Hoofdstuk I - Analyse cijfermateriaal regio Gent-Eeklo

Vergelijkbare documenten
Inleiding Hoofdstuk I - Registratie m.b.t. palliatieve patiënten Analyse cijfermateriaal Woon- en Zorgcentra (WZC)...

- Rapportage van de bevraging binnen WZC, Ziekenhuizen en Palliatieve Eenheden - De plaats van de Kinesitherapeut in palliatieve zorg

Inleiding Hoofdstuk I - Registratie m.b.t. palliatieve patiënten... 3

Inleiding Analyse cijfermateriaal Multidisciplinaire Begeleidingsequipes (MBE) Representativiteit Analyse... 20

Hoe is palliatieve zorg in Vlaanderen georganiseerd? Netwerken

Patiënten begeleid door een multidisciplinaire begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging

de maatschappelijke meerwaarde van de netwerken palliatieve zorg aantonen, relevante beleidsinformatie over palliatieve zorg verstrekken.

Palliatieve Zorg in Cijfertjes. Eerste resultaten na meer dan 10 jaar Net-Werken

Hoofdstuk 6 : Volwassenenonderwijs

Multidisciplinaire begeleidingsequipe Aanmelding - MBE (100) Aantal begeleidingen (tabel)

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

plage-lestijden onderwijzer

Wet- en Regelgeving rond de Palliatieve Zorg in Vlaanderen

Lokaal Multidisciplinair Netwerk NOORDERKEMPEN

Structuur van de palliatieve zorg in Vlaanderen.

Zorgmogelijkheden in de palliatieve zorg

BEVRAGING IKG. UnieKO VZW Kasteeldreef 66/ Beveren

nr. 884 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 20 september 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderopvang - Centra voor Inclusieve Kinderopvang (CIK s)

minstens 80% van de respondenten akkoord + helemaal akkoord, minstens 80% van de respondenten niet akkoord + helemaal niet akkoord,

1. Op welke manier wordt deze samenwerking tussen steden/gemeenten, de VDAB en de bouwsector concreet ingevuld?

I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n. Zorgmogelijkheden in de palliatieve zorg

THEMA I.2. Aantal ligdagen in klassieke hospitalisatie

4. Onderzoeksresultaten

Praten over palliatieve zorg in een oncologische context in Vlaanderen

Rapportering Tevredenheidsmeting Loopbaanbegeleiding 2016

Vlaams Indicatoren Project VIP²: Vlaamse Patiënten Peiling

nr. 187 van INGEBORG DE MEULEMEESTER datum: 13 januari 2015 aan HILDE CREVITS

4. Hoeveel zelfstandige kinderopvanginitiatieven stapten in 2013 en 2014 (cijfers tot september) uit het IKG-systeem?

In welke mate is de Belgische residentiële ouderenzorg geïnformatiseerd?

Werkzoekendencijfers april 2012

Het Grote Zorgonderzoek 2018

Diversiteitsplannen. Volgende tabel geeft een beknopt overzicht van de soorten loopbaan- en plannen (LDP s). SUBSIDIE LOOPTIJD VOOR WIE

De geografische spreiding van de kandidaten voor de Kamerverkiezingen van 1987 tot en met Gert-Jan Put, Jef Smulders en Bart Maddens

THEMA I.3. Daghospitalisatieverblijven

THEMA IV.4. Ischemisch Hartlijden

ADVIES BETREFFENDE DE VERSTERKING VAN DE PALLIATIEVE FUNCTIE IN DE RUST- EN VERZORGINGSTEHUIZEN EN IN DE RUSTOORDEN VOOR BEJAARDEN

Op de specifieke deelvragen luidt het antwoord als volgt:

VR DOC.1214/1BIS

INFODOCUMENT ERKENNINGSKALENDER WZC - RANGORDEBEPALING ZORGREGIO S

VR DOC.1444/11

Werk maken van kinderrechten

Voorstel tot verdeling van de middelen die vrijkomen omwille van de statutarisering Na overleg tussen vakbonden en de federatie BE (21 juni 2017)

Attractie- barometer

nr. 183 van EMMILY TALPE datum: 22 december 2015 aan PHILIPPE MUYTERS WIJ!-trajecten - Resultaten eerste oproep

Werk maken van kinderrechten

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Trendbarometer hotels 2012 Finaal rapport

nr. 79 van AXEL RONSE datum: 18 oktober 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VDAB - Tewerkstellingsprojecten in de bouwsector

ORGANISATIE VAN DE OPLEIDINGEN

nr. 128 van MATHIAS DE CLERCQ datum: 25 januari 2018 aan SVEN GATZ Uitrol UiTPAS - Stand van zaken

Statistiques Médecins - Geneesheren Statistieken toetreding akkoord , 2/3/2016, geografisch

2. De wettelijke bepaling op Palliatieve Support Teams (PST s)

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT

Samen kunnen we nog zoveel doen!

P4P indicatorenset Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q.

Werk maken van kinderrechten

Uw bijdrage maakt wel degelijk het verschil. Palliatief Netwerk Arrondissement Leuven

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

Vraag nr. 8 van 27 september 2011 van FILIP DEWINTER. Sociale huisvesting - Nationaliteiten

P4P indicatorenset 2019

INTENTIEVERKLARING PALLIATIEVE ZORG

Evaluatie zomervakantie 2017

H O G E R O N D E R W I J S in beeld

BIJLAGE: OPDELING NAAR UITSTROOMPOSITIE, GESLACHT EN WOONPLAATS

lokaal mondiaal beleid in cijfers

Instructiefiche: processen-verbaal per hoofdbureau in de toepassing Resultatenbeheer

Zorgmogelijkheden in de palliatieve zorg. Imeldaziekenhuis

HANDLEIDING VOOR KWALITEITSMETING PALLIATIEVE ZORG

Extra investeringen nodig in wegenbouw Toestand blijft moeilijk ondanks stabilisatie eerste helft 2015

3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons)

INFODOCUMENT ERKENNINGSKALENDER CVK - RANGORDEBEPALING ZORGREGIO S

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -

Suïcidepogers opvangen

Vlaams Indicatoren Project VIP² GGZ: Vlaamse Patiënten Peiling psychiatrische afdeling

Desinfectie van flexibele endoscopen met lumen. Studiedag Verpleegkundigen Infectiebeheersing 19 maart 2018

Analysenota politieke situatie Centrumgemeenten inwoners in Vlaanderen

Huisvestingsmaatschappij (VHM) beschikt niet over de cijfergegevens verdeeld volgens de erkende woonnoodgebieden.

