Raadsvoorstel

Vergelijkbare documenten
Besluit pag. 3. Toelichting pag. 5

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5

PS2012BEM08-1. Besluit pag. 3. Toelichting pag. 5

Verordening rechtspositie wethouders Gemeente Oosterhout 2014

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

Gemeente Den Haag. rv 116 Bestuursdienst BSD/ RIS _111120

Toelichting verordening rechtspositie wethouders Dordrecht ALGEMEEN

Verordening rechtspositie wethouders gemeente Maastricht 2014

gemeente Groningen (Gr)

Reisregeling Binnenland Onbelaste vergoeding Ontbijt 8,80 8,80 Lunch 14,62 8,55 Avondmaaltijd 22,12 21,46 Logies 90,14 89,15

Verordening rechtspositie wethouders gemeente Maastricht 2018.

gelet op het bepaalde in de artikelen 15 lid 3, 41c lid 2 en 69 lid 2 van de Gemeentewet;

Voorstel van het college inzake verordening voorzieningen wethouders.

Gedragscode van college en raadsleden van gemeente Moerdijk 2012

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN (inclusief 1 e wijziging)

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden van de gemeente Leudal 2014

Verordening rechtspositie wethouders Dordrecht

De commissarissen van de Koningin, de gedeputeerden, de provinciebesturen, de burgemeesters, de wethouders en PROVINCIALS STATEN VAN OVERU!

Verordening rechtspositie wethouders, raadsen commissieleden gemeente Kerkrade 2014

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS 2014 onder WKR. De raad van de gemeente Oss

Wat gaan we daarvoor doen? De Verordening Jongerengemeenteraad wordt op enkele hierna te noemen punten aangepast.

Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2009

Model Regeling rechtspositie burgemeester en wethouder Leeswijzer modelbepalingen

Gedragscode bestuurlijke integriteit ambtenaren

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer december 2014

Besluit voorzieningen burgemeester, gemeentesecretaris en raadsgriffier

Verordening rechtspositie wethouders gemeente Achtkarspelen 2016

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 juni 2014, volgnummer 39;

Dordrecht. Nr De RAAD van de gemeente Dordrecht;

Hoofdstuk II Voorzieningen voor. raads- en commissieleden.

Behoort bij punt 9 van de agenda voor de raadsvergadering van 17 mei 2010

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014 VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN 2014

Besluit. Gedragscode wethouders gemeente Papendrecht. (2003) nummer De raad der gemeente Papendrecht; gelet op artikel 41c van de Gemeentewet,

Gemeente Stadskanaal: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Stadskanaal 2015

Gemeente Boxmeer. Nummer: 5b. de Raad van de gemeente Boxmeer. Boxmeer, 24 oktober Aanleiding

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

RAADSVOORSTEL. B en W-besluit nr.: Naam programma: Bestuur en Dienstverlening. Onderwerp:

Integriteitscode Raadsleden en Raadsfracties gemeente Venlo

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,

Deze kernbegrippen zijn de toetssteen voor de nu volgende gedragsafspraken. Gedragingen moeten aan deze kernbegrippen getoetst kunnen worden.

Integer handelen. Gedragscode voor raads- en (toegevoegde) commissieleden. Gemeente Waalwijk

Verboden handelingen en gedragscode raadsleden Artikel 15 Opleggen geheimhoudingsplicht Artikel 25

Utrecht, 17 mei 2011 Pythagoraslaan 101 Tel

Regelgeving declaraties collegeleden Vlaardingen

Introductiegids arbeidsvoorwaarden raadsleden

Verordening rechtspositie wethouders Gemeente Horst aan de Maas 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raad- en commissieleden van gemeente Maasdriel 2014

Onderwerp: Gedragscode bestuurlijke integriteit voor de burgemeester en de wethouders van de gemeente Lelystad 2015 vast te stellen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Regels omtrent gebruik van gemeentelijke voorzieningen, vergoedingen en declaraties

Gedragscode integriteit voor raadsleden, wethouders en de burgemeester

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Utrechtse Heuvelrug 2017

Onderwerp Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Boxtel 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013

Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden provincie Groningen

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum :

Gedragscode integriteit politiek ambtsdragers Waterschap Vallei en Veluwe

GEHEIMHOUDING OPGEHEVEN

Het actualiseren van gedragscodes voor de wethouders

RAADSVOORSTEL. Toelichting Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden.

