November Werkingsprincipe

Vergelijkbare documenten
Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V2 van november Werkingsprincipe

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V5 van november Werkingsprincipe

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V7 van november Werkingsprincipe

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V3 van november Werkingsprincipe

Warmtewisselaar; 37% reductie fijnstof (PM10) Additionele technieken voor emissiereductie van fijn stof bij de diercategorieën E, F en G

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V3 van november Werkingsprincipe

Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019)

Vervangt Systeembeschrijving BWL van juni 2010

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem 4a Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

Bijlagen bij de aanvraag

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Directoraat-Generaal Milieu en Internationaal; Directie Duurzaamheid

BIJLAGE 2: BEOORDELING EMISSIEARME HUISVESTINGSYSTEMEN

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V4 van april Werkingsprincipe

PROVINCIAAL BLAD. Derde wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant

Besluit Postbus 90151

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V1 van maart Werkingsprincipe

_DIERAANTALLEN v.d. BROEK, KUIVEZAND 2A, OUD GASTEL, O.B.V. VERGUNNING 2010 & VERLEENDE NBWET

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Systeembeschrijving van Oktober Vervangt BWL V2 van oktober 2012

Bijlage 1: Dieraantallen en -categorieën en invoergegevens referentiesituatie, beoogd en alternatief

Berekening emissiefactoren systeem met vervolghuisvesting vleeskuikens

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit

Ligboxenstal met dichte hellende vloer, met profilering, met snelle gierafvoer met mestschuif Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar

Bijlage 1: Dieraantallen en -categorieën en invoergegevens referentiesituatie, beoogde situatie (voorkeursalternatief) en alternatief

Rav-code A 1.14 Systeembeschrijving van April Vervangt BWL V6 van december Werkingsprincipe

TECHNISCH INFORMATIEDOCUMENT LUCHTWASSYSTEMEN VOOR DE VEEHOUDERIJ

BIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Werkingsprincipe DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM

Ligboxenstal met sleufvloer met noppen en mestschuif

Biologische luchtwasser T.A.J.N.

Rav-code A 1.28 Systeembeschrijving van December Vervangt BWL van augustus Werkingsprincipe

BIJLAGE 5 DIMENSIONERINGSPLANNEN

DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM

Emissiefactoren fijnstof voor veehouderij Versie maart 2013 De categorie-indeling is overeenkomstig de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav)

Rav-code A 1.23 Systeembeschrijving van. Juli Vervangt BWL V2 van april Werkingsprincipe

ROBA Advies B.V. Florijn 4 Postbus AH Deurne tel fax

Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen. Hilko Ellen Informatiebijeenkomst Wychen

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem

Deze stalbeschrijving is gebaseerd op een uitbroed-/opfokfase en een vervolghuisvestingfase binnen hetzelfde bedrijf.

Deze stalbeschrijving is gebaseerd op een uitbroed-/opfokfase en een vervolghuisvestingfase binnen hetzelfde bedrijf.

Pluimveehouderij Annahof BV te Rouveen, gemeente Staphorst

.41. Gemeente. Omgevingsvergunning ^grzonden 1 7 DEC 2012

Toelichting ventilatie Boerijendijk 7, Groenlo

Emissie in kg NH3 per dierplaats per jaar volgens traditioneel systeem

S-lijst: Lijst van technieken die de uitgaande stallucht zuiveren

Ligboxenstal met roostervloer voorzien van cassettes in de roosterspleten en mestschuif Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Systeembeschrijving van Oktober Vervangt BWL van oktober Werkingsprincipe

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Pluimveebedrijf Jofra-Poultry, Houtbroekstraat 8 te Someren

Lijst met technische staleisen

Rav-code A 1.18 Systeembeschrijving van December Vervangt BWL V3 van april Werkingsprincipe

Bij kraamzeugen wordt geen eis aan de vloeruitvoering gesteld.

Ventielventilatie. Beschrijving

Deze stalbeschrijving is gebaseerd op een uitbroed-/opfokfase en een vervolghuisvestingfase binnen hetzelfde bedrijf.

Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu. Locatie: Oosterterpweg SJ WIERINGERWERF

Uitbroeden eieren en opfokken vleeskuikens tot 19 dagen in stal met etages en vervolghuisvesting in E 5.6 (vleeskuikenstal met mixluchtventilatie)

PROVINCIAAL BLAD. Eerste wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant

Rav-code A 1.27 Systeembeschrijving van December Vervangt BWL V2 van juli Werkingsprincipe

Samen werken aan groei. Emissiearme systemen voor de melkveehouderij

Bijlage OBM & Melding Activiteitenbesluit

En een ondertite l, bijvoorb eeld de. Emissiearme vloersystemen voor de melkveehouderij 2015

BIJLAGE BIJ CASUS: EEN VEEHOUDERIJ BREIDT UIT.