Enquête naar het gebruik van buitenschoolse opvang voor kinderen van 3 jaar tot 12 jaar Voorjaar 2004

Evaluatie zomervakantie 2016

HANDLEIDING VOOR KWALITEITSMETING PALLIATIEVE ZORG

Werk maken van kinderrechten

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

BESLISSINGSRAPPORT ERKENNINGSKALENDER CENTRA VOOR KORTVERBLIJF

ONDERZOEK VERPLAATSINGSGEDRAG VLAAMS-BRABANT

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

Hoe bekend is het EnergiePrestatieCertificaat? Eerste resultaten van de EPC nulmeting.

Directoraat generaal Organisatie van de Gezondheidszorgvoorzieningen. Dienst Legal Management

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016

ZORGZWAARTE. / Archief cijfers. Vlaams Gewest /

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

METING KWALITEIT VAN LEVEN IN WOONZORGCENTRA

VERENIGING WAAR ARMEN HET WOORD NEMEN

Transcriptie:

Inleiding Onderhavig document betreft de rapportage van de bevraging naar de palliatieve zorgstructuur in Vlaanderen. Deze bevraging kaderde in een algemeen registratieproject, een opdracht omschreven in het convenant gesloten tussen Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen en de Vlaamse Gemeenschap. Binnen dit registratieproject werden verschillende facetten van palliatieve zorg bevraagd : 1. De palliatieve zorgstructuur in woon- en zorgcentra en algemene ziekenhuizen in de referentieperiode 2007-2008. 2. Diverse parameters betreffende de opdrachten van de netwerken palliatieve zorg m.n. informeren, deskundigheidsbevordering en samenwerking en overleg gedurende het referentiejaar. 3. Gegevens m.b.t. de overlijdens binnen woon- en zorgcentra, palliatieve eenheden en palliatieve supportteams gedurende het referentiejaar. De rapportage van de eerste bevraging naar de palliatieve zorgcultuur wordt aanzien als nul-meting. De Vlaamse Gemeenschap vraagt om op gezette tijden deze bevraging te hernemen. In aanloop van de 2 de bevraging, zal het bevragingsinstrument verder worden verfijnd opdat een meer verfijnde en genuanceerde analyse kan gebeuren. Desalniettemin betekent dit rapport een goede aanzet om palliatieve zorg in Vlaanderen in kaart te brengen. In hoofdstuk I worden de gegevens van de regio Gent-Eeklo geanalyseerd en gespiegeld aan de situatie in Vlaanderen. Hoofdstuk II omvat het rapport van Vlaanderen zoals doorgestuurd naar de Vlaamse Gemeenschap. 1

Hoofdstuk I - Analyse cijfermateriaal regio Gent-Eeklo Analyse cijfermateriaal Woon- en Zorgcentra (WZC) Bevraging - De cijfers hebben betrekking op de 77 WZC die een erkenning hebben van de Vlaamse Gemeenschap. Eventuele niet erkende instellingen werden niet in rekening gebracht. - Voor het analyseren van de cijfergegevens uit de regio Gent-Eeklo hebben we een opdeling gemaakt in regio Gent en regio Meetjesland. Het is een eerste grove opdeling die naar de toekomst verdere verfijning behoeft. Het betreft 19 instellingen in het Meetjesland en 58 instellingen in de regio Gent (respectievelijk 24,68% en 72,32% van het totaal aantal instellingen in de regio Gent-Eeklo). - Er is een grote diversiteit onder de 77 bevraagde WZC. Volgende analyse kan worden gemaakt : Aantal instellingen met 20 bedden : 5 (6,49%) Aantal instellingen met 30 bedden : 5 + 7 = 12 (15,58%) Aantal instellingen met 40 bedden : 5 + 7 + 3 = 15 (19,49%) Bijna 1/3 van de Meetjeslandse instellingen, zijn instellingen met 40 bedden (31,58%). In Gent hebben slechts 15,52% van de instellingen 40 bedden. Aantal instellingen met 100 bedden : 29 (37,66%) Aantal instellingen met 75 bedden : 29 + 16 = 45 (58,44%) Zowel in Gent als in het Meetjesland hebben meer dan 1/3 van de instellingen in de desbetreffende regio 100 bedden (respectievelijk 37,93% en 36,84%). Aantal instellingen zonder RVT-Erkenning : 18 (23,38%) Zowel in Gent als in het Meetjesland hebben ongeveer 1/4 van de instellingen uit de desbetreffende regio geen RVT erkenning (respectievelijk 22,41% en26,32%). - 21 instellingen hebben de vragenlijst telefonisch beantwoord. 2

Interpretatie Alle erkende instellingen uit de regio werden bevraagd. Dus ook kleinere ROB-instellingen die geen verplichtingen hebben t.a.v. palliatieve zorg. Dit heeft een impact op het totaal plaatje van onze regio. Haal je de gegevens van de 15 instellingen met minder dan 40 bedden uit de cijfers, dan liggen de percentages opmerkelijk hoger, en dit voor alle items. 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? Regio Gent-Eeklo t.o.v. Vlaanderen Plaatst men de cijfers van 77 instellingen t.o.v. de cijfers in Vlaanderen dan liggen de percentages binnen de regio Gent-Eeklo telkens onder het Vlaamse percentage en de mediaan, behalve voor de rubriek Andere. Weerhoudt men de gegevens van de 15 instellingen met 40 bedden niet, dan komen de percentages hoger te liggen. De aanwezigheid van een Referent Palliatieve Zorg ligt dan iets boven het Vlaamse percentage. De rubrieken Palliatief Supportteam en Werkgroep blijven echter onder het Vlaamse percentage. Een verklaring voor deze lagere cijfers kunnen we niet direct geven. Ook voor hoger cijfer binnen de rubriek Andere hebben we geen verklaring, temeer omdat er geen kwalitatieve gegevens zijn over de concrete invulling van Andere. Wel leert ondermeer de telefonische bevraging, dat - ondanks de uitvoerige omschrijvingen - de items van de vragenlijst door de diverse invullers verschillend zijn geïnterpreteerd, gaande van zeer eng tot heel breed. Dit werd ook opgemerkt binnen de andere netwerken. Regio Gent t.o.v. Regio Meetjesland Wat betreft de aanwezigheid van een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg is er wel een verschil waar te nemen tussen de 2 regio s. Dit verschil is uitgesproken voor de rubrieken Palliatief Supportteam en Werkgroep. Een mogelijke verklaring hiervoor kan zijn dat 1/3 van de Meetjeslandse instellingen zijn met 40 bedden, waaronder kleinere ROB-instellingen. 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? Regio Gent-Eeklo t.o.v. Vlaanderen Hier zien we dezelfde tendens. Plaatst men de cijfers van 77 instellingen t.o.v. de cijfers in Vlaanderen dan liggen de percentages binnen de regio Gent-Eeklo telkens onder het Vlaamse percentage en de mediaan. Weerhoudt men de gegevens van de 15 instellingen met 40 bedden niet, dan komen de percentages hoger te liggen en evenaar ze meer de Vlaamse percentages. Wat betreft het communiceren van de visie naar personeel en bewoner/familie komt het percentage van regio Gent-Eeklo boven de mediaan te liggen. Ook hier blijkt dat er een verschil is tussen grotere en kleinere instellingen waaronder dus de ROBinstellingen zonder verplichtingen inzake palliatieve zorg. 3

