Wijzigingsblad BRL 0902

Vergelijkbare documenten
Wijzigingsblad BRL 2815

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

4 Bouwbesluit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden

Wijzigingsblad BRL 0501

Wijzigingsblad BRL 0503

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d

Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies

Wijzigingsblad BRL 5060

Omschrijving van de wijziging

Richtlijn aansluiting Bouwbesluit

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 3300 Vloerluiken d.d behouden hun geldigheid tot

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5701 Ventilatieroosters d.d behouden hun geldigheid tot

Wijzigingsblad BRL 0203

SKH-RICHTLIJN 7532 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor VLOERLUIKEN

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5065 Mineraal gebonden houtwolplaten d.d behouden hun geldigheid tot

BRL 2701 "Metalen gevelelementen" ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1101 Spaanplaat d.d Vastgesteld door het College van Deskundigen SKH d.d.

Wijzigingsblad BRL 0208 d.d

Wijzigingsblad BRL 2353

Loofhoutsoorten (m.u.v. populierenhout) vallen niet onder de NEN-EN

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

ISOLATIE, MUUR, THERMISCH, VOORGEVORMD (attest, productcertificaat)

Wijzigingsblad BRL 2813

Wijzigingsblad BRL 1513 d.d

Pagina 1 van 13. Vervang in de gehele BRL de tekst nationale Beoordelingsrichtlijn voor KOMO Beoordelingsrichtlijn. Verwijder paragraaf 1.

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, BETON (attest, productcertificaat)

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad BRL 0203

Wijzigingsblad BRL 5212

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x / x x x x x. NEN-EN NEN 6068 NEN 6090 Verdere beperking van

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, SEGMENT, HOUT (attest, productcertificaat)

HOUTWOLPLAAT, MINERAAL GEBONDEN (attest-met-productcertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 2211 BINNENDEUREN en/of -KOZIJNEN d.d

KOMO. Naam certificaathouder. kwaliteitsverklaring

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 1001 Niet-dragende Binnenspouwbladen en Gevelvullende Elementen d.d Pagina 2 van 31

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN TRAPPEN

Vervang de inhoud van de volgende paragrafen in de BRL door de aangegeven tekst.

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat)

RABB 7509 dd:

RABB 7520 dd

BEOORDELINGSRICHTLIJN

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor GELIJMDE HOUTEN DRAAGCONSTRUCTIES

VLOERCONSTRUCTIES MET STAAL(FRAME)-COMBINATIEVLOEREN WIJZIGINGSBLAD BRL 0208 d.d

Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO attest, KOMO -attest-met-productcertificaat of KOMO -productcertificaat voor COMBINATIE-BOUWSYSTEMEN

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

RABB 7524 d.d

SKH-RICHTLIJN 7531 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor PREFAB METERKASTEN

Algemene sterkte van de bouwconstructie , 2.3 en 2.4, lid 1a en 1b Sterkte bij brand en 2.11

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

WAND, BUITEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

SKH-RICHTLIJN 7522 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKKAPELLEN

Wijzigingsblad BRL 2811

BRL 7513 dd RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT VOOR AFGIFTE VAN ERKENDE BB-AANSLUITDOCUMENTEN VOOR DE TOEPASSING VAN COMBINATIE-BOUWSYTEMEN

SKH RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN BUITENBERGINGEN

WAND, BINNEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

KOMO. Naam Certificaathouder. Bouwbesluit. attest-met-productcertificaat. Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies

attest-met-productcertificaat

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x x. x x x. x x. x x. x x x. x x. Ministeriële regeling Inbraakwerendheid

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

PLATEN, CEMENTGEBONDEN, VEZELVERSTERKTE (attest-met-productcertificaat) BRL 4202 "Vezelversterkte cementgebonden platen voor natte ruimten" ( )

Wijzigingsblad BRL 2202 (zonwerend)(warmtereflecterend) isolerend dubbelglas voor thermische isolatie 31 december 2014

RABB 7525 dd

RABB 7512 dd

Wijzigingsblad BRL 2101 d.d

BEOORDELINGSRICHTLIJN GEWAPENDE CELLENBETONPLATEN VOOR TOEPASSING IN DAKCONSTRUCTIES

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT VOOR AFGIFTE VAN ERKENDE BB-AANSLUITDOCUMENTEN VOOR DE TOEPASSING VAN DRAGENDE BINNEN- EN BUITENWANDEN

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

Wijzigingsblad BRL 0703

RABB 7523 dd

Wijzigingsblad BRL

BRL 2880 " Systemen voor het brandwerend bekleden van lijnvormige stalen bouwconstructies " ( )

nieuwbouw melkveebedrijf: Werktuigenberging C, Jongveestal D, Ligboxenstal E jc Cotenoeverseweg 105, Brummen

DEEL 1 VOOR HET KOMO ATTEST VOOR BOUWSYSTEMEN VOOR ENERGIEZUINIGE WONINGEN, WONINGUITBREIDINGEN, EN/OF WOONGEBOUWEN

Vervang in de gehele BRL de tekst nationale Beoordelingsrichtlijn voor KOMO Beoordelingsrichtlijn

