Preek Gemeente van Christus, De ene na de andere golf slaat op het strand. Een zee met een flinke branding. Je ziet het wel voor je, denk ik. Wat is er mooier dan spelen met de krachten van de golven? Maar ja, je weet dat het niet altijd ongevaarlijk is. De stroming van de zee kan trekken En voor je het weet word je meegesleurd En je hoort ouders tegen hun kinderen zeggen: Ga je niet te diep? Zoiets zegt Paulus in zijn brief ook tegen Timotheüs. Hij is bezorgd over de verleiding van de wereld. Van de cultuur van zijn tijd. De zuigkracht van de laatste dagen, zoals hij het hier noemt. De laatste dagen, dat is in het Nieuwe Testament een vaste uitdrukking voor de tijd tussen Christus hemelvaart en Zijn wederkomst. De finaleronde voor deze wereld is ingegaan. Maar de apostel Paulus is dus bezorgd voor Timotheüs. Hij moet hem loslaten. Maar de branding is sterk. Paulus somt de golven die hij ziet op. Je kunt het samenvatten in drie dingen. (1) Om te beginnen ziet Paulus het egoïsme hoogtij vieren. Mensen denken alleen aan zichzelf, zegt hij. Ze zijn zelfingenomen, geldzuchtig, arrogant. In één woord: vol van zichzelf Een wereld die één groot selfie is (2) Maar daar blijft het niet bij. Dat heeft ook gevolgen voor de relatie met God en anderen. Met God, want zegt Paulus - er is niets heilig meer (vers 2). Mensen lasteren God. En hij voegt er in één adem aan toe: ze tonen ook geen ontzag voor hun ouders Dat wil dus zeggen dat het ontzag voor God en Zijn gezag(sdragers) ontbreekt. (3) Ook het respect voor anderen om je heen is ver te zoeken. Mensen zijn harteloos, wreed, onverzoenlijk, schrijft Paulus. De naastenliefde en de vergevingsgezindheid ontbreken steeds meer. Weet dat de laatste dagen zwaar zullen zijn. Het is geen positief beeld dat Paulus hier schetst. 1
Maar misschien ook wel herkenbaar. Onderzoek laat zien dat Nederlanders niet zo heel positief denken over de tijd waarin ze leven. En ook niet over onze maatschappij. Veel egoïsme. Weinig respect. Er moet om gevraagd worden bij sportwedstrijden Het zou niet ingewikkeld zijn om daar een preek over te houden Maar als je goed kijkt, is dat juist niet wat Paulus doet. Dan zou het alleen gaan over anderen. De boze buitenwereld. Maar Paulus ziet diezelfde krachten ook binnen de christelijke gemeente aan het werk. Het genot zullen ze meer liefhebben dan God. Ze zullen de schijn van vroomheid ophouden, maar de kracht ervan miskennen, schrijft hij. Een evangelie van de mooie buitenkant, de show. Maar niet van verandering van binnen Een evangelie waarvoor geen bekering nodig is. Je kunt het nog anders zeggen. Paulus waarschuwt voor een evangelie dat eigenlijk draait om de christen, in plaats van om Christus Paulus ziet de zuigkracht van een egoïstische cultuur ook in de kerk aan het werk. Paulus heeft het zelfs over hele families die zo meegesleept worden en over vrouwen die in de ban raken van zulke predikers. Waarom specifiek vrouwen? Omdat het vooral mannen waren die als succespredikers rondtrokken Het is hetzelfde egoïsme, verpakt in een vroom jasje Zoiets geeft te denken, natuurlijk. Of zou dat in onze tijd niet meer voorkomen? Boodschappers die zelf belangrijker worden dan de Boodschap. Evangelisten die groter worden dan het Evangelie. Het is van alle tijden. En je kunt er zomaar van in de ban raken. Als je het gevoel hebt dat je het evangelie nergens zo mooi en zo goed hoort dan bij die ene prediker Dan zou je wel eens in de gevarenzone kunnen zitten Dwaalleraren zijn het, zegt Paulus, die mensen verleiden, zoals ooit de tovenaars in dienst van de Farao (vgl. Ex.7:11; 9:11). In het OT worden hun namen niet genoemd, maar in Paulus dagen stonden ze bekend als Jannes en Jambres. Ze brengen mensen in de ban. Niet van God, maar van hun eigen persoon welteverstaan 2
