BASISREGLEMENT VOOR DE OPLEIDINGSCOMMISSIES VAN DE CHRISTELIJKE HOGESCHOOL WINDESHEIM

Vergelijkbare documenten
Reglement Opleidingscommissie Master in Pensions

Versie 26 januari 2016 Uitgave Centrum voor Bestuurlijke Activiteiten

Reglement Opleidingscommissies. NHL Stenden Hogeschool

Medezeggenschapsreglement van de Ondersteuningsplanraad

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT

Reglement opleidingscommissie instituut Engineering

1. Dit reglement is een reglement als bedoeld in artikel 25 lid 4 van het bestuurs- en beheersreglement van de HAN.

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar Reglement opleidingscommissie

Reglement voor de Universiteitsraad

STATUUT OPLEIDINGSCOMMISSIES. Hogeschool der Kunsten Den Haag

Medezeggenschapsreglement van Stichting Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO te Groningen ( het samenwerkingsverband ).

BASIS- REGLEMENT OPLEIDINGS- COMMISSIES HU SZ/J/ Datum 1 september Hogeschool Utrecht, Utrecht, 2011

Medezeggenschapsreglement van RSV Breda e.o. te Breda ( het samenwerkingsverband )

contactpersoon Iris Wubben telefoon (06) Opleidingscommissies 2017: de belangrijkste veranderingen op een rijtje

reglement opleidingscommissies HZ Stichting HZ Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences;

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT OndersteuningsplanraadSamenwerkingsverband V(S)O Eemland

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO) VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND SWV PO 20.01

Medezeggenschapsreglement van de Ondersteuningsplanraad van het Regionaal Samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs VO Zoetermeer 28-07

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD Stichting Leerlingzorg Almere voortgezet onderwijs

REGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD STROMENLAND. Toelichting vooraf

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (PO)

Reglement van het Verantwoordingsorgaan

Dit hoofdstuk heeft betrekking op de in de bijlage van deze wet opgenomen hogescholen.

Samenwerkingsverband passend onderwijs PO Helmond-Peelland

Pre-ambule. Werkingsduur en wijzigingen reglement

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT van samenwerkingsverband passend primair onderwijs Oosterschelderegio te Goes ( het samenwerkingsverband ).

SWV Passend Onderwijs PO te Sittard-Geleen

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (VO)

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO te Apeldoorn

Reglement Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Het Stedelijk Lyceum Enschede 2015

Samenwerkingsverband passend primair onderwijs Aan den IJssel. Medezeggenschapsreglement ondersteuningsplanraad

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

Bijlage 14. Reglement OPR

Medezeggenschapsreglement Ondersteuningsplanraad. Samenwerkingsverband Nieuwe Waterweg Noord

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD SAMENWERKINGSVERBAND PO 2502 OOST-ACHTERHOEK WINTERSWIJK

1. Begripsbepaling. Blz 2 Artikel Medezeggenschapsraad Blz 3 Artikel 2 t/m artikel De Verkiezingen.. Blz 4 Artikel 6 t/m artikel 14

REGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (Primair Onderwijs) Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Noord Limburg Vastgesteld

Medezeggenschapsreglement OPR. samenwerkingsverband. Passend Primair Onderwijs Rotterdam. September 2017

REGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD SWV VO DELFLANDEN, Vastgesteld in de OPR vergadering dd.18 februari 2014

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND PASSEND ONDERWIJS RIJNSTREEK

Reglement voor de ondersteuningsplanraad. van SWV Helmond-Peelland VO. (vastgesteld )

Vastgesteld Oktober 2017 MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD. Samenwerkingsverband passend onderwijs PO

REGLEMENT CENTRALE MEDEZEGGEN SCHAPSRAAD HOGESCHOOL UTRECHT SZ/J/ Datum 1 janauri 2012

Vastgesteld door het College van Bestuur op 26 juni 2013 na instemming van de Studentenraad.

Medezeggenschapsreglement voor medezeggenschapsraden van de scholen van de Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) Utrecht.

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (VO)

Reglement Ondersteuningsplanraad van SWV passend onderwijs VO te Gorinchem e.o. ( het samenwerkingsverband ). Versie 0.2.