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

SKH-RICHTLIJN 7505 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES

Nummer K/ Vervangt K/ Uitgegeven d.d. Geldig tot Pagina 1 van 5. Kelderwanden van staalvezelbeton

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad BRL 9161

Inhoudsopgave. werknr : H59 Opgesteld door : mst Datum: Versie : 1.0 Blz. 2/10

GEVELELEMENT, HOUT (attest, productcertificaat, procescertificaat)

DAKBEDEKKING, DAKPANNEN (attest, productcertificaat, procescertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR VLOERLUIKEN. Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit

DAKBEDEKKING, METALEN ELEMENTEN of STROKEN (attest, productcertificaat)

KOMO attest-met-productcertificaat

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1701 Gelijmde dragende houten bouwconstructies Pagina 1 van 11

Wijzigingsblad BRL 1003

KOMO attest. Toepassing van «naam product/systeem»

Art. Lid Woning Woongebouw. x x x. x x. x x. x x

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

KOMO attest-met-productcertificaat

Transcriptie:

Wijzigingsblad BRL 0902 Bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton 14 maart 2016 Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door College van Deskundigen Constructief Beton d.d. 18 februari 2016 Aanvaard door de KOMO Kwaliteits- en Toetsingscommissie d.d. 14 maart 2016. Dit wijzigingsblad is door Kiwa bindend verklaard per 14 maart 2016. Geldigheid kwaliteitsverklaringen Dit wijzigingsblad vervangt het wijzigingsblad d.d. 25 oktober 2012 bij BRL 0902 d.d. 1 april 2003. De kwaliteitsverklaringen die op basis van die beoordelingsrichtlijn zijn afgegeven verliezen in ieder geval hun geldigheid op 1 september 2016. Gebruiksrecht Het gebruik van dit wijzigingsblad door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met Kiwa is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld. Omschrijving van de wijziging Vanwege het volledig privaat gaan van de KOMO systematiek zijn in dit wijzigingsblad de hierbij behorende wijzigingen vastgelegd. Vervang in alle teksten van de BRL Nationale beoordelingsrichtlijn door beoordelingsrichtlijn. Vervang in alle teksten van de BRL attest(-met-productcertificaat) door attest. Voeg 1.2 Eisen te stellen aan de onderzoeksinstellingen toe. Voeg artikel 1.3 Certificaat toe. Verwijder hoofdstuk 5 Producteisen. Verwijder artikel 7.2 Periodieke controle. Verwijder hoofdstuk 8 Eisen m.b.t. de kwaliteitszorg (in geval van productcertificatie). Voeg een nieuw hoofdstuk 8 Eisen aan de certificatie-instelling toe Vervang heel hoofdstuk 9 Overzicht documenten. 1.2 Eisen te stellen aan onderzoeksinstellingen Indien door de leverancier in het kader van de externe controle rapporten van onderzoekinstellingen of laboratoria worden overgelegd om aan te tonen dat aan de eisen van de BRL wordt voldaan, zal moeten worden aangetoond dat deze zijn opgesteld door een instelling die voldoet aan de van toepassing zijnde accreditatienorm, te weten: NEN-EN-ISO/IEC 17020 voor inspectie-instellingen; NEN-EN-ISO/IEC 17021 voor certificatie-instellingen die systemen certificeren; NEN-EN-ISO/IEC 17024 voor certificatie-instellingen die personen certificeren; NEN-EN-ISO/IEC 17025 voor laboratoria; NEN-EN-ISO/IEC 17065 voor certificatie-instellingen die producten certificeren. Een instelling wordt geacht aan deze criteria te voldoen wanneer een accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, afgegeven door de Raad voor Accreditatie (RvA) of een accreditatie-instelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten. Deze accreditatie moet betrekking hebben op het voor deze BRL vereiste onderzoek. Indien geen accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, zal de certificatie-instelling zelf verifiëren of aan de accreditatienorm is voldaan, of het desbetreffende onderzoek opnieuw zelf (laten) uitvoeren. 1.3 Certificaat Op basis van de KOMO -systematiek die van toepassing is voor deze beoordelingsrichtlijn wordt een KOMO attest afgegeven, met een maximale geldigheid van 5 jaar. De uitspraken in dit attest zijn gebaseerd op hoofdstuk 4 van deze beoordelingsrichtlijn. Op de website van de Stichting KOMO (www.komo.nl) staat het model attest vermeld die voor deze beoordelingsrichtlijn van toepassing is. Het af te geven attest moet hiermee overeenkomen.

