De klas van Klara. Verteld door Gerda Dendooven. in samenwerking met

Vergelijkbare documenten

Eerste druk, Arinka Linders AVI E5 M6 Illustraties: Michiel Linders

Het. Boekenliefje. Helen Docherty & Thomas Docherty. Clavis

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

2

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Ze zouden haar treiteren! Gegiechel achter haar rug. Gemene opmerkingen. Flauwe geintjes. Misschien wel een spin in haar cola... Ze zag het gezicht

Tommie, Dik en Esmeralda

Verhaal: Jozef en Maria

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: <Katelyne>

Een gelukkige huisvrouw

De jongen die niet griezelen kon

Het verhaal van. de bomen

TONEELSTUK Marama en de krokodillenrivier.

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

KINDEREN VAN HET LICHT

Liedbijlage. Groepen 1-3. Cd Pyramide 2008-I, track 66. Groepen 3-4. Cd Pyramide 2008-I, track 67

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Vlinder en Neushoorn

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

De kleine draak vindt het drakenland Iris Kater. Vandaag wil ik jullie iets vertellen over een kleine draak.

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

Een greep uit een presentatieviering met als thema: Licht zijn voor anderen

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Nieuwsbrief van: Sinterklaas

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Verteld door Schulp en Tuffer

Op reis naar Bethlehem

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn:

Het Verloren Ei. Geschreven door. Judie McEwen Illustraties van. Dick Rink

Er was eens een Kleine Ziel die tegen God zei: Ik weet wie ik ben, ik ben het licht net als alle andere zielen.

Het verhaal op reis. groep 1-2. melle de muis. Bijlagen Les 1. media. spoor

gans e n broer Moeyaert Dendooven met tekeningen van

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Roodkapje en haar zieke voorleesoma

VERSJES: Mourik lou VADERDAG. Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij!

Het Drakenfeestje Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Hoe de Koning een kater kreeg van D. blom

Muis heeft tikkertje gespeeld met Draak. Het is al donker als ze naar huis wil. Muis moet nog een heel eind door het bos.

Ernst Knijff Tineke van der Meer De ware koning

Niet in slaap vallen hoor!

Hans Kuyper. F-Side Story. Tekeningen Annet Schaap. leopold / amsterdam

De haas en de egel. Wilhelm Grimm en Jacob Grimm. bron Wilhelm Grimm en Jacob Grimm, De haas en de egel. Z.n., z.p

En? zegt mijn moeder, die haar nieuwe zomerjurkje laat zien: Wat vind je ervan? Mooi. Ik zeg niets meer dan dat, want ik weet dat ik er geen verstand

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen gekregen. Wilt u meer weten over dit keurmerk kijk dan op de website:

Het Drakenfeestje. Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

Annemarie Bon. Er was eens. Zeven sprookjes om zelf te lezen. Met tekeningen van Sandra Klaassen

Ria Massy. De taart van Tamid

Niemand op mijn kerstfeest

Toen ze opkeek, zag ze dat ze niet meer alleen was. Bij de koeien stond een jongen met een stok. Hij had blond haar, dat rood leek in het late

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Televisie. binnenwerk_herrie 64 pagina s inclusief schutbladen_ indd 4

Ankie. het meisje uit de bossen van Karoetsja. Antoon Kersten ooit geschreven voor zijn kleindochter Karin. blad 1

was het echt veel werk! Want Omie werd steeds waziger en ze werd incontinent. Ze moest luiers dragen en s nachts bond mijn tante haar vast in bed,

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? Hoe zit het in elkaar?

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Voor Cootje. de vuurtoren

!!!!! !!!!!!!!!!!! Uit: Glazen Speelgoed (Tennesse Williams)! (zacht) Hallo. (Ze schraapt haar keel)! Hoe voel je je nu? Beter?!

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Kom erbij Tekst: Ron Schröder & Marianne Busser Muziek: Marcel & Lydia Zimmer 2013 Celmar Music / Schröder & Busser

Edward van de Vendel. De grote verboden zolder

Extra Materiaal groep 1-2

De gans en zijn broer

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten


U begrijpt dat het voor de kinderen ook een tijd is geweest waarin veel besproken en gespeeld is.

Om een of andere reden zijn ze daar allebei heel tevreden

Lust ik niet! Junior. groep 1/2/3/4

Geronimo Stilton! MUIZENANGST IN DE METRO

Het paaltje van Oosterlittens Er stond weer een pot met bonen! Elke avond kreeg de schoenmaker van Oosterlittens bonen te eten. Maar de schoenmaker

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Lesbrief SPRIETSELS Improvisatietheater

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Copyright Beertje Anders

Het kasteel van Dracula

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

Makkers en rakkers. Nel Ooievaar. bron Nel Ooievaar, Makkers en rakkers. 'De Vliegende Hollander', Utrecht ca dbnl

Een mooie dag; een indianenverhaal. Daphne de Bruin 2010

Beertje Anders. Lief zijn voor elkaar. Afspraak 2

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht.

geheim nooit aan iemand anders vertelt. En vooral niet aan grote mensen. Dat zou rampzalige gevolgen hebben. Ze zouden zeggen dat ik een gevaarlijke

Twee blauwe vinkjes. Door: Lenneke Sprong

OPEN HUIS WIJKPARK TRANSVAAL 28 JULI 2010

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Materiaal: - boekje: De ridder die bang was in het donker. Organisatie: De kleuters zitten in een hoefijzer in de onthaal hoek.

