Integriteit. Jaarverslag

Vergelijkbare documenten
VOORWOORD. Graag bied ik u het Jaarverslag Integriteit 2011 aan.

Basisnormen integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Jaarverslag integriteit

Ambtelijk integriteitsbeleid gemeente Almere 2016

INTEGRITEITBELEID AMBTENAREN GEMEENTE UDEN

Basisnorm Aandacht voor integriteit: format integriteitsbeleid

Quick scan integriteitsbeleid

Regeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018

1. Is binnen uw organisatie het integriteitsbeleid schriftelijk vastgelegd? (in %)

Jaarverslag Integriteit 2016 gemeente Almere

Integriteitsbeleid. Algemeen

INTEGRITEITSBELEID. beloven en doen

Versie mei Integriteitsbeleid Gemeente Brielle

Code blauw. Context Code Blauw

Thema Integriteit Werkconferentie Gemeente Den Helder 19 januari 2012

Integriteitsbeleid Waterschap Vallei en Veluwe

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaal houdende Integriteitsbeleid voor de gemeente Lingewaal

Integriteitsbeleid Gemeente

GEMEENTEBLAD. Nr Integriteitsbeleid Gemeente. Inhoudsopgave integriteitsbeleid gemeente Korendijk Korendijk 2016

Inhoudsopgave integriteitsplan gemeente Krimpenerwaard

Protocol vermoedens integriteitsschendingen politieke ambtsdragers gemeente Stichtse Vecht

Artikel 3 Een overheidswerkgever sluit geen arbeidsovereenkomst met:

PROCEDURE VOOR HET VERRICHTEN VAN EEN ONDERZOEK BIJ EEN VERMOEDEN VAN MISSTAND

Modelaanpak basisnormen integriteit. openbaar bestuur en politie

Regeling nevenwerkzaamheden en financiële belangen gemeente Waalwijk

NOTA INTEGRITEIT GEMEENTE BRONCKHORST voor. griffier en griffie medewerkers

Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Rotterdam en omgeving De Wet op het voortgezet onderwijs.

Regeling integriteitmeldingen gemeente Waalwijk, P&O/cfw, 11/ Vastgesteld door het college van de gemeente Waalwijk d.d. 16 augustus

gelet op het bepaalde in artikel 15:1e van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling- Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO),

Bijlage 4. Aanbevelingen op onderwerp-niveau

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere

INTEGRITEITBELEID POLITIEKE AMBTSDRAGERS GEMEENTE UDEN

Notitie integriteitsbeleid gemeente Texel

Integriteitsbeleid gemeente Gennep Integraal voor politiek ambtsdragers en ambtenaren

Gedragscode Medewerkers Eumedion

Bedrijfscode Haag Wonen

Integriteitsmonitor 2012 Griffiers 1

Nr Melding. vermoedens misstanden gemeente Alkmaar (voormalig Klokkenluidersregeling)

Klokkenluidersregeling

Handreiking gedragscode provinciale ambtenaren

Advies en Programma van Eisen Toolbox Integriteit sector waterschappen

Inventarisatie integriteitbeleid openbaar bestuur en politie

Integriteitcode. Preambule

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Regeling Melden vermoeden van een misstand, onregelmatigheid of integriteitschending

gemeente Eindhoven RaadsvoorstelBestuurlijke integriteit

Inleiding. Carlo Oostindie, Directeur-bestuurder. Integriteitscode versie /10/2017 2

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar. Onderwerp Openbaar maken nevenwerkzaamheden

: W. Pelgrom (voorzitter werkgeverscommissie) : Integriteitsbeleid medewerkers griffie en de griffier

INTEGRITEIT UITGEROLD. Handreiking bij integriteitsbeleid

Gelet op artikelen 15:1 tot en met 15:1g van de van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO)

Contents. Inhoudsopgave 1. ALGEMEEN GEDRAGSREGELS SANCTIES INWERKINGTREDING INTRODUCTIE... 3

KLOKKENLUIDERSREGELING LANDELIJK BUREAU VLUCHTELINGENWERK NEDERLAND

Klokkenluidersregeling

MONITOR INTEGRITEIT OPENBAAR BESTUUR 2012

Inventarisatie integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie 2008

Gedragscode VolkerWessels

Integriteitscode en klokkenluidersregeling Januari 2017

Integriteitscode. Stichting Scholengroep Leonardo da Vinci;

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand

gemeentebestuur rk>i-= etaris, uw brief van datum 16 april 2019 ons kenmerk uw kenmerk onderwerp Jaarverslag Integriteit 2018 PURMEREND