Vervang de volledige tekst van hoofdstuk 2 en 4 door de volgende tekst 2 Onderwerp en toepassingsgebied De voorliggende beoordelingsrichtlijn heeft betrekking op bouwsystemen, opgebouwd uit prefab beton elementen voor toepassing in gebruiksfuncties zoals omschreven in het Bouwbesluit (artikel 1.1). 4 Bouwbesluit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden 4.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de aan het Bouwbesluit gerelateerde prestatie-eisen voor nieuwbouw opgenomen, waaraan Bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton moeten voldoen, evenals de bepalingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan. De Bouwbesluiteisen voor verbouw zijn in dit hoofdstuk niet expliciet genoemd, maar kunnen in voorkomende gevallen wel van toepassing zijn voor de bouwsystemen. Een bouwsysteem dat voldoet aan de eisen voor nieuwbouw kan zondermeer toegepast worden in verbouwprojecten. De prestatie-eisen in relatie tot het Bouwbesluit zijn opgenomen in onderstaande tabel, inclusief de van toepassing zijnde afdelingen, artikelen en leden. Tabel Bouwbesluit Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit Afdeling Artikel; Leden Algemene sterkte van de bouwconstructie 2.1 2.2, 2.3, 2.4; 1b, 2.5b Sterkte bij brand 2.2 2.10; 1 t/m 7, 2.11; 1 en 2a Beperking van het ontstaan van een brandgevaarlijke situatie 2.8 2.57 en 2.58 Beperking van het ontwikkelen van brand en rook 2.9 2.67 t/m 2.71 Beperking van uitbreiding van brand 2.10 2.84; 1 t/m 7 Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook 2.11 2.94; 1 en 2 Vluchtroutes 2.12 2.102; m.u.v. lid 3, 8 en 11 2.103; 2, 3 2.104, 2.105, 2.106, 2.107, m.u.v. lid 12 en 2.108; 1, 2 Hulpverlening bij brand 2.13 2.120 en 2.121 Hoge en ondergrondse gebouwen, nieuwbouw 2.14 2.128 Inbraakwerendheid, nieuwbouw 2.15 2.130 Bescherming tegen geluid van buiten, nieuwbouw 3.1 3.2, 3.3 en 3.4 Bescherming tegen geluid van installaties, nieuwbouw 3.2 3.8 en 3.9 Beperking van galm 3.3 3.13 Geluidwering tussen ruimten, nieuwbouw 3.4 3.16, 3.17 en 3.17a Wering van vocht 3.5 3.21, 3.22 en 3.23 Beperking van de aanwezigheid van schadelijke stoffen en ioniserende straling 3.9 3.63 Beschermen tegen ratten en muizen 3.10 3.69 Energiezuinigheid, nieuwbouw 5.1 5.2, 5.3 en 5.4 Bestrijden van brand, nieuwbouw en bestaande bouw (facultatief) 6.7 6.28, 6.29; m.u.v. lid 3, 6.30; 1, 3, 4, 6.31; 1, 2, 4, 6.32 en 6.33 Bereikbaarheid voor hulpverleningsdiensten, nieuwbouw en bestaande bouw (facultatief) 6.8 6.39 en 6.40; 1 Tegengaan van veel voorkomende criminaliteit; nieuwbouw en bestaande bouw (facultatief) 6.11 6.51 Normen of Praktijkrichtlijnen die genoemd worden in het kader van eisen die ontleend zijn aan publiekrechtelijke regelgeving zijn bedoeld, zoals daarin aangewezen. - 2 -

4.2 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van veiligheid, Bouwbesluit hoofdstuk 2 4.2.1 Algemene sterkte van de bouwconstructie, Bouwbesluit afdeling 2.1 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.2, 2.3, 2.4 lid 1b en artikel 2.5b van Een bouwconstructie bezwijkt gedurende de in NEN-EN 1990 bedoelde ontwerplevensduur niet bij de fundamentele belastingcombinaties als bedoeld in NEN-EN 1990. Een bouwconstructie bezwijkt gedurende de in NEN-EN 1990 bedoelde ontwerplevensduur niet bij de buitengewone belastingcombinaties als bedoeld in NEN-EN 1990, als dit leidt tot het bezwijken van een andere bouwconstructie die niet in de directe nabijheid ligt van die bouwconstructie. Daarbij wordt uitgegaan van de buitengewone belastingen als bedoeld in NEN-EN 1991. Een dak of een vloerafscheiding bezwijkt gedurende de in NEN-EN 1990 bedoelde ontwerplevensduur niet bij de buitengewone belastingcombinaties als bedoeld in NEN-EN 1990. Daarbij wordt uitgegaan van stootbelastingen als bedoeld in NEN-EN 1991. Met betrekking tot de belastingen op bouwwerken door aardbevingen als gevolg van de gaswinning in de provincie Groningen kunnen bij ministeriële regeling nadere voorschriften worden gegeven. De sterkte van bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton dient te worden bepaald volgens NEN-EN 1992. Het attest vermeldt de prestaties van het bouwsysteem die voldoen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven die voldoen aan de gestelde eisen. Het attest kan vermelden dat de certificaathouder per project berekeningen en tekeningen maakt conform de bovenvermelde bepalingsmethode. 4.2.2 Sterkte bij brand, Bouwbesluit afdeling 2.2 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.10; lid 1 t/m 7 en 2.11; lid 1 en 2a van Bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton bezwijken niet binnen een tijdsduur zoals vermeldt in artikel 2.10 van het Bouwbesluit. De tijdsduur van het bezwijken wordt bepaald volgens NEN-EN 1992. Het attest vermeldt de prestaties van het bouwsysteem die voldoen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven met de bijbehorende brandwerendheid. Het attest kan vermelden dat de certificaathouder per project berekeningen en tekeningen maakt conform de bovenvermelde bepalingsmethode. - 3 -

