Onderwijs- en examenregeling BKS cohort 2015-2016 Voor leertrajecten onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur



Vergelijkbare documenten
Onderwijs- en examenregeling HKS cohort Voor leertrajecten onder de herziene kwalificatiestructuur

Onderwijs- en examenregeling BKS cohort voor leertrajecten onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Maasland

STUDIEGIDS Lentiz MBO Greenport. Professor Holwerdalaan 62 postbus LD Naaldwijk 2670 AA Naaldwijk

SERVICEDOCUMENT VRIJSTELLINGEN AVO

aanmelden. Mike, Bianca, Ron en Evelien onderweg naar een groene mbo-opleiding. agribusiness bloem & styling

mbo Open huis 2014 Groen licht voor succes! AANMELDINGSFORMULIER

Toelatingsprocedure Schooljaar

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Maasland

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Outdoor MBO Animal

Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur

aanmelden. Mike, Bianca, Ron en Evelien onderweg naar een groene mbo-opleiding. agribusiness bloem & styling

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Greenport

mbo Open huis 2013 Groen licht voor succes! AANMELDINGSFORMULIER Vrijdag 25 januari tot uur

Studiegids. (cks)

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Toelichting procedure deelname aan experimenten

Informatieavond. studiekeuze

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (mbo) onder de competentiegerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Outdoor MBO Animal

Onderwijs- en examenregeling

_entreeopleiding egiocollegeopleidingen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de competentiegerichte kwalificatiestructuur. Lentiz MBO Greenport

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de competentiegerichte kwalificatiestructuur in de Beroeps Begeleide Leerweg (BBL)

Aanval op schooluitval

Studiegids (cks)

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

Studiegids Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur in de Beroeps Opleidende Leerweg

Invoering entreeopleiding

Zelfstandig werkend kok 95420

Onderwijsovereenkomst

Memo Ongediplomeerde uitstroom vo / instroom mbo (2017) in Rijnmond

Memo Ongediplomeerde uitstroom vo / instroom mbo (2016) in Rijnmond

Leidinggevende keuken jarig traject

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Erkend leerbedrijf. dáár wordt het vak geleerd. horeca bakkerij reizen recreatie facilitaire dienstverlening

Examenreglement. Da Vinci College

Toelatingsbeleid mbo

Leidinggevende keuken jarig traject

_entreeopleiding egiocollegeopleidingen

Inleiding Artikel 1 Procedure aanvraag vrijstelling van examinering Artikel 2 Vrijstelling bij instroom andere onderwijsinstelling...

Onderwijs- en Examenregeling schooljaar

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme. Informatiemedewerker Niveau 3

Format OER8 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format

Manager/ondernemer horeca 90303

Examenreglement competentiegerichte opleidingen. Da Vinci College

AANMELDEN VANAF 1 NOVEMBER 2016

STUDIEGIDS Lentiz MBO Maasland. Commandeurskade 22 postbus AD Maasland 3151 ZG Maasland. t (010) f (010)

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

Korte inhoud van de wet doelmatige leerwegen en modernisering bekostiging

MBO-opleidingen. Lentiz MBO Barendrecht. Dé mbo-opleiding bij jou in de buurt! in Barendrecht LENTIZ MBO BARENDRECHT / 1

De nieuwe opzet van de AKA/Entreeopleiding in hoofdpunten (meer op

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

SCHOOLKOSTENBELEID NOVA COLLEGE (VASTGESTELD)

Leidinggevende bediening 94161

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Leidinggevende bediening 94161

1. Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan

Servicedocument. Urenverantwoording opleiding Mbo-Verpleegkundige

TOELATINGSVOORWAARDEN

Examenreglement Zadkine voor educatie en beroepsopleidingen volgens de WEB

ONDERWIJSOVEREENKOMST ROC FRIESE POORT Algemene Voorwaarden (cohort )

Toelatingsbeleid mbo toelating voor schooljaar

Manager Retail BOL. TOELATING Wettelijke toelatingseisen

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige

De Leerplichtwet. Inhoud

Focus op Vakmanschap. Heel wat voeten in de aarde Bas Derks, Ministerie van OCW

_entreeopleiding egiocollegeopleidingen

INSTROOMBELEID MBO BBL-OPLEIDINGEN ROC MIDDEN NEDERLAND Januari 2016

Format OER voor 2011 competentiegerichte opleidingen in het nieuwe format

Examenreglement. Da Vinci College

Gezamenlijke aanpak schoolverzuim Voortgezet Onderwijs regio Zuid-Holland Zuid

Ongediplomeerde uitstroom vo / instroom mbo (2014) in Rijnmond

Hoofd Informatie niveau 4. crebo 94071

Uw kind gaat naar het mbo

Onderwijs en Examinering voor leerlingen

Onderwijsovereenkomst als bedoeld in artikel van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs

Datum 3 november 2014 Vragen van de leden Geurts en Omtzigt (CDA) over het bericht over terugvorderen van de WVA bij transportbedrijven

Zoetermeer, 1 juli 2017

Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur mbo

Aanvraagprocedure diploma-erkenning voor niet bekostigde instellingen voor het beroepsonderwijs

Bepalingen onderwijsovereenkomst artikel 1 t/m 18

SERVICEDOCUMENT BEROEPSPRAKTIJKVORMING: WAT MAG VERWACHT WORDEN VAN DE BPV?

1.1 De deelnemersraad heeft ingestemd met de model onderwijsovereenkomst van het SOMA College.

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Brood en Banket. Zelfstandig werkend banketbakker

Onderwijsovereenkomst. NCVBBedrijfsopleidingen

Onderwijsovereenkomst / algemene voorwaarden

ED Graafschap College JURIDISCHE DIENSTVERLENING. Opleidingen. Juridische dienstverlening

Manager Verkoop Reizen

ONDERWIJSOVEREENKOMST ROC FRIESE POORT Algemene Voorwaarden (cohort )

Assistent Installatie- en constructietechniek (inclusief elektrotechniek) BBL

nummer Chauffeur goederenvervoer Chauffeur goederenvervoer Akkoord Voorzitter Examencommissie Vastgesteld namens het College van Bestuur

MBO-opleidingen. van MBO Oostland

MBO-opleidingen. Lentiz MBO Middelharnis. Dé mbo-opleiding bij jou in de buurt! in Middelharnis

Toelatingsbeleid mbo toelating voor schooljaar

Verzorgende IG BBL. TOELATING Wettelijke toelatingseisen DIT KUN JE DOEN NA JE STUDIE. thuiszorg.

Transcriptie:

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BKS COHORT 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling BKS cohort 2015-2016 Voor leertrajecten onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur Strategie & Innovatie v.1.0 / mmm.jj MBO examenbureaunaam eigenaar

Dit is de Onderwijs en Examenregeling (OER) van de Lentiz onderwijsgroep. Deze OER geldt voor alle opleidingen die in schooljaar 2015-2016 onder de beroepsgerichte kwalificatiestructuur (BKS) vallen. De opleidingen die van start gaan onder het (nieuwe) regime van de Herziene Kwalificatie Structuur (HKS) vallen onder de OER HKS. De OER BKS geldt voor de volgende leertrajecten: Lentiz MBO Greenport Opleidingsnaam Kwalificatiedossier Kwalificatie Assistent plantenteelt (niveau 1) Assistent medewerker voedsel en leefomgeving Assistent plantenteelt Entree Entree Assistent plant en (groene) leefomgeving Medewerker teelt (niveau 2) Agrologistiek en transport (niveau 2) Watermanagement (niveau 4) (International) Business & Management (niveau 3) (International) Business & Management (niveau 4) Teelt 2/3 Logistiek vakman Natuur en groene ruimte (4) Logistiek vakman Logistiek vakman Medewerker teelt Medewerker vershandel, logistiek en transport Manager natuur en recreatie Vakbekwaam medewerker vershandel logistiek en transport (3) Manager vershandel, logistiek en transport (4) Hortitechnics & Management (niveau 3) Hortitechnics & Management (niveau 4) Teelt 2/3 Vakbekwaam medewerker teelt (3) Teelt 4 Manager teelt (4) Lentiz MBO Maasland Opleidingsnaam Kwalificatiedossier Kwalificatie Loonwerk (niveau 2) Groen, grond, infra Medewerker gemechaniseerd loonbedrijf Loonwerk (niveau 3) Groen, grond, infra Vakbekwaam medewerker gemechaniseerd loonbedrijf Paardenhouderij (niveau 2) Dierverzorging 2 Medewerker dierverzorging Paardenhouderij (niveau 3) Recreatiedieren Dierverzorger recreatiedieren Paardenhouderij (niveau 4) Recreatiedieren Ondernemer/manager recreatiedieren Hovenier (niveau 2) Natuur en groene ruimte 2 Medewerker buitenruimte Hovenier (niveau 3) Natuur en groene ruimte 3 Vakbekwaam hovenier Hovenier (niveau 4) Natuur en groene ruimte 4 Manager Natuur en Recreatie Dierverzorging (niveau 2) Dierverzorging 2 Medewerker dierverzorging Dierverzorging (niveau 3) Recreatiedieren Dierverzorger recreatiedieren Dierverzorging (niveau 4) Recreatiedieren Ondernemer/manager recreatiedieren Paraveterinaire ondersteuning (niveau 4) Outdoor Activities (niveau 3) Paraveterinaire ondersteuning Natuur en groene ruimte 3 Dierenartsassistent paraveterinair Vakbekwaam medewerker recreatiebedrijf Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 2/52 OER BKS 2015-2016

