Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Vergelijkbare documenten
Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

de aantrekkelijkste werkomgeving van Nederland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Zeeland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Rotterdam / Rijnmond

Scenariomodel-VO Mei 2018

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Haaglanden en Rijn Gouwe

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noord-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Friesland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Limburg

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Utrecht

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Groningen

Van overschotvak naar tekortvak. Nieuwe doelgroepen. voor het leraarschap in het voortgezet onderwijs

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Flevoland

Waar is de leraar scheikunde? Ontwikkelingen in tekortvakken in het vo

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio West- en Midden-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noordoost- en Zuidoost-Brabant

OOP ers in het vo. Arbeidsmarktpositie, scholingsmogelijkheden en werktevredenheid van

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noord-Holland

Stimuleringsregeling regionale aanpak lerarentekort voortgezet onderwijs

Speciaal voor het voortgezet onderwijs. Professionaliseringsportaal-VO. voor duurzame ontwikkeling en inzetbaarheid

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Zuid- en Oost-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Drenthe / Overijssel

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Haaglanden en Rijn Gouwe

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Rotterdam. januari 2014

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Utrecht

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Zeeland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noord-Gelderland

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Den Haag. januari 2014

Kaderregeling Vierslagleren in het voortgezet onderwijs

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Zuid- en Oost-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Friesland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Rotterdam / Rijnmond

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio West- en Midden-Brabant

Stimuleringsregeling Oriëntatietrajecten zij-instromers

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Limburg

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noord-Holland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Flevoland

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Amsterdam. januari 2014

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Regio Utrecht. januari ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Rotterdam / Rijnmond

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Friesland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noord-Gelderland

Arbeidsmarkt en mobiliteit. Sectorplan VO Arbeidsmarkt in beweging

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noord-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Drenthe / Overijssel

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Limburg

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Zeeland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Utrecht

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noordoost- en Zuidoost-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Zeeland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Friesland

ARBEIDSMARKTPLATFORM PO.

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Rotterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Flevoland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Haaglanden / Rijn Gouwe

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Haaglanden / Rijn Gouwe

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Utrecht

Belangrijkste resultaten van de. Nationale Enquête

De arbeidsmarkt voor leraren voortgezet onderwijs Regio Flevoland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Limburg

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Zuid- en Oost-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Rotterdam / Rijnmond

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio West- en Midden-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noord-Holland

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Noord-Holland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noord-Gelderland

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noordoost- en Zuidoost-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Groningen

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio West- en Midden-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren vo Regio Noordoost- en Zuidoost-Brabant

De arbeidsmarkt voor leraren po Regio Utrecht

Transcriptie:

