dit middel moet niet worden gebruikt bij kinderen en jongeren tot 18 jaar. Patiënten jonger dan 18 jaar hebben een verhoogde kans op bijwerkingen zoals zelfmoordpoging en zelfmoordgedachten en er is een verhoogd aantal meldingen van vijandigheid (voornamelijk agressie, oppositioneel gedrag en woede) als zij behandeld worden met deze groep geneesmiddelen. Ondanks dat, kan uw arts dit geneesmiddel voorschrijven aan patiënten jonger dan 18 jaar, als hij/zij beslist dat dat in hun belang is. Als uw arts dit geneesmiddel heeft voorgeschreven aan een patiënt die jonger is dan 18 jaar en u wilt dit bespreken, neem dan contact op met uw arts. U moet uw arts informeren als een van de symptomen als hierboven beschreven ontstaan of erger worden als patiënten jonger dan 18 jaar dit middel. Eveneens zijn de langetermijneffecten van het veilig gebruik van dit geneesmiddel op de groei, ontwikkeling en cognitieve en gedragsontwikkeling in deze leeftijdsgroep niet vastgesteld. Gebruikt u nog andere geneesmiddelen? Gebruikt u naast Venlafaxine HCl XR nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Uw arts kan beslissen of u Venlafaxine HCl XR met andere geneesmiddelen kunt innemen.

Begin niet met het innemen van, of stop niet met geneesmiddelen, inclusief die welke u zonder recept gekocht heeft, natuurlijke of kruidenmiddelen, zonder vooraf met uw arts of apotheker te overleggen. - Mono-amine-oxidaseremmers die worden gebruikt voor de behandeling van depressie of de ziekte van Parkinson mogen niet worden ingenomen met Venlafaxine HCl XR. Vertel uw arts als u deze geneesmiddelen heeft ingenomen in de afgelopen 14 dagen. (MAOI s: zie de rubriek Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? ) - Serotoninesyndroom: Een potentieel levensbedreigende toestand of maligne neurolepticumsyndroom (NMS)- achtige reacties (zie de rubriek Mogelijke bijwerkingen ) kunnen optreden tijdens behandeling met venlafaxine, voornamelijk bij gelijktijdig gebruik met andere geneesmiddelen. Voorbeelden van deze geneesmiddelen zijn: Tryptanen (gebruikt bij migraine) Andere geneesmiddelen om depressie te behandelen bijvoorbeeld SNRI s, SSRI s, tricyclische antidepressiva of geneesmiddelen die lithium bevatten Geneesmiddelen die amfetamines bevatten (gebruikt om aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD), slaapziekte (narcolepsie) en zwaarlijvigheid (obesitas) te behandelen) Geneesmiddelen die linezolid, een antibioticum, bevatten (gebruikt om infecties te behandelen) Geneesmiddelen die moclomebide, een MAOI, bevatten (gebruikt om depressie te behandelen) Geneesmiddelen die sibutramine (gebruikt voor gewichtsvermindering) bevatten Geneesmiddelen die tramadol, fentanyl, tapentadol, pethidine of pentazocine bevatten (gebruikt voor behandeling van ernstige pijn) Geneesmiddelen die dextromethorfan bevatten (gebruikt voor de behandeling van hoesten) Geneesmiddelen die methadon bevatten (gebruikt voor de behandeling van opioïde drugsverslaving of ernstige pijn) Geneesmiddelen die methyleenblauw (gebruikt om hoge concentraties methemoglobine in het bloed te behandelen) bevatten Producten die Sint Janskruid bevatten (ook wel Hypericum perforatum genaamd, een natuurlijk of kruidenmiddel voor de behandeling van lichte depressie) Producten die tryptofanen bevatten (gebruikt voor slaapproblemen en