Acta. Hoofdstuk II. Leer. van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland

Vergelijkbare documenten
Acta. Hoofdstuk 2. van de Generale Synode Zwolle-Zuid van de Gereformeerde Kerken in Nederland. De leer

De zondag en de rust. Van sabbat naar zondag

Missie Nederlands Gereformeerde Kerk Voorthuizen-Barneveld

Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en

Doopvragen, na alle formulieren zijn deze hetzelfde:

Acta van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland Bijlage II - I Rapport Deputaten Vierde Gebod en Zondag

SYNODE DER SCHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND LEEUWARDEN 2001

DE ERVARING VAN DE EENHEID IN DE VROEGE KERK

Belijdenis en doop van volwassenen Orde I

Acta Hoofdstuk 2 Vragen uit de kerken

Belijdenis en doop van volwassenen Orde II

Formulier om het heilig avondmaal te vieren (3)

BASIS THEOLOGIE: GOD WOORD

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan volwassenen die zich bij de kerk voegen

Acta. Bijlage IV - I. van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Regeling appèlprocedure ad art.

Acta. Bijlage 5.2. van de Generale Synode Zwolle-Zuid van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Rapport commissie Drenthe

Liturgische teksten en gebeden

Relatie <> Religie. Beste Galsem,

het vuur van de liefde pinksteren 2008

Acta. Hoofdstuk XII. van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Relatie tot de Overheid

Leesrooster Bij het huisbezoekthema Jezus uitstralen, Dalfsen-Oost, seizoen 2015/16

Getuige zijn geeft de opdracht tot verantwoording, tot verantwoordelijkheid. Jij daar, ja jij, zeg het maar, waarvan ben jij nu getuige?

Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1)

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

De Bijbel Open (23-02)

Het sacrament van. Boete en verzoening. Sacramenten

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (3)

Gemeentevisie van de evangelische gemeente te Ommen (aanvaard februari 2014 )

Het sacrament van. Boete en verzoening. Sacramenten

EENHEID IN AANBIDDING. Les 11 voor 15 december 2018

Christus als leerling volgen

Orde voor de viering van het heilig Avondmaal

Welkom. En nu? Ds. H.W. van Egmond Ds. H.G. Gunnink

Zondag 29 Oktober Zondag. Voorganger : ds. Johan Meijer Organist : Theo van de wal Koster : Berthold Koops. Lectoren : Sarah Koops : Silke Wijnstok

Doel van Bijbelstudie

Doop van kinderen Orde I

Openluchtdienst! speelruimte om te leven!

Doop van kinderen Orde II

Eucharistieviering van 7 september ste zondag door het jaar (A)

(Deel van) Zijn Lichaam

Wie is de Heilige Geest?

Zondagmorgen 10 januari

Namen van God en van Christus in de eerste brief aan Timoteüs

Gemeente van onze Here Jezus Christus, De leer over de doop is als volgt samen te vatten:

Formulier om ouderlingen en diakenen te bevestigen

Geestelijk Klimaat onze identiteit. Pagina 1

De dolerende ambtsdragers van de gereformeerde kerk van Dalfsen hebben t.a.v. het vierde gebod verklaard:

Luister, Israël: de HEER, onze God, de HEER is de enige!

Liturgie. zondag 11 juni :30 uur Ds H D Bondt. 14:15 uur Ds R Prins

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Handelingen 2, 42 Ochtenddienst H. Avondmaal

Pastoor Reneerkens. De volgende mensen zijn er ook bij:

De Bijbel open (30-11)

De Dordtse Leerregels

INHOUD. Citaten : Statenvertaling 1977 Aanbevolen websites: www:mybrethren.org/index.html

Doop van een kind vanaf zes jaar Orde I

De Dordtse Leerregels. Artikel 1 t/m 5

Wijkgemeente Ichthus Noordwijk EEN LIEFLIJKE. LEER HEM KENNEN 7, bewaarexemplaar. Ds. F. van Roest, zondag 26 januari

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

Bijbelrooster 31 juli t/m 6 augustus Thema: Rechtvaardig door het geloof

Orde voor de voortzetting van het heilig Avondmaal

Lezen : Deuteronomium 6: 4-18 Zondag 47 Opwekking 25 Opwekking 277 Opwekking 354 Psalm 86 : 2, 3 en 4 (NPB) Geloofsbelijdenis Onze Vader Opwekking 708

ONTVANG DE HEILIGE GEEST!