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 2. Hoofdstuk 2 Inrichting van de OPR 3. Hoofdstuk 3 Afvaardiging leden OPR 4

Reglement Ondersteuningsplanraad Plein 013

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

Medezeggenschapsreglement van de Christelijke Hogeschool Windesheim

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD MIDDEN- HOLLAND (PO2814)

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (OPR) Samenwerkingsverband Roosendaal- Moerdijk e.o. (PO 30.02)

REGLEMENT INSTITUUTSRADEN HU. Datum 1 februari Hogeschool Utrecht, Utrecht, 2016

Reglementen Ondersteuningsplanraad (OPR) van het Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek

Reglement Locatieraad Openbare Scholen Groep Sevenwolden

Rotterdam Academy De organisatorische eenheid die onderwijs verzorgt in Associate-degreeprogramma s.

Opleidingscommissies Hogeschool Utrecht

Reglement voor de opleidingscommissie. Afdeling Juridische Zaken

REGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD SWV VO WEST-FRIESLAND

REGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD Stichting VO Lelystad

FACULTEITSREGLEMENT FACULTEIT DER WIJSBEGEERTE

REGLEMENT VAN ORDE FACULTEITSRAAD FACULTEIT CAMPUS DEN HAAG

Wetsartikelen ter toelichting van de OER

Reglement deelraden Het Stedelijk Lyceum te Enschede 2015

REGLEMENT GEZAMENLIJKE VERGADERING VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN DE STUDENTENRAAD VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT van de stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Zaanstreek 2705

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD (VO)

REGLEMENT STUDENTENRAAD

REGLEMENT VOOR DE UNIVERSITEITSRAAD VAN DE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT KAMPEN

Medezeggenschapsreglement. Hogeschool de Kempel

MEDEZEGGENSCHAPSREGLEMENT ONDERSTEUNINGSPLANRAAD SWV Passend Onderwijs PO 31-04

Medezeggenschapsreglement. (Voortgezet) Speciaal Onderwijs. Openbaar Onderwijs Zwolle

Reglement van Orde. College van Beroep voor de examens. ex Artikel 7.62 van de WHW. College van Beroep voor de examens - Reglement van Orde

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

WMO: bijzondere bevoegdheden

Artikel 9.34 Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek

Modelregeling opleidingscommissies

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN

Reglement ondernemingsraad Hogeschool Leiden

Centrale Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad zoals bedoeld in artikel en verder van de WHW.

Faculteitsraadreglement van de Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica (september 2004)

Deze regeling geeft uitvoering aan de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ)

STATUUT OPLEIDINGSCOMMISSIES

Reglement studentenoverleg academies HZ. Stichting HZ. Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences;

Medezeggenschapsreglement OPR SWV PO

Reglement beroepenveldcommissies HZ. Stichting HZ. Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences;

Reglement van orde van de Instituutsraad van het instituut Beleid & management Gezondheidszorg (BMG-raad)

Inrichting van de medezeggenschap

Wetsartikelen ter toelichting van de OER

Inschrijfvoorwaarden NHL. Studiejaar

ArtEZ hogeschool voor de kunsten

HUISHOUDELIJK REGLEMENT Centrale Medezeggenschapraad Hogeschool der Kunsten Den Haag

BESTUURS- EN BEHEERSREGLEMENT HOGESCHOOL INHOLLAND

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN OPLEIDINGSCOMMISSIE BINNEN DE Faculteit XXX (NAAM INVULLEN) OC XXX (naam OC invullen)

Reglement Dienstraden

Medezeggenschapsreglement Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden (SPPOH)

Transcriptie:

BASISREGLEMENT VOOR DE OPLEIDINGSCOMMISSIES VAN DE CHRISTELIJKE HOGESCHOOL WINDESHEIM

INHOUD BASISREGLEMENT OPLEIDINGSCOMMISSIES I BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen 1 II OPLEIDINGSCOMMISSIES Artikel 2 Instelling Opleidingscommissies 3 Artikel 3 OC-reglementen 3 Artikel 4 Samenstelling 3 Artikel 5 Zittingsduur en zittingstermijn 3 Artikel 6 Beëindiging lidmaatschap 4 Artikel 7 Kandidaatstelling leden opleidingscommissie 4 III FUNCTIES EN FUNCTIONEREN Artikel 8 Functies 5 Artikel 9 Vergaderingen 5 Artikel 10 Openbaarheid 5 Artikel 11 Absentie en machtiging 5 Artikel 12 Besluitvorming 6 IV RECHTEN EN PLICHTEN Artikel 13 Overleg en initiatief 7 Artikel 14 Informatievoorziening 7 Artikel 15 Geheimhouding 7 Artikel 16 Bevoegdheden 8 Artikel 17 Termijnen 8 V FACILITEITENREGELING Artikel 18 Faciliteitenregeling 10 VI OVERIGE BEPALINGEN Artikel 19 Bijzondere gevallen 11 Artikel 20 Wijziging reglement 11 Artikel 21 Evaluatie 11 Artikel 22 Inwerkingtreding 11 BIJLAGE WETSARTIKELEN 12

I BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: 1. Afdeling: een organisatorische eenheid binnen de hogeschool belast met de verzorging van één of meer opleidingen en/of met het verzorgen van cursussen, trainingen en advisering. 2. Advies: De opleidingscommissie heeft tot taak om haar mening te geven. De opleidingscommissie heeft geen adviesrecht als bedoeld in artikel 10.23 WHW. 3. Centrale Medezeggenschapsraad (CMR): de Medezeggenschapsraad van de hogeschool zoals bedoeld in artikel 10.17 van de WHW. Inrichting en bevoegdheden zijn geregeld in het door het College van Bestuur vastgestelde medezeggenschapsreglement. 4. College van Bestuur: bestuursorgaan van de hogeschool krachtens artikel 10.8 WHW, met taken en bevoegdheden zoals geregeld in de door de Raad van Toezicht vastgestelde statuten van de Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim. 5. Deelraad (DR): de deelraad van een cluster zoals bedoeld in artikel 10.25 WHW. De algemene bevoegdheden zijn geregeld in het door het College van Bestuur vastgestelde medezeggenschapsreglement. De inrichting en aanvullende bevoegdheden zijn geregeld in het door de directeur vastgestelde DR-reglement. 6. Directeur: eindverantwoordelijke voor een organisatorische eenheid, zoals de hogeschool die kent in afdelingen en diensten. 7. Geleding: een OC bestaat uit twee geledingen, namelijk de personeelsgeleding en de studentengeleding. 8. Hogeschool: de Christelijke Hogeschool Windesheim, instandgehouden door de Stichting Christelijke Hogeschool Windesheim. 9. Opleiding: een samenhangend geheel van onderwijseenheden zoals genoemd in artikel 7.3 WHW, gericht op de verwezenlijking van welomschreven doelstellingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit, dient te beschikken. 10. Opleidingscommissie (OC): een voor elke opleiding ingestelde commissie zoals bedoeld in artikel 10.3c WHW. De algemene bevoegdheden zijn geregeld in het door het College van Bestuur vastgestelde basisreglement. De inrichting en aanvullende bevoegdheden zijn geregeld in het door de directeur vastgestelde OC-reglement. 11. Personeel: zij die op basis van de CAO-HBO een arbeidsovereenkomst hebben met de Hogeschool. 1

12. Student: degene die, conform artikel 7.32 e.v. WHW of andere wettelijke regelingen, als student aan de hogeschool is ingeschreven. 13. Werkdag: alle dagen van een jaar met uitzondering van; - de zaterdagen en zondagen; - de bij CAO of door de overheid als zodanig erkende feest- of gedenkdagen; - de dagen waarop de gehele hogeschool voor studenten en personeel gesloten is. 14. WHW: de Wet op het hoger onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek (WHW), zoals gepubliceerd in Staatsblad 1992 nr. 593, inclusief de latere aanvullingen en/of wijzigingen. 2