depressie) Antipsychotica (die worden gebruikt voor de behandeling van een ziekte met symptomen zoals het horen, zien of voelen van dingen die er niet zijn, waangedachten, ongewone achterdocht, onduidelijke motivering en teruggetrokken gedrag) Tekenen en symptomen van het serotoninesyndroom kunnen uit een combinatie van het volgende bestaan: Rusteloosheid, hallucinaties, coördinatieverlies, snelle hartslag, verhoogde lichaamstemperatuur, snelle veranderingen in de bloeddruk, overactieve reflexen, diarree, coma, misselijkheid, braken. In zijn meest ernstige vorm, kan het serotoninesyndroom overeenkomen met het maligne neurolepticumsyndroom (NMS). Tekenen en symptomen van NMS kunnen bestaan uit een

combinatie van koorts, snelle hartslag, zweten, ernstige spierstijfheid, verwardheid, verhoogde spierenzymen (dit wordt bepaald door een bloedtest). Vertel uw arts onmiddellijk of ga naar de afdeling spoedeisende hulp van het dichtstbijzijnde ziekenhuis als u denkt dat bij u het serotoninesyndroom gaat optreden. U moet uw arts vertellen wanneer u geneesmiddelen inneemt die effect kunnen hebben op uw hartritme. Voorbeelden van deze geneesmiddelen zijn: - Antiaritmica zoals quinidine, amiodaron, sotalol of dofetilide (gebruikt voor de behandeling van een abnormaal hartritme) - Antipsychotica zoals thioridazine (zie ook Serotoninesyndroom hierboven) - Antibiotica zoals erythromycine of moxifloxacine (gebruikt voor de behandeling van bacteriële infecties) - Antihistaminica (gebruikt voor de behandeling van allergieën) De volgende geneesmiddelen kunnen ook een wisselwerking geven met dit middel en moeten met voorzichtigheid worden gebruikt. Het is vooral belangrijk uw arts of apotheker te vertellen als u één van de volgende geneesmiddelen inneemt: - Ketoconazol (een geneesmiddel tegen schimmelinfecties) - Haloperidol of risperidon (voor de behandeling van psychische ziekten) - Metoprolol (een bètablokker om verhoogde bloeddruk en hartaandoeningen te behandelen) Waarop moet u letten met eten en alcohol? Dit middel moet met voedsel worden ingenomen (zie rubriek 3 Hoe gebruikt u dit middel? ). U moet gebruik van alcohol vermijden als u dit middel inneemt. Zwangerschap en borstvoeding Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt. U moet dit middel alleen gebruiken nadat u de mogelijke voordelen en de risico s voor uw ongeboren kind met uw arts heeft besproken. Zorg ervoor dat uw verloskundige en/of arts weet dat u dit middel gebruikt. Het gebruik tijdens de zwangerschap, van soortgelijke geneesmiddelen (SSRI's), kan het risico van een ernstige aandoening bij baby's verhogen. Deze aandoening wordt persisterende pulmonale hypertensie van de pasgeborene (PPHN) genoemd waarbij de baby sneller ademhaalt en een blauwachtige kleur krijgt. Deze verschijnselen beginnen meestal tijdens de eerste 24 uur nadat de baby is geboren. Als dit met uw baby gebeurt, moet u onmiddellijk contact opnemen met uw verloskundige en/of arts. Als u dit geneesmiddel tijdens de zwangerschap inneemt, is er, naast moeilijkheden bij het ademhalen, nog een ander verschijnsel dat bij uw baby kan optreden na de geboorte, namelijk moeilijkheden bij het voeden. Als uw baby deze verschijnselen heeft als hij is geboren en u heeft hier zorgen over, vraag uw arts en/of verloskundige om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.