Geloven in Scholen met de Bijbel

Heb elkaar onvoorwaardelijk lief uit een zuiver hart

Witte Donderdag 24 maart uur in de Protestantse Zionskerk

Visie Gereformeerde Kerk Nijkerk Vastgesteld door de Grote Kerkenraad op.

Preek over HC Zondag 8. Liturgie: Votum en groet Zingen: Ps. 33:1,2

Hervormde Gemeente Bergschenhoek Beleidsplan

1. Samuël de profeet. Lezen: Handelingen 3:11-26

De Zondag: een stuk geschiedenis de wet in de Bijbel onze praktijk en onze hartslag

Handelingen 2. Hand. 2: 36-eind HSV

Besluiten. Gereformeerde Kerk (dolerend) Dalfsen. genomen door de Generale Synode op 17 en 31 maart 2012

Feest van het Koninkrijk

Liturgie. zondag 30 oktober :30 uur Ds H D Bondt

Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in mij gelooft (Joh. 7:3 8)

FORMULIER VOOR DE BEVESTIGING VAN MISSIONAIRE DIENAREN DES WOORDS. Gemeente van onze Here Jezus Christus,

Orde I Schrift, zegen en gebed

Ontmoeting met de opgestane Heer. zondag 6 april 2014

Formulier om dienaren van het woord te bevestigen

Toelatingsbeleid. van de. Vereniging voor Gereformeerd Primair Onderwijs in West Nederland.

Thema. Vrede rond de zondag. J.W. van der Jagt

SOLA SCRIPTURA VERKONDIGING 5 FEBRUARI Zusters en broeders, gemeente van onze Heere Jezus Christus

De Bijbel open op 3 augustus 2013; herhaling van 18 oktober 2008

Kennismakingsvragen:

Protestantse Gemeente Nunspeet (Driestwegkerk) 18 april uur

Eredienst 06 mei :00 Voorganger: ds. H. van den Berg

Orde I Schrift, zegen en gebed

Rapport deputaten M/V in de kerk

GROTE VERRASSING Efeze 3:9; Colosse 1:26

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

de doop zoals wij die kennen is afkomstig van niemand minder dan de Here Jezus zelf

28 januari uur J Wesseling orgel: Peter Sneep schriftlezing: Rinke Larooy

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

Feest van het Koninkrijk

Orde II Schrift, zegen en gebed

De rijkdom van het evangelie

GEMEENTEVISIE EVANGELISCHE GEMEENTE ALBLASSERWAARD JOZUA. Geleid door de Geest

Een nieuw begin. De schepping van hemel en aarde Genesis 1:1-10

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

Transcriptie:

Acta van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland Hoofdstuk II Leer

Het auteursrecht van deze tekst berust hetzij bij de auteur, hetzij bij de Gereformeerde Kerken in Nederland. Voor alle zaken het auteursrecht betreffend kan contact opgenomen worden met het deputaatschap Generaal-synodale publicaties via: publicaties@gkv.nl. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in wat voor vorm of op wat voor manier dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende, behoudens de uitzonderingen bij de wet gesteld. 2 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