Outdoor Activities (niveau 4) Toerisme en Recreatie (niveau 4) AKA Natuur en groene ruimte 4 Natuur en groene ruimte 4 Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Manager natuur en recreatie Manager natuur en recreatie Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent (voedsel en leefomgeving) Lentiz MBO LIFE College Opleidingsnaam Kwalificatiedossier Kwalificatie Voeding (niveau 2) Operator Voedingsoperator Voeding (niveau 3) Allround operator Allround voedingsoperator Voeding (niveau 4) Voedingsmanagement Manager voeding AKA (niveau 1) Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent (voedsel en leefomgeving) Urban Trade (niveau 2) Groene detailhandel Medewerker groene detailhandel Urban Trade (niveau 4) Groene detailhandel Manager groene detailhandel Catering (niveau 2) Groene detailhandel Medewerker groene detailhandel Catering (niveau 4) Groene detailhandel Manager groene detailhandel Urban Design (niveau 4) Natuur en groene ruimte 4 Manager natuur en recreatie Inspecteur leefomgeving (niveau 4) Entree: assistent verkoop/retail Milieu en ruimte Entree Toezichthouder milieu en ruimte Assistent verkoop/retail Entree: assistent logistiek Entree Assistent logistiek Deze onderwijs- en examenregeling BKS (OER BKS) is op 15 april 2015 vastgesteld door het Raad van Bestuur te Vlaardingen en openbaar gemaakt door plaatsing op de website van de Lentiz onderwijsgroep, www.lentiz.nl en ligt ter inzage op de mbo-scholen van de Lentiz onderwijsgroep voor aanvang van het schooljaar 2015-2016. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 3/52 OER BKS 2015-2016

INHOUDSOPGAVE Deel 1 - Het algemene deel... 5 1. Algemeen... 5 1.1 Inleiding... 5 1.2 Studiegids... 6 1.3 OER BKS 2015-2016... 6 1.4 Raad van Bestuur en de scholen... 6 2. Aanmelding, toelating en inschrijving BKS... 8 2.1 De aanmelding... 8 2.2 Voorlichting... 8 2.3 Intake en toelating... 9 2.4 De inschrijving... 12 2.5 Bijzonderheden... 14 2.6 Vrijstellingen... 15 3. Onderwijsregeling: leertrajecten inrichting en inhoud BKS... 17 3.1 Opleidingsniveaus... 17 3.2 Leertrajecten en leerwegen... 17 3.3 Lentiz leertrajectnaam... 18 3.4 Inrichting en inhoud van de BKS-leertrajecten.... 18 3.5 Opbouw van een leertraject onder de Beroepsgerichte Kwalificatiestructuur (BKS)... 19 3.6 Recht op studiefinanciering... 23 3.7 Leertraject en examenprogramma BKS... 24 3.8 Voorbereidende en ondersteunende activiteiten... 24 4. Examinering onder de BKS... 27 4.1 Examenorganisatiestructuur... 27 4.2 Examinering en diplomering onder de BKS... 29 4.3 Procedure examenafname... 31 4.4 Externe kwaliteitsborging examens BKS... 33 4.5 Toezicht door de inspectie... 33 4.6 Doorstroom... 33 5. Examenreglement BKS Lentiz onderwijsgroep... 35 6. Begrippenlijst... 43 7. Adressenlijst... 51 8. Bijlagen... 52 8.1 Model Onderwijsovereenkomst & bijlagen bij OOK..53 8.2 Deelnemersstatuut 82 8.3 Model Examenovereenkomst 99 8.4 Model Praktijkovereenkomst..107 8.5 Klachtenregeling 136 8.6 Regeling protocol Centrale Examens MBO...151 8.7 Brief wijzigingen studiefinanciering 157 8.8 Taaleisen volgens Taaleisen volgens het Common European Framework. 163 8.9 Opleidingsplannen mbo-opleidingen Lentiz.166 Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 4/52 OER BKS 2015-2016

DEEL 1 - HET ALGEMENE DEEL 1. ALGEMEEN 1.1 Inleiding Dit is de onderwijs- en examenregeling (OER) voor alle leertrajecten onder de Beroepsgerichte kwalificatiestructuur (BKS) voor cohort 2015-2016. De BKS bevat de inhoudelijke eisen die aan een bepaald diploma worden gesteld. Deze eisen zijn opgesteld in samenwerking met het bedrijfsleven en goedgekeurd door de Minister van OCW/EZ. In het schooljaar 2015-2016 zullen de meeste leertrajecten van Lentiz van start gaan onder de Beroepsgerichte Kwalificatiestructuur (BKS). Een aantal opleidingen gaan van start onder de Herziene Kwalificatiestructuur (HKS). Voor die opleidingen is een aparte OER HKS opgesteld. Voor het onderwijs onder de BKS gelden een aantal specifieke regels, zij moeten voldoen aan de wettelijke eisen zoals de vastgestelde urennorm voor bekostigde opleidingen en de vernieuwde exameneisen voor de vakken Nederlands, Rekenen en Engels. Alle relevante regels en hoe daar mee wordt omgegaan staat beschreven in deze OER. Naast de OER is er ook een studiegids voor de deelnemers. Samen met de studiegidsen geeft de OER BKS een overzicht van de inhoud en inrichting van het onderwijs en de examens voor alle leertrajecten op de mboscholen van de Lentiz onderwijsgroep. Deelnemers die na het mbo aan de slag gaan op de arbeidsmarkt of in het vervolgonderwijs, moeten over diverse kennis, vaardigheden en competenties beschikken. Ze moeten bijvoorbeeld kunnen samenwerken, met computers en internet overweg kunnen, in staat zijn om verkoopgesprekken te voeren of weten hoe ze met patiënten omgaan. De Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) is op 1 januari 2012 in werking getreden. Dat betekent dat alle regionale opleidingscentra (ROC's), agrarische opleidingscentra (AOC's) en vakscholen vanaf 1 augustus 2012 onderwijs geven op basis van beroepsgerichte kwalificaties. Deelnemers leren niet alleen de theorie die bij hun opleiding hoort, maar leren ook hoe ze in bepaalde situaties moeten handelen. In het beroepsgerichte onderwijs zijn de diploma-eisen van het mbo beschreven in kwalificatiedossiers. Op basis van deze kwalificaties maken scholen hun opleidingsprogramma's. De kwalificatiedossiers worden vastgesteld door de minister van onderwijs. Doel van de beroepsgerichte kwalificatiestructuur is om de aansluiting tussen het mbo en de arbeidsmarkt te verbeteren en de doorstroom naar het hoger beroepsonderwijs (hbo) te vergroten. Zo moet het voor mbodeelnemers aantrekkelijker worden om onderwijs te (blijven) volgen. Deelnemers die op 1 augustus 2015 starten met een mbo-opleiding doen dit op basis van beroepskwalificaties. Deelnemers die vóór het studiejaar 2013/2014 zijn gestart kunnen hun opleiding gewoon afmaken op basis van eerder vastgestelde experimentele kwalificatiedossiers (CKS). Voor enkele opleidingen is het voor deelnemers al mogelijk te starten met een opleiding onder de Herziene KwalificatieStructuur (HKS). Die opleidingen zijn gestoeld op nieuwe kwalificaties en staan beschreven in de OER HKS. Beroepsgericht onderwijs werd voorheen ook wel competentiegericht onderwijs (CGO) genoemd. In de OER BKS worden de onderwijs- en examenregelingen van alle Beroepsgerichte leertrajecten vastgelegd. De OER BKS is opgesteld aan de hand van de in de wet geformuleerde eisen. In het document worden op formele wijze de verschillende regelingen, structuren, planningen en procedures vastgelegd. De OER BKS biedt voor aanvang van het schooljaar aan de (aspirant) deelnemer een goed beeld van de inhoud en inrichting van het onderwijs en de examens. De opleidingsplannen en examenprogramma s BKS zijn in de OER BKS opgenomen. Gezien het formele karakter van de OER BKS en daarbij horende redelijke toegankelijkheid voor (aspirant) deelnemers, is de OER Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 5/52 OER BKS 2015-2016