PRO EMMEN INTEGRITEITSCODE JUNI Bestuursverslag. PRO Emmen I N F PRO- E M M E N. NL

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek; gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en de artikelen 15:1:a tot en met 15:1:g;

Omgaan met melden vermoeden misstand (Klokkenluidersregeling)

Regeling Melding Vermoeden Misstand Purmerend 2015

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland - Vaststellen van de Gedragscode ambtelijke integriteit

Klokkenluidersregeling melding vermoeden misstand en/of integriteitschending

Procedurereglement bij vermoeden van misstanden gemeente Hellevoetsluis 2014

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand)

De bedrijfscode van JNW makelaars.

Integriteitscode. Integriteitscode van de Stichting voor PC Voortgezet Onderwijs in de Noordoostpolder e.o

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Klokkenluidersregeling Woonpartners Midden-Holland

AB: Ja Opdrachtgever: Harm Küpers

Regeling Vermoeden Misstand Metropoolregio Eindhoven 2016

Regeling melding vermoeden misstand of integriteitsschending (Interne klokkenluidersregeling gemeente Lochem)

Handleiding. Documentatie

Jaarverslag Vertrouwenspersoon Integriteit Stichting Tabijn

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom

Integriteitscode. 15/02/2018 Proces/document E. Voorberg directeur/bestuurder MR. Voorlopige vaststelling. 28/02/2019 Versienummer 2.

K l o k k e n l u i d e r s r e g e l i n g. Stichting Pensioenfonds PostN L

Artikel 1. In deze regeling wordt verstaan onder eed of belofte: de eed of de belofte, bedoeld in artikel 99a van het Ambtenarenreglement.

REGELING NEVENWERKZAAMHEDEN EN FINANCIËLE BELANGEN DEN HAAG Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag,

Integriteitscode december 2012 aangevuld april 2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Meldingsregeling misstanden en onregelmatigheden RUG

ISS Klokkenluidersbeleid

INTEGRITEITSCODE WONINGVERENIGING NEDERWEERT 2018

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

b. afdeling advies van het Huis voor Klokkenluiders: de afdeling advies van het Huis, bedoeld in artikel 3a, lid 2, wet Huis voor Klokkenluiders

Regeling Melding Vermoeden Misstand

Titel: Klokkenluidersregeling

Integriteitscode September 2017

Als in de code gesproken wordt over medewerkers, worden bedoeld: directie en leidinggevende, alle medewerkers, en de toezichthouders.

Klokkenluiderregeling Stichting Woonplus Schiedam Maart 2009

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie;

Gedragscode. Voor de voorzitter, de leden en de plaatsvervangende leden van de Algemene Rekenkamer van Sint Maarten.

Transcriptie:

Integriteit Jaarverslag 2009-2010

VOORWOORD Graag bied ik u het Jaarverslag Integriteit 2009-2010 aan. Begin 2009 heeft het college de commissie integriteit ingesteld. Vanaf dat moment is er structurele aandacht voor het ontwikkelen van beleid en de invoering ervan. Hierbij wordt de nadruk gelegd op professionaliteit en het voorkomen van incidenten. Met de aandacht is in Zaanstad het bewustzijn voor integriteitrisico s gegroeid, zowel bij het bestuur als bij de ambtelijke organisatie. Integriteit is benoemd als een van de vijf pijlers van Hoe Zaanstad Werkt. Dit jaarverslag, waarin verantwoording wordt afgelegd over de inspanningen, is ook zelf een onderdeel van dit beleid. Hiermee wordt voldaan aan de verplichting zoals opgenomen in de Ambtenarenwet om jaarlijks verantwoording af te leggen over het gevoerde integriteitbeleid en over de naleving van de gedragscode. Integriteit is een lastig onderwerp in gesprekken. Maar aandacht ervoor betekent niet dat medewerkers als individu niet worden vertrouwd, het betekent dat wij ons bewust zijn van de grote verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de gemeentelijke organisatie. Daarom vind ik het goed dat het onderwerp al bij indiensttreding van nieuwe medewerkers over het voetlicht wordt gebracht. In het introductieprogramma wordt het belang van integriteit benadrukt, in het bijzonder door het afnemen van de ambtseed door een van de directeuren en door het volgen van een training. Met dit alles zijn belangrijke stappen gezet op weg naar de situatie dat integriteit een vanzelfsprekend onderdeel is van de manier van werken. Een positief effect van de aandacht is dat nu, vaker dan voorheen, incidenten worden gemeld die voorheen niet bekend werden. De organisatie kan immers alleen goed reageren als zaken worden gemeld. De afgelopen twee jaar is al veel bereikt. Het komende jaar zal het beleid worden voortgezet en aandacht worden besteed aan een grotere bekendheid ervan. Geke Faber Burgemeester van Zaanstad 1