Integer handelen. Gedragscode voor de leden van het College. Gemeente Waalwijk

Raadsvoorstel CONCEPT T.B.V. TERINZAGELEGGING

Wettelijke grondslag: artikel de artikelen 15 lid 3, 41c lid 2 en 69 lid 2 van de Gemeentewet;

Aan de gemeenteraad Agendapunt: 6.2/ Documentor.: RV

Raadsvoorstel

Verordening rechtspositie Wethouders, Raads- en Forumleden in de gemeente Montfoort 2011

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2006

Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden Gemeente Landgraaf 2015.

Raadsvoorstel Vaststellen verordening geldelijke voorzieningen wethouders

Gedragscode voor het college van Burgemeester en Wethouders bij de gemeente Maasdriel

Introductiegids arbeidsvoorwaarden Raadsleden gemeente Zundert

* Functionaliteit Het handelen van een bestuurder heeft een herkenbaar verband met de functie die hij vervult in het bestuur.

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Drentse gedragscode integriteit Commissaris van de Koning, Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013 onder de WKR

4",..,,,.' B .C-. E R N H EZ E. gezien het bijbehorende voorstel van burgemeester en wethouders van 15 april 2014;

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Renswoude 2017 vast te stellen.

Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers De Bilt 2015

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: Agenda nr: Onderwerp: verordening rechtspositie wethouders. Aan de gemeenteraad,

Verordening van 16 oktober 2013, houdende wijziging van de verordening rechtspositie gedeputeerden, staten en commissieleden provincie Fryslân 2011,

gezien de circulaires van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 17 mei 2006 (MARZ/CvA/U ) en 7 juli 2006 (MARZ/CvA/u );

Gedragscode voor bestuurders en ambtenaren van de gemeente Kampen

ARBEIDSVOORWAARDEN RAADSLEDEN

GEDRAGSCODE POLITIEK AMBTSDRAGERS GEMEENTE ENSCHEDE 2014

Nota van B&W. groencompensatie Rijkswaterstaat A9. dr. Derk Reneman 18 december 2018 Jeroen van Lemmen ( )

Art. 44, 66 Gemeentewet, art. 43, 65 Provinciewet, art. 44, 48 Waterschapswet en art. 56, 78 en 193 Wet openbare lichamen BES

Onderwerp Verordening Onkostenvergoedingen en voorzieningen voor wethouders 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ridderkerk, gelezen het voorstel van College van burgemeester en wethouders op 7 mei 2019,

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Krimpen aan den IJssel 2017

Marie-Claire van Eijndhoven 3486 Verordening rechtspositie raadsleden en wethouders gemeente Valkenswaard 2014

Volgnummer : 16 Kenmerk : stafafdeling bestuurlijke zaken en middelen Onderwerp : Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

: Actualisering van de "Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2007".

provinciaal blad 1. dat Provinciale Staten in hun vergadering van 18 december 2002, onder nummer 10, geamendeerd hebben vastgesteld hetgeen volgt:

Werkkostenregeling en overige actualisatie Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden Volgnr

Raadsvoorstel 2005/7622

Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 3 februari

Transcriptie:

gemeente Haarlemmermeer Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude Raadsvoorstel 2018.0079033 onderwerp Aanpassing van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Portefeuillehouder Onno Hoes steller Y.J. Hopman Collegevergadering 18 december 2018 Raadsvergadering 1. Samenvatting Wat willen we bereiken? We willen bereiken dat het mogelijk is dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn woning kan laten vervoeren naar een zakelijke afspraak, vervolgens naar het raadhuis en, indien nodig, aan het eind van de dag naar zijn woning. Ook willen we het mogelijk maken dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn woning kan doen ophalen om naar het raadhuis te gaan indien aan het eind van de dag een zakelijke afspraak staat gepland en de wethouder zich na die zakelijke afspraak met de dienstauto laat thuisbrengen. Daarnaast wordt van deze gelegenheid gebruik gemaakt om in de toelichting op de Verordening een tekstgedeelte te schrappen. Deze tekst betreft verouderde criteria voor gebruik van de dienstauto voor nevenfuncties. Deze criteria zijn niet meer in deze vorm opgenomen in de gedragscode voor het college. Wat gaan we daarvoor doen? Wij passen de verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 aan, alsmede de toelichting op de verordening. Wat mag het kosten? Het aanpassen van de verordening kan tot een extra gebruik van de dienstauto dan wel inhuur van vervoer leiden. Echter het college wordt gevraagd met terughoudendheid gebruik te maken van deze reismogelijkheid. De kosten kunnen derhalve binnen het geraamde budget (programma Bestuur, Samenleving en Publiekscontact, beleidsdoel A) worden opgevangen. De ontwikkeling van de uitgaven voor vervoer van het college wordt via de reguliere financiële verslagleggingsdocumenten gemonitord. Wat betekent dit voor de Metropoolregio Amsterdam (MRA)? Het voorstel heeft geen relatie met de MRA. Wie is daarvoor verantwoordelijk? De raad is verantwoordelijk voor het vaststellen van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016.

