--~.--~~--------- Cijfermatige benadering van het Instituut der Bedrijfsrevisoren Eric Van Meensel, Directeur administratie Instituut der Bedrijfsrevisoren Veerle Van De Walle, Diensthoofd Instituut der Bedrijfsrevisoren Bij het begin van de eeuwwende lijkt het ons gepast om een poging te wagen om het Instituut der Bedrijfsrevisoren cijfermatig te benaderen op het einde van de twintigste eeuw. Wij wensen ons bij deze benadering in hoofdzaak te steunen op de gegevens die in de ledenlijst met betrekking tot de natuurlijke person en en met betrekking tot de vennootschappen van bedrijfsrevisoren moeten opgenomen worden overeenkomstig artikel 4 van het koninklijk besluit van 20 april 1989 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van het Instituut der Bedrijfsrevisoren (B.S. 22 april 1989). 1. Gegevens met betrekking tot de natuurlijke personen De hoedanigheid van lid van het Instituut der Bedrijfsrevisoren kan aan iedere natuurlijke persoon worden toegekend die daarom verzoekt, wanneer hij beantwoordt aan de voorwaarden opgesomd in artikel 4 van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut der Bedrijfsrevisoren. Dit laatste houdt onder meer in dat de persoon die tot de eed wenst toegelaten te worden met goed gevolg de stage heeft beeindigd, ten minste 25 jaar is en niet ouder dan 65 jaar, van onberispelijk gedrag is en geen onverenigbare activiteiten uitoefent. Personen die in het buitenland een gelijkwaardige hoedanigheid hebben verworyen als deze van bedrijfsrevisor kunnen eveneens de Raad van het IBR verzoeken om op de ledenlijst ingeschreven te worden. Indien de aanvrager geen rechtsonderhorige is van een van de landen behorende tot de EU, is echter de voorwaarde van de wederkerigheid vereist. Zij moeten voorts het bewijs leveren van een voldoende kennis van de Belgische wetgeving om in Belgie het beroep met de nodige bekwaamheid te kunnen uitoefenen. 1.1. Ledenlijst op 31 december 1999 De revisorenpopulatie op basis van het jaar waarin de eed werd afgelegd Op 31 december 1999 staan 989 bedrijfsrevisoren natuurlijke personen op de ledenlijst ingeschreven. De indeling van de leden volgens datum van eedaflegging geeft het hiema volgend resultaat: 583
CIJFERMATIGE BENADERING VAN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN laarklasse aantal percentage 1957-59 3 0,30% 1960-64 1 0,10% 1965-69 10 1,01% 1970-74 28 2,83% 1975-79 52 5,26% 1980-84 131 l3,25% 1985-89 290 29,32% 1990-94 221 22,35% 1995-99 253 25,58% 989 100,00% Einde 1999 stonden nog 171 revisoren op de ledenlijst ingeschreven die de titel hebben verworven in het kader van de overgangsperiode van 1985, van de 224 die van deze mogelijkheid hebben kunnen gebruikmaken. Deze overgangsperiode verklaart ook het feit dat het aantal revisoren, ingeschreven op de ledenlijst, dat de eed aflegde in de jaren 1985-89 zo sterk is vertegenwoordigd. Zonder rekening te houden met de invloed van de overgangsperiode kan gesteld worden dat de klassenverdeling een normale opbouw kent. De populatie van de bedrijfsrevisoren-natuurlijke personen volgens datum van eedaflegging 1957-59 1960-64 1965-69 1970-74 I==:::l 1975-79 I====? 1980-84 198~89 ~=~~~~=~=====~===~==~~~==~ 1990-94 1995-99 J====~===~===~=====i==~~=l:.-----I---- o 50 100 150 200 250 300 350 Voorts dient ook te worden aangestipt dat van de 631 revisoren, die de eed aflegden in de laatste tien jaar, er 157, of dus een kleine 25 %, in dezelfde periode reeds hun ontslag aanboden om andere functies in het bedrijfsleven op te nemen. Dit getuigt van het feit dat het bedrijfsleven graag een beroep doet op personen die een opleiding genoten binnen het revisoraat. 584
---------~.~------------ CIJFERMA TIGE BENADERING V AN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Op de ledenlijst staan ook 25 revisoren die niet de Belgische nationaliteit bezitten; 24 onder hen zijn ingezetenen van een ander land van de Europese Unie en een bezit de Canadese nationaliteit. Waar oefenen de bedrijfsrevisoren hun beroepsactiviteit uit? Wanneer wij de populatie van de bedrijfsrevisoren bekijken op basis van de provincie waar zij hun beroepsactiviteit uitoefenen, krijgen wij volgende resultaten: Plaats van beroepsuitoefening Aantal Vlaams- en Waals-Brabant 345 Antwerpen 248 Oost -Vlaanderen 116 Limburg 77 Luik 67 West-Vlaanderen 54 Henegouwen 31 Namen 20 Luxemburg 16 buitenland 15 989 AIgemeen kan met zekerheid gesteld worden dat de revisorenkantoren gevestigd zijn in de nabijheid van hun clienteel. Het hoeft ons dan ook niet te verwonderen dat nagenoeg 60 % van de revisoren kantoor houden in de provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant en Antwerpen. Dit wordt ontegensprekelijk verklaard door het feit dat het merendeel van de Belgische ondememingen hun administratieve centra en maatschappelijke zetel ook in deze regio's hebben gevestigd. 585