VLAAMSE OVERHEID Omgeving

Emissiearme systemen voor de melkveehouderij

Bijlage 2 bij de Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant 2013

Diercategorie R-1 Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar

Controlerapport. Opgesteld: 14 oktober Milieuzaken

Milieu inventarisatie afdeling Milieu ten behoeve van plan- en projectadvisering. Datum: 4 november 2009

Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van..., nr. IENM/BSK-2015/, tot wijziging van de Regeling ammoniak en veehouderij

(Tekst geldend op: )

Zaaknummer : Vergunninghouder : W. Hoeve Projectomschrijving : Verbouw en verlengen stal en het oprichten van een mestloods

Toelichting bij de lijst emissiefactoren fijn stof voor de veehouderij Maart 2010

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Samen werken aan groei. Emissiearme systemen voor de melkveehouderij

Fijn stofemissies huidige en voorgenomen situatie

Vermeerderaar in de. En wat komt er nog aan: Wat staat er komend jaar te gebeuren: veranderende wereld van de wet- en regelgeving.

10 april Nota van zienswijzen. ontwerp bestemmingsplan Orvelterveld 2A en 3 te Orvelte

Bijlage 1, onderdeel A 1, diercategorie melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar, wordt als volgt gewijzigd:

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning

Regeling geurhinder en veehouderij

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING

Overzicht PAS-maatregelen

Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Het Varkensloket Scheldeweg Melle

Deze fiche werd opgesteld in het kader van het demonstratieproject Goed GeRUND

ROBA Advies B.V. Florijn 4 Postbus AH Deurne tel fax

Transcriptie:

Nummer systeem Naam systeem BWL 2017.07.V1 Volledig mechanisch geventileerde geitenstal in combinatie met een luchtwassysteem Categorie Additionele techniek voor geiten ouder dan 1 jaar (C 1), opfokgeiten van 61 dagen tot en met en opfokgeiten en afmestlammeren tot en met 60 dagen (C3) Systeembeschrijving van Juli 2018 Vervangt systeembeschrijving van November 2017 Werkingsprincipe Het dierenverblijf wordt voorzien van een mechanisch ventilatiesysteem dat is gebaseerd op onderdruk in de stal. Met ventilatoren wordt alle ventilatielucht uit het dierenverblijf afgezogen. Dit betekent dat geen ventilatie via een open nok plaatsvindt, de nok van de stal is daarom dicht uitgevoerd. De grootte van de luchtinlaatopening is afgestemd op de actuele ventilatiebehoefte. De grootte van de luchtinlaatopening wordt automatisch geregeld. De toegangsdeuren mogen niet langer open staan dan strikt noodzakelijk is voor het doorlaten van personen, dieren en goederen. Vanuit het dierenverblijf wordt de lucht naar een luchtwassysteem geleid om te worden gereinigd. Voor een beschrijving van het werkingsprincipe van het luchtwassysteem wordt verwezen naar de systeembeschrijving van het betreffende luchtwassysteem. DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM Onderdeel Uitvoeringseis 1a Luchtinlaat de luchtinlaatopening is voorzien van een systeem waarmee de grootte van de opening wordt geregeld, bijvoorbeeld ventilatieventielen (luchtinlaatventielen) of gestuurde kleppen 1b de maximale grootte van de openingen waardoor de verse lucht binnen komt is maximaal 2 cm² per m³ geïnstalleerde ventilatiecapaciteit, zie bijlage 1 voor de te hanteren waarden voor de verschillende diercategorieën 2a Ventilatie het dierenverblijf is voorzien van een mechanisch ventilatiesysteem gebaseerd op onderdruk waarbij een ventilatiecomputer zowel de grootte van de luchtinlaatopeningen als de ventilatoren aanstuurt 2b de te installeren ventilatiecapaciteit per uur moet minimaal gelijk zijn aan 1 m³ lucht per kg lichaamsgewicht (hierbij wordt uitgegaan van het maximale gewicht van de dieren), zie bijlage 1 voor de te hanteren waarden voor de verschillende diercategorieën 3a Toegangsdeuren de toegangsdeuren van de stal zijn zoveel mogelijk gesloten, deze deuren mogen worden geopend voor het doorlaten van personen, dieren en goederen, zoals hierna is toegelicht 3b de grotere deuren (groter dan 5 m²) mogen maximaal 1 uur per dag open staan (gezamenlijke tijd voor alle grote deuren in de stal) deze deuren zijn voorzien van een elektrisch systeem, waarbij de deur na doorgang van een voertuig of ander apparaat of een persoon automatisch direct wordt gesloten