1 INLEIDING 1.1 Wat is integriteit Integriteit is verbreed van niet doen wat niet mag naar het goede doen. Door de verdergaande complexiteit en individualisering binnen de samenleving, volstaat het niet meer om slechts de regels op te volgen. Steeds vaker moet in alle lagen van de organisatie een professionele afweging worden gemaakt van individuele gevallen in het licht van algemene normen. Integriteit is niet alleen een kwestie van regels, geboden en verboden; van fraude, corruptie en diefstal. Integriteit is een kwestie van mentaliteit, houding en gedrag; van professionele verantwoordelijkheid. Het gaat om kernwaarden als zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, geloofwaardigheid, trouw en onpartijdigheid. Juist voor de Overheid is integriteit een belangrijke waarde. De Overheid heeft ten opzichte van burgers grote bevoegdheden, van het heffen van belastingen, het verlenen en onthouden van vergunningen voor woningen en bedrijven, het geven van boetes tot het opleggen van vrijheidsstraffen. Om hierin het vertrouwen van de burger te behouden moet de Overheid zelf van onbesproken gedrag zijn én professioneel met haar taak omgaan. 1.2 Integriteit in wet- en regelgeving De plicht voor bestuur en ambtenaren om zich integer te gedragen is opgenomen in verschillende wetten en regels zoals de Gemeentewet, de Ambtenarenwet en de rechtspositieregeling voor gemeenteambtenaren. In de ambtenarenwet wordt niet alleen verplicht gesteld dat overheidsinstellingen integriteitbeleid moeten voeren, ook de manier waarop is in de wet vastgelegd 1. Zo moet het bevoegd gezag er onder meer voor zorgen dat integriteit in functioneringsgesprekken en werkoverleg aan de orde wordt gesteld, dat scholing en vorming op het gebied van integriteit wordt aangeboden en dat jaarlijks aan de raad verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde integriteitbeleid en over de naleving van de gedragscode. Met dit verslag wordt aan deze verplichting voldaan. Na de aanpassingen in de Ambtenarenwet over integriteit, zijn de overheidsinstellingen bij het openbaar bestuur en politie met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties overeengekomen dat zij een integriteitsbeleid voeren dat aan bepaalde basisnormen 2 voldoet. Deze basisnormen zijn een nadere uitwerking van de verplichtingen in de Ambtenarenwet. 1.3 Opbouw jaarverslag De ambtenarenwet en de uitwerking in de basisnormen geven een goed houvast als het gaat om de verwachtingen die gesteld kunnen worden aan de omvang en inhoud van het integriteitbeleid. Een integriteitbeleid dat aan alle hierin gestelde normen voldoet kan compleet worden genoemd. Het beleid in Zaanstad is nog niet af, maar de afgelopen twee jaar is veel geregeld en op gang gebracht. Dit komt in het volgende hoofdstuk aan de orde. Ook wordt kort opgesomd wat nog moet gebeuren om aan alle eisen te voldoen. In hoofdstuk 3 wordt ook kwantitatief aangegeven waartoe de invoering van het integriteitbeleid heeft geleid. Integriteit is ook voor het bestuur steeds belangrijker geworden. Het onderwerp heeft meer aandacht gekregen, onder meer in bijeenkomsten over de gedragscode en morele oordeelsvorming. Dit jaarverslag handelt over ambtelijke integriteit 1 Art. 125quater Ambtenarenwet, als bijlage 1 opgenomen 2 Deze basisnormen zijn als bijlage 2 opgenomen 2