Acta van de Generale Synode van de Gereformeerde Kerken in Nederland, samengekomen te Amersfoort-Centrum op zaterdag 12 maart 2005 Hoofdstuk 2 De leer Artikel 21 21-05-2005 Revisie Acta GS Heemse 1984-'85 Voorstel: moderamen Materiaal: Acta van de Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003, art. 15, met het besluit om een wijziging aan te brengen in een zinsnede van het besluit van de Generale Synode van Heemse 1984-1985, Acta art. 131, besluit II, grond 3, slotzin. De zin in de Acta van de GS Heemse luidt als volgt: Steeds is erkend, dat de Here in zijn welbehagen nieuw leven kan werken, ook kerkelijk leven, buiten de grenzen van de kerk, dat in gehoorzaamheid zich heeft geïnstitueerd. De GS Zuidhorn wijzigde de laatste woorden als volgt: de kerk die in gehoorzaamheid zich heeft geïnstitueerd. brief van Joh. Wolters te Kampen dd. september 2004, waarin hij revisie van de bewuste slotzin vraagt en wel als volgt: De Here werkt in zijn Verkiezend Welbehagen door zijn Woord nieuw leven, ook buiten de grenzen van de kerk die Hij vergadert. Besluit: Grond: aan het verzoek van br. Wolters niet te voldoen. revisie is slechts mogelijk van een besluit, niet van een grond; appellant vecht slechts één zin in een grond aan en stemt in met de besluiten van de Generale Synodes van Heemse 1984-1985 en Spakenburg-Noord 1987: de afwijzing van de leer van ds. Hoorn. Het besluit wordt met algemene stemmen genomen. Artikel 22 09-09-2005 Rapport deputaten vierde gebod en zondag Voorstel: deputaten vierde gebod en zondag Materiaal: Acta Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003, art. 13, besluit 1: aan de verzoeken (waarvan dat van de Particuliere Synode Holland-Zuid in de weg van art. 30 KO is voorbereid) te voldoen door een deputaatschap Vierde gebod en zondag in te stellen en deputaten op te dragen de kerken te dienen met een handreiking waarin een positieve standpuntbepaling geboden wordt inzake het ethisch handelen als gelovigen en kerken in de 21 e eeuw met betrekking tot het vieren van de zondag als dag van de Here in het licht van het vierde gebod; Acta GS Zuidhorn, art. 13, besluit 2: aan het deputaatschap de volgende instructie mee te geven: a. onderzoek te doen met het oog op eigentijdse vragen rond de zondag als rustdag in een kerkelijke, politieke en maatschappelijke context; b. een bijbels-theologische bezinning te verrichten op een christelijke levensstijl in verband met vieren en rusten; c. de kerken te dienen bij het onderling gesprek op dit punt; Gereformeerde Kerken in Nederland 3