4.2.3 Beperking van het ontstaan van een brandgevaarlijke situatie, Bouwbesluit afdeling 2.8 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.57 en 2.58 van Materiaal, toegepast ter plaatse van of in de nabijheid van een stookplaats van een gebruiksfunctie voldoet aan brandklasse A1 volgens NEN-EN 13501-1, indien: a. ter plaatse van of in de nabijheid van die stookplaats een intensiteit van de warmtestraling kan optreden, die, bepaald volgens NEN 6061, groter is dan 2 kw/m², of b. in het materiaal een temperatuur kan optreden, die, bepaald volgens NEN 6061, hoger is dan 90ºC. Materiaal toegepast aan de binnenzijde van een schacht, een koker of een kanaal grenzend aan meer dan één brandcompartiment of subbrandcompartiment met een inwendige doorsnede groter dan 0,015 m2, voldoet over een dikte van ten minste 0,01 m, gemeten loodrecht op de binnenzijde, aan brandklasse A2. Brandklasse A2 is niet van toepassing op: a. een schacht die uitsluitend is bestemd voor een of meer boven elkaar gelegen toiletruimten of badruimten en die niet door andere ruimten voert; b. ten hoogste 5% van de totale oppervlakte van de in dat lid bedoelde binnenzijde, en c. het materiaal van een constructie- of installatieonderdeel dat wordt omsloten door een in dat lid bedoelde schacht, koker of kanaal. De brandklasse dient te worden bepaald volgens NEN-EN 13501-1. Zonder nader onderzoek mag aangenomen worden dat beton voldoet aan klasse A1 volgens NEN 13501-1. Het attest vermeldt dat bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton voldoen aan klasse A1 volgens NEN-EN 13501-1. 4.2.4 Beperking van het ontwikkelen van brand en rook, Bouwbesluit afdeling 2.9 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.67 t/m 2.71 van Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton gelden de brandklasse volgens tabel 2.66 van het Bouwbesluit en rookklasse s2, m.u.v. de bovenzijde van een voor personen bestemde vloer, een trap en een hellingbaan die grenst aan de binnenlucht, hiervoor geldt rookklasse s1 fl. In afwijking van het eerste tot en met derde lid van artikel 2.67 van het Bouwbesluit voldoet een deur, een raam, een kozijn en een daaraan gelijk te stellen constructieonderdeel aan brandklasse D, bepaald volgens NEN-EN 13501-1. De bovenzijde van een dak is niet brandgevaarlijk. De eis aan de brandklasse voor een deur, een raam, een kozijn en daaraan gelijk te stellen constructieonderdelen is uitsluitend van toepassing wanneer deze onderdeel uitmaken van het geattesteerde bouwsysteem. De brandklasse en rookklasse dient bepaald te worden volgens NEN-EN 13501-1. Het brandgevaarlijk zijn van een dak dient bepaald te worden volgens NEN 6063. Het attest vermeldt de brandklasse en rookklasse van alle relevante onderdelen van het bouwsysteem. - 4 -

4.2.5 Beperking van uitbreiding van brand, Bouwbesluit afdeling 2.10 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 2.84 van De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is niet lager dan 30 minuten. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag dient te worden bepaald volgens NEN 6068. Het attest vermeldt de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van (delen van) bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton. 4.2.6 Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook, Bouwbesluit afdeling 2.11 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 2.94 van De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag en de weerstand tegen rookdoorgang van (delen van) bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is niet lager dan 20 minuten. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag dient te worden bepaald volgens NEN 6068. Het attest vermeldt de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van (delen van) bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton. 4.2.7 Vluchtroutes, Bouwbesluit afdeling 2.12 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.102 t/m 2.108 van Het gebouw dient zodanig ingericht te zijn, dat aan de eisen in de bovenvermelde artikelen is voldaan. Deze eis heeft betrekking op de inrichting van het gebouw, die over het algemeen op projectniveau bepaald zal worden en dan geen onderdeel is van het KOMO attest. Wanneer een totaal ontwerp van het gebouw onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem is deze eis van De inrichting van het gebouw dient getoetst te worden aan de in bovenvermelde artikelen van het Bouwbesluit gestelde eisen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van een gebouw dat aan de gestelde eisen voldoet. - 5 -