Onderwerp Aanpassing van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Volgvel 2 Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De totstandkoming en uitvoering van de aangepaste regeling noodzaakt niet tot periodiek informeren van de raad. Wat betekent dit voor de herindeling Haarlemmermeer - Haarlemmerliede en Spaarnwoude? (preventief toezicht/beleidsharmonisatie) De beslispunten van dit voorstel vallen niet onder het preventief toezicht in het kader van de samenvoeging, omdat met de financiële gevolgen rekening is gehouden in de programmabegroting. Beleidsharmonisatie is niet van toepassing. 2. Voorstel Op grond van het voorgaande besluit het college de raad voor te stellen om: 1. de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 te wijzigen in die zin dat aan artikel 4, eerste lid de volgende zinsnede wordt toegevoegd: met dien verstande dat de wethouder voor dienstreizen met een afstand die in 30 minuten van de woning van de wethouder met de auto is te overbruggen een eigen vervoermiddel gebruikt ; 2. de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 te wijzigen in die zin dat aan artikel 4, tweede lid een onderdeel c wordt toegevoegd, luidende: c. voor het reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling. ; 3. in de toelichting op te nemen dat de wethouders met terughoudendheid gebruik maken van de mogelijkheid om met de dienstauto dan wel ter beschikking gesteld vervoer van de woning naar plaats van tewerkstelling en vice versa te reizen; 4. in de toelichting op artikel 4 de verwijzing naar de criteria voor nevenfuncties te schrappen. 3. Uitwerking Wat willen we bereiken? We willen een aanpassing van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 waardoor het mogelijk wordt dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn/haar woning laat vervoeren naar een zakelijke afspraak, vervolgens naar het raadhuis en, indien nodig, aan het eind van de dag naar zijn/haar woning. Ook willen we het mogelijk maken dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn/haar woning kan doen ophalen om naar het raadhuis te gaan indien aan het eind van de dag een zakelijke afspraak staat gepland en de wethouder zich na die zakelijke afspraak met de dienstauto laat thuisbrengen. De wethouder dient van deze mogelijkheid met terughoudendheid gebruik te maken. In dit kader past het principe dat wethouders voor zakelijke ritten met een afstand die in 30 minuten vanaf de woning van de wethouder is te overbruggen, de eigen auto gebruiken. Daarnaast wordt van deze gelegenheid gebruik gemaakt om in de toelichting op de Verordening een tekstgedeelte te schrappen. Deze tekst betreft verouderde criteria voor gebruik van de dienstauto voor nevenfuncties. Deze criteria zijn niet meer in deze vorm opgenomen in de gedragscode voor B&W. Wat gaan we daarvoor doen? Wij passen de verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 aan, alsmede de toelichting op de verordening.

