Advies opname op de lijst van onomstreden bouwstenen van eoverdracht en de eerste set Kaders - Basisprincipes 1. Inleiding Het informatieberaad heeft onlangs een open consulatie doen uitgaan voor eoverdracht en de eerste set Kaders - Basisprincipes. Een consultatie naar aanleiding van de aanmelding tot opname op de lijst met onomstreden bouwstenen. Naar aanleiding hiervan is 24 januari 2018 jl. een bijeenkomst georganiseerd door de (de architectuurcommunity) met als doel de architecten te consulteren over deze aanmelding. De volgende mensen namen deel: Quintus Bosman (Nictiz), Jonas Rubrech (Zorgverbeteraars), Vincent Maas (Vecozo), Jasper van Lieshout (VWS), Frank Kuiper (GGZ Oost Brabant), Bert Kabbes (HL7 NL) en Tom de Jong (VZVZ). Een schriftelijke indiening van aanbevelingen en bevindingen is ontvangen van Marijke Salters (ICTU), Ellen Maij (VUMC), Johan Hobelman (MedMij), Nadeem Taverne (CAK) en Michael van der Zel (UMCG). Deelnemers participeren op persoonlijke titel en zonder ruggenspraak, zij verwoorden geen organisatiestandpunt maar hun eigen mening. Het advies is gebaseerd op het verslag met de aanbevelingen en bevindingen van de architecten uit de zorgbrede architectuurcommunity. Bij het opstellen van het advies is gekeken naar de bevindingen en aanbevelingen die een opname op de lijst van onomstreden bouwstenen in de weg zouden kunnen staan. Indiener V&VN was vertegenwoordigd bij de bijeenkomst en heeft het verslag verkregen. Pagina 1 van 5
2. Advies aan het Informatieberaad Zorg De adviseert het volgende: De informatiestandaard eoverdracht 3.0 1. Spreek de intentie uit om tot een doorbraak te komen met betrekking tot eenheid van taal in de verpleegkunde met behulp van de eoverdracht. 2. Stel echter de informatiestandaard eoverdracht pas vast voor het werkings- en toepassingsgebied totdat er meer zicht is op de impact op het werk van de verpleegkundigen en wijze van implementatie duidelijk is. Daartoe dient de indiener een plan op te stellen voor de verdere ontwikkeling en implementatie van de informatiestandaard eoverdracht op weg naar volledige digitale interoperabiliteit, waarin opgenomen zijn: a. De borging van de betrokkenheid van leveranciers van software in de verdere implementatie van de informatiestandaard. b. De wijze waarop eoverdracht in gebruik genomen dient te worden in relatie tot het gebruik van classificaties en opname in de IT-systemen. c. Een migratieplan waarmee steeds minder papieroverdracht wordt accepteert met een deadline waarop geen enkele papieren overdracht plaats vindt. Advies is om een tijdspad van twee jaar hiervoor vast te stellen. Aanvullend wordt de suggestie gedaan deel te nemen aan Weeconnect waarbij partijen laten zien dat het al kan en op welke manier. Dit als mogelijk versnellingsmechanisme. d. Specificaties over hoe eoverdracht en de Basisgegevensset zorg in de praktijk tot elkaar relateren. e. Specificaties over op welke wijze eoverdracht voldoet aan de MedMij eisen voor persoonlijke gezondheidsomgevingen. f. De opname van eoverdracht in het informatielandschap. g. Het doen van een Data Privacy Impact Assessment (DPIA) voor iedere informatieoverdracht als onderdeel van de implementatie. Dit is ook overeenkomstig de eis uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming. h. De verdere verbreding van de informatiestandaard eoverdracht naar andere werkings- en toepassingsgebieden, zoals de medische overdracht. 3. Het onderhoud en (versie-)beheer dient duidelijker uitgewerkt te worden, ook in het licht van samenhang met de Zorginformatiebouwstenen en andere veel gebruikte standaarden in de verpleegkundige zorg. 4. Verzoek de indiener om de consequenties aan te geven voor de direct betrokken beroepsgroepen van opname in het register van onomstreden standaarden. De eerste set Kaders Basisprincipes 1. Bevestig de richting van de eerste set Kaders de basisprincipes voor het informatiestelsel zodat de werkgroep Kaders haar werkzaamheden kan vervolgen richting een volledige bouwsteen door het uitwerken van de afgeleide principes en praktijkvoorbeelden. 2. Verzoek de indiener om de rechtvaardiging van de Kaders, daarmee samenhangend de basisprincipes eerste set Kaders en afgeleide principes, helderder te formuleren. Het verder expliciteren van de implicaties behorende bij Pagina 2 van 5