4.2.8 Hulpverlening bij brand, Bouwbesluit afdeling 2.13 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 2.120 en 2.121 van Het gebouw dient zodanig ingericht te zijn, dat aan de eisen in de bovenvermelde artikelen is voldaan. Deze eis heeft betrekking op de inrichting van het gebouw, die over het algemeen op projectniveau bepaald zal worden en dan geen onderdeel is van het KOMO attest. Wanneer een totaal ontwerp van het gebouw onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem is deze eis van De inrichting van het gebouw dient getoetst te worden aan de in bovenvermelde artikelen van het Bouwbesluit gestelde eisen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van een gebouw dat aan de gestelde eisen voldoet. 4.2.9 Hoge en ondergrondse gebouwen, nieuwbouw, Bouwbesluit afdeling 2.14 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 2.128 van Het gebouw dient zodanig ingericht te zijn, dat aan de eisen in het bovenvermelde artikel is voldaan. Deze eis heeft betrekking op de inrichting van het gebouw, die over het algemeen op projectniveau bepaald zal worden en dan geen onderdeel is van het KOMO attest. Wanneer een totaal ontwerp van het gebouw onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem en het bouwsysteem is geschikt voor hoge en ondergrondse gebouwen, dan is deze eis van De inrichting van het gebouw dient getoetst te worden aan de in het bovenvermelde artikel van het Bouwbesluit gestelde eisen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van een gebouw dat aan de gestelde eisen voldoet. 4.2.10 Inbraakwerendheid, Bouwbesluit afdeling 2.15 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 2.130 van Deuren, ramen, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen in een scheidingsconstructie van een niet-gemeenschappelijke ruimte die volgens NEN 5087 bereikbaar zijn voor inbraak, hebben een inbraakwerendheid die voldoet aan weerstandsklasse 2 volgens NEN 5096. Deze eis heeft betrekking op deuren, ramen, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen en is derhalve uitsluitend van toepassing wanneer deze onderdeel uitmaken van het geattesteerde bouwsysteem. De inbraakwerendheid dient bepaald te worden volgens NEN 5096. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven die aan de gestelde eisen voldoen. - 6 -

4.3 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van gezondheid, Bouwbesluit hoofdstuk 3 4.3.1 Bescherming tegen geluid van buiten, nieuwbouw. Bouwbesluit afdeling 3.1 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 3.2, 3.3 en 3.4 van De grenswaarde voor bescherming tegen geluid van buiten, uitgedrukt als karakteristieke geluidwering, wordt, indien van toepassing, bepaald door de geluidsbelasting als gevolg van industrielawaai, weglawaai, spoorweglawaai en luchtvaartlawaai enerzijds en de grenswaarde voor de geluidsbelasting in het verblijfsgebied anderzijds. De waarde van de geluidsbelasting van buiten is afhankelijk van de in het bestemmingsplan vastgelegde waarden voor de geluidszone waarin het desbetreffende gebouw zich bevindt, dan wel van plaatselijke omstandigheden. De grenswaarde in een verblijfsgebied c.q. de verblijfsruimte is afhankelijk van de gebruiksfunctie en eventueel van de mate waarin de gebruiksfunctie bestemd is om in het etmaal te worden gebruikt. Een uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied heeft een karakteristieke geluidwering met een minimum van 20 db. De karakteristieke geluidwering dient te worden bepaald volgens NEN 5077. Het attest kan toepassingsvoorbeelden met de bijbehorende karakteristieke geluidwering. In het attest kan worden vermeld, dat volgens NEN 5077 moet worden aangetoond dat de karakteristieke geluidwering aan de genoemde eis voldoet. 4.3.2 Bescherming tegen geluid van installaties, nieuwbouw. Bouwbesluit afdeling 3.2 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 3.8 en 3.9 van Voor de verblijfsgebieden waarvoor een prestatie-eis is gegeven, geldt dat een toilet met waterspoeling, een kraan, een mechanisch ventilatiesysteem, een warmwatertoestel, een installatie voor het verhogen van waterdruk of een lift hierin een karakteristiek installatie-geluidsniveau van ten hoogste 30 db veroorzaakt. Deze eis is afhankelijk van de inrichting van het gebouw en het geluidsniveau van de vermelde installaties. Het karakteristiek installatie-geluidsniveau in een verblijfsgebied dient te worden bepaald volgens NEN 5077. Het attest kan toepassingsvoorbeelden met de bijbehorende karakteristieke geluidwering. In het attest kan worden vermeld, dat volgens NEN-EN 12354-6 moet worden aangetoond dat de totale geluidsabsorptie aan de genoemde eis voldoet. - 7 -