Onderwerp Aanpassing van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Volgvel 3 Wat mag het kosten? Het aanpassen van de verordening kan tot een extra gebruik van de dienstauto dan wel inhuur van vervoer leiden. Echter het college wordt gevraagd met terughoudendheid gebruik te maken van deze reismogelijkheid. De kosten kunnen derhalve binnen het geraamde budget (programma Bestuur, Samenleving en Publiekscontact, beleidsdoel A) worden opgevangen. De ontwikkeling van de uitgaven voor vervoer van het college wordt via de reguliere financiële verslagleggingsdocumenten gemonitord. Wie is daarvoor verantwoordelijk? De raad is verantwoordelijk voor het vaststellen van de Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De totstandkoming en uitvoering van de aangepaste regeling noodzaakt niet tot periodiek informeren van de raad. Overige relevante informatie Van de met de dienstauto dan wel beschikbaar vervoer gemaakte ritten dient een sluitende rittenadministratie te worden bijgehouden van alle gemaakte ritten. Het vervoer tussen de woning en plaats van tewerkstelling is fiscaal gezien geen privé rit. Ritten ten behoeve van een ambtshalve nevenfunctie zijn voor de fiscus zakelijk. Een ambtshalve nevenfunctie is een functie die bij beëindiging van het wethouderschap automatisch eindigt. Indien er naar aanleiding van het gebruik van de dienstauto vragen rijzen zal de gemeentesecretaris het gesprek met de betrokken wethouder (moeten) aangaan. Het besluit tot wijziging van de Verordening zal op grond van artikel 98 Gemeentewet aan Gedeputeerde Staten van de Provincie Noord-Holland worden gezonden. Het besluit wordt gepubliceerd op www.officielebekendmakinqen.nl. Tevens wordt de wijziging opgenomen inde database van de Centrale Voorziening decentrale Regelgeving (CVDR) op www.overheid.nl. De wijziging wordt na besluitvorming in de gemeenteraad verwerkt in het via Intranet beschikbare systeem rechtspositie Ambtelijk Personeel (RAP), Politieke Ambtsdragers. 4. Ondertekening Huidige Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016. Oude en nieuwe tekst artikel 4 Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016. Oude en nieuwe tekst toelichting op artikel 4 van de Verordening.

Huidige artikel 4 Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Artikel 4 Dienstauto 1. De wethouder kan voor reizen ten behoeve van de gemeente gebruik maken van een dienstauto met of zonder chauffeur. Onder dienstauto wordt voor de toepassing van dit artikel mede verstaan een door de gemeente ingehuurde auto. 2. Reizen ten behoeve van de gemeente zijn: a. reizen in de uitoefening van het wethouderschap, hieronder worden tevens begrepen reizen naar aanleiding van een uitnodiging, verblijf of werkbezoek welke de instemming heeft van het college; b. reizen ten behoeve van een nevenfunctie, welke voldoet aan een van de criteria zoals vastgelegd in de gedragscode B&W Haarlemmermeer; 3. Indien de wethouder voor reizen ten behoeve van in het tweede lid bedoelde nevenfuncties gebruik maakt van de gemeentelijke dienstauto en daarvoor van een derde ook een vergoeding van reiskosten ontvangt, wordt die vergoeding in de gemeentelijke kas gestort. 4. Indien aan de wethouder een dienstauto ter beschikking is gesteld en hij voor het gebruik van deze dienstauto loon- en inkomstenbelasting is verschuldigd, kan het college van burgemeester en wethouders bepalen dat deze belastingheffing door de gemeente aan de wethouder wordt vergoed. De vergoeding betreft ten hoogste de gebruteerde verschuldigde loon- en inkomstenbelasting voor het gebruik van de dienstauto. Nieuw artikel 4 Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Artikel 4 Dienstauto 1. De wethouder kan voor reizen ten behoeve van de gemeente gebruik maken van een dienstauto met of zonder chauffeur, met dien verstande dat de wethouder voor dienstreizen met een afstand die in 30 minuten van de woning van de wethouder met de auto is te overbruggen een eigen vervoermiddel gebruikt. Onder dienstauto wordt voor de toepassing van dit artikel mede verstaan een door de gemeente ingehuurde auto. 2. Reizen ten behoeve van de gemeente zijn: a. reizen in de uitoefening van het wethouderschap, hieronder worden tevens begrepen reizen naar aanleiding van een uitnodiging, verblijf of werkbezoek welke de instemming heeft van het college; b. reizen ten behoeve van een nevenfunctie, welke voldoet aan een van de criteria zoals vastgelegd in de gedragscode B&W Haarlemmermeer; c. reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling. 3. Indien de wethouder voor reizen ten behoeve van in het tweede lid bedoelde nevenfuncties gebruik maakt van de gemeentelijke dienstauto en daarvoor van een derde ook een vergoeding van reiskosten ontvangt, wordt die vergoeding in de gemeentelijke kas gestort. 4. Indien aan de wethouder een dienstauto ter beschikking is gesteld en hij voor het gebruik van deze dienstauto loon- en inkomstenbelasting is verschuldigd, kan het college van burgemeester en wethouders bepalen dat deze belastingheffing door de gemeente aan de wethouder wordt vergoed. De vergoeding betreft ten hoogste de gebruteerde verschuldigde loon- en inkomstenbelasting voor het gebruik van de dienstauto.