Regio Gent t.o.v. Regio Meetjesland Het hierboven aangehaalde verschil tussen de regio s komt ook hier terug naar voor. Wij weerhouden dan ook als mogelijke verklaring de relatief grotere aanwezigheid van instellingen zijn met 40 bedden, waaronder kleinere ROB-instellingen. 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? Regio Gent-Eeklo t.o.v. Vlaanderen Wat betreft samenwerking liggen de percentages binnen regio Gent-Eeklo vrij hoog t.o.v. de percentages van Vlaanderen en de mediaan. Het niet weerhouden van de 15 instellingen met 40 bedden niet, versterkt dit nog. Hierbij dient te worden opgemerkt dat Samenwerking met zeer divers werd gedefinieerd. Uit de telefonische bevraging bleek dat dit item ofwel zeer eng (b.v. enkel indien er een doorverwijzing van bewoners naar een palliatieve eenheid of palliatief supportteam is geweest), ofwel zeer breed werd geïnterpreteerd (m.n. het hebben van een functionele binding met een palliatieve eenheid of ziekenhuis wat voor RVT s een wettelijke verplichting is). Regio Gent t.o.v. Regio Meetjesland De verschillen tussen de 2 regio s zijn voor dit item veel kleiner. Zaken die nog kunnen worden opgemerkt. - Geen enkele WZC werkt samen met een palliatieve dagcentrum. Mogelijke verklaring : Binnen Netwerk Palliatieve Zorg Gent-Eeklo (en zelfs Oost-Vlaanderen) is geen palliatieve dagcentrum. Het dagcentrum in Brugge is het meest nabijgelegen. Waar dit voor patiënten uit het Meetjesland nog haalbaar kan zijn, is deze afstand voor patiënten uit het Gentse hoogstwaarschijnlijk te ver. Enige voorzichtigheid met deze mogelijke verklaring is geboden aangezien de bevraging niet peilde naar kwalitatieve informatie om deze stelling te onderbouwen. - Het percentage m.b.t. de samenwerking met palliatieve eenheden ligt iets hoger in de regio Gent dan in het Meetjesland. Mogelijke verklaring : binnen Netwerk Palliatieve Zorg Gent-Eeklo zijn er 3 palliatieve eenheden voor een equivalent van 24 bedden. Deze zijn alle 3 gelegen in Gent. De afstand zou hier een rol kunnen spelen. Echter ook hier geldt dat met deze bevraging geen kwalitatieve gegevens werden verzameld om deze hypothese te onderschrijven. - Het percentage wat betreft de samenwerking van een WZC met een multidisciplinaire begeleidingsequipe ligt een heel stuk hoger dan de samenwerking van een WZC met een palliatief supportteam of een palliatieve eenheid. Dit lijkt de stelling te ondersteunen dat WZC trachten om palliatieve bewoners zo weinig mogelijk te transfereren naar een andere zorgsetting en dat de multidisciplinaire begeleidingsequipe daarbij wordt aanzien als een ondersteuning van referent en team. Ook het ontlenen en het al dan niet helpen opstarten van een spuitaandrijver past binnen dit plaatje aanzien deze in onze regio niet kunnen ontleent worden in de uitleenwinkels van de mutualiteiten. Verdere bevraging zou deze hypothese met concrete data kunnen bevestigen. 4

Analyse cijfermateriaal Algemene Ziekenhuizen Bevraging - De cijfers hebben betrekking op de 6 Algemene Ziekenhuizen in de regio Gent-Eeklo. De gegevens van de 2 sp-diensten palliatieve zorg uit de regio als ook de psychiatrische ziekenhuizen werden niet meegenomen in de analyse omdat niet elk netwerk deze instellingen heeft bevraagd. Ze wel opnemen, zou een vertekening van de cijfers met zich meebrengen. - Een opdeling in regio Meetjesland en regio Gent is gezien de resultaten minder relevant. Regio Meetjesland telt 2 algemene ziekenhuizen, regio Gent telt 4 ziekenhuizen (waaronder ook het universitair ziekenhuis). - Alle instellingen hebben schriftelijk geantwoord. Interpretatie 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? De cijfers bevestigen wat we weten. Maar wat wij weten, wordt niet altijd door de cijfers gezegd. Alle ziekenhuizen scoren op alle rubrieken een maximale score. Ook de Vlaamse percentages liggen hoog en de mediaan is nagenoeg ook overal 100%. Deze cijfers verwonderen niet gezien de reglementering op de palliatieve functie in ziekenhuizen. Gezien het ontbreken van kwalitatieve data doen zijn in wezen geen recht aan de eigenlijke werking van de diverse supportteams. Een verdere verfijning van deze bevraging, al dan niet aangevuld met het uniform jaarverslag dat momenteel wordt ontwikkeld door de Werkgroep PST van de Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen, kan zorgen voor de nodige inkleuring en nuancering. 5