4.3.3 Beperking van galm, nieuwbouw. Bouwbesluit afdeling 3.3 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 3.13 van Een besloten gemeenschappelijke verkeersruimte die grenst aan een niet-gemeenschappelijke ruimte van een woonfunctie, heeft een totale geluidsabsorptie met een getalswaarde, uitgedrukt in m 2, die niet kleiner is dan 1/8 van de getalswaarde van de inhoud van die ruimte, uitgedrukt in m 3, in elk van de octaafbanden met middenfrequenties van 250, 500, 1.000 en 2.000 Hz. Deze eis heeft betrekking op de inrichting van het gebouw, die over het algemeen op projectniveau bepaald zal worden en dan geen onderdeel is van het KOMO attest. Wanneer een totaal ontwerp van het gebouw onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem, dan is deze eis van De geluidsabsorptie dient te worden bepaald volgens NEN-EN 12354-6. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven die voldoen aan de gestelde eisen. 4.3.4 Geluidwering tussen ruimten, nieuwbouw. Bouwbesluit afd. 3.4 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 3.16, 3.17 en 3.17a van Het karakteristieke lucht-geluidniveauverschil en het gewogen contact-geluidniveau dient te voldoen aan de grenswaarden in de bovenvermelde artikelen van het Bouwbesluit. Deze eis heeft betrekking op de inrichting van het gebouw (en de omgeving van het gebouw), die over het algemeen op projectniveau bepaald zal worden en geen onderdeel is van het KOMO attest. Wanneer een totaal ontwerp van het gebouw onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem, dan is deze eis van Het karakteristieke lucht-geluidniveauverschil en het gewogen contact-geluidniveau dienen te worden bepaald volgens NEN 5077. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van bouwconstructies met de bijbehorende prestaties. In het attest zal worden vermeld, dat volgens NEN 5077 moet worden aangetoond dat de geluidwering aan de genoemde eis voldoet. - 8 -

4.3.5 Wering van vocht. Bouwbesluit afdeling 3.5 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 3.21, 3.22 en 3.23 van De in artikel 3.21 lid 1, 2 en 3 gespecificeerde scheidingsconstructies dienen waterdicht te zijn. Een constructie die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied, een toiletruimte of een badruimte en een kruipruimte mag een specifieke luchtvolumestroom van ten hoogste 20.10-6 m³/(m².s) hebben. Een scheidingsconstructie waarvoor een warmteweerstand als bedoeld in artikel 5.3 van het Bouwbesluit geldt, heeft aan de zijde die grenst aan een verblijfsgebied een volgens NEN 2778 bepaalde factor van de temperatuur van de binnenoppervlakte, die niet kleiner is dan de in tabel 3.20 van het Bouwbesluit aangegeven waarde. De wateropname mag op de in artikel 3.23 van het Bouwbesluit gespecificeerde plaatsen van een scheidingsconstructie gemiddeld niet groter zijn dan 0,01 kg/(m².s 1/2 ) en op geen enkele plaats groter dan 0,2 kg/(m².s 1/2 ). De waterdichtheid van de scheidingsconstructie, de factor van de temperatuur van de binnenoppervlakte en de wateropname dienen bepaald te worden volgens NEN 2778. De specifieke luchtvolumestroom van een scheidingsconstructie dient te worden bepaald volgens NEN 2690. Het attest vermeldt toepassingsvoorbeelden die voldoen aan de gestelde eisen. 4.3.6 Beperking van de aanwezigheid van schadelijke stoffen en ioniserende straling. Bouwbesluit afdeling 3.9 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 3.63 van Bij ministeriële regeling kunnen voorschriften worden gegeven over het in een bouwwerk toepassen van materialen waaruit giftige of hinderlijke stoffen kunnen vrijkomen of waaruit ioniserende stralen kunnen ontstaan. Bij ministeriële regeling kunnen voorschriften worden gegeven voor een uitwendige scheidingsconstructie, die de scheiding vormt met de grond of met de kruipruimte voor zover die scheidingsconstructie van invloed is op het ontstaan van een voor de gezondheid nadelige kwaliteit van de binnenlucht door de aanwezigheid van voor de gezondheid schadelijke stoffen en ioniserende straling. Zodra er via ministeriële regelingen eisen zijn gesteld, zal het attest aangeven dat alle in het bouwsysteem toegepaste materialen aan deze eisen voldoen en/of kan het attest voor de betreffende uitwendige scheidingsconstructies voorbeelden geven die voldoen. - 9 -

4.3.7 Bescherming tegen ratten en muizen. Bouwbesluit afdeling 3.10 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 3.69 van Een uitwendige scheidingsconstructie heeft geen openingen die breder zijn dan 0,01 m. Dit geldt niet voor een afsluitbare opening en een uitmonding van: a. een afvoervoorziening voor luchtverversing; b. een afvoervoorziening voor rook, en c. een ont- en beluchting van een afvoervoorziening voor huishoudelijk afval. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven die voldoen. 4.4 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van energiezuinigheid en milieu, nieuwbouw. Bouwbesluit hoofdstuk 5 4.4.1 Energiezuinigheid, nieuwbouw. Bouwbesluit afdeling 5.1 Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is artikel 5.2, 5.3 en 5.4 van De energieprestatiecoëfficiënt van gebruiksfunctie dient ten hoogste gelijk te zijn aan de in tabel 5.1 van het Bouwbesluit aangegeven waarde. De thermische isolatie levert een belangrijke bijdrage aan de energieprestatie van het gebouw. Er zijn echter meer aspecten die de energieprestatie bepalen en die geen onderdeel uitmaken van het bouwsysteem. Er wordt derhalve alleen een attesteringsonderzoek naar de energieprestatiecoëfficiënt uitgevoerd, wanneer het bouwsysteem alle hiervoor relevante onderdelen omvat. De minimale warmteweerstand van een scheidingsconstructie is gespecificeerd in artikel 5.3 van het Bouwbesluit. Ramen, deuren, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen in een scheidingsconstructie zoals bedoeld in het eerste tot en met vijfde lid van artikel 5.3 van het Bouwbesluit hebben een warmtedoorgangscoëfficiënt van ten hoogste 2,2 W/m 2.K. De luchtvolumestroom van het totaal aan verblijfsgebieden, toiletruimten en badruimten van een gebruiksfunctie is niet groter dan 0,2 m³/s. De eis aan de warmtedoorgangscoëfficiënt voor ramen, deuren, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen is uitsluitend van toepassing wanneer deze onderdeel uitmaken van het geattesteerde bouwsysteem. De energieprestatiecoëfficiënt dient bepaald te worden volgens NEN 7120. De warmteweerstand en de warmtedoorgangscoëfficiënt dienen te worden bepaald volgens NEN 1068. De luchtvolumestroom dient te worden bepaald volgens NEN 2686. Certificatieonderzoek Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven met de daarbij behorende warmteweerstand, warmtedoorgangscoëfficiënt respectievelijk luchtvolumestroom. - 10 -