Oude toelichting artikel 4 Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Artikel 4 Dienstauto Begin 2009 zijn het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, het Rechtspositiebesluit burgemeesters en het Rechtspositiebesluit wethouders gewijzigd. De aanpassing gaf een rechtsbasis voor een vergoeding ten laste van het Rijk aan commissarissen der Koningin en burgemeesters voor de door hen verschuldigde inkomstenbelasting voor het gebruik van de dienstauto of beschikbaar gestelde auto voor niet ambtsgebonden nevenfuncties. Voor Provincies en Gemeenten is met deze wijziging van de rechtspositiebesluiten de mogelijkheid geopend om te besluiten of zij hun bestuurders een dergelijke compensatie willen bieden. In artikel 23a van het Rechtspositiebesluit wethouders is de bevoegdheid tot toekenning van een vergoeding voor aan een wethouder voor het gebruik van de dienstauto opgelegde loon- en inkomstenbelasting, neergelegd bij het college van burgemeester en wethouders. De Belastingdienst heeft omstreeks 2008 bij een aantal provincies en gemeenten naheffingen opgelegd voor het gebruik van de dienstauto anders dan uit hoofde van het ambt (nevenfuncties niet qualitate qua). Ook bij de gemeente Haarlemmermeer heeft dit geleid tot een naheffing in 2008 over de jaren 2002 tot en met 2007 ter grootte van 82.957,--. Gemiddeld derhalve een bedrag van 11.851,-- per jaar. Aanleiding voor de naheffing was het ontbreken van een sluitende rittenadministratie waaruit bleek dat de dienstauto alleen was ingezet voor zakelijke doeleinden. Maximaal 500 kilometer mag in dat geval privé zijn, hetgeen aangetoond moet worden door een sluitende rittenadministratie. Inmiddels wordt nauwgezet het gebruik van de dienstauto (doel, kilometers en gebruiker) bijgehouden. De Belastingdienst hanteert een zeer strikte definitie van het al dan niet ambtsgebonden gebruik van de dienstauto. Naast kilometers voor de uitoefening van de functie van wethouder kunnen uitsluitend de kilometers voor ambtsgebonden nevenfuncties als zakelijk worden aangemerkt. Ambtsgebonden nevenfuncties vloeien voort uit het ambt. Van een ambtsgebonden is in elk geval sprake als de ambtsdrager zich er niet aan kan onttrekken en de functie moet worden beëindigd als het ambt niet meer wordt uitgeoefend. Of met de nevenfunctie een maatschappelijk of algemeen belang is gediend, is fiscaal bezien geen criterium voor het begrip ambtsgebonden nevenfunctie. Ook is het fiscaal niet relevant of door het college en/of gemeenteraad toestemming is gegeven voor het vervullen van de nevenfunctie en het gebruik van de dienstauto voor dat doel. In de Gedragscode Integriteit voor B&W Haarlemmermeer zijn criteria gesteld waaraan een nevenfunctie moet voldoen wil sprake zijn van qualitate qua functie. Deze criteria luiden in ieder geval als volgt: 1. Aanbeveling, voordracht, keuze of benoeming geschiedt door de raad of burgemeester en wethouders. 2. Het betreft een functie in een orgaan waarin de gemeente deelneemt of waarvan zij deel uitmaakt. 3. Er is een aantoonbaar belang voor de gemeente dat de nevenfunctie wordt vervuld door een gemeentebestuurder. 4. Men is benoemd vanuit een andere qualitate qua nevenfunctie.

Om te voorkomen dat hier een discrepantie ontstaan met de definitie van de Belastingdienst is in artikel 4 van de verordening expliciet opgenomen de bevoegdheid die het college reeds op grond van artikel 23a Rechtspositiebesluit wethouders heeft.