II OPLEIDINGSCOMMISSIES Artikel 2 Instelling Opleidingscommissies 1. Voor elke opleiding wordt een opleidingscommissie (OC) ingesteld. 2. Indien een OC voor twee of meer opleidingen wordt ingesteld is die OC een gemeenschappelijke opleidingscommissie (GOC). Het besluit tot instelling of opheffing van een GOC wordt genomen door de directeur en vereist de instemming van de DR. 3. Waar in dit reglement wordt gesproken over OC's zijn daaronder mede begrepen de GOC's, tenzij uit de tekst het tegendeel blijkt. Waar in dit reglement gesproken wordt over opleiding moet voor de GOC's gelezen worden opleidingen. 4. Terzake van de taak en de bevoegdheden van een OC gelden de desbetreffende bepalingen van de WHW en hetgeen in het bestuursreglement en het OC-reglement is bepaald. Artikel 3 OC-reglementen Voor elke OC geldt het door de desbetreffende directeur, met inachtneming van dit basisreglement, vastgesteld OC-reglement. Artikel 4 Samenstelling 1. In het OC-reglement is voor elke OC aangegeven hoeveel leden de desbetreffende OC telt, met dien verstande dat elke OC tenminste uit zes leden bestaat en dat in een GOC elke opleiding tenminste door één personeelslid of tenminste één student vertegenwoordigd wordt. 2. De leden van de OC worden benoemd door de desbetreffende directeur, waarbij: a. De helft van het totaal aantal leden van de OC op voordracht van de DR wordt benoemd uit de bij de desbetreffende opleiding ingeschreven studenten, met dien verstande dat er naar moet worden gestreefd dat de studentleden afkomstig zijn uit de verschillende opleidingsfasen. b. De andere leden van de OC op voordracht van de DR worden benoemd uit personeelsleden met een onderwijsfunctie ten behoeve van de betreffende opleiding. 3. Van het lidmaatschap van een OC is uitgesloten de directeur. 4. Benoembaar voor een OC zijn de studenten die en het personeel dat op 1 september staan ingeschreven als student van de desbetreffende opleiding, respectievelijk voor minimaal 0,4 fte in vaste dienst is van de hogeschool of een arbeidsovereenkomst heeft voor bepaalde tijd die afloopt na het einde van de zittingsperiode waarvoor men wordt benoemd en een onderwijsfunctie heeft ten behoeve van de desbetreffende opleiding. Artikel 5 Zittingsduur en zittingstermijn 1. De personeelsleden worden benoemd voor een termijn van twee jaar. Zij zijn na afloop van deze termijn terstond herbenoembaar voor een volgende zittingstermijn. 2. Studentleden worden benoemd voor een termijn van één jaar. Zij zijn na afloop van deze termijn terstond herbenoembaar voor een volgende zittingstermijn. 3. De zittingstermijn vangt aan direct nadat in september de benoemingen hebben plaatsgevonden. 3

4. De maximale zittingsduur van personeelsleden bedraagt zes jaar, met dien verstande dat een nieuwe zittingsduur aanvangt als sedert het aftreden een jaar is verstreken. De maximale zittingsduur van studentleden bedraagt vier jaar, met dien verstande dat een nieuwe zittingsduur aanvangt als sedert het aftreden een jaar is verstreken. 5. Er moet naar worden gestreefd dat jaarlijks slechts de helft van de leden van de OC wordt vervangen, dit om de continuïteit van de werkzaamheden van de OC te waarborgen. Artikel 6 Beëindiging lidmaatschap 1. Het lidmaatschap van een OC eindigt door: a. het aflopen van de zittingstermijn als bedoeld in artikel 5; b. het geen deel meer uitmaken van de geleding van de opleiding waaruit het lid benoemd is; c. onder curatele stelling van het betrokken lid; 2. Het lid kan te allen tijde het lidmaatschap beëindigen, door een schriftelijke opzegging gericht aan de voorzitter van de OC. Artikel 7 Kandidaatstelling leden opleidingscommissie 1. Uiterlijk dertig werkdagen voor het beëindigen van de zittingstermijn van de leden van de opleidingscommissie nodigt de desbetreffende directeur studenten die zijn ingeschreven voor de betreffende opleiding onderscheidenlijk personeelsleden die een onderwijsfunctie vervullen ten behoeve van de betreffende opleiding schriftelijk uit zich kandidaat te stellen voor de OC. 2. De uitnodiging wordt ter inzage gelegd op een voor studenten en personeelsleden van de opleiding(en) toegankelijke plaats. De uitnodiging bevat de termijn tot wanneer de kandidaatstelling mogelijk is. 3. Bevoegd tot het indienen van een kandidaatstelling zijn zij die volgens artikel 4 van dit basisreglement benoembaar zijn tot lid van een OC. 4. Aanmelding als kandidaat geschiedt schriftelijk bij de voorzitter van de DR. 5. Binnen 10 werkdagen na sluiting van de termijn voor kandidaatstelling doet de DR aan de desbetreffende directeur uit de gestelde kandidaten een voordracht tot benoeming. 4