3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 1 d. rapport uit te brengen van zijn werkzaamheden aan de volgende synode en dit rapport een half jaar van tevoren aan de kerken toe te zenden. rapport Zondag HEERlijke dag van deputaten vierde gebod en zondag aan de Generale Synode van Amersfoort-Centrum 2005; brief van de Gereformeerde Kerk te Rozenburg-Voorne d.d. 22 mei 2004 waarin in een bijlage met commentaar op artikelen van deputaten een Schriftuurlijke onderbouwing inzake de geldigheid van het vierde gebod wordt aangereikt; brieven van de kerk te Heemse d.d. 16 februari 2005 met verzoek om de woorden zoveel mogelijk (vrij te houden van beroepsarbeid) in het geboden onderwijs te schrappen; van de kerk te Amersfoort-Centrum d.d. 17 februari 2005 met de vraag om toevoeging van een zin in het onderwijs waaruit blijkt dat de rust op zondag door de HERE geboden wordt in het vierde gebod; van de Deputies of the Free Reformed Churches of Australia for Relations with Sister Churches d.d. 17 februari 2005 met het verzoek in het onderwijs de volgende zinnen uit het deputatenrapport op te nemen: Blijvend én nieuw in relatie tot het vierde gebod is het rusten van eigen werk en prestatie door te genieten van Gods genadegaven zowel in schepping als verzorging van zijn wereld, als in verlossing en heiligmaking van zijn volk. Christus is het die de weg naar de rust is (Mat. 11:28). Er is geen sprake van vrijblijvendheid met betrekking tot de besteding van de zondag. De twee pijlers van de zondagsviering blijven recht overeind: de samenkomsten en de rust om je te verheugen in Gods grote daden ; van de kerk te Siegerswoude Frieschepalen d.d. 13 juli 2004, van de kerk te Lutten d.d. 28 september 2004, van br. F. van Pijkeren te Eindhoven d.d. 15 februari 2005 en van br. G.J. Spoelman te Rheezerveen d.d 16 februari 2005 met de vraag om een soortgelijke uitspraak; brieven van de kerk te Dalfsen d.d. 29 maart 2005, van ds. E. Heres te Dalfsen d.d. 17 februari 2005, van br. en zr. D.J. Moesker te Assen d.d. 22 februari 2005, van br. J.P. Dwarshuis te Assen d.d. 6 maart 2005, van br. en zr. S.J. Sietsma te Dalfsen d.d.11 maart 2005 (met drie adhesiebetuigingen), over de sabbat als scheppingsinstelling en verzoek om een duidelijke uitspraak over de geldigheid van het vierde gebod; van de kerk te Amersfoort-Zuid (zonder datum) met een aantal aanbevelingen om een nieuwe generatie kerkleden met de besluiten te bereiken; brieven van de kerk te Barneveld-Voorthuizen d.d. 28 februari 2005 met kritiek op publicatie in boekvorm, op de vergelijking van het onderwijs met liturgische formulieren of testimony en van de kerk te Ten Boer d.d. 14 februari 2005 met adhesie aan het voorstel van de PS Gelderland; brieven van br. en zr. Prins te Stadskanaal d.d. 22 januari 2005 met pleidooi voor werken op zondag: nee, tenzij, en van br. D.J. Aalvanger c.s. te Zwolle-Zuid d.d. 14 februari 2005; brief van br. B.J. van der Linde te Berkel en Rodenrijs d.d. 24 januari 2005 met de vraag om onzorgvuldige voorlichting door kerkleden in de pers af te keuren; brieven van de kerk te Meppel (wijkraad West) d.d. 20 februari 2005 met kritiek op het weinig vernieuwende van het rapport en gebrek aan bruikbare adviezen en van br. P. Dorland te Hattem d.d. 12 februari 2005 met kritiek op de hantering van de uitdrukking de leiding van de Heilige Geest in het rapport en een waarschuwing tegen binding boven de Schrift met verwijzing naar art. 5 en 7 NGB, en van ds. W. Wierenga te Midlaren d.d. 9 maart 2005, die de synode vraagt te waken over de vrijheid van de christen; brief van de kerk te Heemse d.d. 16 februari 2005 met de vraag te onderzoeken op welke manier de besluiten die broeders en zusters kunnen bereiken die het kerkverband verlaten hebben. Besluit 1: Gronden: deputaten vierde gebod en zondag, benoemd door de Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003, te dechargeren onder dank voor de door hen verrichte arbeid. deputaten hebben invulling aan hun opdracht gegeven door: a. voorrang te geven aan de opdracht tot onderzoek op eigentijdse vragen en bijbelstheologische bezinning op een christelijke levensstijl in verband met vieren en rusten ; b. het geven van voorlichting (op verzoek) en aanbieden van artikelen; c. de presentatie in de vorm van een rapport aan de kerken; d. de publicatie van het rapport in boekvorm om zoveel mogelijk kerkleden te bereiken; 4 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