BKS voor aanvang van het cursusjaar voor deelnemers ter inzage aanwezig op de onderwijsinstelling en wordt tevens gepubliceerd op de website van de Lentiz onderwijsgroep, www.lentiz.nl. Vanuit de gedachte van klantvriendelijkheid en praktisch gebruik wordt belangrijke informatie voor de deelnemers op een toegankelijke manier beschikbaar gesteld in de studiegids. 1.2 Studiegids In de studiegids wordt op toegankelijke wijze alle informatie beschikbaar gesteld die een deelnemer nodig heeft tijdens zijn/haar leertraject. De basis hiervoor is gelegd in de OER BKS. De studiegids bevat veel informatie en is bedoeld als naslagwerk. De studiegids wordt aan het begin van de opleiding aan alle deelnemers digitaal beschikbaar gesteld. Informatie die dan niet bekend is, zoals lesroosters en examenplanningen, wordt op een later tijdstip doch tijdig toegevoegd of gecommuniceerd. De studiegids wordt gepubliceerd op de website van de onderwijsinstelling, www.lentiz.nl. 1.3 OER BKS 2015-2016 Deze onderwijs- en examenregeling BKS cohort 2015-2016 van de Lentiz onderwijsgroep heeft betrekking op alle leertrajecten die per 1 augustus 2015 onder de BKS worden verzorgd op onze mbo-scholen in Naaldwijk, Schiedam en Maasland. De OER BKS is opgebouwd uit een algemeen deel, dat van toepassing is voor alle leertrajecten en een leertraject-specifiek deel. In het algemene deel wordt een toelichting gegeven op de structuur en de inrichting van het onderwijs en de examens. Achtereenvolgens komen de volgende onderwerpen aan de orde: inschrijving (hoofdstuk 2), de onderwijsregeling (hoofdstuk 3) en de examenregeling (hoofdstuk 4). In het leertraject-specifieke deel wordt nadere invulling geven aan de inhoud en inrichting van het leertraject waarvoor de deelnemer gekozen heeft. 1.4 Raad van Bestuur en de scholen De Lentiz mbo-scholen zijn een onderdeel van de Lentiz onderwijsgroep. Bevoegd gezag De Lentiz onderwijsgroep bestaande uit de Lentiz mbo s en de VO-instellingen van de Lentiz onderwijsgroep hebben één stichtingsbestuur dat zal optreden als bevoegd gezag voor beide instellingen. Dit stichtingsbestuur functioneert volgens het Raad van Toezicht model. Raad van Bestuur Het dagelijks bestuur van de Stichting is opgedragen aan de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur bestaat uit de heer G. Kant, tevens voorzitter en mevr. mr. C.M. t Lam, lid. Het bezoekadres van de Raad van Bestuur is: Schiedamsedijk 114 Vlaardingen Het postadres van de Raad van Bestuur is: Postbus 3040 3130 CA Vlaardingen e-mail: info@lentiz.nl www.lentiz.nl Lentiz MBO Binnen de Lentiz onderwijsgroep wordt onderwijs verzorgd in het vmbo en mbo. Lentiz verzorgt mboopleidingen op drie scholen, te weten: Lentiz MBO Greenport Lentiz MBO Maasland Lentiz MBO LIFE College Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 6/52 OER BKS 2015-2016

Prof. Holwerdalaan 62, 2672 LD Naaldwijk Tel. 0174-513321 Directeur: Dhr. B. de Jong Commandeurskade 22 3155 AD Maasland Tel. 010 5910499 Directeur: dhr. A. Reijm Parallelweg 401 3112 NA Schiedam Tel. 010-4735377 Directeur dhr. P. Lakens Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 7/52 OER BKS 2015-2016

2. AANMELDING, TOELATING EN INSCHRIJVING BKS De procedure voor toelating tot een mbo-opleiding aan één van de mbo-scholen van Lentiz bestaat uit vier stappen: 1. aanmelding (paragraaf 2.1) 2. voorlichting intake (paragraaf 2.2) 3. intake & toelating (paragraaf 2.3) 4. inschrijving (paragraaf 2.4) 2.1 De aanmelding Het aanmeldingsformulier De aspirant-deelnemer meldt zich aan door een volledig ingevuld aanmeldingsformulier met de benodigde documenten in te leveren bij de administratie van de betreffende onderwijsinstelling. Bij het aanmeldingsformulier dient een recente pasfoto, op de achterzijde voorzien van naam en postcode, ingeleverd te worden en dient een deelnemer zich te legitimeren met een geldig legitimatiebewijs. Datum aanmelding Voor leertrajecten zowel in de beroepsopleidende leerweg (BOL) als in de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) dient de inschrijving te zijn afgerond vóór 1 oktober. Om dit te realiseren moet het aanmeldingsformulier ruim voor die datum bij de schooladministratie zijn ingeleverd. Bij capaciteitsproblemen worden aanmeldingen in behandeling genomen naar volgorde van binnenkomst van de aanmeldingsformulieren. Inschrijven Voor de inschrijving voor een opleiding dient een deelnemer contact op te nemen met de onderwijsinstelling die de opleiding van zijn/haar keuze aanbiedt. Middels het aanleveren van de juiste gegevens kan een deelnemer zich inschrijven aan een opleiding van de onderwijsinstelling. Op deze manier kan worden geborgd dat een deelnemer tijdig wordt uitgenodigd voor de voorlichting en de intake van de opleiding. Ook alle eventuele aanvullende gegevens dienen tijdig bij de onderwijsinstelling te zijn aangeleverd zodat de inschrijving van de deelnemer definitief kan worden gemaakt. Uiterlijk op 15 september van het eerste schooljaar dient de deelnemer zijn/haar inschrijving definitief te hebben afgerond, opdat de onderwijsinstelling de deelnemer tijdig kan inschrijven in het Basisregister onderwijsnummer (BRON). Lesgeld Wil je nu al meer weten over het betalen van je lesgeld, kijk dan op www.duo.nl. 2.2 Voorlichting De onderwijsinstelling draagt er zorg voor dat de aspirant-deelnemer (en in geval van minderjarigheid ook zijn/haar ouders/wettelijke vertegenwoordigers) zodanig wordt geïnformeerd dat hij/zij zich een goed beeld kan vormen van het leertraject waarvoor hij zich wil inschrijven. De OER BKS, de studiegids en het intakegesprek spelen hierbij een rol. In bedrijfsopleidingen stemmen de onderwijsinstelling en het bedrijf de voorlichting met elkaar af en kan een deel van de communicatie naar de deelnemers via het bedrijf verlopen. Hierbij wordt bijvoorbeeld aandacht besteed aan: de toelatingsvoorwaarden; het arbeidsmarktperspectief en doorstroommogelijkheden na het leertraject; de inrichting van het leertraject, inclusief de beroepspraktijkvorming; de inhoud van het onderwijsprogramma, het voorwaardendossier en het examenprogramma; het opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) van een deelnemer; de organisatie van de onderwijsleeractiviteiten inclusief de vormen van praktijkleren; de keuzemogelijkheden en doorstroommogelijkheden binnen het leertraject; de inspanningsverplichting van de onderwijsinstelling, inclusief zorgtaken; de inspanningsverplichting van de deelnemer; de status en reikwijdte van de onderwijsovereenkomst, de praktijkovereenkomst en/of de examenovereenkomst; Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 8/52 OER BKS 2015-2016