de basisprincipes uit de eerste set Kaders en daarbij consistentie in de bewoording aan te brengen. Op basis hiervan wordt de indiening aangepast en wordt ook de koppeling met de outcomedoelen beter geëxpliciteerd. 3. Verzoek de indiener om een plan voor de verdere ontwikkeling en implementatie van de principes en afgeleide principes en concrete naleving van de principes. Dit plan dient uitvoeriger te zijn dan nu beschreven in de indiening en moet onderdeel zijn van de indiening van de bouwsteen. 4. Verzoek de indiener om de Patiëntenfederatie Nederland uit te nodigen om deel te nemen aan de werkgroep Kaders. De motivatie voor deze adviezen wordt per onderdeel in de paragrafen hieronder uiteengezet. 3. De informatiestandaard eoverdracht De eoverdracht standaard is bedoeld als een zorgbrede standaard voor de verpleegkundige zorg. De informatiestandaard is vanaf 2010 ontwikkeld met als doel om de kwaliteit en efficiëntie van zorg te verhogen door het verbeteren van de uitwisselbaarheid van verpleegkundige informatie met zo min mogelijk informatieverlies alsmede administratieve lastenvermindering. Daar komt nu het streven bij om de eoverdracht ook in te zetten om burgers en cliënten te informeren in hun persoonlijke gezondheidsomgeving. Over het algemeen is er onder de architecten grote overeenstemming over het nut en de noodzaak van het streven naar eenheid van taal. Deze standaard past in dit streven. Bovendien is de nieuwe versie 3.0 geheel opgebouwd op basis van het Model van Zorginformatiebouwstenen. Daarmee sluit deze standaard aan op recente besluiten in het Informatieberaad. Dit initiatief wordt daarom een warm hart toegedragen. Er zijn wel vragen c.q. zorgen ten aanzien van de impact op het werk van de verpleegkundigen en de instellingen, de wijze van implementatie, beheer en onderhoud. De eoverdracht versie 2.0 wordt in een dertigtal regio s al toegepast. Daarbij geeft de indiener aan dat de implementatie van eoverdracht 2.0 fragmentarisch is verlopen. Veel van de beoogde gebruikers (zorgaanbieders verpleegkundige zorg) zijn nog niet aangesloten. Daarnaast bood de versie 2.0 veel vrijheid bij de implementatie, waardoor deze van instelling tot instelling, of regio tot regio anders is geïmplementeerd. Daardoor blijven de baten van de standaardisatie achter. Daarbij speelt de huidige werkwijze in de verpleegkunde, met op classificaties gebaseerde IT-systemen, een belangrijke rol. Deze classificaties zijn niet gebaseerd op SNOMED CT (zoals wel de ZIB s en eoverdracht) en zijn onderling niet goed vergelijkbaar. Om bovenstaande redenen zullen binnenkort twee pilots starten om eoverdracht 3.0 te implementeren om op basis daarvan tot een uniforme implementatierichtlijn te komen. Pagina 3 van 5
Naar aanleiding van bovenstaande zijn de volgende vragen gesteld: 1. Implementatie van eoverdracht: a. Zoals gezegd wordt er gestart met een referentie-implementatie (pilot) alvorens te starten met een bredere uitrol. Leveranciers worden vooralsnog in deze aanpak pas later betrokken. Dit heeft mogelijke consequenties voor de snelheid van de implementatie en de realisatie van interoperabiliteit tussen systemen. b. Vooralsnog is namelijk onduidelijk hoe de eoverdracht in gebruik genomen moet worden. Kunnen verpleegkundigen die werken met classificaties zoals Nanda en Omaha, de eoverdracht in hun huidige werk integreren zonder dubbele registratie, of