3. 4. deputaten hebben het niet verstandig geacht zich direct na de GS Zuidhorn op eigen gezag met voorlichting over de ethiek van het vierde gebod en de zondag tot de kerken te wenden, maar gekozen voor presentatie in de weg van rapportage aan de kerken, zodat deze zich er in de Generale Synode van Amersfoort-Centrum 2005 een oordeel over kunnen vormen; bij het besluit tot instelling van het deputaatschap is als grond genoemd dat het goed is te onderzoeken of er in de veelheid van materiaal elementen zijn waarover wel kerkelijke overeenstemming te verkrijgen valt (Acta GS Zuidhorn, art. 13, besluit 1, grond 3). Ook is uitgesproken: het zal de bezinning op en de kracht van het christelijk leven in de kerken ten goede komen, wanneer de kerken niet-opgeloste dilemma s te boven komen en samenwerken bij het ontwikkelen, formuleren en uitdragen van een positieve Schriftuurlijke handreiking inzake de zondagsrust in het licht van het vierde gebod (Acta GS Zuidhorn, art. 13, besluit 1, grond 4). Daartoe was grondige studie nodig; ook al is in de bespreking tijdens de GS Zuidhorn opgemerkt dat deputaten niet in stilte studie gaan plegen (Acta, ad art. 13), toch hebben zij gemeend naast op de kerken gerichte voorlichting over het voortraject van de Generale Synode van Leusden 1999 en van de GS Zuidhorn, zoals dat leidde tot de instelling en opdracht van het deputaatschap - veel tijd te moeten steken in stille studie. Besluit 2: Gronden: de (onderstaande) handreiking Zondag, HEERlijke dag in de aandacht van de kerken aan te bevelen met het doel a. die een plaats te geven in het onderwijs van de gemeente en in het getuigenis aan naaste en samenleving; b. in biddend opzien tot God te trachten tot vernieuwde overtuiging ten aanzien van de viering van de zondag en de plaats ervan in de christelijke levensstijl als geheel te komen. 3. 4. 5. 6. 7. de GS Zuidhorn gaf expliciet de opdracht aan deputaten de kerken te dienen met een handreiking waarin een positieve standpuntbepaling geboden wordt inzake het ethisch handelen als gelovigen en kerken in de 21 e eeuw met betrekking tot het vieren van de zondag als dag van de Here in het licht van het vierde gebod; de handreiking heeft niet het kerkelijk gezag van een belijdenis, maar wil een getuigenis bieden hoe het vierde gebod in onze situatie doorwerkt; er is sprake van een concreet moment, nl. de tijd waarin de kerken in de GS Leusden en de GS Zuidhorn de appèl- en revisiekwestie in dezen afgehandeld hebben en waarin een deputaatschap is ingesteld, omdat de onvrede en verwarring in de kerken op het punt van vierde gebod en zondag niet was weggenomen. Hiermee was de weg vrij voor een positieve studie, zonder de kerkrechtelijke complicaties van de eerdere behandeling. Nu deputaten hun werk aan de kerken, in de synode te Amersfoort bijeen, presenteren, is er de tijd rijp om het onderwijs van de Schrift in de vorm van de handreiking aan de kerken aan te bieden; er is sprake van één speciaal, afgebakend thema, nl. de uitleg van het vierde gebod in het licht van het Nieuwe Testament in Jezus Christus en de viering van de zondag door de kerk van het Nieuwe verbond in de concrete omstandigheden van de 21 e eeuw in Nederland; er is sprake van bijzondere omstandigheden, nl. het elimineren van verwijzing naar Gods geboden in de wetgeving, de complicering van de economie en veelheid aan functies en beroepen, 3. de geconstateerde vervlakking van christelijk leven, ook op het punt van zondagsviering, en 4. de werkdruk en prestatiedrang waar jonge en volwassen mensen onder gebukt of in mee gaan; de vorm van een korte tekst is geschikt om de brede materie van vierde gebod, sabbat en zondag samen te vatten en toegankelijk te maken. De tekst is op deze manier voor de kerken bruikbaar om verwerkt te worden in prediking, onderwijs en getuigenis; in het besluit tot instelling van het deputaatschap is gezegd dat het hoog tijd en van groot belang is dat de kerken hun overtuiging op dit punt hernieuwen en verder ontwikkelen om bij het licht van Gods Woord en zoekend naar de bedoeling van Gods Geest in te spelen op de genoemde en toekomstige ontwikkelingen en daarin de gelovigen bij te staan (Acta GS Zuidhorn, art. 13, besluit 1, grond 2). Gereformeerde Kerken in Nederland 5