Transcriptie:

De klas van Klara Verteld door Gerda Dendooven in samenwerking met

De klas van Klara Verteld door Gerda Dendooven in samenwerking met

Op een dag zei de koning tegen zijn dochter: Klara, kindje, over enkele jaren word jij koningin en zit jij op deze troon. Dan mag jij zwaaien naar de mensen en beleefd knikken. Dat kan ik al, zei Klara, kijk maar. Ik kan al glimlachen en beleefd knikken, ik kan al groeten en zwaaien. Allemaal geleerd op de Prinsessenschool. Dat is een goed begin, zei haar vader, maar ik wil dat jij een hele goede koningin wordt. Een dappere en moedige koningin. Met luisterende oren en vriendelijke ogen en een groot hart voor de kleintjes.

Komt in orde, zei Klara, maar hoe ze dat zou doen wist ze niet. Want op de Prinsessenschool leerde ze wel rekenen en schrijven en zwaaien en groeten, maar geen dapperheid of moed. En kleintjes waren er ook al niet want Klara zat alleen in de klas. Bij meester Das. En dat vond ze heel erg jammer. Waar zou ik eigenlijk moed en dapperheid kunnen leren? vroeg ze zich af. In het bos? Of op zolder? In de kelder misschien? Ze liep de trap af naar de kelder. Het was er koud en vochtig. Iets hijgde. Iets ritselde. Iets kriebelde aan haar been.

Bang bang bang, deed haar hartje. Ik durf niet, piepte Klara, ik ga terug. Flauw hoor, siste een stem, je bent pas begonnen. Zo word je nooit een goede koningin. Onder de trap zat een mannetje. Het was groen en had een blauw mutsje op. Mijn naam is Krullig, zei het kereltje, en ik weet waar je dapperheid en moed kunt leren. Vanachter zijn rug haalde hij een paar laarzen. Kom, trek dit aan, dan gaat het sneller vooruit. Klara trok haar pantoffels uit en de laarzen aan en hopla, daar schoot ze al door het open kelderraam, langs de vijver en de appelboom, door de grote poort, het donkere bos in. Niet zó snel, riep Krullig.

Halt, snauwde een stem, en dat is hetzelfde als Stop. Uit een boom sprong een witte kater met een rode jas aan. Jullie mogen hier niet komen. Dit is mijn bos. De kater gromde en liet zijn tanden zien. Stel je niet aan, zei Klara, het bos is van mijn vader en dus van iedereen. Niet waar, zei de kater. Speel dan maar alleen, antwoordde Klara. Nee, toe, blijf, alleen spelen is niet fijn, ik weet altijd wie zal winnen. En als ik me verstop, vind ik mezelf meteen. We hebben haast, zei Krullig, we moeten verder. Waar naartoe? vroeg de kater. Naar daar waar je moed en dapperheid kunt leren. En kan je daar ook spelletjes spelen? Ik denk het wel, zei Krullig. Dan loop ik mee, zei de kater en hij liep mee.

Ik ruik vuur, zei Klara, het bos staat in brand. Dat is de Chinese draak, zei Krullig. Hij is de hele weg uit China gekomen om vuurwerk te maken bij feesten. Maar niemand begrijpt hem. Iedereen loopt altijd bang weg want er komt vuur uit zijn mond. De draak strompelde dichterbij. Bij elke stap spuwde hij vuur. De kater dook achter een boom. Maar Klara bleef staan. Ze haalde diep adem en zong een lied. Het klonk Chinees. De draak hield op met vuurspuwen. Hij legde zijn grote kop voor de voeten van Klara neer. Flink zo, zei Klara, als je met ons meeloopt, dan leer ik je praten met woorden in plaats van met vuur. Ze stapten verder. De draak trippelde als een hondje achter hen aan. Af en toe ontsnapte er nog een vlammetje uit zijn mond.

1 + 1 = 5 1 + 1 = 6 1 + 1 = 3 Sst, zei Krullig, ik hoor iets. Er klonken stemmetjes, hoge stemmetjes. Weet jij hoeveel één en één is? Vijf, antwoordde een stemmetje. Ik denk zes, zei een ander. Nou, zei het eerste, volgens mij is het drie. Want met mij erbij is één en één drie. Onder een boom stonden drie geitjes. Fout, zei Klara, één en één is twee. Hoe weet jij dat? vroeg één van de geitjes. Dat heb ik geleerd, zei Klara. Waar? In de klas bij meester Das. Dat willen wij ook, zeiden de geitjes. En wat heb je nog geleerd? Lezen en schrijven. Dat willen wij ook, riepen de geitjes. Kan jij dan verhaaltjes lezen? Tuurlijk, knikte Klara. Dat willen wij ook! Toe, vertel ons een verhaal.