moeten zij aanvullend de eoverdracht gaan vastleggen? Kan de eoverdracht worden ingebouwd in de IT-systemen waarvan de werking nu gebaseerd is op classificaties (compatibility), of moeten de instellingen een aanvullende applicatie aanschaffen, of zou een vertaalmodule uitkomst bieden? Het lijkt erop dat partijen in de keten onvoldoende weten wat ze elkaar vragen, wat ze elkaar kunnen bieden of wat de toegevoegde waarde van eoverdracht is. c. De BGZ en eoverdracht zijn beide opgebouwd op basis van het Model van Zorginformatiebouwstenen en hebben een aantal Zorginformatiebouwstenen gemeen. Het is niet duidelijk hoe er bij een verpleegkundide overdracht met beide moet worden omgegaan. Moeten beide worden uitgewisseld en zo ja, is dat doelmatig? Of gaat de eoverdracht vóór, vanwege haar specifiekere karakter? Op welke wijze zijn de gegevens vanuit de Basisgegevensset zorg opgenomen in eoverdracht en vertaald naar de relevante ZIBs en de daarin voorkomende gegevenselementen? 2. Zoals gezegd is de eoverdracht gebaseerd op het Model van de Zorginformatiebouwstenen. Het is niet duidelijk hoe in het beheer en onderhoud de verwerking van nieuwe Zorginformatiebouwstenen is opgenomen. 3. Zorgen zijn er rondom privacy risico s. De eoverdracht gaat over het uitwisselen van privacygevoelige gezondheidsinformatie. Daartoe dient rekening gehouden te worden met de geldende regels rondom privacy. Per use case dient duidelijk te zijn welke informatie wordt overgedragen en hoe dit zich verhoudt tot de privacy regels (proportionaliteit). 4. De vindplaats van eerdere versies van eoverdracht waren niet toegevoegd aan de openbare consultatie alsmede de uitwerking op basis van het Model van de Zorginformatiebouwstenen. De indiener wordt gevraagd deze informatie toe te voegen aan de indiening. 4. De eerste set Kaders: Basisprincipes Met de vaststelling van de eerst set van kaders: basisprincipes, kan de werkgroep haar werkzaamheden richting een volledig bouwsteen vervolgen. De kaders zijn bedoeld als richtlijn waarmee kan worden getoetst of afspraken, convenanten, standaarden, registers, knooppunten en gegevenswoordenboeken (nog) voldoen aan de eisen die gesteld worden om de publieke belangen rondom zorgbrede informatiestromen te borgen. Pagina 4 van 5
De basisprincipes en de implicaties zijn een eerste set van kaders op weg naar de volledige bouwsteen. Op basis van deze principes kunnen vervolgens de afgeleide principes worden gedefinieerd, een set aan principes voor iedere architectuurlaag. Vanuit de architectuurcommunity wordt het belang van de Kaders voor het informatiestelsel waarmee getoetst kan worden volledig onderschreven. Uit de review blijkt dat de richting van de Kaders correct is. Ook het belang van de Kaders wordt erkend en omarmd. Wel zijn er de nodige vragen en opmerkingen ten aanzien van de formulering van de basisprincipes: 1. Hoewel de Kaders impliciet gelezen kunnen worden als bijdrage aan de outcomedoelen, is dit niet expliciet vermeld. 2. De huidige formulering van de basisprincipes en bijbehorende implicaties laat de nodige ruimte voor interpretatie. Zo zijn de basisprincipes geformuleerd vanuit de burger terwijl ze bedoeld zijn voor het informatiestelsel. Dit kan verwarring met zich meebrengen. De formulering is in de ogen van de reviewers niet volledig en zou in een aantal gevallen stelliger kunnen worden omschreven zodat op basis van de implicaties de bouwstenen beter toetsbaar worden. 3. Het is niet volledig duidelijk hoe de verdere ontwikkeling en implementatie van de Kaders precies plaats vindt, wat de consequenties zijn van de Kaders en hoe ze nageleefd zullen worden. 4. Gezien de formulering vanuit de burger is gevraagd of de Patiëntenfederatie Nederland bij de ontwikkeling betrokken is. Dit als toets of de eerste set kaders overeenkomt met de beleving vanuit de burger. Pagina 5 van 5