de vrijwillige bijdrage in de kosten van het leertraject en de inhoud van de extra's die hiervan gerealiseerd worden; de kosten van de benodigde boeken en leermiddelen; andere financiële aspecten van het leertraject, studiefinanciering, arbeidsovereenkomst en dergelijke. De aspirant-deelnemer verstrekt op verzoek van de onderwijsinstelling alle inlichtingen die nodig zijn voor de onderwijsinstelling om zich een goed beeld te vormen van aanleg, capaciteit, motivatie, ambitie, vooropleiding en voorkennis om voor hem een passend leertraject te kunnen verzorgen. Met name voor aanvullende zorg in het kader van de wet Passend Onderwijs is het van belang dat de deelnemer de onderwijsinstelling volledig informeert over alle relevante informatie over zijn eventuele ondersteuningsbehoeften. De onderwijsinstelling informeert de deelnemer over de (extra) ondersteuning of zorg die zij de deelnemers kan bieden. De onderwijsinstelling kan om dit beeld te completeren ook inlichtingen opvragen bij de toeleverende onderwijsinstelling en/of de aspirant-deelnemer verzoeken deel te nemen aan een intake. Tevens kan de onderwijsinstelling van de aspirant-deelnemer verlangen een voorstage te lopen zodat de determinatie naar het juiste leertraject optimaal kan plaatsvinden. 2.3 Intake en toelating De Raad van Bestuur heeft de beslissing van toelating opgedragen aan toelatingscommissies van de scholen. De bevoegdheden en werkzaamheden van de toelatingscommissies zijn per onderwijsinstelling geregeld. De leden van de toelatingscommissie worden per onderwijsinstelling ingevuld. De onderwijsinstelling neemt binnen twee weken nadat de complete intakeprocedure is afgerond, middels een interne toelatingsvergadering, op basis van de informatie die verkregen is bij aanmelding en intake, een beslissing over de toelating van de aspirant-deelnemer in een bepaald leerjaar van een bepaald leertraject en stelt hem/haar hiervan schriftelijk op de hoogte. In de BOL en BBL geeft deze toelatingsbrief de aspirant-deelnemer duidelijkheid ten aanzien van de toelating tot een bepaald leertraject. In dezelfde brief (en soms ook in aanvullende brieven) krijgt de deelnemer minimaal informatie over: - de voorwaarden waaraan bij aanvang van het schooljaar voldaan moet zijn; - de documenten die bij aanvang van het schooljaar (uiterlijk 15 september) in het bezit van de onderwijsinstelling moeten zijn; - de plaatsing in een bepaald leerjaar of een bepaalde groep van een bepaalde leerweg; - een overzichtslijst met daarop de vrijstellingen die de deelnemer op zijn verzoek verleend kunnen worden bij de ondertekening van de onderwijsovereenkomst; - eventuele bijzondere bepalingen die opgenomen zullen worden in de onderwijsovereenkomst, de praktijkovereenkomst en eventueel de examenovereenkomst; - de bepalingen ten aanzien van en de omvang van de vrijwillige financiële bijdrage en de bijdrage leermiddelen die gevraagd wordt en waarmee ingestemd wordt bij de ondertekening van de onderwijsovereenkomst; - naam, adres en telefoonnummer van zijn contactpersoon binnen de onderwijsinstelling. In BBL-bedrijfsopleidingen communiceert het bedrijf de toelating naar de deelnemer. Toelatingsvoorwaarden De Lentiz onderwijsgroep (en de Lentiz mbo s als onderdeel hiervan) is inhoudelijk een samenwerkingsstichting en heeft als grondslag de algemeen bijzondere richting in het onderwijs, waarbij de kenmerken van interconfessioneel onderwijs worden gewaarborgd en ruimte wordt geboden aan het karakter van openbaar onderwijs. Bij haar activiteiten gaat de Lentiz onderwijsgroep uit van de gelijkwaardigheid van mensen. Bij de toelating van deelnemers en de benoeming van personeel wordt geen verschil gemaakt naar godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of leeftijd. Het onderwijs wordt gegeven overeenkomstig de normen en waarden die in de Nederlandse samenleving worden erkend. Deelnemers van elke geloofsovertuiging worden toegelaten tot een leertraject, zolang zij de grondslag en de doelstellingen van de onderwijsinstelling en de opleiding respecteren. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 9/52 OER BKS 2015-2016

De onderwijsinstelling hanteert de wettelijke criteria voor de toelating. De doorstroomrechten van deelnemers voor de verschillende leertrajecten zijn wettelijk bepaald (zie tabel 1a en 1b). Voor sommige leertrajecten worden er door Lentiz toelatingsadviezen aan toegevoegd. Vooropleiding Geen diploma VMBO-BL VMBO KL, GL, of HAVO VMBO KL, GL of HAVO Opleiding Assistentenopleiding / Entreeopleiding Basisberoeps opleiding Duur Naam kwalificatie in BKS 1 1 jaar assistent 2 Vakopleiding 3 Middenkader opleiding Vakopleiding voor eenzelfde beroep of beroepencategorie. Specialistenopleiding 4 4 2-3 jaar 2-3 jaar 3-4 jaar 1-2 jaar vakman 2 vakman 3 Middenkader -functionaris vakman 4 Werkzaamheden Eenvoudige uitvoerende werkzaamheden Uitvoerende (assisterend) werkzaamheden Volledig zelfstandige uitvoering van werkzaamheden Volledig zelfstandige uitvoering van werkzaamheden Volledig zelfstandige uitvoering van werkzaamheden Voorbeelden beroepen Assistent bakker, winkelassistent Kapper, autotechnicus, verkoper detailhandel 1e monteur Filiaalbeheerder en activiteitenbegeleider Mboniveau Doorstroom hbo Tabel 1a: In- en doorstroomrechten voor mbo BKS Bron: http://wetten.overheid.nl/bwbr0007625/hoofdstuk7/titel2/2/artikel724/geldigheidsdatum_29-04- 2013 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/middelbaar-beroepsonderwijs/opleidingen-niveaus-en-leerwegenin-het-mbo Opleidingsniveaus mbo Het mbo kent 4 opleidingsniveaus. Het niveau waarop deelnemers kunnen instromen, is afhankelijk van de vooropleiding en staat in tabel 1a weergegeven. Hier zijn tevens de doorstroommogelijkheden naar het hoger beroepsonderwijs en een indicatie van de werkzaamheden en de voorbeeldberoepen te vinden voor de verschillende opleidingsniveaus: Niveau 1 mbo / Entreeopleiding Niveau 2 mbo Niveau 3 mbo Niveau 4 mbo Toelatingseisen MBO De toelatingseisen voor het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) verschillen per opleidingsniveau. Voor de basisberoepsopleiding gelden bijvoorbeeld andere vooropleidingseisen dan voor de middenkaderopleiding. Toelatingseisen assistentopleiding (niveau 1) Voor het volgen van een assistentenopleiding gelden geen toelatingseisen. Ja Ja Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 10/52 OER BKS 2015-2016

Toelatingseisen entreeopleiding (voorheen niveau 1) Entreeopleidingen zijn uitsluitend toegankelijk voor deelnemers die niet aan de vooropleidingseisen voor mbo- 2, mbo-3 of mbo-4 voldoen en die niet meer tot de doelgroep van het vo behoren (d.w.z. volledig leerplichtig zijn). Entreeopleidingen zijn evenmin toegankelijk voor deelnemers met veel problemen die wel aan de vooropleidingseisen voldoen; zij kunnen tijdelijk worden opgevangen en begeleid in een plusvoorziening. Toelatingseisen basisberoepsopleiding (niveau 2) Voor de basisberoepsopleiding gelden geen toelatingseisen als er geen assistentopleiding is die opleidt voor hetzelfde beroep. Als deze er wel is gelden de volgende toelatingseisen: basisberoepsgerichte leerweg of kaderberoepsgerichte leerweg: een diploma lager beroepsonderwijs (lbo), voorbereidend beroepsonderwijs (vbo) of voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo); theoretische leerweg: een mavo-diploma of vmbo-diploma; gemengde leerweg: een diploma mavo-vbo of een vmbo-diploma; een bewijs van het met gunstig gevolg doorlopen van de eerste 3 leerjaren van de havo of het vwo; een ander diploma of bewijsstuk dat de overheid heeft erkend op basis van een ministeriële regeling; een diploma voor een assistentopleiding die opleidt tot hetzelfde beroep of dezelfde richting. Toelatingseisen vakopleiding (niveau 3) of middenkaderopleiding (niveau 4) Voor de vakopleiding en de middenkaderopleiding gelden dezelfde toelatingseisen: kaderberoepsgerichte leerweg: een diploma voor lbo, vbo of vmbo; theoretische leerweg: een diploma voor mavo of vmbo; gemengde leerweg: een diploma mavo-vbo of vmbo; een bewijs van het met gunstig gevolg doorlopen van de eerste 3 leerjaren van de havo of het vwo; een ander diploma of bewijsstuk dat de overheid heeft erkend op basis van een ministeriële regeling. Toelatingseisen specialistenopleiding (niveau 4) Om de specialistenopleiding te volgen, heeft u een diploma nodig van de vakopleiding (niveau 3), voor hetzelfde beroep of dezelfde opleidingsrichting. Mbo-instellingen verantwoordelijk voor toelatingsbeleid In de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) staat dat mbo-instellingen zelf verantwoordelijk zijn voor hun toelatingsbeleid. Een mbo-instelling mag een deelnemer in bijzondere gevallen toelaten tot een beroepsopleiding, ook als de deelnemer niet voldoet aan de voorwaarden. Dit kan alleen als de mbo-instelling verwacht dat de aspirant-deelnemer de opleiding met goed resultaat zal kunnen doorlopen. Het is ook mogelijk dat de instelling een deelnemer weigert voor een bepaalde beroepsopleiding. De instelling moet dit schriftelijk motiveren. Als er geen mogelijkheid is om de opleiding aan een andere instelling te volgen, kan de mbo-instelling de deelnemer niet weigeren. Ook kan de mbo-instelling de inschrijving dan niet intrekken. Focus op vakmanschap 2011-2015 actieplan mbo Om het actieplan Focus op vakmanschap te kunnen uitvoeren is de wet aangepast. De drempelloze instroom (instroom zonder diploma) voor mbo niveau 2 gaat vervallen. Voor jongeren zonder vooropleiding komt er een entreeopleiding. Deze entreeopleiding komt in de plaats van het mbo niveau 1 en de Arbeidsmarktkwalificerende assistentenopleiding (AKA). De entreeopleiding geeft toegang tot mbo-2. Of bereidt jongeren die geen startkwalificatie kunnen behalen voor op de arbeidsmarkt. Deze wetswijziging is per 1 augustus 2014 ingegaan. Bron: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/middelbaarberoepsonderwijs/vraag-en-antwoord/wat-zijn-de-toelatingseisen-voor-het-middelbaar-beroepsonderwijsmbo.html Formele eisen ten aanzien van de leerplicht: De leerplicht houdt in dat kinderen verplicht naar een onderwijsinstelling moeten. Vanaf het moment dat een kind 5 jaar is tot het einde van het schooljaar waarin het kind 16 jaar wordt, is het op grond van de Leerplichtwet verplicht naar onderwijsinstelling te gaan (leerplichtig). De ouder moet het kind inschrijven op een onderwijsinstelling en ervoor zorgen dat zijn/haar kind naar school gaat. De leerplicht geldt voor iedereen die in Nederland woont. Ook kinderen met een niet-nederlandse nationaliteit, asielzoekers in de leerplichtige leeftijd en kinderen die illegaal in Nederland verblijven zijn leerplichtig en moeten dus verplicht naar school. Een deelnemer is tot het schooljaar volgende op het moment van 16 jaar worden volledig leerplichtig en dient dus voltijds dagonderwijs te volgen. Pas het schooljaar volgende op het moment waarop een deelnemer 16 Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 11/52 OER BKS 2015-2016