Nieuwe toelichting artikel 4 Verordening geldelijke voorzieningen wethouders 2016 Artikel 4 Dienstauto Begin 2009 zijn het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, het Rechtspositiebesluit burgemeesters en het Rechtspositiebesluit wethouders gewijzigd. De aanpassing gaf een rechtsbasis voor een vergoeding ten laste van het Rijk aan commissarissen der Koningin en burgemeesters voor de door hen verschuldigde inkomstenbelasting voor het gebruik van de dienstauto of beschikbaar gestelde auto voor niet ambtsgebonden nevenfuncties. Voor Provincies en Gemeenten is met deze wijziging van de rechtspositiebesluiten de mogelijkheid geopend om te besluiten of zij hun bestuurders een dergelijke compensatie willen bieden. In artikel 23a van het Rechtspositiebesluit wethouders is de bevoegdheid tot toekenning van een vergoeding voor aan een wethouder voor het gebruik van de dienstauto opgelegde loon- en inkomstenbelasting, neergelegd bij het college van burgemeester en wethouders. De Belastingdienst heeft omstreeks 2008 bij een aantal provincies en gemeenten naheffingen opgelegd voor het gebruik van de dienstauto anders dan uit hoofde van het ambt (nevenfuncties niet qualitate qua). Ook bij de gemeente Haarlemmermeer heeft dit geleid tot een naheffing in 2008 over de jaren 2002 tot en met 2007 ter grootte van 82.957,--. Gemiddeld derhalve een bedrag van 11.851,-- per jaar. Aanleiding voor de naheffing was het ontbreken van een sluitende rittenadministratie waaruit bleek dat de dienstauto alleen was ingezet voor zakelijke doeleinden. Maximaal 500 kilometer mag in dat geval privé zijn, hetgeen aangetoond moet worden door een sluitende rittenadministratie. Inmiddels wordt nauwgezet het gebruik van de dienstauto (doel, kilometers en gebruiker) bijgehouden. De Belastingdienst hanteert een zeer strikte definitie van het al dan niet ambtsgebonden gebruik van de dienstauto. Naast kilometers voor de uitoefening van de functie van wethouder kunnen uitsluitend de kilometers voor ambtsgebonden nevenfuncties als zakelijk worden aangemerkt. Ambtsgebonden nevenfuncties vloeien voort uit het ambt. Van een ambtsgebonden is in elk geval sprake als de ambtsdrager zich er niet aan kan onttrekken en de functie moet worden beëindigd als het ambt niet meer wordt uitgeoefend. Of met de nevenfunctie een maatschappelijk of algemeen belang is gediend, is fiscaal bezien geen criterium voor het begrip ambtsgebonden nevenfunctie. Ook is het fiscaal niet relevant of door het college en/of gemeenteraad toestemming is gegeven voor het vervullen van de nevenfunctie en het gebruik van de dienstauto voor dat doel. Het is mogelijk de dienstauto ook in te zetten voor reizen tussen de woning van de wethouder en plaats van tewerkstelling. Deze mogelijkheid is in de Verordening opgenomen zodat het mogelijk is dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn woning laat vervoeren naar een zakelijke afspraak, vervolgens naar het raadhuis en, indien nodig, aan het eind van de dag naar zijn woning. Ook is het hierdoor mogelijk maken dat de wethouder zich met de dienstauto vanaf zijn woning kan doen ophalen om naar het raadhuis te gaan indien aan het eind van de dag een zakelijke afspraak staat gepland en de wethouder zich na die zakelijke afspraak met de dienstauto laat thuisbrengen. Wethouders maken met terughoudendheid gebruik van de mogelijk om met de dienstauto dan wel ter beschikking gesteld vervoer van de woning naar plaats van tewerkstelling en vice versa te reizen. Voorts zal de wethouder voor dienstritten die vanaf de woning van de wethouder binnen 30 minuten zijn te bereiken in principe de eigen auto gebruiken. De ANWB-routeplanner biedt houvast voor het bepalen of de afstand in 30 minuten is te overbruggen.

Indien er vragen rijzen over het gebruik van de dienstauto dan wel het ter beschikking gestelde vervoer is het de gemeentesecretaris die daarover met de betrokken wethouders het gesprek aan gaat.