III FUNCTIES EN FUNCTIONEREN Artikel 8 Functies 1. Een OC kiest uit haar midden een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter en een secretaris. 2. Een OC wordt vertegenwoordigd door zijn voorzitter of diens plaatsvervanger. 3. De voorzitter is behalve vergadervoorzitter ook verantwoordelijk voor het bijhouden van de actiepunten en de controle op de uitvoering van het OC-reglement. 4. Door de secretaris van de OC wordt een verslag van de vergaderingen opgesteld. Dit verslag wordt in de eerstvolgende vergadering van de OC vastgesteld. Artikel 9 Vergaderingen 1. De OC komt tenminste twee maal per jaar in vergadering bijeen. 2. De voorzitter stelt tijdig een vergaderrooster, met reservedata, vast voor het komende zittingsjaar. 3. De voorzitter stelt na overleg met de desbetreffende directeur en de secretaris de agenda op. 4. De agenda en bijbehorende vergaderstukken dienen tenminste 7 dagen voor de vergadering in het bezit te zijn van de leden en de directeur. Artikel 10 Openbaarheid 1. De vergaderingen van een OC zijn voor personeel en studenten van de opleiding openbaar, tenzij naar het oordeel van de voorzitter of van een derde deel van de leden van de commissie de aard van een te behandelen onderwerp dan wel de door de directeur verstrekte informatie zich daartegen verzet. 2. De agenda en verslagen van de OC worden ten behoeve van belangstellenden ter inzage gelegd op een toegankelijke plaats binnen de opleiding. In ieder geval wordt een kopie van de agenda en de verslagen toegezonden aan de DR. 3. De vergaderingen van de OC kunnen ook worden bijgewoond door enkele niet-leden als adviseur. Bijvoorbeeld de decaan, de studieadviseur of een stafmedewerker van de hogeschool. Artikel 11 Absentie en machtiging 1. Een lid dat verhinderd is de vergadering bij te wonen, geeft tenminste één dag voor de vergadering hiervan kennis aan de voorzitter of secretaris. 2. Bij afwezigheid kan een lid bij volmacht zijn/haar stem laten uitbrengen, alleen over onderwerpen die op de vooraf opgestelde agenda vermeld zijn. 5

Artikel 12 Besluitvorming 1. Een OC besluit met gewone meerderheid van stemmen. 2. De leden van de OC stemmen zonder last of ruggespraak. 6

IV RECHTEN EN PLICHTEN Artikel 13 Overleg en initiatief 1. De directeur stelt de OC tenminste tweemaal per jaar in gelegenheid de algemene gang van zaken betreffende de opleiding met hem te bespreken. 2. De directeur en de OC komen voorts bijeen indien daarom onder opgave van redenen wordt verzocht door de directeur, de voorzitter van de OC of tenminste twee andere leden van de OC. 3. Een OC is bevoegd over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de betreffende opleiding, aan de directeur en/of de DR voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken. 4. De directeur dient op de aan hem gerichte voorstellen genoemd in het derde lid binnen 20 werkdagen schriftelijk met redenen omkleed te reageren. 5. De OC zendt alle adviezen in afschrift aan de DR dan wel de desbetreffende directeur. 6. De OC bevordert naar vermogen openheid, openbaarheid en onderling overleg binnen de opleiding. Artikel 14 Informatievoorziening 1. De directeur verstrekt de OC aan het begin van een zittingsperiode schriftelijk de basisgegevens omtrent de organisatie binnen de opleiding en op de opleiding betrekking hebbende beleidsvoornemens, -plannen en -regelingen. 2. De directeur stelt de OC jaarlijks in kennis van het door de directeur in het afgelopen jaar gevoerde onderwijsbeleid, door het daaromtrent aan het College van Bestuur gerichte onderwijsjaarverslag ook ter kennis van de OC te brengen. 3. De directeur verschaft al dan niet gevraagd tijdig alle verdere inlichtingen die de OC voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft. De directeur verstrekt de gevraagde informatie, indien mogelijk en redelijkerwijs noodzakelijk, binnen 20 werkdagen nadat het verzoek van de OC hem/haar heeft bereikt. Artikel 15 Geheimhouding 1. De door of namens de directeur aan de OC te verstrekken informatie kan worden verstrekt onder de plicht tot geheimhouding aan de leden van de OC. 2. Degene die de geheimhouding oplegt deelt daarbij tevens mee, welke schriftelijk of mondeling verstrekte gegevens onder de geheimhouding vallen, hoelang deze dient te duren, alsmede of er personen zijn ten aanzien van wie de geheimhouding niet in acht behoeft te worden genomen. 7