jaar is geworden, is hij kwalificatieplichtig. Vanaf dat moment kan een deelnemer toegelaten worden tot een BBL-leertraject of een deeltijd BOL-leertraject. Bron: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/leerplicht Formele eisen ten aanzien van de kwalificatieplicht: De kwalificatieplicht gaat in zodra een deelnemer niet langer volledig leerplichtig is. In de meeste gevallen is dat zodra de deelnemer de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt. Vanaf dat moment is de deelnemer kwalificatieplichtig. De kwalificatieplicht verplicht een deelnemer onderwijs te volgen totdat hij/zij 18 jaar wordt of een startkwalificatie heeft gehaald. Een startkwalificatie is een diploma op havo-, vwo- of mbo-2 niveau. Tijdens de kwalificatieplicht gaat de deelnemer elke dag naar school of kiest hij/zij voor de combinatie van leren en werken (BBL). Alle voortijdig schoolverlaters (jongeren tot 23 jaar zonder startkwalificatie die geen onderwijs meer volgen) moeten door scholen bij het Regionale Meld en Coördinatie punt (RMC) gemeld worden. Dit is geregeld in de verschillende onderwijswetten (VO, BVE). Vanaf je 18de verjaardag ben je niet meer leerplichtig/kwalificatieplichtig (zie leerplichtwet). Bron: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/leerplicht/leerplicht-en-kwalificatieplicht Criteria specifiek voor een bepaald leertraject (advies): Naast de minimumeisen ten aanzien van vooropleiding is het mogelijk dat de onderwijsinstelling ook een gewenst vooropleidingprofiel voor bepaalde leertrajecten heeft gedefinieerd. Aspirant-deelnemers die instromen met het gewenste vooropleidingprofiel hebben een grotere kans het leertraject binnen de gestelde tijd met een goed resultaat af te ronden. Uitgebreide informatie hierover krijg je bij de toelatingscommissie van het leertraject van je keuze. Als de onderwijsinstelling voorafgaand aan een leertraject verwacht dat een aspirant-deelnemer het leertraject niet binnen de reguliere tijd kan afronden, kunnen afspraken gemaakt worden ten aanzien van voorbereidende en ondersteunende activiteiten die gekoppeld kunnen worden aan de inschrijving. Hierdoor kunnen hiaten voorafgaand aan het leertraject worden opgevuld. De omschrijving van voorbereidende en ondersteunende activiteiten wordt opgesteld op basis van het intakegesprek met de (aspirant) deelnemer en vastgelegd in de onderwijsovereenkomst. Een onderwijsinstelling heeft ook het recht aspirant-deelnemers die niet voldoen aan de eisen (en dus geen doorstroomrechten hebben) op basis van de aanmelding en intake toch toe te laten tot een leertraject (dit recht ligt bij de onderwijsinstelling en expliciet niet bij de aspirant-deelnemer). Dit kan de onderwijsinstelling doen als zij op basis van de aanmelding en intake voldoende vertrouwen heeft dat een aspirant-deelnemer het betreffende leertraject inderdaad met goed gevolg kan volgen en afsluiten. 2.4 De inschrijving De onderwijsovereenkomst BKS en examenovereenkomst Na de toelating van een deelnemer vindt inschrijving plaats. Aan de inschrijving ligt een overeenkomst tussen de onderwijsinstelling en de deelnemer ten grondslag. Dat wil zeggen tussen elke deelnemer, bij minderjarigheid met de ouders/wettelijke vertegenwoordigers en het bevoegd gezag wordt een onderwijsovereenkomst (OOK) afgesloten. Deze onderwijsovereenkomst regelt, in combinatie met het deelnemersstatuut, de afspraken tussen de onderwijsinstelling en de deelnemer. Tevens biedt het duidelijkheid over het te volgen leertraject en het bijbehorende streefdiploma. De naam van het streefdiploma is in het Centraal Register Beroepsopleidingen (crebo) opgenomen; dit is de officiële crebo-naam. Deze kwalificatienaam wordt ook gehanteerd op het diploma van de opleiding. Het model onderwijsovereenkomst (OOK) BKS van Lentiz is weergegeven in bijlage 1 en het deelnemersstatuut is eveneens bijgevoegd in een bijlage onder deze link: http://www.lentiz.nl/lentiz.nl/up1/zcxicprigcb_deelnemersstatuut_mbo.pdf Wanneer een deelnemer zich inschrijft voor een BBL-traject, dient er naast een ingevulde en ondertekende OOK eveneens een ingevulde en ondertekende Praktijkovereenkomst (POK) te worden afgesloten tussen deelnemer, praktijkleerbedrijf (werkgever) en het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling. Indien een deelnemer alleen wordt ingeschreven om deel te nemen aan (een deel van) het examen dan wordt deze deelnemer ingeschreven als examendeelnemer. Een examendeelnemer (extraneus) is een deelnemer die niet ingeschreven staat voor het onderwijsprogramma, maar wel voor het examenprogramma. De Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 12/52 OER BKS 2015-2016

onderwijsinstelling brengt de kosten voor de afname van examens in rekening bij de examendeelnemer. De examenovereenkomst (EOK) regelt de rechten en plichten (inclusief de kosten) van de examendeelnemer. Het model examenovereenkomst (EOK) BKS is opgenomen in bijlage 1. Inschrijving in een BKS-leertraject en de waarborgen voor de deelnemer De Lentiz onderwijsgroep voert in het cohort 2015-2016 leertrajecten uit die gericht zijn op de beroepsgerichte kwalificatiestructuur(bks). Alle nieuwe deelnemers voor het cohort 2015-2016 die een BKS leertraject volgen worden ingeschreven in leertrajecten die zijn opgezet conform de door de minister vastgestelde beroepsgerichte kwalificatiestructuur (BKS). Hierdoor is de inhoud van de leertrajecten actueel en de vormgeving praktijkgestuurd. Er zijn een aantal punten bij leertrajecten onder de BKS anders dan bij de oude eindtermgerichte opleidingen. Voor de inschrijving in leertrajecten onder de BKS gelden daarom een aantal speciale aanvullende regels die voor alle betrokken deelnemers gelden: 1. De beroepsgerichte kwalificaties (BKS) zijn opgesteld door Aequor, het kenniscentrum bedrijfsleven en beroepsonderwijs voor de groene sectoren, en zijn vastgesteld door de Minister van EZ. 2. Het Ministerie van OCW moet goedkeuring gegeven hebben voor het opzetten van de leertrajecten onder de BKS en toestemming gegeven hebben om de deelnemers in te schrijven. 3. De leertrajectplannen en examenprogramma s van de BKS-leertrajecten zijn opgenomen in de OER BKS 2015-2016 (zie bijlagen). Dit is de basis voor de inschrijving. 4. Aangezien de BKS leertrajecten gericht zijn op het leveren van maatwerk ligt niet alles binnen een leertraject vooraf vast. Dat betekent dat gedurende het leertraject, mede onder invloed van de keuzes van de deelnemer, concrete invullingen worden gegeven aan de leeractiviteiten en dat er tijdens de opleiding wijzigingen kunnen worden doorgevoerd in het leertraject (indien de situatie hierom vraagt). Hierover wordt door de onderwijsinstelling gecommuniceerd met de betreffende deelnemers. 5. De onderwijsinstelling is gehouden om de inschrijving van de deelnemers in deze leertrajecten vast te leggen in een onderwijsovereenkomst BKS (OOK BKS) met de juiste kwalificatienaam en crebo-code. 6. Ook op de praktijkovereenkomst (POK) BKS worden deze kwalificatiegegevens opgenomen. 7. Indien er bij een (domein-)crebonummer meerdere uitstromen zijn, wordt de deelnemer ingeschreven op het basiscrebonummer bij het begin van de opleiding. Dit wordt in de OOK BKS en de POK BKS van de deelnemer vastgelegd. Zodra bekend is in welke uitstroom de deelnemer ingeschreven wordt, wordt dit in de OOK aangepast en in de eerstvolgende POK BKS van de deelnemer vastgelegd. Als bij aanvang van de opleiding de uitstroomkwalificatie waarvoor de deelnemer zich gaat inschrijven bekend is wordt hij/zij direct op het uitstroomcrebonummer ingeschreven. Dit uitstroomcrebonummer geeft de uitstroomkwalificatie van de opleiding weer. 8. Het is mogelijk dat deelnemers gedurende de opleiding worden overgeschreven naar een nieuwe BKS opleiding zodat de deelnemer de meest actuele opleiding volgt en een daarbij horende diploma krijgt. Indien een deelnemer gedurende zijn opleiding overgaat naar een nieuwe BKS opleiding dan dient dit altijd in overleg met de deelnemer te gaan. Overschrijven kan alleen als de deelnemer hiervan geen nadelige gevolgen ondervindt. Er moet dan altijd een nieuwe onderwijsovereenkomst getekend worden. In het schooljaar 2015-2016 is het mogelijk om ingeschreven te worden in de leertrajecten onder de BKS, aangeboden door de mbo s van de Lentiz onderwijsgroep. Deze actieve opleidingen zijn benoemd op de website van de Lentiz onderwijsgroep www.lentiz.nl. Inschrijving beroepsopleidende leerweg (BOL) De formele bekrachtiging van de inschrijving als deelnemer geschiedt dus door het ondertekenen van de onderwijsovereenkomst (OOK) door de onderwijsinstelling en de deelnemer (en in geval van minderjarigheid ook door diens ouders of wettelijke vertegenwoordigers). In de loop van het leertraject worden in het verlengde van de inschrijving één of meer praktijkovereenkomsten-pok s gesloten die onderwijsinstelling, deelnemer (en in geval van minderjarigheid ook door diens ouders/wettelijke vertegenwoordigers) en praktijkbedrijf ondertekenen (zie voor nadere informatie 3.4.1 en bijlage 1). Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 13/52 OER BKS 2015-2016