Besluit Deze cijfers geven een eerste, misschien nog wat diffuus beeld van hoe het met de palliatieve zorg in onze regio en in Vlaanderen gesteld is. Daaruit blijkt dat er toch al heel wat inspanningen zijn geleverd. Gezien het ontbreken van kwalitatieve gegevens kunnen we geen uitspraken doen over de kwaliteit van de uitbouw van palliatieve zorg. De voorzichtige interpretaties of verklaringen zijn dan ook slechts hypotheses die door verdere onderzoek getoetst moeten worden. Een verdere verfijning van de bevraging is noodzakelijk om de nodige kleuraccenten aan te brengen in deze eerste zwart-wit -foto. Bovenstaande is een reflectie van Netwerk Palliatieve Zorg Gent-Eeklo over de cijfergegevens van haar regio. Er wordt tevens een rapportage verwacht naar de Vlaamse Gemeenschap. Deze rapportage behelst vnl. de Vlaamse situatie en is dus veel algemener dan bovenstaande overwegingen. Het volgende hoofdstuk omvat de rapportage zoals deze is bezorgd aan de Vlaamse Gemeenschap. 6

Hoofdstuk II - Toelichting nulmeting resultaatsindicatoren 2008 Ziekenhuizen Bevraagde ziekenhuizen In 14 van de 15 netwerken werden alle algemene ziekenhuizen in de regio bevraagd. Enkel van het Netwerk Palliatieve Zorg Brussel-Halle-Vilvoorde is het aantal ziekenhuizen niet gekend. Responsgraad In 12 van de 15 netwerken hebben alle bevraagde ziekenhuizen gereageerd op de vragenlijst. In 2 netwerken bedraagt de responsgraad 75%: het gaat telkens om 1 ziekenhuis dat de vragenlijst niet heeft ingevuld. Enkel in de regio Brussel-Halle-Volvoorde is de responsgraad erg laag. Zonder deze regio mee te rekenen, komt de totale responsgraad op 97,14 %. De verdere toelichting is uitsluitend gebaseerd op de gegevens van de ziekenhuizen die de vragenlijst hebben ingevuld. 1. Structuur palliatieve zorg - Meer dan 9 op de 10 ziekenhuizen die de vragenlijst hebben ingevuld, hebben een verantwoordelijke palliatieve zorg. In 14 netwerken hebben alle ziekenhuizen een verantwoordelijke palliatieve zorg. Slechts in 1 netwerk is dat niet het geval : daar zeggen 2 van de 6 ziekenhuizen geen verantwoordelijke palliatieve zorg te hebben. - Met uitzondering van 1 ziekenhuis beschikken alle ziekenhuizen over een palliatief supportteam. - De meeste ziekenhuizen beschikken ook over een stuurgroep/denkgroep/werkgroep palliatieve zorg. In 11 van de 15 netwerken zeggen alle ziekenhuizen hierover te beschikken. In de regio s waar dit niet het geval is, gaat het over 2 of 3 ziekenhuizen. - In 10 van de 15 netwerken zijn er nog andere structuren aanwezig, zij het minimaal (bij 7 van de 10 netwerken is dit minder dan 1/3). - Uit de bevraging blijkt dat er, ondanks de wettelijke regelgeving voor de ziekenhuizen, er toch nog ziekenhuizen zijn die geen verantwoordelijke palliatieve zorg of een palliatief supportteam hebben. - Daarnaast blijkt uit de cijfers dat het merendeel van de ziekenhuizen over een bijkomende stuurgroep/denkgroep/werkgroep beschikt ook al is dit niet in de regelgeving opgenomen. - Ook hebben heel wat ziekenhuizen nog andere structuren. Uit de bevraging is niet te achterhalen wat deze andere structuren zijn, aangezien er geen verdere specificatie werd gevraagd. 7

2. Explicitering palliatieve zorg - In 9 netwerken hebben alle ziekenhuizen een visie palliatieve zorg, werd de visie uitgeschreven en gecommuniceerd naar het personeel en de patiënt en/of familie. - In 2 netwerken is er in alle ziekenhuizen een visie palliatieve zorg, werd de visie uitgeschreven en gecommuniceerd naar het personeel, maar niet naar de patiënt en/of familie. - In 1 netwerk hebben alle ziekenhuizen een visie palliatieve zorg, werd de visie uitgeschreven, maar niet gecommuniceerd naar het personeel en de patiënt en/of familie. - In 1 netwerk is er in alle ziekenhuizen een visie, maar werd die visie in 1 ziekenhuis niet uitgeschreven en niet gecommuniceerd naar de patiënt en/of familie (de visie werd wel gecommuniceerd naar het personeel). - In 2 netwerken is er niet in alle ziekenhuizen een visie palliatieve zorg. Het gaat hier telkens om 1 ziekenhuis dat stelt geen visie over palliatieve zorg te hebben. - Hoe de visie in de verschillende ziekenhuizen tot stand is gekomen en wat de inhoud van de visie is, komt in de bevraging niet tot uiting. - Hoe de communicatie is gebeurd én of de visie gekend is bij het personeel komt in de bevraging evenmin tot uiting. 3. Samenwerking palliatieve zorg In 12 van de 15 netwerken hebben alle ziekenhuizen een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk van hun regio. In 3 netwerken is dit niet het geval. In 2 van deze netwerken gaat het telkens om 1 ziekenhuis, in het 3 de netwerk om 2. In 13 van de netwerken stellen alle ziekenhuizen het voorbije jaar te hebben samengewerkt met de multidisciplinaire begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging van hun regio. In 2 netwerken is dat niet het geval en gaat het telkens om 1 ziekenhuis. In 11 van de 15 netwerken hebben alle ziekenhuizen het voorbije jaar samengewerkt met een ander PST. In 4 netwerken is dit niet het geval en gaat het telkens om 1 (2 netwerken) of 2 ziekenhuizen (2 netwerken). In 12 van de netwerken stellen alle ziekenhuizen het voorbije jaar te hebben samengewerkt met een palliatieve eenheid. In 3 netwerken is dat niet het geval en gaat het telkens om 2 ziekenhuizen. Het aantal netwerken waar alle ziekenhuizen hebben samengewerkt met een palliatief dagcentrum ligt beduidend lager. In slechts 2 netwerken hebben alle ziekenhuizen met een palliatief dagcentrum samengewerkt (in deze regio s is er telkens een palliatief dagcentrum aanwezig). In 4 netwerken waar er geen palliatief dagcentrum is, hebben ziekenhuizen toch samengewerkt met een dagcentrum. In 6 netwerken heeft geen enkel ziekenhuis samengewerkt met een palliatief dagcentrum. Wat betreft de samenwerking inzake palliatieve zorg liggen de cijfers eveneens erg hoog, met uitzondering van de samenwerking met de dagcentra. Hoe de samenwerking concreet verloopt en wat de intensiteit ervan is, kan niet uit de bevraging afgeleid worden. Ook hier is verder onderzoek voor nodig. 8