Artikel 16 Bevoegdheden 1. De OC heeft tot taak: a. advies uit te brengen over het opleidingsspecifiek deel van het studentenstatuut, als bedoeld in artikel 7.59 WHW; b. het jaarlijks beoordelen van de wijze van uitvoeren van de onderwijs- en examenregeling; c. advies uit te brengen over de beoordeling van de onderwijs- en examenregeling en de weging, ten behoeve van de bewaking en zonodig bijstelling van de studielast, van het tijdsbeslag dat daaruit voor de studenten voortvloeit, zoals bedoeld in artikel 7.14 WHW; d. advies uit te brengen over op de opleiding betrekking hebbende beleidsplannen en beleidsvoornemens die van invloed zijn op de verbetering van de kwaliteit en studeerbaarheid van de opleiding alsmede over het voorgenomen beleid in het licht van de uitkomsten van de kwaliteitsbeoordeling, bedoeld in artikel 2.9, tweede lid, WHW; e. advies uit te brengen over de uitwerking van het systeem van kwaliteitszorg van de opleiding; f. advies uit te brengen over het onderwijsjaarverslag van de opleiding; g. advies uit te brengen over de onderwijsvoorlichting; h. advies uit te brengen over de opleidingspecifieke studenten- en onderwijsvoorzieningen; i. advies uit te brengen over de uitwerking van het doelgroepenbeleid, als bedoeld in artikel 7.34, eerste lid, onder e.,whw; j. advies uit te brengen over de uitwerking beleid inzake seksuele intimidatie en/of ander ongewenst gedrag binnen de opleiding; k. het desgevraagd of uit eigen beweging advies uitbrengen aan de DR en de directeur over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de desbetreffende opleiding. 2. Voorzover bij de vaststelling, nadere regeling of uitvoering van de onderwijs- en examenregeling het advies van de OC niet wordt gevolgd, wordt het desbetreffende besluit met redenen omkleed. 3. De OC geeft advies aan de DR over de vaststelling van het OC-reglement, elke wijziging daarvan daaronder mede begrepen. Artikel 17 Termijnen 1. De directeur draagt er voor zorg dat: a. het advies wordt gevraagd op een zodanig tijdstip dat het advies van wezenlijke invloed kan zijn op de besluitvorming; b. de OC in de gelegenheid wordt gesteld met hem overleg te voeren voordat advies wordt uitgebracht; c. de OC zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis wordt gesteld van de wijze waarop aan het uitgebrachte advies gevolg wordt gegeven; d. de OC, indien de directeur het advies niet of niet geheel wil volgen, in de gelegenheid wordt gesteld nader overleg met haar te voeren alvorens het besluit definitief wordt genomen. 2. De directeur stelt de OC een termijn van 20 werkdagen waarbinnen het advies dient te worden gegeven. 8

3. Indien de OC het advies niet binnen de in het tweede lid bedoelde termijn aan de directeur heeft kenbaar gemaakt, wordt de OC geacht positief te hebben geadviseerd dan wel instemming te hebben verleend aan het voorgenomen besluit. 4. De termijnen genoemd in dit artikel of elders in dit reglement zijn voor de OC en de directeur bindend, tenzij zij hieromtrent in concrete gevallen anders overeenkomen. 9

V FACILITEITENREGELING Artikel 18 Faciliteitenregeling 1. Voor personeelsleden behoren de werkzaamheden voor de OC tot hun taakbelasting en dienen derhalve te worden verricht binnen de omvang van de aanstelling. 2. Voor studentleden behoren de werkzaamheden voor de OC een onderdeel te zijn van hun opleiding en dienen derhalve in beginsel met studiepunten te worden gehonoreerd. 3. De directeur stelt een regeling betreffende de faciliteiten van de OC vast, waarin tenminste bepalingen zijn opgenomen ten aanzien van: a. de vrijstelling van studieactiviteiten dan wel de wijze waarop gemiste verplichte studieactiviteiten kunnen worden gecompenseerd, of een vergoeding in geld of studiepunten per vergadering, waar het de studentleden van de OC betreft. b. de scholing van de leden van de OC en het gebruik van de infrastructuur van de opleiding. 4. Een student die op grond van lid 3 a. aanspraak maakt op een vergoeding in geld of studiepunten kan, vanwege de omstandigheid van zijn lidmaatschap van de OC, geen aanspraak meer maken op een vergoeding uit het afstudeerfonds. 10