De arbeidsmarkt in het voortgezet onderwijs is in belangrijke mate een regionale arbeidsmarkt. Dit betekent dat ontwikkelingen in de ene regio niet per definitie hetzelfde zijn als in een andere regio. Voor de sector is het daarom van belang niet enkel zicht te hebben op landelijke ontwikkelingen, maar ook een duidelijk beeld te hebben van ontwikkelingen in de regio. Om de sector hierin te ondersteunen heeft Voion, het Arbeidsmarkt & Opleidingsfonds voortgezet onderwijs, achttien regionale arbeidsmarktanalyses opgesteld. Hierin worden cijfermatige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in het voortgezet onderwijs op regionaal niveau inzichtelijk gemaakt. Er zijn veertien regionale arbeidsmarktanalyses beschikbaar en vier analyses gericht op de G4. Samen bieden deze analyses een landelijke dekking. In deze regionale arbeidsmarktanalyse wordt ingegaan op de arbeidsmarkt in de regio /. Deze regio bestaat uit de RPA-regio (exclusief ) en de stad. Ontwikkeling aantal leerlingen, 212-216 Bron: Scenariomodel-VO +3,9% Prognose aantal leerlingen, 217-221 Bron: Scenariomodel-VO -2,7% inclusief vavo leerlingen en inclusief lwoo Toename aantal leerlingen De ontwikkeling van het aantal leerlingen is een belangrijke indicator voor de vraag naar onderwijspersoneel. De behoefte aan personeel wordt onder andere bepaald door de ontwikkeling van het aantal leerlingen, de uitstroom van personeel en personeel dat van functie wisselt of de aanstellingsomvang aanpast. Ook andere factoren, zoals de organisatie van het werk en de ratio tussen het aantal leerlingen en het personeel, spelen een rol. Aandeel leerlingen naar schoolsoort, 216 Bron: Scenariomodel-VO inclusief vavo leerlingen en inclusief lwoo Tussen 212 en 216 is het aantal leerlingen in het voortgezet onderwijs landelijk gezien met 5,2 procent toegenomen. Ook in de regio / zien we in deze periode een toename van het aantal leerlingen. Tussen 212 en 216 nam het aantal leerlingen in deze regio met bijna 4 procent toe, tot 13.51 leerlingen in 216. Niet op elke schoolsoort nam het aantal leerlingen in dezelfde mate toe. In deze regio is het aantal leerlingen het sterkst toegenomen op het vmbo-gl (circa 15 procent). Op het vmbo-bl nam het aantal leerlingen juist af (zo n 8 procent). Na de krimp in het basisonderwijs zal ook het voortgezet onderwijs de komende jaren te maken krijgen met een teruglopend aantal leerlingen. Landelijk wordt tussen 217 en 221 een daling van 4,6 procent verwacht. Ook in de regio / zal het aantal leerlingen in deze periode dalen, tot 99.249 leerlingen in 221. Dit komt neer op een daling van bijna 3 procent. De regio als geheel heeft te maken met krimp, maar in stijgt het aantal leerlingen nog wel (1,5 procent). Kijkend naar de verschillende schoolsoorten wordt in deze regio op het vmbo-gl de sterkste krimp verwacht (bijna 7 procent). 15,8% 3,5% 15,5% 5,% 6,3% 41,5% 9,1% 3,2% Praktijkonderwijs Vmbo-bl Vmbo-gl Vmbo-kl Vmbo-tl Brugjaar Havo Vwo

Werkgelegenheid daalt In de regio / werken in 217 1.911 personen in het voortgezet onderwijs. Samen werken zij 8.729 fte. Ten opzichte van 213 is het aantal fte in deze regio met ruim 1 procent gedaald. Het aantal werkzame personen nam in deze periode wel toe, in totaal met,5 procent. In Nederland is het aantal fte in dezelfde periode minder dan 1 procent gestegen, terwijl het aantal werkzame personen met 1,4 procent is toegenomen. De werkgelegenheid (in fte) is in deze regio het sterkst gedaald in : hier daalde de werkgelegenheid tussen 213 en 217 met 9 procent, tot 3.168 fte. In nam de werkgelegenheid juist toe, tot 5.561 fte. In / worden in totaal 127.456 lesuren gedoceerd. 1 De meeste van deze lesuren worden gedoceerd in (83.182 lesuren), terwijl de minste lesuren worden gedoceerd in (44.274 lesuren). In alle RPA-regio s in / wordt het grootste aandeel lesuren gedoceerd op het vmbo. Dit is het meest zichtbaar in. Dit zegt echter niet dat hier veel vmbo-leerlingen wonen: het aandeel vmboleerlingen wordt namelijk bepaald door het aantal schoolvestigingen die in de regio dit onderwijstype aanbieden. Ook in Nederland wordt het grootste aandeel lesuren (ruim 45 procent) gedoceerd op het vmbo. In deze regio worden de meeste lesuren gedoceerd voor de vakken Nederlands, wiskunde, Engels, lichamelijke opvoeding en biologie. Top 5: Avo-vakken met hoogste aantal lesuren, 216 Bron: IPTO, CentERdata Ne Wi En Lo Bi Ontwikkeling werkgelegenheid (in fte), 213-217 6. 13.993 13.419 12.245 8.611 5.938 exclusief praktijkonderwijs en isk 5. 4. 3. Aandeel lesuren naar schoolsoort, 216 Bron: IPTO, CentERdata Vmbo Havo Vwo Combinaties 213 214 215 216 217 exclusief praktijkonderwijs en isk % 2% 4% 6% 8% 1% 1 Gebaseerd op cijfers met peildatum 1 oktober 216.