4.5 Voorschriften inzake installaties, Bouwbesluit hoofdstuk 6 4.5.1 Bestrijden van brand, nieuwbouw en bestaande bouw. Bouwbesluit afdeling 6.7 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton zijn de artikelen 6.28 t/m 6.33 van De voorzieningen zoals aangegeven in de bovenvermelde artikelen, dienen in het gebouw aanwezig te zijn. Deze eis is alleen van toepassing wanneer een totaal ontwerp van het gebouw inclusief de inrichting onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem. De inrichting van het gebouw dient getoetst te worden aan de in de bovenvermelde artikelen van het Bouwbesluit gestelde eisen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van een gebouw dat aan de gestelde eisen voldoet. 4.5.3 Tegengaan van veel voorkomende criminaliteit, nieuwbouw en bestaande bouw. Bouwbesluit afdeling 6.11 (facultatief) Voor bouwsystemen met een draagconstructie van constructief beton is de artikel 6.51 van De voorzieningen zoals aangegeven in het bovenvermelde artikel, dienen in het gebouw aanwezig te zijn. Deze eis is alleen van toepassing wanneer een totaal ontwerp van het gebouw inclusief de inrichting onderdeel uitmaakt van het bouwsysteem. De inrichting van het gebouw dient getoetst te worden aan de in het bovenvermelde artikel van het Bouwbesluit gestelde eisen. Het attest kan toepassingsvoorbeelden geven van een gebouw dat aan de gestelde eisen voldoet. - 11 -

Vervang heel hoofdstuk 8 door de volgende tekst. 8 Eisen aan de certificatie-instelling 8.1 Algemeen De certificatie-instelling moet voor het onderwerp van deze BRL op basis van NEN-EN-ISO/IEC 17065 zijn geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie. De certificatie-instelling moet beschikken over een reglement, of een daaraan gelijkwaardig document, waarin de algemene regels zijn vastgelegd die bij de conformiteitsbeoordeling worden gehanteerd. In het bijzonder zijn dit: De algemene regels voor het uitvoeren van het toelatingsonderzoek, te onderscheiden naar: o De wijze waarop leveranciers worden geïnformeerd over de behandeling van een aanvraag; o De uitvoering van het onderzoek; o De beslissing naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek De algemene regels ten aanzien van de uitvoering van controles en de daarbij gehanteerde controleaspecten; De door de certificatie-instelling te treffen maatregelen bij tekortkomingen; De door de certificatie-instelling te ondernemen maatregelen bij oneigenlijk gebruik van kwaliteitsverklaringen, certificatiemerk, pictogrammen en logo s. De regels bij beëindiging van een kwaliteitsverklaring; De mogelijkheid tot het instellen van beroep tegen beslissingen of maatregelen van de certificatieinstelling. 8.2 Personeel betrokken bij de conformiteitsbeoordeling Het bij de conformiteitsbeoordeling betrokken personeel is te onderscheiden naar: Certificatie assessor (Certification assessor) / Reviewer: belast met het uitvoeren van ontwerp en documentatiebeoordelingen, toelatingen, beoordelen van aanvragen en het reviewen van de conformiteitsbeoordelingen. Beslisser (Decision maker): belast met het nemen van beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde toelatingsonderzoeken en over voortzetting van certificatie naar aanleiding van uitgevoerde controles 8.2.1 Competentie-eisen De competentie-eisen zijn opgebouwd uit: Basis en technische competentie-eisen die voldoen aan de in NEN-EN-ISO/IEC 17065 gestelde eisen; Technische competentie-eisen die door het College van Deskundigen aanvullend zijn vastgesteld voor het onderwerp van deze BRL. De competenties van het bij de conformiteitsbeoordeling betrokken personeel moet aantoonbaar zijn vastgelegd. - 12 -