Dit middel kan in de moedermelk overgaan. Er is een risico van een effect op de baby. Daarom moet u dit onderwerp met uw arts bespreken en hij/zij zal beslissen of u moet stoppen met het geven van borstvoeding of dat u de behandeling met dit geneesmiddel moet stoppen. Rijvaardigheid en het gebruik van machines Bestuur geen auto en gebruik geen gereedschap of machines totdat u weet welke invloed dit geneesmiddel op u heeft. Venlafaxine HCl XR bevat suikerbolletjes, die sucrose bevatten. Als uw arts u heeft verteld dat u bepaalde suikers niet kan verdragen, neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel inneemt. 3. HOE GEBRUIKT U DIT MIDDEL? Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De gebruikelijke aanbevolen dosering voor de behandeling van depressie, gegeneraliseerde angststoornis en sociale angststoornis is 75 mg per dag. Uw arts kan de dosering geleidelijk verhogen, indien nodig zelfs tot een maximum van 375 mg per dag voor depressie. Als u wordt behandeld voor paniekstoornis, zal uw arts met een lagere dosering beginnen (37,5 mg) en vervolgens de dosering geleidelijk verhogen. De maximale dosering voor gegeneraliseerde angststoornis, sociale angststoornis en paniekstoornis is 225 mg/dag. Neem dit middel elke dag op ongeveer hetzelfde tijdstip in, s ochtends of s avonds. De capsules moeten heel ingenomen worden met wat vloeistof en ze mogen niet geopend, fijngemalen, gekauwd of opgelost worden. Dit middel moet met voedsel worden ingenomen. Als u lever- of nierproblemen heeft, informeer dan uw arts, aangezien uw dosis van dit geneesmiddel wellicht anders moet zijn. Stop niet met het innemen van dit geneesmiddel zonder overleg met uw arts (zie de rubriek Als u stopt met het innemen van dit middel ). Heeft u te veel van dit middel ingenomen? Neem onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker als u meer dan de door uw arts voorgeschreven hoeveelheid dit geneesmiddel heeft ingenomen. De verschijnselen van een mogelijke overdosering kunnen bestaan uit snelle hartslag, veranderingen in het bewustzijnsniveau (variërend van slaperigheid tot coma), troebel zien, stuipen of toevallen en braken.

Bent u vergeten dit middel in te nemen? Als u vergeten bent een dosis in te nemen, neem deze dan in zodra u het zich herinnert. Echter, als het tijd is voor de volgende dosis, sla de gemiste dosis dan over en neem alleen de enkele dosis zoals gebruikelijk. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Neem niet meer in dan de dagelijkse hoeveelheid van dit middel die aan u voor één dag is voorgeschreven. Als u stopt met het innemen van dit middel Stop niet met het innemen van uw behandeling of verminderen van de dosis zonder het advies van uw arts, zelfs niet als u zich beter voelt. Als uw arts denkt dat u niet langer dit middel nodig heeft, zal hij/zij u vragen de dosis geleidelijk te verlagen voordat de behandeling uiteindelijk gestopt wordt. Het is bekend dat bijwerkingen optreden als mensen stoppen met het gebruik van dit geneesmiddel, dit is vooral het geval als het geneesmiddel plotseling wordt gestopt of als de dosis te snel verlaagd wordt. Sommige patiënten kunnen last krijgen van verschijnselen als vermoeidheid, duizeligheid, licht gevoel in het hoofd, hoofdpijn, slapeloosheid, nachtmerries, droge mond, verlies van eetlust, misselijkheid, diarree, nervositeit, agitatie, verwarring, oorsuizen, tintelingen of de zeldzame sensaties van elektrische schokken, zwakte, zweten, stuipen of griepachtige symptomen. Uw arts zal u adviseren hoe u geleidelijk de behandeling met dit middel moet verlagen. Als één van deze verschijnselen bij u optreedt, of als andere symptomen problemen veroorzaken, vraag dan uw arts om verder advies. Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. 4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. Krijgt u last van een bijwerking? Of heeft u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan direct contact op met uw arts of apotheker. Als één van de volgende verschijnselen optreedt, neem dan dit middel niet meer in. Raadpleeg onmiddellijk uw arts of ga naar de spoedeisende hulp afdeling van het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers) Zwelling van het gezicht, mond, tong, keel, handen of voeten en/of verhoogde jeukende uitslag (bultjes), moeilijkheden met slikken of ademhalen. Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers) Beklemmend gevoel op de borst, piepende ademhaling, moeilijkheden met slikken of ademhalen. Ernstige huiduitslag, jeuk of bultjes (verhoogde rode of bleke huidplekjes die vaak jeuken).