In het kader van studiefinanciering (ouder dan 18) of tegemoetkoming studiekosten (van 16 tot 18 jaar) voor de deelnemer en financiering van het onderwijs door de overheid is het volgende van belang: De inschrijving aan een voltijdsopleiding in de beroepsopleidende leerweg (BOL) geldt als een voorlopige inschrijving voor deelnemers die op 31 juli van dat jaar 18 jaar of ouder zijn. De inschrijving wordt definitief op het moment waarop de onderwijsinstelling van deze aspirantdeelnemer heeft aangemeld in het Basis Register Onderwijs Nummer (BRON). Indien de onderwijsinstelling uiterlijk 3 schooldagen vóór 1 oktober niet alle gegevens van de deelnemer heeft ontvangen die benodigd zijn voor het afronden van de inschrijving, wordt de inschrijving door de onderwijsinstelling ingetrokken. De intrekking van de inschrijving geschiedt schriftelijk en is met redenen omkleed. Een deelnemer kan ook ingeschreven worden voor een deeltijd BOL opleiding. De deelnemer doet dan een BOL opleiding in deeltijd en hoeft geen arbeidscontract bij een voor de opleiding relevant bedrijf te hebben zoals bij de BBL. De deelnemer gaat immers stage lopen op verschillende bedrijven. Doordat de deelnemer minder tijd aan de opleiding besteedt zal de opleiding wel langer duren. Daarnaast zal de deelnemer bij de meeste deeltijd BOL opleidingen niet voldoen aan de urennorm. Hierdoor heeft de deelnemer geen recht op studiefinanciering. Inschrijving beroepsbegeleidende leerweg (BBL) Voor de leertrajecten in de beroepsbegeleidende leerweg, kortweg BBL, zijn voor de formele bekrachtiging van de inschrijving twee documenten vereist. Onderwijsovereenkomst De inschrijving voor het leertraject en met name de inschrijving voor de opleidingscomponent geschiedt door het ondertekenen van de onderwijsovereenkomst (OOK) door de onderwijsinstelling en de deelnemer (en in geval van minderjarigheid diens ouders/wettelijke vertegenwoordigers). Praktijkovereenkomst Omdat in de BBL het zwaartepunt van het leertraject ligt in de beroepspraktijkvorming, is om de inschrijving te completeren een tweede document vereist. De inschrijving voor een leertraject in de beroepsbegeleidende leerweg wordt pas definitief als de door de onderwijsinstelling opgestelde praktijkovereenkomst (POK; zie bijlage 4) is ondertekend door de onderwijsinstelling, het praktijkbedrijf en de deelnemer (en in geval van minderjarigheid diens ouders of wettelijke vertegenwoordigers) én bovendien het cursusgeld betaald is. Zodra in de BBL de OOK door alle partijen ondertekend is, is de deelnemer ingeschreven. Deze inschrijving geldt, zolang de POK ontbreekt, echter als een voorlopige inschrijving, die een geldigheidsduur heeft van 3 maanden. Administratieve afwikkeling Voor de administratieve afwikkeling van de inschrijving is het nodig dat de onderwijsinstelling over een aantal documenten beschikt. - Kopieën diploma en cijferlijst van de vooropleiding (en eventueel andere relevante documenten): Een aspirant-deelnemer dient zo spoedig mogelijk na diplomering een kopie van zijn diploma en een kopie van de bijbehorende cijferlijst aan de onderwijsinstelling op te sturen. De onderwijsinstelling geeft hiervoor aanwijzingen aan de deelnemer. BOL-deelnemers: Sinds studiejaar 2011-2012 is de onderwijskaart afgeschaft. De inning van het lesgeld vindt vanaf studiejaar 2012-2013 plaats o.b.v. de inschrijvingen in het Basis Register Onderwijs Nummer (BRON). Deelnemers of hun ouders/wettelijke vertegenwoordigers krijgen hiervoor automatisch een acceptgiro toegezonden. 2.5 Bijzonderheden Voor deelnemers die tussentijds instromen gelden aangepaste data en termijnen voor aanmelding en inschrijving. De onderwijsinstelling bekijkt per geval of en onder welke voorwaarden een deelnemer tussentijds toegelaten kan worden tot een leertraject. Ook voor leertrajecten die starten op een andere datum gelden aangepaste data en termijnen voor aanmelding en inschrijving. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 14/52 OER BKS 2015-2016

Vroegtijdig schoolverlaten In de RMC-wetgeving (RMC: regionaal meld- en coördinatiepunt) is onder meer vastgelegd dat het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling verplicht is bij jongeren die niet meer leerplichtig zijn (ouder dan 18, jonger dan 23 jaar) en nog geen startkwalificatie hebben melding te doen bij de woongemeente als er sprake is van voortijdig schoolverlaten. Concreet betekent dit dat scholen een meldplicht hebben als deze jongeren gedurende een maand zonder geldige reden het onderwijs niet meer volgen of van de opleiding worden uitgeschreven of verwijderd. Melding moet bij de woongemeente van de deelnemer. Alle gemeenten in Nederland moeten voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar registreren en ervoor zorgen dat zij via een passend traject (onderwijs, baan of een combinatie daarvan) alsnog een startkwalificatie kunnen behalen. Gemeenten participeren in een van de 39 RMC-regio s. Per regio coördineert één contactgemeente de melding en registratie van voortijdig schoolverlaters door scholen. De contactgemeente is de coördinator in een regionaal samenwerkingsverband van overheid, onderwijs, jeugdzorg, justitie en arbeid. Hieronder is in een schema weergegeven wanneer een mbo-onderwijsinstelling (en ook andere scholen) verplicht is volgens de Leerplichtwet en de RMC-wet voortijdig schoolverlaten te melden aan de gemeente. Wanneer iemand moet worden gemeld hangt af van de leeftijd van de deelnemer en de daaraan verbonden leerplichtstatus : leerplichtig, kwalificatieplichtig of bovenleerplichtig. Welke deelnemers Welke scholen melden Wat melden Wanneer melden 5 tot 18 jaar: PO, VO SO, MBO inschrijvingen binnen 1 week Leerplichtig & Kwalificatieplichtig uitschrijvingen verzuim van 3 dagen dezelfde dag verzuim van 1/8 deel van de lestijd van 4 opeenvolgende weken 18 tot 23 jaar*: VO, VSO, MBO inschrijvingen dezelfde dag bovenleerplichtig uitschrijvingen afwezig 1 maand * zonder startkwalificatie Tabel 1b: Meldingsplicht instelling ihkv Leerplichtwet en de RMC-wet voortijdig schoolverlaten 2.6 Vrijstellingen Het begrip vrijstellingen wordt gehanteerd als overkoepelende term voor deelnemers die een bepaald onderdeel van de kwalificatiestructuur niet meer hoeven te doen omdat zij op basis van voorkennis (blijkend uit een certificaat of diploma) een verzoek voor vrijstelling kunnen indienen en gehonoreerd krijgen. Vrijstellingen worden aangevraagd tijdens de intake bij de opleidingsexamensecretaris van de onderwijsinstelling. Vrijstellingen kunnen formeel enkel worden afgegeven voor deelkwalificaties of voor de examenonderdelen Nederlandse taal, rekenen en Engels. Aangezien er in de leertrajecten onder de BKS officieel geen deelkwalificaties meer worden onderscheiden kan een certificaat voor een behaalde deelkwalificatie niet rechtstreeks vertaald worden in een vrijstelling. Wanneer een deelnemer een vrijstelling voor een deel van zijn/haar onderwijstraject wil aanvragen kan hij/zij hiervoor een verzoek indienen bij de opleidingsexamencommissie. De opleidingsexamencommissie besluit in alle gevallen op individuele basis of de aangevraagde vrijstelling kan worden toegekend. Indien de deelnemer in het bezit is van een certificaat (bijvoorbeeld van een andere instelling) of een ander bewijsstuk dan kan hij/zij hiervoor een verzoek indienen bij de opleidingsexamencommissie. De opleidingsexamencommissie besluit in alle gevallen of de aangevraagde vrijstelling kan worden toegekend. Vrijstellingen worden in principe alleen verleend voor de examenonderdelen Nederlandse taal, rekenen en Engels, PvB s of voor wettelijke beroepsvereisten/branchevereisten (vaak deelkwalificaties) indien dit in de opleiding past. Bij dit laatste kan gedacht worden aan alle extern erkende eenheden zoals het trekkerrijbewijs, spuitlicentie, veiligheidscertificaat. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 15/52 OER BKS 2015-2016