VI OVERIGE BEPALINGEN Artikel 19 Bijzondere gevallen In spoedeisende gevallen kan de directeur na overleg met de OC bepalen dat van de in dit reglement genoemde procedure- en termijnenregeling moet worden afgeweken. Artikel 20 Wijziging reglement De directeur legt elke wijziging van het OC-reglement ter instemming voor aan de DR. Artikel 21 Evaluatie Het College van Bestuur draagt zorg voor regelmatige evaluatie van dit basisreglement. Evaluatie vindt tenminste eenmaal in de drie jaar plaats. Artikel 22 Inwerkingtreding Dit reglement treedt in werking met ingang van 1 september 1999. Dit reglement kan worden aangehaald als Basisreglement Opleidingscommissies en maakt als zodanig onderdeel uit van het bestuursreglement van de CHW. 11

BIJLAGE WETSARTIKELEN Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW): Artikel 1.18 Kwaliteitszorg 1. Het instellingsbestuur ( ) draagt er zorg voor dat, zoveel mogelijk in samenwerking met andere instellingen, wordt voorzien in een regelmatige beoordeling, mede door onafhankelijke deskundigen, van de kwaliteit van de werkzaamheden van de instelling. De beoordeling bij instellingen voor hoger onderwijs geschiedt mede aan de hand van het oordeel van studenten over de kwaliteit van het onderwijs van de instelling. Voor zover die beoordeling mede geschiedt door onafhankelijke deskundigen zijn de uitkomsten openbaar. ( ) Artikel 2.9 Verslaglegging 2. In de jaarrekening wordt rekening en verantwoording afgelegd van het financiële beheer van de instelling over het voorafgaande begrotingsjaar. Het jaarverslag omvat mede het voorgenomen beleid ten aanzien van de werkzaamheden van de instelling mede in het licht van de uitkomsten van de kwaliteitsbeoordeling als bedoeld in artikel 1.18 en andere gegevens omtrent de kwaliteit van de werkzaamheden van de instelling. ( ) Artikel 7.13 Onderwijs- en examenregeling 1. Het instellingsbestuur stelt voor elke door de instelling aangeboden opleiding of groep van opleidingen een onderwijs- en examenregeling vast. 2. In de onderwijs- en examenregeling worden, onverminderd het overigens in deze wet ter zake bepaalde, ten minste geregeld: a. de inhoud van de opleiding en van daaraan verbonden examens; b. de inhoud van de afstudeerrichtingen binnen een opleiding en, wat de opleidingen op het gebied van de kunst en de lerarenopleidingen op het gebied van de kunst betreft, de inhoud van de binnen de opleiding voorkomende differentiaties; c. de kwaliteiten op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden die een student zich bij beëindiging van de opleiding moet hebben verworven; d. waar nodig, de inrichting van praktische oefeningen; e. de studielast van de opleiding en van elk van de daarvan deel uitmakende onderwijseenheden; f. de nadere regels, bedoeld in de artikel 7.8b, zesde lid (nadere regels bij studieadvies, red.), en 7.9, vijfde lid (nadere regels bij verwijzing,red.); g. ten aanzien van welke opleidingen toepassing is gegeven aan artikel 7.4, zevende lid (grotere studielast bij universitaire opleidingen,red.), en artikel 7.8a, eerste lid (uitbrengen studieadvies,red.); h. het aantalen de volgtijdelijkheid van de tentamens alsmede de momenten waarop deze afgelegd kunnen worden; i. de voltijdse, deeltijdse of duale inrichting van de opleiding; j. waar nodig, de volgorde waarin, de tijdvakken waarbinnen en het aantal malen per studiejaar dat de gelegenheid wordt geboden tot het afleggen van de tentamens en examens; k. waar nodig, de geldigheidsduur van met goed gevolg afgelegdetentamens, behoudens de bevoegdheid van de examencommissie die geldigheidsduur te verlengen; l. of de tentamens mondeling, schriftelijk of opeen andere wijze wordenafgelegd, behoudens de bevoegdheid van de examencommissie in bijzondere gevallen anders te bepalen; m. de wijze waarop lichamelijk of zintuiglijk gehandicapte studenten redelijkerwijs in de gelegenheid worden gesteld de tentamens af te leggen; n. de openbaarheid van mondeling af te nemen tentamens, behoudens de bevoegdheid van de examencommissie in bijzondere gevallen anders te bepalen; o. de termijn waarbinnen de uitslag van een tentamen bekend wordt gemaakt alsmede of en op welke wijze van deze termijn kan worden afgeweken; p. de wijze waarop en de termijn gedurende welke degene die een schriftelijk tentamen heeft afgelegd, inzage verkrijgt in zijn beoordeelde werk; q. de wijze waarop en de termijn gedurende welke kennis kan worden genomen van vragen en opdrachten, gesteld of gegeven in het kader van een schriftelijk afgenomen tentamen en van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden; 12