Besluit De responsgraad van de ziekenhuizen ligt erg hoog, met uitzondering van één netwerk waar de responsgraad eerder laag is. Het opvragen van de gegevens heeft in sommige netwerken evenwel veel tijd en energie gevraagd. Ook het samenbrengen van de gegevens heeft veel tijd gevraagd. Toch blijkt uit de reacties dat de bevraging een hulpmiddel kan zijn om de werking inzake palliatieve zorg in de ziekenhuizen verder uit te bouwen. De resultaten betreffende de uitbouw van een palliatieve zorgstructuur in de ziekenhuizen zijn overwegend zeer positief. Naast de wettelijk vereiste structuren zijn er in het overgrote deel van de ziekenhuizen nog bijkomende structuren zoals werkgroepen/denkgroepen/ stuurgroepen en andere initiatieven. Uit de bevraging is niet duidelijk wat de doelstellingen en de werking van deze structuren zijn. Hiervoor is verder onderzoek nodig. Ook wat betreft de visie over palliatieve zorg is er al heel wat werk verricht in het grootste deel van de ziekenhuizen : er is een visie over palliatieve zorg, meestal is die ook uitgeschreven en gecommuniceerd naar het personeel en de patiënt en zijn familie. Wat de inhoud van de visie betreft en of de visie ook gekend is bij de betrokkenen aan wie de visie werd gecommuniceerd, is niet af te leiden uit de bevraging. Ook hier is verder onderzoek voor nodig. Wat betreft de samenwerking inzake palliatieve zorg liggen de cijfers eveneens erg hoog, met uitzondering van de samenwerking met de dagcentra. Hoe de samenwerking concreet verloopt en wat de intensiteit ervan is, kan niet uit de bevraging afgeleid worden. Ook hier is verder onderzoek voor nodig. 9

Rustoorden en rust- en verzorgingstehuizen Bevraagde ROB/RVT s In 10 van de 15 netwerken werden alle ROB/RVT s in de regio bevraagd. In de regio Brussel-Halle-Vilvoorde is het aantal ROB/RVT s niet gekend. Responsgraad In 6 van de 15 netwerken alle bevraagde ROB/RVT s gereageerd op de vragenlijst. Slechts in 1 netwerken ligt de responsgraad onder de 50 %. Zonder de regio Brussel-Halle-Vilvoorde komt de totale responsgraad op 78,96 %. De verdere toelichting is uitsluitend gebaseerd op de gegevens van de ROB/RVT s die de vragenlijst hebben ingevuld. 1. Structuur palliatieve zorg - Meer dan 9 op de 10 ROB/RVT s die de vragenlijst hebben ingevuld, hebben een verantwoordelijke palliatieve zorg. In 5 netwerken hebben alle ROB/RVT s een verantwoordelijke palliatieve zorg. In 7 van de 15 netwerken ligt dit percentage boven de 90 %, in de resterende 3 netwerken boven 80 %. - Iets meer dan 6 op de 10 ROB/RVT s beschikken over een palliatief supportteam. In 6 van de 15 netwerken beschikken 75 % van de ROB/RVT s over een palliatief supportteam. Slechts in 2 netwerken is dit minder dan de helft. - 3 op de 4 ROB/RVT s beschikken ook over een stuurgroep/denkgroep/werkgroep palliatieve zorg. In 10 van de 15 netwerken beschikken 75 % van de ROB/RVT s over een stuurgroep/denkgroep/ werkgroep. In 5 netwerken schommelt dit percentage tussen 50 en 75 %. - In minder dan 1 op de 10 ROB/RVT s van de 15 netwerken zijn er nog andere structuren aanwezig, zij het minimaal (bij 9 netwerken is dit minder dan 10%, bij 5 netwerken ligt dit percentage tussen 10 en 20 % en bij 1 netwerk gaat het om 35 %). - Uit de bevraging blijkt dat er, alhoewel er hiervoor tot voor kort geen regelgeving was, heel wat ROB/RVT s zijn die een specifieke verantwoordelijke palliatieve zorg hebben. - Heel wat ROB/RVT s beschikken eveneens over een palliatief team en/of een stuurgroep/denkgroep/werkgroep. - Daarnaast hebben een beperkt aantal ROB/RVT s nog andere structuren. Uit de bevraging is niet te achterhalen wat deze andere structuren zijn, aangezien er geen verdere specificatie werd gevraagd. 10

2. Explicitering palliatieve zorg - Meer dan 9 op de 10 ROB/RVT s hebben een uitgeschreven visie palliatieve zorg. Dit is voor een deel het gevolg van de regelgeving, doch niet alle voorzieningen beschikken over een RVT-erkenning en zijn dus niet aan deze regelgeving onderworpen. Uit de bevraging blijkt evenwel niet over hoeveel voorzieningen dit gaat. - In 3 op de 4 ROB/RVT s werd de visie ook gecommuniceerd naar het personeel en de bewoner en zijn familie. Weliswaar was de mate van communicatie naar de bewoner en zijn familie minder dan naar het personeel toe. - Hoe de visie in de verschillende ROB/RVT s tot stand is gekomen en wat de inhoud van de visie is, komt in de bevraging niet tot uiting. - Hoe de communicatie is gebeurd én of de visie gekend is, komt in de bevraging evenmin tot uiting. 3. Samenwerking palliatieve zorg - In 6 van de 15 netwerken hebben alle ROB/RVT s een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk van hun regio. In 6 netwerken ligt dit percentage boven de 90 %, in de resterende 3 netwerken boven 80 %. - Iets meer dan de helft van de ROB/RVT s heeft het voorbije jaar samengewerkt met de multidisciplinaire begeleidingsequipe voor palliatieve verzorging van hun regio(/netwerk). De cijfergegevens van de verschillende netwerken liggen hier erg uiteen, gaande van 19 tot 95 %. - Minder dan 1 op 3 ROB/RVT s heeft het voorbije jaar samengewerkt met een ander PST van een ziekenhuis of een ander ROB/RVT. Slechts in 1 netwerk geldt dit voor meer dan de helft van de ROB/RVT s. - Minder dan 2 op de 10 ROB/RVT s hebben samengewerkt met een palliatieve eenheid. In slechts 2 netwerken lag dit percentage hoger dan 30 %. In 3 netwerken was dit percentage lager dan 10 %. - In 9 op de 15 netwerken heeft geen enkel ROB/RVT s samengewerkt met een palliatief dagcentrum. In de resterende 6 netwerken hebben 3 keer 1 ROB/RVT, 2 keer 2 ROB/RVT s en 1 keer 3 ROB/RVT s met een palliatief dagcentrum samengewerkt. Slechts 3 van de 6 netwerken beschikken over en eigen dagcentrum in hun regio. - De cijfers betreffende samenwerking met andere structuren palliatieve zorg liggen beduidend lager dan in de ziekenhuizen. Uit de cijfers blijkt dat er vooral een samenwerking is met de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging. - Hoe de samenwerking concreet verloopt en wat de intensiteit ervan is, kan niet uit de bevraging afgeleid worden. 11