Samenstelling personeel Het onderwijs is een relatief vergrijsde sector. Dat geldt ook voor het voortgezet onderwijs. Gemiddeld is in Nederland bijna 29 procent van de leraren 2 een 55-plusser. In / is een kleiner aandeel van de leraren 55-plus: bijna 28 procent in 217. In deze regio, maar ook in Nederland, is vooral onder het directiepersoneel een groot aandeel 55-plussers werkzaam. Kijken we in meer detail naar de regio, dan zien we dat vooral in veel 55-plussers werkzaam zijn, namelijk bijna 29 procent van de leraren en ruim 56 procent van het directiepersoneel. Samenstelling personeel (in fte), 217...naar functie Directie Leraren Ondersteunend personeel 4,5% 22,% Samenstelling personeel (in fte), 217...naar geslacht Directie Leraren Ondersteunend personeel 73,4% Het onderwijs staat ook bekend als een sector waar relatief veel vrouwen werken. In het voortgezet onderwijs is hier in mindere mate sprake van dan in het primair onderwijs. In Nederland is iets minder dan de helft van de leraren in het voortgezet onderwijs vrouw (ruim 49 procent), terwijl onder het directiepersoneel een ruime minderheid van het personeel vrouw is (33 procent). In / zien we het volgende beeld: ruim 48 procent van de leraren en 29 procent van het directiepersoneel is vrouw. In is het grootste aandeel vrouwen werkzaam. Een ruime meerderheid van het personeel in /, ruim 73 procent, is werkzaam als leraar. Het overige personeel is werkzaam als onderwijsondersteunend personeel (22 procent) of als directiepersoneel (4,5 procent). Ter vergelijking: in Nederland is 72,5 procent van het personeel werkzaam als leraar, circa 24 procent als onderwijsondersteunend personeel en ruim 3 procent als directiepersoneel. Functiemix: aandeel leraren per salarisschaal (in fte), 216 Bron: Min. OCW % Samenstelling personeel (in fte), 217...naar leeftijd 2% 4% In / werkt een meerderheid van het personeel op basis van een aanstelling van meer dan,8 fte (ruim 63 procent). Dit zien we vooral bij het directiepersoneel, waar bijna 95 procent werkt op basis van een aanstelling van meer dan,8 fte. Dit komt overeen met het landelijke beeld. In Nederland werkt ruim 62 procent van het personeel en bijna 96 procent van het directiepersoneel op basis van een aanstelling van meer dan,8 fte. Een ruime meerderheid van het personeel in deze regio, circa 85 procent, heeft een vast dienstverband. Dit is vergelijkbaar met het landelijke beeld. In vergelijking met het directiepersoneel hebben leraren en ondersteuners in deze regio iets vaker een tijdelijk dienstverband. In 217 heeft ruim 8 procent van het ondersteunend personeel en ruim 17 procent van de leraren een tijdelijk dienstverband. 6% 8% 1% LB LC LD LE Overig % man 2% 4% vrouw 6% 8% 1% Directie Leraren <25 jaar 25-34 jaar 35-44 jaar Ondersteunend personeel 45-54 jaar 55-64 jaar 2 De gegevens over leraren in het onderdeel samenstelling personeel zijn inclusief gegevens over LIO s. % 2% 4% 6% 8% 1% 65 jaar

