leeruitstap Kwadrant donderdag 17 mei 2001 hoofdstad van België hart van Europa

leeruitstap Kwadrant donderdag 17 mei 2001 hoofdstad van België hart van Europa

1. Brussel hoofdstad van ons land en Europa Brussel is de hoofdstad van ons land. De koning woont in Brussel en de regering werkt daar in het parlement. De belangrijkste bedrijven en banken hebben er hun zetel. Brussel wordt ook de hoofdstad van Europa genoemd. Er werken veel belangrijke mensen uit alle landen van Europa. En elk land van Europa heeft een ambassade in Brussel. Brussel ligt ongeveer in het midden van ons land. We kunnen er gemakkelijk geraken. Met de trein gaat het vlot. Er zijn drie stations. Het centraal station ligt zelfs in het centrum. Het is onder de grond gebouwd. Met de auto is niet altijd gemakkelijk om in Brussel te komen. Want in en rond Brussel is heel veel verkeer. Er zijn ook dikwijls lange files. Wie uit het buitenland komt kan het vliegtuig nemen. Want bij Brussel ligt Zaventem. Daar is het grootste vliegveld van ons land.

2. Brussel mooie stad Brussel is ook een mooie stad. Mensen uit heel de wereld komen de stad bezoeken. In het centrum staan veel mooie, oude gebouwen. Maar er zijn ook moderne flatgebouwen. Daar hebben grote bedrijven en andere landen uit Europa hun burelen. De Grote Markt van Brussel is wereldbekend. Het stadhuis staat er al meer dan 300 jaar. Het duurde bijna 40 jaar om het te bouwen. Vroeger woonden alleen erg rijke mensen op de markt. Veel gevels op de markt zijn met goud versierd. Rond de markt zijn er gezellige straatjes. Met veel restaurants. De meeste liggen in de Beenhouwersstraat (rue des bouchers). Dat is een smal straatje. Je kunt er bij mooi weer buiten eten. Veel toeristen lopen ook langs het koninklijk paleis. Daar werken de koning en de koningin. Maar ze wonen er niet echt. Onze koning woont in het paleis van Laken. Dat ligt wat verder van het centrum. Niet ver van het paleis loopt de Wetstraat. Daar hebben de meeste ministers hun ministerie. In Brussel zijn er nog veel bekende gebouwen. In de Sint-Goedelekerk huwden prins Filip en prinses Mathilde. De beurs is ook heel bekend. Winkelen kan ook in Brussel. De Sint- Hubertusgalerij is een overdekte winkelstraat. Het dak is helemaal in glas. De Nieuwstraat is de grote winkelstraat in Brussel. Alle grote winkelketens hebben daar een winkel. Het is er altijd heel druk. City 2 is een groot winkelcentrum. Er zijn winkels op verschillende verdiepingen. Je kunt er met roltrappen van de ene winkel naar de andere.

3. de bewoners Brussel is een hele grote stad. Wie de stad helemaal wil verkennen, kan een koets, taxi, een bus of een tram nemen. Maar wie het snel wil doen neemt de metro. Die metro is een tram die in lange tunnels onder de stad rijdt. Ook de stations zijn onder de grond. Er wonen in Brussel meer dan 1 miljoen mensen. De meeste inwoners zijn Belgen. Maar er wonen ook veel vreemdelingen. Ze zijn soms wat vreemd gekleed. In Brussel hoor je veel talen spreken. De meeste Brusselaars spreken Frans. Maar veel mensen begrijpen ook Nederlands. Onze koning Albert II is één van de bekendste inwoners van Brussel. Maar even bekend is zeker manneken-pis. Dat watermannetje woont al sinds 1619 in Brussel. Hij staat niet ver van de markt. Hij is niet groot maar hij krijgt toch veel bezoek. En hij moet dikwijls op de foto. Hij heeft zelfs een zusje. Maar Jeanneke-pis is niet zo bekend. 4. het atomium Wij bezoeken in Brussel één van de meest bekende gebouwen van ons land. Het is het Atomium. Het werd al in 1958 gebouwd. Dat was voor de grote wereldtentoonstelling. Het heeft de vorm van een atoom. Maar dan wel in het groot. Het atomium is 102 meter hoog. Het weegt 2.400 ton. Dat is 2.400.000 kilogram. Het heeft 9 bollen. Drie ervan kunnen we bezoeken. In de bovenste heb je een mooi zicht van de stad. De bollen zijn met buizen aan elkaar verbonden. Door elke buis loopt een roltrap. De langste is 35 meter lang. In het atomium is ook één van de snelste liften van Europa. Het atomium staat bij de Heizel. In de paleizen van de Heizel zijn er veel grote beurzen. We kennen wel het autosalon en ook het landbouwsalon. We zien daar ook het Koning Boudewijnstadion. Daar spelen de rode duivels voetbal.