Het is in het geval van Algemeen Vormend Onderwijs (AVO), bijvoorbeeld bij de vakken zoals Rekenen, Moderne Vreemde Talen en Nederlands niet mogelijk om een onderwijsvrijstelling te krijgen omdat de deelnemer zijn vaardigheden op deze vlakken dient te onderhouden. De invulling van het onderwijstraject kan wel op individuele basis worden vormgegeven. Tevens moeten alle deelnemers deelnemen aan de Centrale examens, tenzij zij reeds een Centraal Examen op het betreffende referentieniveau hebben behaald (in het VO of mbo) in de afgelopen 2 jaar. Uitgangspunten binnen het vrijstellingenbeleid van Lentiz zijn dat deelnemers in elk geval aan de onderhoudsplicht moeten blijven voldoen en bovendien moeten voldoen aan de urennorm die is gesteld voor bekostiging van de opleiding. Bovenstaande tekst geeft de algemene kaders voor vrijstellingen weer. Op individuele basis kunnen afspraken worden gemaakt over vrijstellingen of maatwerktrajecten. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 16/52 OER BKS 2015-2016

3. ONDERWIJSREGELING: LEERTRAJECTEN INRICHTING EN INHOUD BKS 3.1 Opleidingsniveaus Een beroepsopleiding leidt op tot een kwalificatie (een diploma) voor een beroep of een groep van beroepen op een bepaald kwalificatieniveau. Er zijn in het mbo vier kwalificatieniveaus. Zie voor uitleg van de kwalificaties tabel 1a in paragraaf 2.3.1 van deze OER. Elk leertraject heeft een eigen wettelijke naam, die geregistreerd is in het Centraal Register Beroepsopleidingen (crebo) dat jaarlijks door het Ministerie van OCW wordt vastgesteld en gepubliceerd. De beroepskwalificatie die je met dat leertraject kunt behalen heeft een dubbele naam: een 'voornaam', waaraan je het niveau van het leertraject kunt aflezen; en een 'achternaam', die aangeeft voor welk beroep of welke groep van beroepen de opleiding opleidt. Deze naam van de kwalificatie staat vermeld op de onderwijsovereenkomst (Bijlage 1a OOK; zie ook par. 2.4.1). Tot welk beroep of welke groep van beroepen je wordt opgeleid, kun je zien aan de 'achternaam' van het leertraject. Bijvoorbeeld: assistent voedsel & leefomgeving, medewerker natuur & leefomgeving of middenkaderfunctionaris natuur & leefomgeving. Een overzicht van de kwalificaties waarvoor iemand binnen de Lentiz onderwijsgroep kan worden opgeleid is opgenomen in het centraal register beroepsopleidingen (crebo). De opleidingen worden gebaseerd op de kwalificatiedossiers zoals die per opleiding worden vastgesteld door de Minister van OCW. De kwalificatiedossiers van de opleidingen van de Lentiz onderwijsgroep worden opgesteld door Aequor en de Stichting Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Voor uitgebreide informatie hierover is te vinden opwww.kwalificatiesmbo.nl. Het voorlichtingsmateriaal van de Lentiz onderwijsgroep biedt voor (aspirant) deelnemers en ouders een goed overzicht van de leertrajecten die je binnen de Lentiz onderwijsgroep kunt volgen. Deze informatie kan ook gevonden worden op de website van de Lentiz onderwijsgroep: www.lentiz.nl. Natuurlijk kan de informatie ook worden opgevraagd bij de administratie van de onderwijsinstelling. 3.2 Leertrajecten en leerwegen Een leertraject leidt op tot één of meer beroepen. In een leertraject worden in ieder geval de competenties aangeleerd van één beroepskwalificatie zoals deze landelijk zijn gedefinieerd in de kwalificatiestructuur BKS. Als bewijsstuk dat een leertraject afgerond is én de kwalificatie behaald is, wordt een diploma uitgereikt. Een leertraject dat opleidt tot een bepaalde kwalificatie kun je volgen langs twee leerwegen: - de beroepsbegeleidende leerweg (BBL); - de beroepsopleidende leerweg (BOL). Het onderscheid tussen de leerwegen BOL en BBL wordt gevormd door de volgende factoren: 1. De omvang van de beroepspraktijkvorming (BPV) als onderdeel van het leertraject. In de BBL ligt het zwaartepunt op het leren in de praktijk, in de BOL ligt het zwaartepunt op het leren op de onderwijsinstelling: Het onderwijsprogramma voor een opleiding in de beroepsopleidende leerweg voldoet aan de eisen met betrekking tot voldoende begeleide onderwijsuren en uren beroepspraktijkvorming, bedoeld in het eerste lid, indien het bevoegd gezag voor de deelnemer een onderwijsprogramma verzorgt dat: a. voor de entreeopleiding ten minste 1000 klokuren omvat waarvan ten minste 600 begeleide onderwijsuren; b. voor een eenjarige basisberoepsopleiding en voor de specialistenopleiding ten minste 1000 klokuren omvat, waarvan ten minste 700 begeleide onderwijsuren en ten minste 250 klokuren beroepspraktijkvorming; c. voor een tweejarige basisberoepsopleiding en voor een tweejarige vakopleiding ten minste 2000 klokuren omvat, waarvan ten minste 1250 begeleide onderwijsuren en ten minste 450 klokuren beroepspraktijkvorming, met dien verstande dat in het eerste studiejaar ten minste 700 begeleide onderwijsuren worden verzorgd; d. voor een driejarige vakopleiding en de middenkaderopleiding ten minste 3000 klokuren omvat, waarvan ten minste 1800 begeleide onderwijsuren en ten minste 900 klokuren beroepspraktijkvorming, met dien verstande dat in het eerste studiejaar ten minste 700 begeleide onderwijsuren worden verzorgd. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 17/52 OER BKS 2015-2016