Tekenen en symptomen van het serotoninesyndroom kunnen bestaan uit rusteloosheid, hallucinaties, coördinatieverlies, snelle hartslag, verhoogde lichaamstemperatuur, snelle veranderingen in de bloeddruk, overactieve reflexen, diarree, coma, misselijkheid, braken. In zijn meest ernstige vorm, kan het serotoninesyndroom overeenkomen met het maligne neurolepticumsyndroom (NMS). Tekenen en symptomen van NMS kunnen bestaan uit een combinatie van koorts, snelle hartslag, zweten, ernstige spierstijfheid, verwardheid, verhoogde spierenzymen (dit wordt bepaald door een bloedtest). Tekenen van infectie, zoals hoge temperatuur, rillingen, koude rillingen, hoofdpijn, zweten, griepachtige symptomen. Deze kunnen het gevolg zijn van een bloedaandoening die leidt tot een verhoogde kans op infectie. Ernstige uitslag, die kan leiden tot ernstige blaarvorming en vervellen van de huid. Onverklaarbare spierpijn, gevoeligheid of zwakte. Dit kan een teken zijn van rabdomyolyse. Andere bijwerkingen die u aan uw arts moet vertellen (de frequentie van deze bijwerkingen zijn vermeld in de onderstaande lijst Overige bijwerkingen ): Hoesten, piepende ademhaling en kortademigheid die gepaard kunnen gaan met een hoge temperatuur. Zwart (teerachtige) ontlasting of bloed in de ontlasting. Jeuk, gele huid of ogen of donkere urine kunnen symptomen zijn van een ontsteking van de lever (hepatitis). Hartproblemen, zoals snelle of onregelmatige hartslag, verhoogde bloeddruk. Oogproblemen, zoals troebel zien, verwijde pupillen. Problemen van het zenuwstelsel, zoals duizeligheid, slapende ledematen, bewegingsstoornissen, spier-spasmen of stijfheid, stuipen of toevallen. Psychische problemen, zoals hyperactiviteit en ongewoon grote opgewondenheid. Onttrekkingsverschijnselen (zie de rubriek Hoe gebruikt u dit middel?, Als u stopt met het innemen van dit middel ). Verlengde bloeding(en) indien u zichzelf snijdt of verwondt, kan het langer duren voordat de bloeding stopt. Wees niet verontrust als u kleine witte korreltjes of balletjes ziet in uw ontlasting nadat u dit middel heeft ingenomen. In dit middel zitten sferoïden (kleine witte balletjes) die het actieve bestanddeel (venlafaxine) bevatten. Deze sferoïden komen in uw maagdarmkanaal vrij uit de capsule. Terwijl de sferoïden de lengte van uw maagdarmkanaal afleggen komt de venlafaxine langzaam vrij. De buitenkant van de sferoïden blijft onopgelost en wordt verwijderd via de ontlasting. Dus, hoewel u mogelijk sferoïden ziet in uw ontlasting is uw dosis venlafaxine toch geheel opgenomen. Overige bijwerkingen Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers) Duizeligheid, hoofdpijn, sufheid Slapeloosheid Misselijkheid, droge mond, obstipatie Zweten (inclusief nachtelijk zweten)

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers) Verminderde eetlust Verwarring, het gevoel afgezonderd (gescheiden) te zijn van zichzelf, gebrek aan orgasme, verminderde zin in seks, opwinding, onrust (agitatie), zenuwachtigheid, abnormale dromen Trillen, een gevoel van rusteloosheid of het onvermogen om stil te zitten of stil te staan, slapende ledematen, veranderde smaaksensatie, verhoogde spierspanning Visusstoornissen inclusief troebel zien, verwijde pupillen, onvermogen van het oog automatisch van focus te wisselen van veraf naar dichtbij staande objecten Oorsuizingen (tinnitus) Snelle hartslag, hartkloppingen Verhoging van de bloeddruk, blozen Kortademigheid, geeuwen Overgeven, diarree Lichte huiduitslag, jeuk Vaker moeten plassen, niet kunnen plassen, moeite met plassen Menstruele onregelmatigheden zoals hevigere bloeding of toename van onregelmatige bloeding, abnormale ejaculatie/orgasme (mannen), erectiestoornis (impotentie) Zwakte (asthenie), vermoeidheid, rillingen Gewichtstoename, gewichtsafname Toegenomen cholesterol Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers) Overactiviteit, snelle gedachten en verminderde behoefte om te slapen (manie) Hallucinaties, gevoel afgezonderd te zijn van de realiteit, abnormaal orgasme, gebrek aan gevoel of emotie, overmatig opgewonden gevoel, tandenknarsen Flauwvallen, onvrijwillige beweging