2 BELEID De kracht van het integriteitbeleid zit in de integrale aanpak; preventieve activiteiten (opsporen en aanpakken van integriteitrisico s, verhogen van kennis en weerbaarheid bij medewerkers en bestuurders en verbetering van organisatie en regelgeving) met als sluitstuk repressie (onderzoeken in combinatie met een consequente en transparante lijn m.b.t. sancties). Uitgangspunt hierbij is dat het beleid de ambtenaar en bestuurder helpt het goede te doen en het verkeerde na te laten. Het overgrote deel van de ambtenaren en bestuurders is immers van goede wil en op het goede uit. Tegelijkertijd maken ambtenaren en bestuurders af en toe onbedoeld inschattings- en beoordelingsfouten. Het beleid is er op gericht dat te voorkomen. Sluitstuk van beleid is het (stevig, maar rechtvaardig) repressief optreden tegen diegenen die wel bewust schendingen begaan. 2.1 Gerealiseerd beleid Hieronder treft u een opsomming aan van deelonderwerpen die in 2009 en 2010 zijn uitgewerkt en vastgesteld. De nummers tussen haakjes verwijzen naar de opsomming in de basisnormen, zoals opgenomen in bijlage 2. A Infrastructuur: commissie integriteit en coördinator integriteit (1) In januari 2009 heeft het college de commissie integriteit ingesteld. De functie van deze commissie is het initiëren van integriteitbeleid en stimuleren van naleving. In de commissie hebben zitting: burgemeester, gemeentesecretaris, een dienstdirecteur, hoofd P&O, coördinator integriteit en een extern adviseur (van Bureau Integriteit Amsterdam). Met deze commissie is sturing van het integriteitbeleid op het hoogste niveau ingeregeld, wat heeft geleid tot snelle ontwikkeling ervan. B Aandacht voor integriteit (1, 4) Het document over de instelling van de commissie integriteit kan worden gezien als startdocument van het gehele integriteitbeleid. Deze en andere belangrijke documenten met regelingen en protocollen zijn door iedereen op intranet te raadplegen. Het periodiek onderzoeken van integriteitsrisico s bij diensten is belegd bij Bureau Integriteit Amsterdam (BIA). Met dit bureau is een overeenkomst afgesloten voor onder meer het ondersteunen bij beleidsontwikkeling, en het verrichten van verschillende soorten onderzoek, zoals naar kwetsbare functies en processen. Een training Morele Oordeelsvorming maakt een verplicht onderdeel uit van het introductieprogramma voor nieuwe medewerkers. C Ambtseed (5) De ambtseed is een belofte van de ambtenaren van Zaanstad aan de burger dat wij als organisatie ons werk zo goed als mogelijk doen. De Ambtenarenwet stelt het afleggen van de ambtseed verplicht voor nieuwe ambtenaren. Elke maand wordt een bijeenkomst georganiseerd waarin nieuwe ambtenaren tegenover een van de directeuren de ambtseed afleggen. Een boekje met de tekst van de eed, uitleg van de artikelen en het belang ervan is tevoren overhandigd. De aanstelling is pas definitief na het afleggen van de ambtseed (en na overleggen van een Verklaring omtrent het Gedrag en een ondertekende integriteitverklaring ). Zittend personeel is niet verplicht, maar wel dringend verzocht om de ambtseed af te leggen. Bijna alle ambtenaren hebben aan die oproep gehoor gegeven. In elke dienst zijn verschillende bijeenkomsten georganiseerd. In het formele gedeelte heeft de directeur een toespraak gehouden, is de ambtseed voorgelezen en heeft elke ambtenaar de eed afgelegd en een oorkonde ondertekend. D Maatregelen gericht op informatiebescherming (8) In Zaanstad betrekt de stuurgroep informatiebeveiliging het professioneel omgaan met informatie uitdrukkelijk in haar acties. Eind 2010 is een grote campagne van start gegaan. In de campagne wordt aandacht besteed aan het omgaan met informatie, aan laptops en telefoons en ook aan het voorzichtig omgaan met verstrekken van informatie aan anderen. Onderdeel van de campagne zijn posters op alle koffieautomaten in de gebouwen en met een E-learning cursus voor alle medewerkers. E Inkoop- en aanbestedingsprocedure (10) In 2008 is het beleid verwoord in een uitgebreide nota Inkoop en Aanbesteding. 3