Besluit De responsgraad van de ROB/RVT s ligt vrij hoog, met uitzondering van 1 netwerk. Het opvragen van de gegevens heeft in heel wat netwerken veel tijd en energie gevraagd. Ook het samenbrengen van de gegevens heeft veel tijd gevraagd. Toch blijkt ook hier uit de reacties dat de bevraging een hulpmiddel kan zijn om de werking inzake palliatieve zorg in de ROB/RVT s verder uit te bouwen. De resultaten betreffende de uitbouw van een palliatieve zorgstructuur van de ROB/RVT s die de vragenlijst hebben ingevuld, zijn overwegend positief. Ondanks het ontbreken van wettelijke vereisten zijn er in het overgrote deel van de ROB/RVT s al heel wat structuren uitgebouwd. Uit de bevraging is niet duidelijk wat de doelstellingen en de werking van deze structuren zijn. Hiervoor is verder onderzoek nodig. Wat betreft visie over palliatieve zorg is er al heel wat werk verricht in de meeste ROB/RVT s. De regelgeving heeft hier hoogstwaarschijnlijk een stimulerende rol gespeeld. Wat de inhoud en de totstandkoming van de visie betreft en of de visie ook gekend is bij de betrokkenen aan wie de visie werd gecommuniceerd, is niet af te leiden uit de bevraging. Ook hier is verder onderzoek voor nodig. Wat betreft de samenwerking inzake palliatieve zorg liggen de cijfers beduidend lager dan in de ziekenhuizen. Uit de cijfers blijkt dat er vooral een samenwerking is met de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging. Hoe de samenwerking concreet verloopt en wat de intensiteit ervan is, kan niet uit de bevraging afgeleid worden. Ook hier is verder onderzoek voor nodig. Algemeen besluit Deze bevraging geeft een eerste indruk over de uitbouw van palliatieve zorg in de ziekenhuizen en ROB/RVT s van Vlaanderen. Vooral organisatorische aspecten werden bevraagd. De kwaliteit en de werking zijn in de bevraging niet aan bod gekomen. Deze gegevens zijn een hulpmiddel om het functioneren van de netwerken bij het invullen van hun opdrachten op vlak van informatieverstrekking, sensibilisering, deskundigheidsbevordering en samenwerking te sturen. Om de bevraging in de toekomst als beleidsinstrument te hanteren, is verdere uitbreiding en verfijning wenselijk. Ook zal de nodige aandacht moeten besteed worden aan het opvragen en verzamelen van de gegevens. Er moet evenwel over gewaakt worden dat de netwerken hierbij niet in een controlerende rol geduwd worden. 12

Hoofdstuk III - Tabellen 13

Westhoek-Oostende Noord-West Vlaanderen De Mantel Zuid-West Vlaanderen Gent-Eeklo Gent-Eeklo (excl. ROB < 40 bedden) Zuid-Oost Vlaanderen Aalst-Dendermonde-Ninove Waasland Brussel-Halle-Vilvoord Leuven PHA Mechelen Turnhout Noorderkempen Limburg VLAANDEREN % Vlaanderen RAPPORTAGE 2008 - WZC Aantal instellingen 39 33 36 49 77 62 33 46 26 46 41 42 34 76 578 Aantal bevraagde 39 20 36 46 77 62 33 45 26 270 46 80 41 42 34 72 907 Respons bevraagde 33 20 36 46 77 62 33 31 20 28 29 44 25 42 18 49 531 84,62% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 68,89% 76,92% 10,37% 63,04% 55,00% 60,98% 100,00% 52,94% 68,06% 58,54% 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? Is er een structuur voor palliatieve zorg in uw instelling, m.n. één of meer van onderstaande functies of groepen? Verantwoordelijke / Referent / Coördinator Palliatieve Zorg 32 20 36 45 66 59 27 30 20 24 29 44 23 41 17 46 500 94,16% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg 27 16 26 39 31 30 19 27 11 17 19 39 20 28 8 28 355 66,85% Werkgroep / Stuurgroep / Denkgroep Palliatieve Zorg 30 13 27 42 46 43 22 26 18 16 22 39 18 35 16 38 408 76,84% Andere... 3 1 2 4 9 9 3 2 7 3 3 0 0 7 0 7 51 9,60% 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? Is er een visie op palliatieve zorg? 33 18 34 45 67 59 32 30 20 26 29 44 25 40 16 47 506 95,29% Zo ja, werd de visie op palliatieve zorg : uitgeschreven? 32 17 32 44 60 55 31 29 20 22 28 42 24 39 15 46 481 90,58% gecommuniceerd naar het personeel? 33 14 29 43 60 54 26 27 20 23 28 42 19 38 15 41 458 86,25% gecommuniceerd naar patiënten/bewoners en/of familie? 32 13 23 37 58 52 24 19 20 21 25 40 16 35 14 40 417 78,53% 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? Is er een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk Palliatieve Zorg uit uw regio? Heeft u het voorbije jaar beroep gedaan op / samengewerkt met andere palliatieve zorgstructuren zoals opgesomd in onderstaande lijst? 32 20 35 46 71 61 33 28 20 23 28 44 23 37 18 44 502 94,54% Multidisciplinaire Begeleidingsequipe / Palliatieve Thuiszorgequipe : 22 19 22 25 52 47 27 22 10 14 7 10 9 8 12 29 288 54,24% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg van 7 12 10 15 21 18 6 9 7 8 8 14 8 10 6 15 een ander instelling (ziekenhuizen, collega-wzc,...) : 156 29,38% Palliatieve Eenheid : 5 7 4 17 16 15 6 1 4 3 3 4 6 3 5 10 94 17,70% Palliatief Dagcentrum : 0 3 0 0 0 0 0 0 0 0 1 2 1 0 2 1 10 1,88%