Hoe houd je je staande in die branding? Daar is het Paulus om begonnen. En dat is ook voor ons de vraag. Hoe blijf je een mens die het heilige bewaart (vgl. 2 Tim.1:14), hoe ben je iemand voor wie niet alles om zichzelf draait en die anderen respecteert en liefheeft? En hoe kun je dat doorgeven aan anderen. In de opvoeding. Maar ook breder: hoe kunnen we dat als gemeente doen? Hoe geef je de traditie van het geloof in Christus door? De tijden veranderen. En wij veranderen mee Maar de kern blijft Dat is de weg die Paulus aan Timotheüs wil wijzen. Met nadruk: Jij daarentegen (vers 10, vgl. vers 14). De apostel noemt in de volgende verzen twee dingen die belangrijk zijn! (1) Als eerste wijst Paulus hem op zijn eigen voorbeeld: Jij daarentegen bent mij trouw gevolgd in mijn leer, mijn levenswijze, (vers 10). Dat klinkt alsof Paulus hetzelfde doet wat hij zijn tegenstanders verwijt, namelijk zichzelf in het middelpunt zetten. Toch gaat het hier om iets heel anders. Paulus bedoelt dat je voorbeelden nodig hebt aan wie je kunt zíen dat het geloof werkelijk waar is! Hoe kan een volgende generatie zien dat het geloof relevant is? Door voorbeelden die hen inspireren! Door mensen aan wie te zien is dat ze van Jezus houden. Aan wie te merken is dat God belangrijk voor ze is. Niet alleen op zondag, maar elke dag, elke minuut van hun leven. Hoe geef je het geloof door? Aan kinderen, aan kleinkinderen, aan een volgende generatie? Door je geloof voor te leven. Er zijn geen trucjes of foefjes. Geen handigheidjes om het even snel te regelen. Het gaat om wie je zelf bent. Als ouder, als grootouder, als mentor, als leider in het jeugdwerk, als gemeentelid. Paulus heeft het over hun leer, hun levenswijze, hun streven (waar je op gericht bent), hun geloof, geduld, liefde, volharding. Daaraan is het te zien! Paulus geeft dat laatste woord volharding extra accent door te vertellen over zijn vervolgingen. Het geloof dat Paulus Timotheüs voorleeft is geen 3
successtory. Juist niet Het is één zijn met Christus (vers 12), ook in het lijden. Dat is het eerste dat Paulus meegeeft. Om als gemeente staande te blijven in de branding van de tijd, zijn er mensen nodig aan wie je kunt zien, aflezen wat geloof betekent! Niet met mooie woorden. Maar een leven dat getekend is door de liefde voor God Je proeft het in alles Dat is het eerste (2) Het tweede dat Paulus noemt om staande te blijven in de laatste dagen, zijn de heilige geschriften (vers 15), die door God geïnspireerd zijn (vers 16). Op grond van deze verzen is in de christelijke traditie geclaimd dat de Bijbel een door de Heilige Geest geïnspireerd boek is. Dat is zeker ook wat Paulus bedoelt, al dacht hij natuurlijk alleen nog maar aan de boeken van het Oude Testament. Toch is het punt dat Paulus hier wil maken niet de autoriteit van de Bijbel als boek op zichzelf. Het antwoord dat Paulus geeft op de vraag hoe staande kunt blijven, is niet alleen: Lees de Bijbel! Ook hier wijst Paulus allereerst naar mensen. Het gaat hem om het onderwijs dat Timotheüs ontvangen heeft via leermeesters die hem vertrouwd gemaakt hebben met de heilige geschriften. Je hebt mensen nodig die jou vertrouwd maken met de Bijbel. Met de woorden van God. Ook hier zijn mensen de sleutel Mensen die je vertellen over God, over Zijn grote daden. Blijf bij wat je geleerd is! En bij wat je geleerd hebt! Dat is Paulus boodschap En dus komt de vraag naar voren hoeveel belang wij persoonlijk, maar ook als gemeente hechten aan de Bijbel. Welke plaats heeft de Bijbel eigenlijk in ons geloofsleven. Ik heb wel eens de indruk dat we tegenwoordig liever praten over onze eigen ervaring, dan over wat de Bijbel zegt Maar misschien hebben we deze woorden nog niet goed tot ons laten doordringen. Elke schrifttekst is door God geïnspireerd, zegt Paulus hier. Het is een beeld dat je heel letterlijk kunt nemen: Gods adem 4
doortrekt het Oude en Nieuwe Testament. Het is één van de sleutels om de ruimte voor God in ons leven vast te houden! Voor onszelf. En dus ook voor degenen die na ons komen. Hoe kun je staande blijven: door de woorden van God! Je hebt ze nodig in de branding van de tijd! En dan nog één ding. Want Paulus wijst Timotheüs niet alleen op wat hij geleerd heeft. Wat hem is bijgebracht. Hij zegt erbij in vers 14 dat Timotheüs dat ook met overtuiging aangenomen heeft. Dat is mooi. Geloof is geen slaafse navolging van een theorie of een leer. Paulus doet een beroep op Timotheüs eigen verantwoordelijkheid. Je mag zelf ontdekken dat de woorden van God levend en krachtig zijn. Daar gaat het om, ook bij het overdragen van geloof. Niet dat een volgende generatie alles houdt zoals het is. Niet dat ze precies zeggen en doen wat wij zeggen en wat wij doen. Maar wel dat ze stevig staan. Met overtuiging aangenomen. Dan kun je ze ook met een gerust hart loslaten. Amen. 5