5. de schoolreis * We vertrekken in het station van Poperinge. De trein van 8.31u. rijdt rechtstreeks naar Brussel. We moeten onderweg niet overstappen. We komen om 10.22u. in het station Brussel-centraal aan. * We nemen de metro naar de Heizel. De rit duurt ongeveer 15 minuten. Op de Heizel bezoeken we het atomium. Daarna rijden we met de metro terug naar het centrum van Brussel. * Aan de beurs bezoeken we het Scientastic museum. Daar zullen we vreemde dingen ontdekken. We kunnen er ook picknicken. * Daarna wandelen we door het centrum van Brussel. We bezoeken de grote markt. We gaan ook even manneken-pis groeten. We wandelen door de Beenhouwersstraat en de winkelgalerij. En we gaan shoppen in de Nieuwstraat. * Om 16.15u. moeten we opnieuw in het station zijn. Daar nemen we om 16.26u. de trein terug. Nu moeten we onderweg wel overstappen. We komen om 17.25u. in Oudenaarde aan. Daar stappen we over op de trein naar Poperinge. Die vertrekt daar om 17.30u. We komen om 18.28u. in Poperinge aan.

oefeningen A. Zoek het antwoord in de tekst (antwoord met een zin) 1. Waar werkt de regering? (1) 2. Waar is het grootste vliegveld van ons land? (1) 3. Waarmee zijn veel gevels op de grote markt versierd? (2) 4. Waar liggen de meeste restaurants? (2) 5. Waar woont onze koning? (2) 6. In welke straat werken veel ministers? (2) 7. Wat is de Sint-Hubertusgalerij? (2) 8. Welke taal spreken de meeste Brusselaars? (3) 9. Waarvoor werd het atomium gebouwd? (4) 10. Hoeveel bollen kunnen we in het atomium bezoeken? (4)

B. Vul de zinnen aan 1. Brussel is de van ons (1) 2. Het centraal ligt zelfs in het (1) 3. uit heel de komen de stad (2) 4. Rond de zijn er gezellige (2) 5. kan ook in Brussel. (2) 6. Het is helemaal in (2) 7. Ook de zijn de. (3) 8. De meeste zijn (3) 9. Hij staat ver van de (3) 10. Door elke loopt een (4) C. Vul het goede getal in (let op: zinnen aangepast!) 1. Er zijn stations. (1) 2. Het duurde bijna jaar om het te bouwen. (2) 3. In Brussel wonen meer dan miljoen mensen. (3) 4. Albert is één van de bekendste inwoners van Brussel. (3) 5. Het atomium werd al in gebouwd. (4) 6. Het atomium is meter hoog. (4) 7. bollen kunnen we bezoeken. (4) 8. De rit duurt ongeveer minuten. (5) 9. Om u. moeten we opnieuw in het station zijn. (5) 10. We komen om u. in Poperinge aan.

D. kleur op de kaart van de stad 1. het centraal station 2. de grote markt 3. de Sint-Goedelekathedraal 4. de beenhouwersstraat (rue des bouchers) 5. de beurs 6. de nieuwstraat (rue neuve) = winkelstraat 7. de nationale bank 8. manneken pis E. schrijf het meervoud 1. het bedrijf: (1) 2. de bank: (1) 3. het station: (1) 4. het gebouw: (2) 5. het restaurant: (2) 6. de toerist: (2) 7. de verdieping: (2) 8. de taal: (3) 9. de inwoner: (3) 10. de lift: (4)

Brussel op het internet Wie Brussel wil bezoeken kan dat ook op het internet. Op het net staat veel informatie over de stad. Probeer maar even op: www.brussel.be * alle info over het gemeentebestuur van Brussel * geen foto's en geen info over de stad zelf www.brusselsairport.be * info over de luchthaven van Zaventem * de weg naar de luchthaven * alle vertrekuren van vliegtuigen en info die nodig is voor wie gaat vliegen www.bruxelles.irisnet.be * toeristische dienst van Brussel * info over uitgaan in Brussel, winkelen * weinig foto's brussel.pagina.nl * een internetpagina met heel veel links naar Brussel * door de klikken op een onderwerp kun je eigenlijk heel Brussel bezoeken www.atomium.be * de site van het atomium van Brussel * je ziet foto's en je krijgt informatie over het atomium www.brussels-online.be * heel wat foto's van mooie plaatsen in Brussel * je moet er wel wat naar zoeken

schoolreis naar brussel: let op je weet * we gaan op bezoek naar een heel grote stad * we reizen met de trein en de metro * in de stations kan het heel druk zijn * in de stad is het altijd druk daarom * blijf altijd bij de groep * sluit goed aan * houd leerkrachten in het oog * luister goed naar de uitleg * doe wat gezegd wordt * pas op in het verkeer * gedraag je * vergeet je identiteitskaart niet + wat geld als je.. * de trein of metro toch mist: -> blijf wachten op het perron (dat kan een tijdje duren) -> er komt een leerkracht terug om je op te halen * de weg en de groep verliest in de stad -> ga naar de grote markt (de weg vragen) -> wacht op de grote markt tot er iemand van de school komt (dat kan een tijdje duren) en als je na een uur wachten op de markt nog niemand van school ziet -> wacht op een politie-agent -> zeg dat je op schoolreis bent en de weg en de groep kwijt raakte -> vraag om te telefoneren naar 0477/68.18.59 (GSM Stef) of naar 057/334965 (telefoon school) -> wij komen je dan ophalen bij de politie maar vooral -> als je goed oplet gebeurt er zeker niets -> als je de groep verliest zeker niet bang worden, we vinden je wel