van de spieren, verslechterde coördinatie en balans Duizelig gevoel (in het bijzonder bij het te snel opstaan), daling van de bloeddruk Overgeven van bloed, zwarte teerachtige ontlasting (feces) of bloed in de ontlasting; dit kan een aanwijzing zijn voor inwendige bloedingen Gevoeligheid voor zonlicht, blauwe plekken, abnormaal haarverlies Geen controle over het plassen Stijfheid, spasmen en onvrijwillige bewegingen van de spieren Lichte veranderingen in de bloedspiegels van leverenzymen Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers) Stuipen of toevallen Hoesten, piepende ademhaling en kortademigheid die gepaard kunnen gaan met een hoge temperatuur Verwardheid (desoriëntatie) en verwarring vaak vergezeld met hallucinaties (delirium) Overmatig drinken van water (bekend als SIADH) Afname in de hoeveelheid natrium in het bloed Ernstige oogpijn en verminderd of troebel zicht Abnormale snelle of onregelmatige hartslag die kan leiden tot flauwvallen Ernstige buik- of rugpijn (die een indicatie kunnen zijn voor ernstige darm-, lever- of alvleesklierproblemen)

Jeuk, gele verkleuring van de huid of ogen, donkere urine, of griepachtige symptomen, dit zijn verschijnselen van ontsteking van de lever (hepatitis) Zeer zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers) Aanhoudende bloedingen, die een teken kunnen zijn van een verminderd aantal bloedplaatjes in uw bloed, dat leidt tot een toegenomen kans op blauwe plekken of tot bloeding Abnormale productie van de moedermelk Onverwachte bloedingen bijvoorbeeld tandvleesbloedingen, bloed in de urine of in het braaksel, of het verschijnen van onverwachte blauwe plekken of gebroken bloedvaten (gebroken aderen) Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald) Zelfmoord ideeën en zelfmoordgedrag, gevallen van zelfmoord ideeën en zelfmoordgedrag zijn gemeld gedurende venlafaxine therapie of kort na het stopzetten van de behandeling (zie rubriek 2 Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? ) Agressie Draaierig gevoel Dit middel kan soms onbedoelde effecten veroorzaken, zonder dat u daar erg in heeft, zoals verhoging van de bloeddruk of abnormale hartslag; lichte veranderingen in bloedspiegels van de leverenzymen, natrium of cholesterol. Minder vaak kan dit middel de functie van de bloedplaatjes in uw bloed verminderen, waardoor een verhoogde kans op blauwe plekken en bloeding ontstaat. Daarom zal uw arts af en toe bloedonderzoek willen doen, vooral als u dit middel langdurig ingenomen heeft. Het melden van bijwerkingen Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. Website: www.lareb.nl. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5. HOE BEWAART U DIT MIDDEL? Buiten het zicht en het bereik van kinderen houden. Gebruik Venlafaxine HCl XR niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de verpakking na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum. Bewaren beneden 30 C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen vocht. Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht. 6. INHOUD VAN DE VERPAKKING EN OVERIGE INFORMATIE Welke stoffen zitten er in dit middel? De werkzame stof in dit middel is venlafaxinehydrochloride De andere stoffen in dit middel zijn suikerbolletjes (sucrose en maiszetmeel), stearinezuur (E570), ethylcellulose (E462), talk (E553b), titaandioxide (E171) en gelatinecapsules. Hoe ziet Venlafaxine HCl XR eruit en hoeveel zit er in een verpakking? Kartonnen vouwdoosje met blisterverpakkingen bestaande uit PVC/PVDC en aluminiumfolie. Venlafaxine HCl XR 75 mg zijn witte capsules. Venlafaxine HCl XR 150 mg zijn kleurloze capsules met daarin witte korreltjes. Venlafaxine HCl XR 75 mg en 150 mg zijn verkrijgbaar in harde capsules met verlengde afgifte met resp. 75 en 150 mg venlafaxine per capsule in kalenderverpakkingen à 28 capsules of 30 capsules. Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant Valpharma International SpA Via G. Morgagni, 2 61016 Pennabilli, Pesaro Italië In het register ingeschreven onder RVG 33857 (75 mg) en RVG 33858 (150 mg) Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in april 2019