CIJFERMATIGE BENADERING VAN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN De leeftijdsopbouw van de revisorenpopulatie De indeling van de revisorenpopulatie op basis van leeftijdsklassen geeft volgend beeld: Leeftijdsklasse Mannen Vrouwen Totaal 80-84 1 0 1 75-79 5 0 5 70-74 11 0 11 65-69 20 0 20 60-64 33 1 34 55-59 52 3 55 50-54 137 7 144 45-49 134 14 148 40-44 130 22 152 35-39 152 49 201 30-34 126 51 177 25-29 21 20 41 822 167 989 Uit voormelde cijfers blijkt dat het aantal revisoren dat de eed aflegt v66r de leeftijd van dertig jaar veeleer beperkt is. De vrouwen vertegenwoordigen 17 % in de totale populatie van de bedrijfsrevisoren. Het belang van het aantal vrouwen in het beroep neemt de laatste jaren gestadig toe. In de leeftijdsklasse tussen de 25-39 jaar, vertegenwoordigen zij iets meer dan 40 % van de totale populatie. Alles wijst erop dat dit percentage in de toekomst nog kan toenemen. De lengte van de loopbaan van de vrouwen in het beroep is echter wel beperkter dan dit bij hun mannelijke confraters het geval is. Dit kan verklaard worden door het feit dat het beroep van bedrijfsrevisor een zeer grote disponibiliteit vraagt in bepaalde periodes van het jaar, gepaard gaand met een grote werkdruk, wat niet altijd in overeenstemming te brengen is met een taak in een gezin met opgroeiende kinderen. 586
----------------------- - CIJFERMA TIGE BENADERING V AN HET INSTlTUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Revisoren per leeftijdsklasse 80-84 75-79 70-74 65-69 60-64 55-59 50-54 45-49 40-44 35-39 30-34 25-29 Il3 mannen.vrouwen 0 20 40 60 80 100 120 140 160 De sterkst vertegenwoordigde leeftijdsklasse is deze van de 35-39-jarigen. De gemiddelde leeftijd van de bedrijfsrevisoren op 31 december 1999 bedraagt 43,4 jaar; voor de mannelijke bedrijfsrevisoren is dit 44,7 jaar, terwijl dit voor vrouwelijke bedrijfsrevisoren slechts 40,9 jaar bedraagt. 1.2. Evolutie van het ledenbestand van de natuurlijke personen Het aantal bedrijfsrevisoren bedroeg 224 in 1960,223 in 1965 en 218 in 1970. Vanaf 1973 begon het aantalleden langzaam aan toe te nemen, om te komen tot 235 in 1975 en 273 in 1980. De verdere evolutie van het ledenaantal blijkt uit de hiernavolgende grafiek. 587
CIJFERMATIGE BENADERING V AN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Evolutie van het aantalleden natuurlijke personen 600+---------~~~~--~--------~~~~~~~~ ------------------------- ---- 400+---------~~~~~~----------~~~~~---- 200 ------ Nederlandstalig --Franstalig - - tetaal aangroei De overgangsperiode voor accountants, ingeschreven in de wet tot hervorming van het bedrijfsrevisoraat van 1985, zorgde uiteraard voor een piek in de aangroei van het ledenaantal in 1986_ Tussen 1987 en einde 1999 bedroeg de jaarlijkse gemiddelde toename van het aantal revisoren 3,32%. Of het ledenaantal in de toekomst verder zal blijven stijgen, zal uiteraard afuangen van het feit of het aantal nieuwe eedafleggingen - op enkele uitzonderingen na betreft het de stagiairs die door de Raad van het Instituut tot de eed worden toegelaten nadat zij geslaagd zijn voor het bekwaamheidsexamen - het aantal ontslagnemingen zal blijven overtreffen. De evolutie terzake over de laatste tien jaar wordt in de hiernavolgende grafiek samengevat. 400 350 300 250 200 1t>O 100 --+-- aantal stagiairs - - - A- - - aangroei van het aantal revisoren eedaf\eggingen --e-- ontslagnemingen 50,0' D -50. ' 588