Er was eens een boze wolf Nee, mekkerden de geitjes, niet dat verhaal, dat kennen we al. Hou daarmee op, huilde een stem uit de verte, ik ben helemaal niet boos. Er kwam iets reusachtigs en harigs naar hen toegestapt. Het had een lange tong en flikkerende tanden! De wolf! riepen de geitjes. Ze doken achterstevoren onder een struik. Het is niet eerlijk, snotterde de wolf. Iedereen noemt me altijd de Boze Wolf omdat ik zo groot en harig ben. Maar mijn pels is zacht en ik wil ook wel eens geaaid worden. Hij begon te huilen. Voorzichtig streelde Klara zijn rug. De wolf werd er rustig van.

En ik wil niet huilen, ik wil zingen, zei de wolf. Trouwens, waar ga je heen, zo alleen? Ik ben onderweg om moed en dapperheid te leren, zei Klara. Dat wil ik ook. Mag ik mee, toe? Dat kan niet, ik moet voor de kleintjes zorgen, zei Klara. De wolf ging op zijn rug liggen, zijn dikke poten in de lucht. Hij begon te huilen. Ik wil mee, krijste hij, ik ben ook nog klein. Klara zuchtte. Je mag mee, maar geen streken uithalen.

De hele troep stapte dieper en dieper het donkere bos in. Is het nog ver? zeurde de kater. Wanneer zijn we er? vroeg de wolf. We zijn moe, mekkerden de geitjes. Probleempje, zuchtte Krullig. Die bomen lijken zo op elkaar, ik denk dat we verloren zijn gelopen. O nee, jammerden de geitjes. O jee, huilden de wolf en de kater in koor. Oké, zei Klara, dan maken we nu een kampvuur en bedenk ik een plan. Kom draak, geef ons vuur.

Zo zaten ze met zijn allen gezellig rond het vuur toen de wolf plotseling zijn muil opentrok. Iedereen sprong geschrokken achteruit. Wat ben je van plan? schreeuwde Klara. Niet bang zijn van de zwarte wolf, piepte een stemmetje. Uit de muil van de wolf kwam een beentje naar buiten en nog een. En toen een ruggetje en een armpje en hopla, daar stond een klein oud vrouwtje. Veel te warm daarbinnen, zei ze. Ik heb frisse lucht nodig. En een beetje beweging. Zet mij maar in je nek, grote jongen, dan zie ik tenminste waar we lopen. En zullen we nu verder stappen? Het is al laat en de kleintjes moeten naar bed. Kom kinderen, oma weet de weg.

Toen ze een half uurtje gestapt hadden, bleef Klara staan. Maar dat is onze poort, en onze appelboom en kijk, de vijver. En daar is mijn kamer. Ik ben thuis. Heb jij een huis? vroegen de kater en de wolf. Dat willen wij ook! riepen de geitjes. Mogen we je kamer zien? Even aan mijn papa vragen, zei Klara. Heb jij ook een vader? Dat willen wij ook! Mogen we je vader zien? Ze belden aan. De koning kwam opendoen. Daar ben je, eindelijk, zei hij, je moeder en ik begonnen al ongerust te worden. Mogen ze even binnen? vroeg Klara, ze willen mijn kamer zien. Nou zei haar vader terwijl hij een beetje ongerust naar de wolf en de draak keek. Maar uiteindelijk liet hij iedereen binnen. Wat is ze dapper, ons meisje, fluisterde hij in het oor van zijn vrouw.

Maar wel een beetje opschieten, riep de koning, we wilden net aan tafel gaan. Ik heb ook een hongertje, zei de wolf. Hoor mijn maag knorren, jankte de kater. En wij hebben trek voor drie, mekkerden de geitjes. Dan gaan we eerst aan tafel en daarna naar mijn kamer, zei Klara. En zo gebeurde. De draak blies vuur in de kaarsen, omaatje smeerde de broodjes en iedereen kreeg een bordje soep. Ze aten hun buikje rond. En nu naar boven, riep Klara.

De troep trippelde de trap op. Wat een grote kamer, riepen de geitjes. Wat een groot bed, snoof de kater. Wat een zachte dekens, fluisterden omaatje en de wolf. De draak zei niets, hij ging op het balkon vuurwerk maken. Lees ons een verhaaltje, toe, mekkerden de geitjes. Maar daarna oogjes toe want morgenvroeg moet ik naar school, zei Klara. Dan gaan wij mee, zongen de geitjes, wij willen leren lezen en schrijven. En ik wil leren rekenen, miauwde de kater. Ik wil leren tellen, zei de wolf. Dat is hetzelfde als rekenen, fluisterde omaatje. Dan wil ik leren zingen, bromde de wolf. Komt in orde, suste Klara, ik neem jullie allemaal mee naar de klas van meester Das. Toen nam ze een dik boek en begon ze te lezen. Er was eens een prinsesje dat een hele goede koningin wilde worden En zo vielen ze in slaap. In het grote bed van Klara.

Inter IKEA Systems B.V. 2013