Meeste lesuren bevoegd gegeven In 216 wordt 86,8 procent van alle lesuren in Nederland bevoegd gegeven. 3 In / wordt minder vaak bevoegd lesgegeven. In wordt het grootste aandeel lesuren bevoegd gegeven (83,5 procent), in het kleinste aandeel (83,2 procent). Wanneer in meer detail gekeken wordt naar het aandeel onbevoegd gegeven lesuren, dan is te zien dat in deze regio in het grootste aandeel onbevoegd gegeven lesuren wordt gedoceerd op het vmbo (bijna 9 procent). In de andere gebieden in / is een soortgelijk beeld te zien. Zo wordt ook in het grootste aandeel onbevoegde lesuren gegeven op het vmbo (bijna 1 procent). Instroom van leraren via lerarenopleiding Voor de instroom van nieuwe leraren zijn scholen primair aangewezen op de lerarenopleidingen. Belangrijk is daarbij voor welke vakken leraren worden opgeleid. Het aantal gediplomeerden kan per vak, maar ook per graadgebied, verschillen. Op hogescholen in de regio / 4 zijn in 216 de meeste studenten afgestudeerd als leraar Nederlands (73 gediplomeerden). Hierna volgen de opleidingen tot leraar geschiedenis en leraar economie. Landelijk gezien zijn Engels, Nederlands en economie het meest populair. Alle afgestudeerden in deze regio hebben een hbo bachelor opleiding afgerond. Ook afgestudeerden uit andere regio s kunnen naar / komen om te werken als leraar. Bovendien kunnen afgestudeerden uit deze regio ervoor kiezen in een andere regio te gaan werken of kunnen zij kiezen voor een baan in een andere sector. Het aantal afgestudeerden dat daadwerkelijk beschikbaar is als leraar kan daardoor hoger of lager uitvallen dan het aantal afgestudeerden in deze regio. In de andere regionale arbeidsmarktanalyses vindt u een overzicht van afgestudeerden in aangrenzende regio s. Aandeel bevoegd, benoembaar en onbevoegd gegeven lessen, 216 Bron: IPTO, CentERdata 1% Aantal gediplomeerden lerarenopleidingen, 216 en Vereniging Hogescholen 8 6 Ulo Hbo master Hbo bachelor 8% 4 6% Onbevoegd Benoembaar Bevoegd 2 4% 2% Ak Bi Du Ec En Fr Gs Na Ne Wi % Deze cijfers zijn gebaseerd op gegevens van de volgende hogescholen/universiteiten: Hogeschool, exclusief praktijkonderwijs en isk 3 Dit betreft alle lesuren waarvoor een bevoegdheid kan worden vastgesteld. 4 De gegevens over het aantal gediplomeerden per hogeschool zijn gebaseerd op de vestigingsgemeente van de hogeschool. Een hogeschool kan meerdere vestigingen hebben in verschillende gemeenten. Om dit zo gedetailleerd mogelijk in beeld te brengen, wordt gekeken naar de gemeente waar elke vestiging is gevestigd. De gegevens over de ulo s kunnen niet op dit detailniveau ontsloten worden. Er worden, omwille van de overzichtelijkheid, geen gegevens gepresenteerd van hogescholen of universiteiten in andere regio s. Ook worden er alleen gegevens gepresenteerd van een aantal geselecteerde vakken. Dit betekent dat er ook voor andere vakken lerarenopleidingen kunnen zijn. Ook zijn er opleidingen met daarbinnen een afstudeerrichting tot leraar of waarvan de afstudeerrichting leidt tot een bevoegdheid. Dit geldt bijvoorbeeld voor opleidingen zoals de educatieve master Geesteswetenschappen en Educatie en Communicatie in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. Omdat niet uit de cijfers kan worden herleid welke afstudeerrichting wordt gekozen, worden deze opleidingen in deze infographic buiten beschouwing gelaten.