~----~--~~---------- CIJFERMA TlGE BENADERING V AN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN 2. Gegevens met betrekking tot de vennootschappen Sinds de wet van 21 februari 1985 tot hervorming van het bedrijfsrevisoraat (B.S. 28 februari 1985) kunnen de bedrijfsrevisoren zich verenigen in burgerlijke professionele6mnnootschappen naar Belgisch recht. Deze vennootschappen kunnen verzoeken om de hoedanigffud van lid van het Instituut te verkrijgen, wanneer zij de door de Koning vastgestelde voorwaarden vervullen (art. 4bis van de wet). Artikel 14 van het koninkkook besluit van 3q mei 1985 tot uitvoering van de overgangsbepalingen in de wet van 22 juli 1953 (B.S. 30 mei 1985), bepaalt dat voormelde burgerlijke vennootschappen dienen opgericht te zijn in de vorm van een vennootschap onder firma (VOF), een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkbeid (BVBA) of een cooperatieve vennootschap (CV) en bepaalt voorts aan welke andere voorwaarden deze burgerlijke vennootschappen moeten voldoen. Het koninklijk besluit eist - bijvoorbeeld - dat alle vennoten, zaakvoerders en bestuurders lid zijn van het Instituut der Bedrijfsrevisoren of in het buitenland een gelijkwaardige hoedanigheid hebben, terwijl de bestuurders en zaakvoerders ook natuurlijke personen moeten zijn. 2.1. Ledenlijst op 31 december 1999 Op 31 december 1999 stonden 335 vennootschappen van revisoren ingeschreven op de ledenlij st. De indeling van de revisorenvennootschappen op basis van de datum van toe lating als lid en hun rechtsvorm geeft volgend resultaat: Jaar van inschrijving Rechtsvorm Totaal aantal CV BVBA VOF op 31112/99 1985-89 26 50-76 1990-94 8 71-79 1995-99 11 169-180 45 290-335 Deze 335 vennootschappen van revisoren verenigen in totaal 818 revisoren (vennoten: 585; zelfstandige medewerkers: 65; werknemers: 168). Er worden 219 eenpersoonsvennootschappen geteld onder de 290 vennootschappen van revisoren die de vorm hebben aangenomen van een BVBA, waarvan er 145 werden opgericht na 1994. 589
CIJFERMA TIGE BENADERING V AN HET INSTITUUT DER BEDRIJFSREVISOREN Tevens willen wij ook aanstippen dat 109 vennootschappen deelnemen in een of meer andere vennootschappen, terwijl er binnen de op de ledenlijst ingeschreven revisorenvennootschappen 594 bestuursmandaten worden waargenomen door bedri jfsrevisoren. Populatie van de bedrijfsrevisorenvennootschappen op basis van het jaar van inschrijving op de ledenlijst 1985-89 1990-94 1995-99 o 50 100 150 200 2.2. Evolutie van het ledenbestand van de rechtspersonen Tot 1995 gold dat de bedrijfsrevisoren zich alleen konden verenigen met een enkele vennootschap van bedrijfsrevisoren. Deze interpretatie van het exclusiviteitsprincipe, ingeschreven in artikel29 van het koninklijk besluit van 10 januari 1994 betreffende de plichten van de bedrijfsrevisoren CB.S. 18 januari 1994), werd echter verlaten door de beslissing van de Raad van het Instituut in 1995 Cl). Hierbij werd het een bedrijfsrevisor als natuurlijk persoon weliswaar niet toegelaten om - behoudens uitzondering toegestaan door de Raad - in meer dan een vennootschap van bedrijfsrevisoren te participeren, doch wel om maximaal in twee vennootschappen een mandaat van bestuurder op te nemen. Voorts werd ook toegestaan dat een revisorenvennootschap kan participeren in een andere revisorenvennootschap. Deze beslissing maakte het de bedrijfsrevisoren mogelijk om zich op een andere wijze te structureren dan voorheen het geval was - zoals bijvoorbeeld op regionale basis of op basis van sectorale specialisatie - en verklaart mede waarom sinds 1995 het aantal revisorenvennootschappen in belangrijke mate is toegenomen. (1) LB.R.-Jaarverslag, 1995,47. 590
--~---------- -- CIJFERMATIGE BENADERING V AN HET INSTlTUUT DER BEDRIJFSREVISOREN In de hiernavolgende tabel wordt de evolutie geschetst van het aantal vennootschappen dat op de ledenlijst over de jaren heen was ingeschreven. VOF BVBA CV Totaal Aangroei 1985 - - 8 8 8 1986 2 6 27 35 27 1987 5 11 35 51 16 1988 5 39 40 84 33 1989 4 60 42 106 22 1990 4 76 47 127 21 1991 4 95 42 141 14 1992 3 116 40 159 18 1993 3 124 39 166 7 1994 2 134 41 177 11 1995 2 150 44 196 19 1996 1 196 46 243 47 1997 0 227 47 274 31 1998 0 258 46 304 30 1999 0 290 45 335 31 Sinds 1997 zijn er niet langer vennootschappen op de ledenlijst ingeschreven die de vorm van een VOF hebben aangenomen. 400 350 300 --VOF 250 --BVBA 200 -CV 150 - - totaaj 100 - - - aangroei 50 0 Wij willen tot slot opmerken dat vooral het aantal op de ledenlijst ingeschreven vennootschappen, die de vorm van een BVBA hebben aangenomen, na 1995 zeer sterk is toegenomen. Het feit dat meer en meer bedrijfsrevisoren hun beroepsactiviteit onderbrengen in een eenpersoons-bvba, die op haar beurt aandeelhouder wordt in een cooperatieve vennootschap, is daar wellicht niet vreemd aan. 591