Het onderwijsprogramma voor een opleiding in de beroepsbegeleidende leerweg voldoet aan de eisen met betrekking tot voldoende begeleide onderwijsuren en uren beroepspraktijkvorming, bedoeld in het eerste lid, indien het bevoegd gezag voor de deelnemer een onderwijsprogramma verzorgt dat elk studiejaar ten minste 850 klokuren omvat, waarvan ten minste 200 begeleide onderwijsuren en ten minste 610 klokuren beroepspraktijkvorming. 2. De aard van de relatie tussen de deelnemer en het praktijkleerbedrijf. BOL In de BOL worden voor een deelnemer tijdens het leertraject in de regel meerdere praktijkovereenkomsten voor relatief korte periodes aangegaan met meerdere bedrijven ten behoeve van het leren in de BPV. BBL In de BBL bestaat er in principe vanaf het begin van het leertraject een arbeidsovereenkomst van minimaal 20 uur tussen één deelnemer en één werkgever voor in ieder geval de duur van het leertraject ten behoeve van het leren in de BPV. De afspraken over het leren in de BPV worden vastgelegd in een praktijkovereenkomst. 3.3 Lentiz leertrajectnaam De onderwijsinstelling kan een specifieke naam aan een leertraject geven die gebruikt wordt in het dagelijkse taalgebruik. Deze worden opgenomen in de informatiefolders, studiegids en voorlichtingsmateriaal van de Lentiz onderwijsgroep. De naam van de kwalificatie die aan het einde van het leertraject kan worden behaald staat vast en luidt zoals in de kwalificatiestructuur BKS is vermeld. Deze officiële kwalificatienaam wordt aan het einde van het leertraject op het diploma vermeld. 3.4 Inrichting en inhoud van de BKS-leertrajecten. Elk leertraject is opgebouwd uit een BPV-component en een onderwijscomponent. Deze componenten worden hieronder toegelicht: Beroepspraktijkvorming (BPV) Tijdens de beroepspraktijkvorming (BPV) worden de mbo-deelnemers volledig in het bedrijf ingewerkt. Hierdoor ervaren zij in de praktijk het beroep waarvoor ze leren. Stichting Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, vertegenwoordiging van het bedrijfsleven, is verantwoordelijk voor het erkennen van voldoende BPV-plaatsen. De mbo-scholen begeleiden deelnemers naar een BPV-plek en ondersteunen hen tijdens het traject. Op www.stagemarkt.nl vind je de registers van de erkende leerbedrijven. Op www.stagemarkt.nl staat een overzicht van alle bedrijven die erkend zijn als leerbedrijf. Als deelnemers het praktijkonderwijs willen volgen bij een niet-erkend bedrijf dan moet dit bedrijf alsnog erkend worden als leerbedrijf. Hieraan zijn enkele criteria verbonden, zoals het voldoen aan de begeleiding- en beoordelingscompetenties. SBB ondersteunt de leerbedrijven bij hun opleidingsfunctie en beoordelen de kwaliteit van de leerbedrijven. Let op, het leerbedrijf moet een erkenning hebben voor het crebonummer van de opleiding die de deelnemer volgt! In de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) neemt de BPV een centrale plaats in. In de BPV worden competenties, kerntaken en werkprocessen geoefend, lesstof wordt in praktijk gebracht, specifieke beroepsvaardigheden worden aangeleerd en het beheersen van bepaalde competenties wordt getoetst. Het belang van de BPV wordt bekrachtigd door het feit dat een voldoende beoordeling voor de BPV binnen alle leertrajecten noodzakelijk is voor de diplomering van een deelnemer. Zie hiervoor verder examinering en diplomering in hoofdstuk 4. De BPV is een wettelijk verplichte component in elk leertraject, waarbij het aandeel BPV van een leertraject per leerweg kan verschillen binnen de wettelijk bepaalde grenzen (zie 3.2). De verplichting om BPV in ieder leertraject op te nemen heeft tot gevolg dat deelnemers een aantal verplichte BPV-uren moeten doorlopen. Het aantal verplichte BPV-uren kan verschillen voor de verschillende leertrajecten en leerwegen. De onderwijsinstelling is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en programmering van het gehele leertraject inclusief het aantal geprogrammeerde en verplichte BPV-uren. Een overzicht hiervan is per leertraject opgenomen in het opleidingsplan en examenprogramma in deel 2 van deze OER BKS. Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 18/52 OER BKS 2015-2016

De BPV wordt verzorgd op grondslag van een praktijkovereenkomst (POK), gesloten tussen de onderwijsinstelling, de deelnemer en het bedrijf dat de BPV verzorgt. Dit is van belang aangezien de BPV alleen gevolgd mag worden op een door Aequor/SBB erkend praktijkbedrijf. In bijlage 4 is het model praktijkovereenkomst, vastgesteld door de Raad van Bestuur opgenomen, waarbij er één variant is voor de BOL en één voor de BBL. In de praktijkovereenkomst zijn de rechten en plichten geregeld van alle betrokken partijen. De praktijkovereenkomst omvat onder andere: de duur van de overeenkomst en de omvang van de periode van beroepspraktijkvorming; dat deel van de competenties, kerntaken en werkprocessen dat de deelnemer tijdens de BPVperiode dient te leren; de begeleiding van de deelnemer door het praktijkbedrijf en vanuit de onderwijsinstelling; nadere bepalingen en de gevallen waarin en de wijze waarop de praktijkovereenkomst voortijdig kan worden ontbonden. Uitgangspunt voor de begeleiding van de deelnemer tijdens de BPV is dat het praktijkbedrijf die de beroepspraktijkvorming verzorgt, ook zorg draagt voor de begeleiding van de deelnemer binnen het bedrijf. Verder is de onderwijsinstelling verantwoordelijk voor de beoordeling of de deelnemer uiteindelijk de benodigde competenties (kennis en vaardigheden) kan demonstreren aan de hand van het uitvoeren van kerntaken en of werkprocessen. Het oordeel van het praktijkbedrijf wordt betrokken bij deze beoordeling. Alle nadere informatie over de beroepspraktijkvorming waaronder de organisatie, planning en de beoordelingen worden door de onderwijsinstelling tijdig kenbaar gemaakt aan de deelnemers. 3.4.2 Onderwijscomponent De onderwijscomponent van een leertraject bevat een deel 'theorie' én een deel 'praktijkleren' als onderdeel van de theorie of onderwijscomponent. Hieronder volgt een globale indeling. Theorie Onder theorie vallen: theorielessen, workshops, bewerkings- en verwerkingsuren, dagtaken, weektaken, toetsing & examinering en studiebegeleiding/coaching gericht op het beheersen van de competenties, kerntaken en werkprocessen. Praktijkleren Bij praktijkleren gaat het formeel om activiteiten gericht op het leren werken in de praktijk als onderdeel van de theorievorming, niet zijnde de beroepspraktijkvorming. Praktijkleren zijn dan alle activiteiten gericht op het leren werken in de praktijk, het opdoen van ervaringen in de praktijk of het kennis nemen van verschijnselen uit de praktijk. Naast de BPV kunnen er drie gebieden binnen praktijkleren worden onderscheiden: Praktijkschoolprogramma s (bij het PTC+ en/of IPC groene ruimte); Praktijkleren in bedrijf/regio (bv. buitenschoolse praktijkprojecten, excursies, oriënterende praktijk en practica); Praktijkleren op school (bv. praktijksimulaties, practica, gastdocentschap en rollenspellen). Voor ieder leertraject wordt het onderwijs anders vormgegeven. De theorie- en praktijkleercomponenten worden hierin verwerkt. 3.5 Opbouw van een leertraject onder de Beroepsgerichte Kwalificatiestructuur (BKS) Aan ieder leertraject ligt een kwalificatieprofiel uit de BKS ten grondslag. Hierin is beschreven wat de werkprocessen en kerntaken zijn die bij een bepaald beroep horen. Tevens is beschreven welke competenties (vakkennis en vaardigheden) een deelnemer moet hebben om de werkprocessen en kerntaken goed te kunnen uitvoeren. De leertrajecten zijn erop gericht deelnemers zo op te leiden en zich te laten ontwikkelen dat ze alle benodigde competenties hebben en dit aan de hand van het uitvoeren van kerntaken en werkprocessen kunnen laten zien. Bij het vormgeven en uitvoeren van onderwijs onder de BKS worden de onderdelen onderscheiden die zijn opgenomen in figuur 1: Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 19/52 OER BKS 2015-2016

Kwalificatieprofiel met daarin de beroepspraktijk en het beroep Opleidingsplan & Examenprogramma Werkprocessen, Kerntaken, Vakkennis en Vaardigheden - Werkprocessen - Kerntaken -Nederlands, MVT & Rekenen -Ontwikkeling in Loopbaan en Burgerschap (LB) -Beroepspraktijkvorming (BPV) -Vrije ruimte activiteiten -Praktijkleren -Coachen en begeleiden (portfolio) Examen - Proeve van Bekwaamheid - AVO examens (IE s & CE s) - Beroepspraktijkvorming (BPV) Voorwaardendossier - Voorwaardelijke opdracht(en), voorbereidend op het examen Diploma Figuur 1: De opbouw van een leertraject BKS. Wat verstaan we onder de veelvoorkomende begrippen? AVO Algemeen Vormend Onderwijs. Dit deel van het onderwijs dat niet praktijkgericht is. Bijvoorbeeld talen, loopbaan & burgerschap, rekenen. Beroepspraktijkvorming (BPV) Onderwijs dat plaatsvindt in de praktijk (bij een bedrijf of organisatie) en deel uitmaakt van elk leertraject. Coachen en begeleiden Dit is de studieloopbaanbegeleiding van de deelnemer tijdens zijn leertraject. Tevens krijgt de deelnemer begeleiding bij zijn persoonlijke ontwikkeling en bij eventueel voorkomende (sociaal-emotionele) problemen. Om dit goed vorm te geven krijgt iedere deelnemer een studieloopbaancoach toegewezen. Examen Het examen bestaat uit alle Proeven van Bekwaamheid (PvB), alle examens voor de AVO vakken (Centrale Examens AVO en instellingsexamens AVO) van een opleiding en de beoordeling van de Beroepspraktijkvorming. Een Proeve van Bekwaamheid toetst of een deelnemer de competenties heeft om een bepaalde kerntaak/werkproces of kerntaken (van een kwalificatie) uit te voeren. In het opleidingsplan en examenprogramma BKS wordt per leertraject beschreven hoe het examen- en het leertraject zijn ingericht. Voorafgaand aan de deelname aan een PvB moet de deelnemer voldoen aan het voorwaardendossier. De Proeven van Bekwaamheid zijn gebaseerd op de examenstandaarden die zijn ontwikkeld in het landelijke samenwerkingsverband Stichting De groene standaard. De examenstandaarden op hun beurt worden Strategie & Innovatie v.1 / juli 2015 20/52 OER BKS 2015-2016