Verwachte tekorten aan leraren De werkgelegenheid voor leraren in Nederland zal de komende jaren dalen. In totaal wordt tussen 218 en 223 een daling van 4,7 procent verwacht. Ook in / zal de werkgelegenheid afnemen, tot 6.2 fte in 223. Dit komt neer op een daling van ruim 1 procent. Deze daling wordt veroorzaakt doordat de werkgelegenheid in in deze periode met bijna 4 procent daalt. In stijgt de werkgelegenheid juist, naar verwachting met 2,5 procent. Ondanks een dalende werkgelegenheid zijn er in Nederland de komende jaren toch tekorten aan leraren te verwachten. Dit wordt onder andere veroorzaakt doordat leraren uitstromen, bijvoorbeeld naar pensioen, terwijl de instroom van nieuwe leraren beperkt is. Wel zijn er regionale verschillen en verschillen per vak. Kijken we in meer detail naar de situatie in / dan zien we dat hier sprake is van een dalende vervangingsvraag 5. Tussen 218 en 223 daalt de vervangingsvraag van 388 fte naar 293 fte. Maar ook de instroom van leraren, vanuit de lerarenopleidingen of vanuit de stille reserve, daalt in deze periode, van 31 fte tot 297 fte. Gecombineerd met de ontwikkeling van de werkgelegenheid betekent dit dat de onvervulde vraag 6 voor leraren in /, bij ongewijzigd beleid, zal toenemen. In 218 wordt in / een tekort van 36 fte verwacht. Dit loopt op tot een tekort van 9 fte in 223. Het grootste absolute tekort wordt verwacht in (47 fte in 223). In is het absolute tekort met 43 fte in 223 iets kleiner. Ook in Nederland neemt de onvervulde vraag in deze periode toe, van 44 fte in 218 tot 789 fte in 223. Prognose werkgelegenheid leraren (in fte) Bron: Mirror, CentERdata 218 223 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. exclusief seniorenregeling en in een situatie zonder onvervulde vraag Prognose onvervulde vraag leraren (in fte) Bron: Mirror, CentERdata 5 4 3 2 1 218 219 22 221 222 223 Niet voor elk vak wordt een even groot tekort verwacht. In deze regio zien we dat de grootste tekorten in absolute zin worden verwacht voor de vakken wiskunde, Duits, natuurkunde en scheikunde. Zo wordt voor wiskunde in 223 een tekort van 2 fte voorspeld. Ook in Nederland zijn dit de vakken waar, in absolute zin, de grootste tekorten worden verwacht. Top 5: onvervulde vraag leraren per vak (in fte), 223 Bron: Mirror, CentERdata Wi Du Na Sk 2 18 14 9 8 In 5 Dit is de vraag naar nieuwe leraren die optreedt omdat personen uit de sector stromen (pensioen of anderszins), minder gaan werken (inclusief verandering in gebruik van de seniorenregeling), of een andere functie binnen de sector gaan bekleden. In het algemeen is de uitstroom uit de sector veruit de grootste component van de vervangingsvraag. 6 Dit is de onvervulde werkgelegenheid die resteert na instroom. Daarbij geldt: verandering onvervulde vraag = verandering werkgelegenheid + vervangingsvraag instroom.

Meer informatie over de arbeidsmarkt? Voion helpt de vo-sector bij het realiseren van een goed werkende en toekomstbestendige arbeidsmarkt met voldoende en goed gekwalificeerd personeel. Op onze website www.voion.nl vindt u meer arbeidsmarktgegevens en informatie over de projecten en activiteiten van Voion op dit terrein. Toekomstscenario s Wilt u weten welke gevolgen recente ontwikkelingen, zoals leerlingendaling, hebben voor uw meerjarenbegroting, formatie en de huisvesting van uw school? Op www.scenariomodel-vo.nl rekent u eenvoudig verschillende scenario s door. Vragen of advies nodig? Heeft u een vraag naar aanleiding van de regionale arbeidsmarktanalyses? Of wilt u meer informatie op het gebied van Arbeidsmarkt & mobiliteit? De regioadviseurs van Voion helpen u graag verder. Bel 7-376 5756 of stuur een e-mail naar info@voion.nl. Over Voion Voion, het Arbeidsmarkt & Opleidingsfonds voor het voortgezet onderwijs, zet zich in om samen met scholen vraagstukken op te lossen op het gebied van arbeidsmarkt, loopbaan, professionalisering en veilig, gezond en vitaal werken. Voion ondersteunt schoolbesturen, directies, P&O ers, mr-en, arbocoördinatoren, maar ook docenten, oop ers en sociale partners. Voion ontsluit kennis, doet onderzoek, ontwikkelt nieuwe instrumenten en adviseert en begeleidt scholen in (pilot)projecten. Ook initieert en faciliteert Voion netwerken op verschillende niveaus, publiceert good practices en biedt trainingen aan. Voion werkt voor en samen met werkgevers en werknemers in het voortgezet onderwijs, en wordt bestuurd door de sociale partners in het voortgezet onderwijs. Disclaimer Voion is zich volledig bewust van de taak zo betrouwbaar mogelijke informatie te verzorgen. Deze infographic is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. Niettemin kan zij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventueel voorkomende onjuistheden. Voion Postbus 556 251 CN Den Haag Tel: 7-376 5756 e-mail: info@voion.nl www.voion.nl