Basis competentie Kennis van bedrijfsprocessen, het vakbekwaam kunnen beoordelen hiervan Auditvaardigheden (alleen voor site assessor) Certification assessor / Reviewer HBO denk- en werk niveau 1 jaar relevante werkervaring Decision maker HBO denk- en werkniveau 5 jaar werkervaring waarvan tenminste 1 jaar m.b.t. certificatie Technische competentie Relevante kennis van: Kennis van de BRL en bijbehorende instructies en interpretatiedocumenten Basiskennis van de onderliggende normen en CUR-aanbevelingen Vaardigheid om tekeningen te lezen en in de mal te controleren of de juiste wapening en voorzieningen in de elementen aanwezig zijn De technologie voor de fabricage van de te inspecteren producten, de uitvoering van processen en de verlening van diensten; De wijze waarop producten worden toegepast, processen worden uitgevoerd en diensten worden verleend; Elk gebrek wat kan voorkomen tijdens het gebruik van het product, elke fout in de uitvoering van processen en elke onvolkomenheid in de verlening van diensten. Certification assessor / Reviewer Decision maker Constructieve opleiding op HBO-niveau 1 jaar werkzaam geweest als tekenaar/constructeur/adviseur betonconstructies. Opleiding basiskennis betontechnologie óf aantoonbare kennis door relevante ervaring of andere cursussen 1 attesteringsonderzoek zelfstandig onder supervisie Actieve deelname aan 5 controlebezoeken van verschillende BRL s voor constructief beton Basisauditcursus ISO 9001 n.v.t. 8.2.2 Kwalificatie Personeel betrokken bij de conformiteitsbeoordeling moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door toetsing van kennis en kunde aan bovenvermelde eisen. De bevoegdheid om te kwalificeren ligt bij het management van de certificatie-instelling. - 13 -

9 Lijst van vermelde documenten 9.1 Bouwbesluit 2012 Bouwbesluit 2012 Stb. 2011, 416, 676, Stb. 2012, 441, Stb. 2013, 75, 244, 462, Stb. 2014, 51, 232 en 342, Stb. 2015, 92 en 249 en de Regeling Bouwbesluit 2012 Stcrt. 2011, 23914, Stcrt. 2012, 13245, Stcrt. 2013, 5457, 16919, Stcrt. 2014, 4057, 34076 37003 en Stcrt. 2015, 17338. 9.2 Normen / normatieve documenten: NEN 1068: 2012 Thermische isolatie van gebouwen Rekenmethoden. NEN 2686: 2008 Luchtdoorlatendheid van gebouwen Meetmethode, inclusief wijzigingsblad A2 NEN 2690: 2008 Luchtdoorlatendheid van gebouwen Meetmethode voor de specifieke luchtvolumestroom tussen kruipruimte en woning, inclusief wijzigingsblad A2 NEN 2778: 2011 Vochtwering in gebouwen n, inclusief wijzigingsblad A4 NEN 5077: 2012 Geluidwering in gebouwen n voor de grootheden geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies, luchtgeluidisolatie, contactgeluidisolatie, geluidniveaus veroorzaakt door installaties en nagalmtijd, inclusief correctieblad C3 NEN 5087: 2013 Inbraakveiligheid van woningen Bereikbaarheid van dak- en gevelelementen: deuren, ramen en kozijnen NEN 5096: 2015 Inbraakwerendheid Dak- of gevelelementen met deuren, ramen, luiken en vaste vullingen Eisen, classificatie en beproevingsmethoden, inclusief wijzigingsblad A1. NEN 6061: 2012 Bepaling van de weerstand tegen het ontstaan van brand bij stookplaatsen, inclusief wijzigingsblad A3 NEN 6063: 2008 Bepaling van het brandgevaarlijk zijn van daken NEN 6068: 2011 Bepaling van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen ruimten, inclusief correctieblad C1 NEN 7120: 2013 Energieprestatie van gebouwen, inclusief correctieblad C3 NEN-EN 1990+A1+ A1/C2:2011 Eurocode Grondslagen van het constructief ontwerp, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-1+C1:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-1: Algemene belastingen Volumieke gewichten, eigengewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-2+C1:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-2: Algemene belastingen Belasting bij brand, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-3+C1:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-3: Algemene belastingen Sneeuwbelasting, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-4+A1+ C2:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-4: Algemene belastingen Windbelasting, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-5+C1:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-5: Algemene belastingen Thermische belasting, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1991-1-7+C1:2011 Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 1-7: Algemene belastingen Buitengewone belastingen: stootbelastingen en ontploffingen, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1992-1-1+C2:2011 Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies Deel 1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 1992-1-2+C1:2011 Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies Deel 1-2: Algemene regels Ontwerp en berekening van constructies bij brand, inclusief nationale bijlage NB:2011 NEN-EN 13501-1:2009 Brandclassificatie van bouwproducten en bouwdelen Deel 1: Classificatie op grond van resultaten van beproeving van het brandgedrag, inclusief wijzigingsblad A1 NEN-EN 12354-6: 2004 Geluidwering in gebouwen Berekening van de akoestische eigenschappen van gebouwen met de eigenschappen van bouwelementen Deel 6: Geluidabsorptie in gesloten ruimten - 14 -