Westhoek-Oostende Noord-West Vlaanderen De Mantel Zuid-West Vlaanderen Gent-Eeklo Gent-Eeklo (excl. ROB < 40 bedden) Zuid-Oost Vlaanderen Aalst-Dendermonde-Ninove Waasland Brussel-Halle-Vilvoord Leuven PHA Mechelen Turnhout Noorderkempen Limburg VLAANDEREN % Vlaanderen Mediaan Vlaanderen Meetjesland Gent RAPPORTAGE 2008 - WZC Aantal instellingen 39 33 36 49 77 62 33 46 26 0 46 0 41 42 34 76 578 19 58 Aantal bevraagde 39 20 36 46 77 62 33 45 26 270 46 80 41 42 34 72 907 Respons bevraagde 33 20 36 46 77 62 33 31 20 28 29 44 25 42 18 49 531 84,62% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 68,89% 76,92% 10,37% 63,04% 55,00% 60,98% 100,00% 52,94% 68,06% 58,54% 24,68% 75,32% 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? Is er een structuur voor palliatieve zorg in uw instelling, m.n. één of meer van onderstaande functies of groepen? Verantwoordelijke / Referent / Coördinator Palliatieve Zorg 96,97% 100,00% 100,00% 97,83% 85,71% 95,16% 81,82% 96,77% 100,00% 85,71% 100,00% 100,00% 92,00% 97,62% 94,44% 93,88% 500 94,16% 96,97% 78,95% 87,93% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg 81,82% 80,00% 72,22% 84,78% 40,26% 48,39% 57,58% 87,10% 55,00% 60,71% 65,52% 88,64% 80,00% 66,67% 44,44% 57,14% 355 66,85% 66,67% 26,32% 44,83% Werkgroep / Stuurgroep / Denkgroep Palliatieve Zorg 90,91% 65,00% 75,00% 91,30% 59,74% 69,35% 66,67% 83,87% 90,00% 57,14% 75,86% 88,64% 72,00% 83,33% 88,89% 77,55% 408 76,84% 77,55% 36,84% 67,24% Andere... 9,09% 5,00% 5,56% 8,70% 11,69% 14,52% 9,09% 6,45% 35,00% 10,71% 10,34% 0,00% 0,00% 16,67% 0,00% 14,29% 51 9,60% 9,09% 10,53% 12,07% 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? Is er een visie op palliatieve zorg? 100,00% 90,00% 94,44% 97,83% 87,01% 95,16% 96,97% 96,77% 100,00% 92,86% 100,00% 100,00% 100,00% 95,24% 88,89% 95,92% 506 95,29% 96,77% 78,95% 89,66% Zo ja, werd de visie op palliatieve zorg : uitgeschreven? 96,97% 85,00% 88,89% 95,65% 77,92% 88,71% 93,94% 93,55% 100,00% 78,57% 96,55% 95,45% 96,00% 92,86% 83,33% 93,88% 481 90,58% 93,88% 63,16% 82,76% gecommuniceerd naar het personeel? 100,00% 70,00% 80,56% 93,48% 77,92% 87,10% 78,79% 87,10% 100,00% 82,14% 96,55% 95,45% 76,00% 90,48% 83,33% 83,67% 458 86,25% 83,67% 68,42% 81,03% gecommuniceerd naar patiënten/bewoners en/of familie? 96,97% 65,00% 63,89% 80,43% 75,32% 83,87% 72,73% 61,29% 100,00% 75,00% 86,21% 90,91% 64,00% 83,33% 77,78% 81,63% 417 78,53% 77,78% 68,42% 77,59% 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? Is er een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk Palliatieve Zorg uit uw regio? 96,97% 100,00% 97,22% 100,00% 92,21% 98,39% 100,00% 90,32% 100,00% 82,14% 96,55% 100,00% 92,00% 88,10% 100,00% 89,80% 502 94,54% 96,97% 84,21% 94,83% Heeft u het voorbije jaar beroep gedaan op / samengewerkt met andere palliatieve zorgstructuren zoals opgesomd in onderstaande lijst? Multidisciplinaire Begeleidingsequipe / Palliatieve Thuiszorgequipe : 66,67% 95,00% 61,11% 54,35% 67,53% 75,81% 81,82% 70,97% 50,00% 50,00% 24,14% 22,73% 36,00% 19,05% 66,67% 59,18% 288 54,24% 59,18% 63,16% 68,97% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg van een ander instelling (ziekenhuizen, collega-wzc,...) : 21,21% 60,00% 27,78% 32,61% 27,27% 29,03% 18,18% 29,03% 35,00% 28,57% 27,59% 31,82% 32,00% 23,81% 33,33% 30,61% 156 29,38% 29,03% 21,05% 29,31% Palliatieve Eenheid : 15,15% 35,00% 11,11% 36,96% 20,78% 24,19% 18,18% 3,23% 20,00% 10,71% 10,34% 9,09% 24,00% 7,14% 27,78% 20,41% 94 17,70% 18,18% 15,79% 22,41% Palliatief Dagcentrum : 0,00% 15,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 3,45% 4,55% 4,00% 0,00% 11,11% 2,04% 10 1,88% 0,00% 0,00% 0,00% Aantal eenheden per netwerk 1 1 2 1 3 1 2 1 6 2 4 2 2 1 4 33 Aantal palliatieve dagcentra per netwerk 1 1 0 0 0 0 0 0 1 0 1 0 0 1 0 5