3c 3d 3e de kleinere deuren (tot en met 5 m²) mogen alleen worden geopend voor directe doorgang en dienen daarna direct weer te worden gesloten, deze deuren zijn voorzien van een deurdranger bij het toepassen van beweiden zijn de deuropeningen waardoor de dieren de stal verlaten of terugkomen voorzien van bijvoorbeeld afdichtflappen zodat de openingen direct weer dicht zijn na passage van de dieren (de deuren blijven dan open staan en de flappen zorgen voor de afdichting) het ontmesten van de potstallen (strostallen) mag maximaal 8 keer per jaar plaatsvinden, het ontmesten dient binnen een zo n kort mogelijke periode plaats te vinden en binnen 1 dag 4 Ventilatieplan met een ventilatieplan 1, is aangetoond hoe aan de uitvoeringseisen 1b, 2a, 2b, 3b en, als van toepassing, 3e is voldaan 6 Registratieapparatuur aanvullend op het meet- en registratiesysteem van het luchtwassysteem, is registratieapparatuur aanwezig voor: - het registreren van het aan staan van de ventilatie (urenteller, kwhmeter, toerenteller of meetventilator); - het meten van de capaciteit van de ventilatie; - het registreren van de tijdstippen waarop de deuren open en dicht gaan (open en dicht zijn) 7a Luchtwassysteem aan de luchtuitlaat van het dierenverblijf is een luchtwassysteem gekoppeld 7b zie de systeembeschrijving van het betreffende luchtwassysteem voor de technische eisen aan het luchtwassysteem HET GEBRUIK VAN HET SYSTEEM Onderdeel Gebruikseis a1 Ventilatie de lucht uit het dierenverblijf mag alleen in hoofdzaak via het luchtwassysteem het dierenverblijf verlaten a2 de grootte van de luchtinlaatopening is automatisch geregeld en is afgestemd op de actuele ventilatiebehoefte van de aanwezige dieren c Registratiesysteem aanvullend op het meet- en registratiesysteem van het luchtwassysteem worden voor een controle op de werking van het ventilatiesysteem de volgende gegevens automatisch geregistreerd: - het aan staan van de ventilatie; - de capaciteit van de ventilatie; - de tijdstippen waarop de grote deuren open staan, inclusief het aantal minuten per dag dat de grote deuren hebben opengestaan De geregistreerde waarden worden minimaal vijf jaar bewaard d Luchtwassysteem zie de systeembeschrijving van het betreffende luchtwassysteem voor de eisen aan het gebruik van het luchtwassysteem Werkingsresultaat Zie systeembeschrijving van het betreffende luchtwassysteem voor het werkingsresultaat van het luchtwassysteem. Dit resultaat is van toepassing op het deel van de ventilatielucht dat door de luchtwasser gaat. Het is echter niet te waarborgen dat alle ventilatielucht door de luchtwasser gaat. Bij het voldoen aan de in deze beschrijving 1 In de inrichting dient een ventilatieplan aanwezig te zijn waarin staat uitgewerkt hoe is geborgd dat onder alle omstandigheden voldoende onderdruk in de stal aanwezig is en in hoofdzaak alle ventilatielucht de stal via de luchtwasser verlaat. Bij het openen van een deur is het mogelijk dat ook lucht de stal via de deuropening verlaat. Deze hoeveelheid moet tot een minimum worden beperkt.

opgenomen eisen is het aandeel leklucht vastgesteld op 5%. Dit is verdisconteerd in onderstaande emissiefactoren. Emissiefactor ammoniak De ammoniakemissiefactor van het ssysteem in het berekend met de volgende formule: EFstal met luchtwasser = EFstal - (0,95 * EFstal * VERWlw / 100) Legenda: EFstal met luchtwasser: ammoniakemissiefactor van de combinatie ssysteem met mechanische ventilatie en luchtwassysteem. EFstal: ammoniakemissiefactor van het ssysteem, zie bijlage 1 bij de Rav VERWlw: verwijderingsrendement luchtwassysteem, Emissiefactor geur In bijlage 2 is een tabel met emissiefactoren opgenomen die zijn De geuremissiefactor van het ssysteem in het berekend met de volgende formule: EFstal met luchtwasser = EFstal - (0,95 * EFstal * VERWlw / 100) Legenda: EFstal met luchtwasser: geuremissiefactor van de combinatie ssysteem met mechanische ventilatie en luchtwassysteem. EFstal: geuremissiefactor van het ssysteem, zie bijlage 1 bij de Rgv VERWlw: verwijderingsrendement luchtwassysteem, Emissiefactor zwevende deeltjes (fijn stof PM 10 ) Verwijzing rapport In bijlage 2 is een tabel met emissiefactoren opgenomen die zijn De fijn stofemissiefactor van het ssysteem in het berekend met dezelfde formule als bij emissiefactor ammoniak. In plaats van de ammoniakemissiefactor en het verwijderingsrendement voor ammoniak worden dan de fijn stofemissiefactor en het verwijderingsrendement voor fijn stof ingevuld. In bijlage 4 is een tabel met emissiefactoren opgenomen die zijn Zie de systeeembeschrijving van het betreffende luchtwassysteem.

