Gewasbescherming Basis
Doppen en druppels Bij gewasbescherming zet je een straal vloeistof om in druppels. Hoe hoger de spuitdruk en hoe kleiner het spuitgat, hoe groter de vloeistofsnelheid en hoe kleiner de druppels Het totaal aantal druppels en hun grootte noem je het druppelspectrum Van groot belang is dat je doppen hebt met een klein druppelspectrum (variatie) De druppelgrootte wordt uitgedrukt in micron (1 μm) Om de druppelgrootte in getallen vast te leggen, worden drie meetwaarden gehanteerd: D10, D50 en D90. D10 = 10 procent van het volume bestaat uit druppels kleiner dan de aangegeven diameter. Voorbeeld: D10 van 200 wil zeggen dat 10 procent van het volume bestaat uit druppels die kleiner zijn dan 200 micron.
Werkingsprincipe draaiende schijf (ULV) Een elektromotor draait een schijf met fijne tanden De oplossing van het gewasbeschermingsmiddel komt via een slangetje in het midden van de schijf Door de centrifugale kracht wordt de vloeistof naar de randen geslingerd en via de tanden verlaat het de schijf Er komen de fijne druppels in een luchtstroom terecht en worden naar de planten geblazen De druppelgrootte is afhankelijk van de omtreksnelheid van de schijf en de hoeveelheid vloeistof per tijdseenheid
Bedekkingsgraad Kleine druppels geven bij hetzelfde volume een grotere bedekkingsgraad Klasse-indeling: ZF = zeer fijne druppel (<150 μ); F = fijne druppel (150-200 μ); M = middel grote druppel (200-300 μ); G = grove druppel (300-400 μ); ZG = zeer grove druppel (>400 μ). Hoe de vloeistof over de planten of bodem is verdeeld, kan worden aangegeven met de bedekkingsgraad, ook wel depositie Diverse spuitmiddelen - verschillende eisen aan bedekkingsgraad Systemische middelen stellen vaak iets minder eisen Fungiciden en insecticiden hebben meestal een contactwerking in fijne druppels toedienen
ketsdoppen; meer hectares per tank, grotere neerwaartse snelheid kegeldoppen (werveldoppen) driftgevoeliger; weinig gevoelig voor verstoppingen (spuiten van poeders) spleetdoppen; minder goed met poeders, voordelen: verdeling in de breedte, minder windgevoelig, lager optimale spuitdruk en een grote tophoek luchtaangezogen spuitdoppen: de venturidoppen luchtinjectiedoppen en luchtvloeistofketsdoppen zoals Airjet, Airtec en HighTecAir van Agrifac. Spuitdoppen Asymmetrische dubbele injectie spleetdop
Spleetdoppen Meest geschikt voor veldspuit en worden het meest toegepast. Zij zijn minder driftgevoelig dan kegeldoppen.
Doppen diversiteit
Dopcoderingen volgens ISO-norm
Constante druk dop (CF-dop) De CFValve (Constant Flow Valve) zorgt voor een constante druk én afgifte aan de spuitdop, ongeacht de variërende druk in de leiding. Wordt vaak gebruikt als voorzetdop op de rugspuit.
Draaibare dophouder / revolver Bij volveldsspuiten kun je verschillende doppen gebruiken. Vaak op een draaibare dophouder gemonteerd Door de dophouder te draaien, kun je op elk gewenst moment een andere dop gebruiken. De snelwisselkappen om de spuitdoppen te monteren hebben meestal dezelfde ISO-kleur als de spuitdoppen. Hierdoor voorkom je zo veel mogelijk dat je verkeerde spuitdoppen op de spuit monteert.