Hierin zijn veel procedure- en gedragsregels opgenomen om te waarborgen dat inkopen en aanbesteden verloopt volgens wettelijke voorschriften en op een ethisch verantwoorde manier. Over inkoopethiek staat op intranet het volgende opgenomen: Voor een verantwoorde uitoefening van de inkoopfunctie zijn de volgende vier uitgangspunten onmisbaar: 1. Loyaal zijn ten opzichte van de gemeente. De inkoper dient het gemeentebelang als uitgangspunt te nemen bij de uitoefening van de inkoopfunctie. 2. Leveranciers rechtvaardig behandelen. De inkoper dient een positieve relatie met leveranciers te onderhouden, waarbij ook de belangen van de leveranciers in het oog moeten worden gehouden. 3. Eerlijke concurrentie ondersteunen. Relevante leveranciers moet een gelijke mogelijkheid worden geboden om mee te dingen naar opdrachten. 4. Reputatie van de professie hoog houden. Betrouwbaarheid is noodzakelijk voor het goed functioneren van de inkoper. betrokken persoon en van de onderzoeker. Onderzoek naar een vermoedelijke integriteitschending vindt uitsluitend plaats indien er op grond van feiten of omstandigheden een concreet vermoeden van een integriteitschending is. Zaanstad besteedt deze onderzoeken uit aan Bureau Integriteit van de gemeente Amsterdam. H Afspraken met politie en OM over informatie-uitwisseling bij aangiftes Zaanstad doet in geval van verdenking van een strafbaar feit altijd aangifte. Over het uitwisselen van informatie hierover zijn afspraken gemaakt. I Communicatieprotocol Elke integriteitschending is schadelijk. Bij de communicatiestrategie gaat het om het beperken van deze schade. Communicatie is belangrijk omdat dit het onderwerp bespreekbaar maakt. Intern is communicatie hiermee een belangrijk preventief instrument. Extern is het beter voor het imago als de gemeente het initiatief van de communicatie neemt. Hoewel situaties uniek zijn, is een protocol gemaakt met hoe om te gaan met berichtgeving intern en naar de media. Over dit laatste beslist de burgemeester. F Meldregeling vermoedens van integriteitschending (12) In 2009 is de klokkenluiderregering vervangen door een nieuwe meldregeling vermoeden van integriteitschending. Vervanging van de oude regeling was noodzakelijk omdat schendingen die moeten worden gemeld te beperkt waren beschreven en omdat de procedure en rollen waren gewijzigd. Alle leidinggevenden vanaf de functie van afdelingshoofd zijn verplicht om een vermoeden van integriteitschending te melden. Doel van de procedure is dat zoveel mogelijk schendingen ook bekend worden, waardoor er actie (reactie op de schending en mogelijk voorkomen van soortgelijke schendingen in de toekomst) kan worden ondernomen. G Onderzoeksprotocol (13) Dit protocol beschrijft de procedure van dit onderzoek en bevat de rechten en de plichten van de persoon van wie het gedrag wordt onderzocht, van de bij het onderzoek 4

2.2 Beleidsagenda integriteit 2011 Onderwerpen die wel in de basisnormen worden genoemd maar nog niet gereed zijn zullen in 2011 worden opgepakt. Voor een compleet beeld van de mate waarin het integriteitbeleid klaar is, worden deze hieronder genoemd. Het gaat vaak om een vernieuwing en verbetering van bestaand beleid. A Nieuwe gedragscode en relatiegeschenken (2, 9) Een gedragscode is geen garantie voor integer gedrag, maar kan wel een goede leidraad zijn voor medewerkers die de verplichtingen in de Ambtenarenwet, de CAR/UWO of het Wetboek van Stafrecht onvoldoende kennen. De huidige integriteitverklaring kent elementen van een gedragscode en van een ambtseed. Een eed is een verklaring naar burger en maatschappij en levert op zich geen strafgrond op. Een gedragscode en huisregels zijn verklaringen naar de werkgever en leveren wel strafgrond op. Met het instellen van de ambtseed is het noodzakelijk geworden om de huidige integriteitverklaring te herzien. In de nieuwe gedragscode wordt ook het vermijden van draaideurconstructies (na ontslag terugkomen als ingehuurd personeel en hoe om te gaan met relatiegeschenken geregeld. De meeste regels voor ambtenaren zijn ook van toepassing op ingehuurd personeel. B Checks bij werving en selectie (3) Nieuwe medewerkers overleggen altijd een Verklaring omtrent het Gedrag. Voor de verificatie van diploma s, salaris en het inwinnen van referenties bestaan nu geen vaste regels. geloofwaardigheid, zorgvuldigheid en dienstbaarheid niet meer gewaarborgd. De huidige procedure voor nevenfuncties moet worden herzien, voor het melden van financiële belangen zijn nog geen nadere regels opgesteld. D Kwetsbare functies en roulatiebeleid (4) Bij kwetsbare functies gaat het enerzijds om de taakinhoud (b.v. omgaan met geld, toekennen subsidies, handhaven) en anderzijds om factoren die de kwetsbaarheid verhogen (b.v. complexiteit, crisissituatie, veel achterstallig werk). Een functie is pas echt kwetsbaar als tegenover de risico s geen of onvoldoende maatregelen staan. Als kwetsbare functies in kaart worden gebracht, dan kunnen passende maatregelen worden genomen. E Instellen vertrouwenspersonen (11) Zaanstad kent vertrouwenspersonen voor ongewenst gedrag. Voor het melden en hierna doen van onderzoek zal Zaanstad zich aansluiten bij de landelijke klachtencommissie ongewenst gedrag voor de gemeentelijke overheid. De functie van vertrouwenspersoon ongewenst gedrag wordt uitgebreid met integriteit. Het aantal wordt weer op drie gebracht. Vertrouwenspersonen worden op beide vlakken geschoold om een goede gesprekspartner voor medewerkers te zijn. Vertrouwenspersonen zullen als klankbord fungeren en medewerkers adviseren, maar zullen klachten en meldingen niet zelf onderzoeken. C Belangenverstrengeling: nevenfuncties en financiële belangenverstrengeling (6,7) Belangenverstrengeling is een situatie waarbij een functionaris verschillende belangen heeft die op gespannen voet met elkaar (kunnen) staan. Het kan gaan om belangen in de privé situatie en een functie, of om belangen in verschillende functies die de functionaris gelijktijdig heeft. Belangenverstrengeling is een integriteitrisico voor de ambtenaar, volksvertegenwoordiger en bestuurder, en daarmee voor een betrouwbare overheid. Bij belangenverstrengeling zijn kernwaarden zoals onpartijdigheid, betrouwbaarheid, 5