r. de gronden waarop de examencommissie voor eerder met goed gevolg afgelegde tentamens of examens in het hoger onderwijs, dan wel voor buiten het hoger onderwijs opgedane kennis of vaardigheden, vrijstelling kan verlenen van het afleggen van een of meer tentamens; s. waar nodig, dat het met goed gevolg afgelegd hebben van tentamens voorwaarde is voor de toelating tot het afleggen van andere tentamens; t. waarnodig, de verplichting tot het deelnemen aan praktische oefeningen met het oog op de toelating tot het afleggen van het desbetreffende tentamen, behoudens de bevoegdheid van de examencommissie vrijstelling te verlenen, al dan niet onder oplegging van vervangende eisen; u. de bewaking van de studievoortgang en de individuele studiebegeleiding, en v. de wijze van beoordeling door het instellingsbestuur van gevallen als bedoeld in artikel 7.31a, derde lid (vrijstelling op grond van verwante opleidingen in het beroepsonderwijs, red.). Artikel 7.14 Beoordeling onderwijs- en examenregeling Het instellingsbestuur draagt zorg voor een regelmatige beoordeling van de onderwijs-en examenregeling en weegt daarbij, ten behoeve van de bewaking en zonodig bijstelling van de studielast, het tijdsbeslag dat daaruit voor de studenten voorvloeit. Artikel 7.34 Rechten inschrijving als student 1. De inschrijving als student geeft recht: ( ) e. op studiebegeleiding; het instellingsbestuur besteedt daarbij bijzondere zorg aan de begeleiding van studenten die behoren tot een etnische of culturele minderheid waarvan de deelname aan het hoger onderwijs in betekenende mate achterblijft met deelname van Nederlanders die niet behoren tot een dergelijke minderheid. Artikel 7.59 Studentenstatuut 1. Het instellingsbestuur stelt het studentenstatuut vast en maakt dit bekend. 2. Het instellingsbestuur reikt aan iedere student bij de eerste inschrijving voor een opleiding het studentenstatuut uit. Indien noodzakelijk reikt het instellingsbestuur ook bij inschrijving voor een volgend studiejaar het studentenstatuut uit. 3. Het studentenstatuut omvat een opleidingsspecifiek deelen een instellingsspecifiek deel. 4. Het opleidingsspecifiek deel bevat in elk geval: a. een beschrijving van de studieopbouw en de ondersteunende faciliteiten die de student door de instelling worden aangeboden, waaronder in ieder geval begrepen: 1. informatie over de opzet, organisatie en uitvoering van het onderwijs, 2. de studentenvoorzieningen, en 3. de faciliteiten betreffende de studentenbegeleiding. b. de onderwijs- en examenregeling, bedoeld in artikel 7.13, eerste lid, en c. een beschrijving van procedures die in aanvulling op de procedures, bedoeld in het vijfde lid onder b ten 2, op de opleiding van toepassing zijn. 5. Het instellingsspecifiek deel bevat in elk geval: a. een beschrijving van de rechten en verplichtingen van de studenten, voortvloeiende uit het bepaalde bij of krachtens de wet, en b. een overzicht van de regelingen die beogen de rechten van de studenten te beschermen, waarin worden opgenomen: 1. een beschrijving van de procedures voor bezwaar en beroep binnen de instelling, alsmede van de beroepsrechten die kunnen worden ontleend aan deze wet en andere wettelijke regelingen, en 2. een beschrijving van aanvullende procedures ter bescherming van de rechten van studenten die door het instellingsbestuur worden getroffen. 13