Bijlage 1 minimale ventilatiecapaciteit In onderstaande tabel zijn de minimaal te installeren ventilatiecapaciteit en de maximale grootte van de luchtinlaatopeningen bij de verschillende diercategorieën naast elkaar gezet. Diercategorie Minimaal te installeren ventilatiecapaciteit (maximale ventilatiebehoefte) (o.b.v. 1 m³ per kg) Maximale grootte luchtinlaatopening (o.b.v. 2 cm² per m³ maximale ventilatiebehoefte) geiten ouder dan 1 jaar (C 1) 70 m³ lucht per uur 140 cm² opfokgeiten van 61 dagen tot en met één 50 m³ lucht per uur 100 cm² jaar (C 2) opfokgeiten en afmestlammeren tot en met 60 dagen (C 3) 14 m³ lucht per uur 28 cm² Bijlage 2 Ammoniakemissiefactoren De ammoniakemissiefactoren (in kg ammoniak per dierplaats per jaar) zijn berekend voor de combinatie van de verschillende luchtwassystemen met het overige ssysteem. Overige 70 85 90 95 (in kg NH 3 per dierplaats per jaar) geiten ouder dan 1 jaar (C 1) 1,9 0,64 0,37 0,28 0,19 opfokgeiten van 61 dagen tot en met 0,8 0,27 0,15 0,12 0,08 opfokgeiten en afmestlammeren tot 0,2 0,07 0,04 0,03 0,02 en met 60 dagen (C 3) 66,5 80,8 85,5 90,3 Het ssysteem in de stal kan worden gecombineerd met alle beschikbare luchtwassystemen in bijlage 1 bij de Regeling ammoniak en veehouderij. Dit zijn zowel de enkelvoudige biologische en chemische luchtwassystemen als de gecombineerde luchtwassystemen (luchtwassystemen anders dan bilogisch en chemisch). De specifieke luchtwassystemen zijn in bovenstaand overzicht niet beschreven. Voor de overzichtelijkheid is alleen het verwijderingsrendement voor ammoniak van het luchtwassysteem vermeld, ongeacht of dit nu een enkelvoudig biologisch, een enkelvoudig chemisch of een gecombineerd luchtwassysteem is.

Bijlage 3 geuremissiefactoren De ammoniakemissiefactoren (in OuE/s per dierplaats) zijn berekend voor de combinatie van de verschillende luchtwassystemen met het overige ssysteem. Overige 30 45 (in OuE/s per dierplaats) geiten ouder dan 1 jaar (C 1) 18,8 13,4 10,8 opfokgeiten van 61 dagen tot en met 11,3 8,1 6,5 opfokgeiten en afmestlammeren tot 5,7 4,1 3,3 en met 60 dagen (C 3) 29 43 Bijlage 4 fijn stofemissiefactor (PM 10 ) De emissiefactoren voor fijn stof (in gram PM 10 per dierplaats per jaar) zijn berekend voor de combinatie van de verschillende luchtwassystemen met het overige ssysteem. Overige 35 60 75 80 (in gram PM 10 per dierplaats per jaar) geiten ouder dan 1 jaar (C 1) 19 13 8 5 5 opfokgeiten van 61 dagen tot en met 10 7 4 3 2 opfokgeiten en afmestlammeren tot en 10 7 4 3 2 met 60 dagen (C 3) 28,5 57,0 71,3 76,0 Het ssysteem in de stal kan worden gecombineerd met alle beschikbare luchtwassystemen in bijlage 1 bij de Regeling ammonaik en veehouderij. Dit zijn zowel de enkelvoudige biologische en chemische luchtwassystemen als de gecombineerde luchtwassystemen (luchtwassystemen anders dan bilogisch en chemisch). De specifieke luchtwassystemen zijn in bovenstaand overzicht niet beschreven. Voor de overzichtelijkheid is alleen het verwijderingsrendement voor fijn stof van het luchtwassysteem vermeld, ongeacht of dit nu een enkelvoudig biologisch, een enkelvoudig chemisch of een gecombineerd luchtwassysteem is.