3 INTEGRITEIT IN CIJFERS 3.1 Commissie integriteit De commissie integriteit is in 2009 7 keer, en in 2010 8 keer bijeen geweest. In deze vergaderingen is de beleidslijn voor integriteit in het algemeen aan de orde geweest, zijn beleidsnotities over onderwerpen besproken en is de voortgang van de invoering bewaakt. 3.2 Ambtseed Na een eerste bijeenkomst in april 2010, waarin directeuren en leden van de ondernemingsraad de ambtseed hebben afgelegd, zijn in mei en juni 27 bijeenkomsten georganiseerd voor medewerkers. Na de zomervakantie zijn er nog 8 bijeenkomsten geweest voor medewerkers die een eerdere hadden gemist. Op de dringende oproep aan zittende ambtenaren om de ambtseed af te leggen hebben 1206 medewerkers positief gereageerd. Er zijn 28 medewerkers die hebben geweigerd. Deze medewerkers zijn uitgenodigd door de directeur om de reden van de weigering toe te lichten. Vanaf september 2010 leggen alle nieuwe ambtenaren verplicht de ambtseed af. Zonder ambtseed (en zonder overleggen van de VOG en ondertekende integriteitverklaring) wordt geen aanstelling verleend. 3.3 Training morele oordeelsvorming Al in 2007 is in diensten begonnen met trainingen morele oordeelsvorming voor ambtenaren. In deze trainingen wordt vanuit de praktijk van de ambtenaren die deelnemen uitgebreid stil gestaan bij het onderwerp en een methode geoefend om eigen beslissingen op morele juistheid te onderzoeken. In 2010 zijn deze trainingen een verplicht onderdeel geworden van het introductieprogramma voor nieuwe ambtenaren. Er zijn 4 trainingen gehouden voor groepen van 12 ambtenaren. 3.4 Quick scan met o.a. aandacht voor kwetsbare functies en processen In 2009 is in twee diensten een quick scan naar integriteitsrisico s gehouden. Er zijn interviews gehouden met leidinggevenden en medewerkers om kwetsbare processen en functies te achterhalen en te inventariseren welke maatregelen genomen moeten worden om risico s van integriteitschending te verkleinen. 3.5 Geregistreerde nevenfuncties Eind 2010 hadden 42 ambtenaren een nevenfunctie waarvoor toestemming is gegeven. 3.6 Meldingen van vermoeden van integriteitschending In 2009 zijn 8 meldingen gedaan over een vermoeden van integriteitschending. Naar drie meldingen is een (voor)onderzoek gedaan door Bureau Integriteit Amsterdam (BIA), de andere zijn intern onderzocht. Twee meldingen bleken na (voor)onderzoek niet terecht, één hiervan is afgehandeld als klacht. Eén melding bleek niet te gaan over integriteit, maar over anderszins onvoldoende functioneren van de medewerker. De vijf aangetoonde schendingen handelden om diefstal, ongeoorloofde nevenactiviteiten en misbruik van informatie. De ernst van de schendingen verschilde, de disciplinaire maatregelen die zijn genomen zijn hierop afgestemd. Een ambtenaar is berispt, twee ambtenaren hebben voorwaardelijk strafontslag gekregen en twee onvoorwaardelijk strafontslag. In 2010 zijn 6 meldingen (over 5 personen) gedaan over een vermoeden van integriteitschending. Naar één melding is een feitenonderzoek gedaan door BIA. Eén melding is afgehandeld als klacht van een burger/bedrijf. Bij vijf meldingen is niet integer gedrag aangetoond. Het ging om privégebruik van de werktelefoon, misbruik van informatiesystemen en het zich niet houden aan instructies, regels en afspraken. In deze gevallen maakte dit een onderdeel uit van het over het geheel onvoldoende functioneren. De disciplinaire maatregelen die zijn getroffen zijn: één keer direct beëindigen van een contract van een uitzendkracht, één ambtenaar is ontslagen, één keer is een boete geheven van een half maandsalaris en één keer zijn kosten ingehouden op het salaris en zijn verlofdagen ingehouden. 6