Westhoek-Oostende Noord-West Vlaanderen De Mantel Zuid-West Vlaanderen Gent-Eeklo Zuid-Oost Vlaanderen Aalst-Dendermonde-Ninove Waasland Brussel-Halle-Vilvoorde Leuven PHA Mechelen Turnhout Noorderkempen Limburg VLAANDEREN RAPPORTAGE 2008 - Ziekenhuizen 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? Is er een structuur voor palliatieve zorg in uw instelling, m.n. één of meer van onderstaande functies of groepen? Aantal instellingen 4 4 5 3 6 4 4 2 4 14 4 5 2 9 70 Aantal bevraagde 4 4 5 3 6 4 4 2 58 4 14 4 5 2 9 128 Respons bevraagde 3 4 5 3 6 4 4 2 6 3 14 4 5 2 9 74 75,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 10,34% 75,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 57,81% Verantwoordelijke / Referent / Coördinator Palliatieve Zorg 3 4 5 3 6 4 4 2 4 3 14 4 5 2 9 72 97,30% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg 2 4 5 3 6 4 4 2 6 3 14 4 5 2 9 73 98,65% Werkgroep / Stuurgroep / Denkgroep Palliatieve Zorg 1 4 5 3 6 4 4 2 5 3 11 4 5 2 6 65 87,84% Andere... 0 1 3 1 2 1 0 0 1 2 1 1 0 0 4 17 22,97% 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? Is er een visie op palliatieve zorg? 2 4 5 3 6 4 4 2 5 3 14 4 5 2 9 72 97,30% Zo ja, werd de visie op palliatieve zorg : uitgeschreven? 2 4 5 3 6 4 4 2 4 3 14 4 4 2 9 70 94,59% gecommuniceerd naar het personeel? 1 4 5 3 6 4 4 2 6 3 14 4 5 2 8 71 95,95% gecommuniceerd naar patiënten/bewoners en/of familie? 2 2 5 3 6 4 4 2 5 3 13 4 4 2 7 66 89,19% 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? Is er een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk Palliatieve Zorg uit uw regio? Heeft u het voorbije jaar beroep gedaan op / samengewerkt met andere palliatieve zorgstructuren zoals opgesomd in onderstaande lijst? 3 4 5 3 6 4 4 2 4 2 13 4 5 2 9 70 94,59% Multidisciplinaire Begeleidingsequipe / Palliatieve Thuiszorgequipe : 3 4 5 3 6 4 4 2 5 3 13 4 5 2 9 72 97,30% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg 3 3 5 3 6 4 4 2 4 3 12 4 5 2 7 van een ander instelling (ziekenhuizen, collega-wzc,...) : 67 90,54% Palliatieve Eenheid : 3 4 5 3 6 4 4 2 4 2 12 4 5 2 9 69 93,24% Palliatief Dagcentrum : 1 4 3 0 0 0 0 1 1 1 9 2 0 2 0 24 32,43%

Westhoek-Oostende Noord-West Vlaanderen De Mantel Zuid-West Vlaanderen Gent-Eeklo Zuid-Oost Vlaanderen Aalst-Dendermonde-Ninove Waasland Brussel-Halle-Vilvoord Leuven PHA Mechelen Turnhout Noorderkempen Limburg VLAANDEREN % Vlaanderen Mediaan Vlaanderen RAPPORTAGE 2008 - Ziekenhuizen Aantal instellingen 4 4 5 3 6 4 4 2 0 4 14 4 5 2 9 70 Aantal bevraagde 4 4 5 3 6 4 4 2 58 4 14 4 5 2 9 128 Respons bevraagde 3 4 5 3 6 4 4 2 6 3 14 4 5 2 9 74 75,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 10,34% 75,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 57,81% 1. Is er een structuur verantwoordelijk voor palliatieve zorg aanwezig in de organisatie? Is er een structuur voor palliatieve zorg in uw instelling, m.n. één of meer van onderstaande functies of groepen? Verantwoordelijke / Referent / Coördinator Palliatieve Zorg 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 72 97,30% 100,00% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg 66,67% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 73 98,65% 100,00% Werkgroep / Stuurgroep / Denkgroep Palliatieve Zorg 33,33% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 83,33% 100,00% 78,57% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 65 87,84% 100,00% Andere... 0,00% 25,00% 60,00% 33,33% 33,33% 25,00% 0,00% 0,00% 16,67% 66,67% 7,14% 25,00% 0,00% 0,00% 44,44% 17 22,97% 25,00% 2. Is er binnen de organisatie geëxpliciteerd hoe men met palliatieve zorg wenst om te gaan? Is er een visie op palliatieve zorg? 66,67% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 83,33% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 72 97,30% 100,00% Zo ja, werd de visie op palliatieve zorg : uitgeschreven? 66,67% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 100,00% 100,00% 100,00% 80,00% 100,00% 100,00% 70 94,59% 100,00% gecommuniceerd naar het personeel? 33,33% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 88,89% 71 95,95% 100,00% gecommuniceerd naar patiënten/bewoners en/of familie? 66,67% 50,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 83,33% 100,00% 92,86% 100,00% 80,00% 100,00% 77,78% 66 89,19% 100,00% 3. Is er een samenwerking binnen palliatieve zorg? Is er een samenwerkingsovereenkomst met het Netwerk Palliatieve Zorg uit uw regio? 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 66,67% 92,86% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 70 94,59% 100,00% Heeft u het voorbije jaar beroep gedaan op / samengewerkt met andere palliatieve zorgstructuren zoals opgesomd in onderstaande lijst? Multidisciplinaire Begeleidingsequipe / Palliatieve Thuiszorgequipe : 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 83,33% 100,00% 92,86% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 72 97,30% 100,00% Palliatief Supportteam / Mobiel Ondersteuningsteam Palliatieve Zorg van een ander instelling (ziekenhuizen, collega-wzc,...) : 100,00% 75,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 100,00% 85,71% 100,00% 100,00% 100,00% 67 90,54% 100,00% Palliatieve Eenheid : 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 100,00% 66,67% 66,67% 85,71% 100,00% 100,00% 100,00% 69 93,24% 100,00% Palliatief Dagcentrum : 33,33% 100,00% 60,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 50,00% 16,67% 33,33% 64,29% 50,00% 0,00% 100,00% 24 32,43% 33,33% Aantal eenheden per netwerk 1 1 2 1 3 1 2 1 6 2 4 2 2 1 4 33 Aantal palliatieve dagcentra per netwerk 1 1 0 0 0 0 0 0 1 0 1 0 0 1 0 5