Spuitkruiwagen (Mankar) ULV (Ultra Laag Volumen) - spuitsystemen oorspronkelijk ontwikkeld voor de geconcentreerde toepassing van glyfosaat (Roundupproducten) Geschikt voor de meeste vloeibare herbiciden De voordelen vooral bij bladherbiciden gebruik, zeker wanneer het belangrijk is om de gecultiveerde planten tegen schade door contact met herbicide te beschermen Nevel gericht onder een kap naar bodem / plaatselijke behandeling
Verdeling van de spuitvloeistof Bij spleetdoppen en ketsdoppen is de verdeling in de breedte regelmatiger dan bij werveldoppen de vloeistofafgifte van één dop de afgifte van de andere dop niet raakt Spuitbeeld van een dop de grond of het gewas nog net raakt, midden onder de dop ernaast (max. 50 cm bij open teelten)
Controle op de verdeling/bedekking Spuitbord - geribbelde plaat die iets hellend opgesteld is. Vloeistof wordt via smalle banen opgevangen in een maatbeker. Als de maatbekers gelijk gevuld zijn, is de verdeling regelmatig Bedekking / drift controle: watergevoelig papier (verkleurt blauw) of fluorescentiepoeder (blacklicht controle als het donker is)
Rugspuit Behandelen van kleine oppervlakten en het pleksgewijs inzetten van middelen. Rugspuit met voordruk Goedkoop, met een luchtpomp in de tank Druppelverdeling verandert - opnieuw pompen Middendrukrugspuit Tank van 10-20 liter Met een hendel pomp je spuitvloeistof in een drukketel Als je regelmatig pompt, kan de druk in de spuitstok ook goed gelijk blijven
Het gebruik van de rugspuit Op sommige spuiten kan je een spuitboom monteren met +/- 3 doppen. Doseren: 1. Volgens aanwijzingen op het etiket voor veldspuitgebruik (bespuiting op de grond of op een laag gewas, overlappen werkingsbreedte = de helft van de spuitbreedte). 2. Volgens een bepaalde oplossingsconcentratie (hoog opgaand gewas, bijv. peulen bedekking op het oog bepalen). Beschermende kleiding dragen / meer kans om in aanraking met de middelen te komen. Rugspuit in- en uitwendig reinigen.
In gebruik sinds omstreeks 1940 Veldspuit Aan het principe weinig veranderd, aan de uitvoering, de fine tuning en bedieningsgemak heel veel. De pomp brengt de oplossing onder (te hoge) druk en de drukregelaar stuwt het overschot aan vloeistof terug naar de tank. Door een constante druk zijn de gevormde druppels ook van gelijkwaardige grootte. Het geheel is vaak computergestuurd. Type veldspuiten: 1. Aanbouwspuit (een of twee tanks tot max. 1.200 L) 2. Getrokken spuit (aangetrokken achter een trekker) 3. Zelfrijdend spuit (de spuit met de motor, aandrijving en besturing op een chassis)
Veldspuit Getrokken spuit, computergestuurd / tank > 5000 L / werkbreedte 39 54 m
Wingssprayer
Luchtondersteuning
Selectspray (weed-it/weedseeker) Dilemma: uitsluitend sproeien waar onkruid groeit of het hele perceel? Weed-it: de herkenningscamera/sensorsysteem opmerkt de planten in een strook De computer bepaalt of een plant een onkruidplant of een cultuurplant is en wel of niet bespoten moet worden Voldoet aan de richtlijnen voor Duurzaam OnkruidBeheer op verhardingen (DOB).
Onkruidstrijker
Onkruidstrijker op grasland
De spuitmast
De spuitmast
Spuitrobot In de glastuinbouw - kan over verwarmingsbuizen rijden of eraan hangen Veel systemen bestaan uit een shuttle en een moederwagen (voorkeur voor laagvolume toepassing) De shuttle is relatief klein en compact en kan verschillende typen spuitbomen meenemen met of zonder luchtondersteuning. spuitvloeistof voor 2 ha in een tank
Motorrugnevelaar Een motor met ventilator en boven de ventilator de tank met vloeistof Een grote flexibele slang met aan het uiteinde een uitgekiend mondstuk Vanuit de tank loopt een toevoerslangetje naar het mondstuk De luchtdruk wordt laag in het mondstuk (venturi / vernauwing) en zuigt de vloeistof aan Door de luchtsnelheid wordt de vloeistof goed verneveld
Reinigen en stalling van de spuitapparatuur