Bijlage 1 Ambtenarenwet Artikel 125quater Het bevoegd gezag van ambtenaren die door of vanwege het rijk, de provincies, de gemeenten of de waterschappen zijn aangesteld, a. voert een integriteitbeleid dat is gericht op het bevorderen van goed ambtelijk handelen en dat in ieder geval aandacht besteedt aan het bevorderen van integriteitbewustzijn en aan het voorkomen van misbruik van bevoegdheden, belangenverstrengeling en discriminatie; b. zorgt ervoor dat het integriteitbeleid een vast onderdeel uitmaakt van het personeelsbeleid in ieder geval door integriteit in functioneringsgesprekken en werkoverleg aan de orde te stellen en door het aanbieden van scholing en vorming op het gebied van integriteit; c. draagt zorg voor de totstandkoming van een gedragscode voor goed ambtelijk handelen; d. stelt in overeenstemming met de Tweede Kamer, onderscheidenlijk provinciale staten, de raad of het algemeen bestuur, vast op welke wijze jaarlijks verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde integriteitbeleid en over de naleving van de gedragscode. Artikel 125quinquies 1. Voor zover deze onderwerpen niet bij of krachtens de wet zijn geregeld, worden voor de ambtenaren, door of vanwege het rijk aangesteld, bij of krachtens algemene maatregel van bestuur voorschriften vastgesteld betreffende: a. de verplichte aflegging van de eed of belofte door de ambtenaar bij zijn aanstelling; b. de melding en de registratie van nevenwerkzaamheden die de belangen van de dienst voor zover deze in verband staan met de functievervulling, kunnen raken; c. de openbaarmaking van de krachtens onderdeel b geregistreerde nevenwerkzaamheden van ambtenaren aangesteld in een functie waarvoor ter bescherming van de integriteit van de openbare dienst openbaarmaking van nevenwerkzaamheden noodzakelijk is; d. het verbieden van nevenwerkzaamheden waardoor de goede vervulling van de functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze in verband staat met de functievervulling, niet in redelijkheid zou zijn verzekerd; e. de melding van financiële belangen respectievelijk van het bezit van en transacties in effecten, die de belangen van de dienst voor zover deze in verband staan met de functievervulling, kunnen raken voor ambtenaren aangesteld in een functie waaraan in het bijzonder het risico van financiële belangenverstrengeling of het risico van oneigenlijk gebruik van koersgevoelige informatie verbonden is; f. een procedure voor het omgaan met bij een ambtenaar levende vermoedens van misstanden binnen de organisatie waar hij werkzaam is. 2. Het bevoegd gezag van provincies, gemeenten en waterschappen stelt voor de ambtenaren door of vanwege deze lichamen aangesteld, onder gelijk voorbehoud voorschriften vast omtrent de onderwerpen, genoemd in het eerste lid. Als ambtenaar aangesteld door of vanwege een waterschap wordt aangemerkt hij die is aangesteld door het in het reglement van die instelling daartoe aangewezen gezag teneinde in dienst van het waterschap werkzaam te zijn. 3. De ambtenaar die te goeder trouw de bij hem levende vermoedens van misstanden meldt volgens de procedure, bedoeld in het eerste lid onder f, zal als gevolg van het melden van die vermoedens geen nadelige gevolgen voor zijn rechtspositie ondervinden tijdens en na het volgen van die procedure. 7

Bijlage 2 Basisnormen Integriteit Openbaar Bestuur De Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen, de Raad van Hoofdcommissarissen, het Korpsbeheerdersberaad en de Integriteitsbeleid behelst naast het stellen van gedragsregels diverse activiteiten zoals het bevorderen van bewustwording van integriteitsrisico s, het vaststellen van kwetsbare plekken binnen de organisatie en het kunnen omgaan met integriteitaantastingen. Het is van groot belang dat overheidsorganisaties integriteitsbeleid ontwikkelen en onderhouden. Overeengekomen is dat in de loop van 2007 alle betrokken overheidsorganisaties van het openbaar bestuur en politie een integriteitsbeleid hebben vastgesteld dat ten minste aan de basisnormen voldoet. De belangen- en koepelorganisaties zullen dit traject bevorderen en waar nodig organisaties bijstaan bij de implementatie. Ambtelijke organisatie 1. Aandacht voor integriteit a. Binnen de overheidsorganisatie zijn de verschillende aspecten van integriteit in een schriftelijk document vastgelegd. b. De organisatie verricht vanuit integriteitsoogpunt binnen de organisatie of binnen onderdelen daarvan periodiek onderzoek naar kwetsbare handelingen, functies en processen. c. In een centraal register of anderszins op centraal niveau ( b.v. intranet) is relevante aan integriteit gerelateerde informatie beschikbaar. d. Het politiek verantwoordelijk of vertegenwoordigend orgaan wordt betrokken bij de ontwikkeling en de evaluatie/verantwoording van het integriteitbeleid. 2. Gedragscodes a. De overheidsorganisatie beschikt over een gedragscode. b. De gedragscode is goed kenbaar voor medewerkers. 3. Onderzoeken bij werving en selectie a. De organisatie beschikt over procedures in het kader van werving- en selectie waarin aandacht wordt besteed aan integriteit. Deze procedures kunnen zien op het controleren van diploma s en getuigschriften, procedures tijdens het sollicitatiegesprek, het controleren van referenties en het hanteren van een verklaring omtrent gedrag. 4. Kwetsbare functies a. Beoordeeld wordt welke functies binnen de organisatie als kwetsbaar dienen te worden aangemerkt. Kwetsbare functies zijn functies, die extra risico s op integriteitsinbreuken met zich brengen in verband met onder meer het werken met gevoelige informatie, het kunnen beschikken over geld en de omgang met zakelijke relaties. b. De organisatie houdt een overzicht bij van kwetsbare functies en treft maatregelen ter voorkoming van integriteitsinbreuken bij kwetsbare functies. 5. Het afleggen van de eed of belofte a. Bij de indiensttreding van medewerkers leggen deze de eed of de belofte af. 6. Nevenwerkzaamheden a. Er is een nadere regeling voor de verplichte melding van nevenwerkzaamheden. b. De organisatie houdt een geactualiseerd overzicht bij van de gemelde nevenwerkzaamheden. c. Er is een nadere regeling voor de verplichte openbaarmaking van gemelde nevenwerkzaamheden. 7. Financiële belangen a. Er is een nadere regeling voor de verplichte melding van financiële belangen en transacties in effecten. Er worden functies aangewezen waarvoor deze meldplicht geldt. 8. Maatregelen gericht op informatiebescherming a. De organisatie stelt voorschriften vast over het kennisnemen van of omgaan met vertrouwelijke informatie. 8

b. Er worden maatregelen getroffen die beogen te voorkomen dat onbevoegden derden vertrouwelijke gegevens kunnen bezitten, raadplegen of beschadigen. 9. Relatiegeschenken a. Voor het aannemen van geschenken of uitnodigingen is een regeling getroffen. b. De regeling bevat een meldplicht voor het aannemen van geschenken en uitnodigingen. 10. Inkoop- en aanbestedingsprocedure a. De organisatie stelt een inkoop- een aanbestedingsbeleid vast. b. Het beleid bevat richtlijnen voor het aantal aan te vragen offertes en de vastlegging van keuzen voor bepaalde procedures van aanbesteding. 11. Vertrouwenspersoon voor integriteit a. Er wordt een vertrouwenspersoon of instantie voor integriteitskwesties aangesteld. De vertrouwenspersoon kan tevens belast zijn met vertrouwenstaken voor discriminatie of seksuele intimidatie. 12. Meldingsprocedure bij het vermoeden van een misstand a. Er is voorzien in een procedure voor de wijze waarop binnen de organisatie vermoedens van aantastingen van de integriteit door de medewerkers aangekaart kunnen worden (klokkenluidersregeling). b. De regeling bevat de toegang tot een onafhankelijke instantie. 13. Handelwijze bij aantasting integriteit of vermoedens daarvan a. De organisatie heeft een schriftelijk vastgelegde procedure voor het verrichten van een onderzoek, nadat een vermoeden van misstand (melding/signaal van een vermoeden van een integriteitsinbreuk) gemeld is. 9