Zondag, HEERlijke dag - Een handreiking Aanleiding Deze handreiking is opgesteld om twee redenen. De eerste is dat, zoals vaker in de geschiedenis na de Reformatie, er in de Gereformeerde Kerken in Nederland een geschil gerezen was over de verhouding tussen het vierde gebod en de zondag en over de consequenties daarvan voor de zondagsheiliging. De tweede reden vormt daar de actuele achtergrond van, namelijk het veranderde geestelijk klimaat in ons land tot een geseculariseerde en multireligieuze samenleving. De economische en maatschappelijke ontwikkelingen (internationalisering, globalisering en technologie) oefenen grote invloed uit op de nationale cultuur. De handreiking wil de kerken helpen de christelijke overtuiging te vernieuwen ten aanzien van het rusten op en het vieren van de zondag in het Nederland van de 21 e eeuw. Inleiding Wij weten ons als Gereformeerde Kerken in Nederland te staan onder het gezag van het vierde gebod in het geheel van de Tien geboden en van het onderwijs van de heilige Schrift. Het is mede krachtens dit gebod dat wij de zondag vieren als de dag van de opstanding van onze Heer Jezus Christus. Ons verlangen is steeds beter te begrijpen hoe de zondag ons in Hem geschonken is tot verlossing en tot heiliging van alle dagen van het leven. Onderwijzend deel Van sabbat naar zondag Zoals Israël door de eeuwen heen de sabbat vierde, zo heeft de christelijke kerk de zondag als dag van de Heer ontvangen. Jezus Christus noemt zichzelf heer, ook over de sabbat (Mar. 2:28). Hij heeft de gehoorzaamheid aan God en het offer voor de zonden volbracht. Op de eerste dag van de week is Hij opgestaan uit de dood. Gods grote daden in de voltooiing van de schepping en in de bevrijding van het volk uit slavernij waren de motieven om de sabbat te vieren. In Christus brengt God de geschiedenis van zijn heil beslissend verder. Het motief om de zondag te vieren is nu bovendien Gods grote werk in de opwekking van de Zoon uit de doden. In het Nieuwe Testament staat de eerste dag van de week in het licht van Christus verschijningen aan zijn leerlingen (Joh. 20:9, 26). De eerste christelijke gemeente komt elke dag samen in de tempel en in de huizen (Hand. 2:46). De eerste dag van de week krijgt profiel in de samenkomst om het onderwijs van de apostelen te horen en het brood te breken (Hand. 20:7) en in het reserveren van de gaven (1 Kor. 16:2). Later wordt deze de dag van de Heer genoemd (Op. 1:10), de naam die de christelijke kerk in later tijd aan de zondag heeft gegeven. Daarom noemen we de zondag ook de HEERlijke dag. De dag en de dagen van de Heer In het Nieuwe Testament is de viering van de zondag niet met zoveel woorden aan het vierde gebod van Gods wet verbonden. Elke dag en heel het leven wordt door Christus geheiligd. Wie een bepaalde dag als feestdag viert, doet dat om de Heer te eren (Rom. 14:6). De zondag was in de wereld van het Nieuwe Testament eerst een gewone werkdag. Deze kreeg al spoedig haar bijzondere kleur in de samenkomsten van Christus gemeente in de morgen en tegen de avond. Christus is de vervulling van de hele wet (Mat. 5:17) en neemt Gods geboden op in zijn onderwijs over het koninkrijk. Het grote gebod van de liefde en volmaaktheid geeft kracht aan het leven in navolging van de Meester. Het evangelie vertelt hoe Hij de sabbat naar het gebod onderhoudt en deelneemt aan de samenkomsten in de synagoge. In de gang van het evangelie verwacht je niet dat de viering van de zevende dag zou veranderen, totdat Jezus sterft en zijn lichaam op de sabbat in het graf rust. Het is de opstanding van Jezus Christus uit de dood die het nieuwe ten opzichte van het oude verbond duidelijk maakt. Evenals de andere geboden, komt het vierde gebod in Christus naar ons toe. In zijn persoon en in de eenheid van de Schriften wil de kerk begrijpen wat het gedenken, heiligen en rusten op de dag van de HERE betekent. In de vrijheid van de Geest willen we recht doen aan het voorlopige, het blijvende en het nieuwe in de wil van God in het vierde van de Tien geboden. 3. Het voorlopige, blijvende en nieuwe God wil zijn schepselen tot rust brengen en op adem laten komen (Ex. 23:12). Hij wil hen bevrijden uit de kramp van het werken onder de vloek. Het motief van de schepping (Gen. 2:2-3; Ex. 20:11) wordt 6 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

versterkt door het motief van de bevrijding uit slavernij (Deut. 5:15). Mens, dier en land mogen delen in de rust die God te genieten geeft. 3.1 Het voorlopige in het vierde gebod zien we in de zevende dag, in de mogelijkheden van het beloofde land, in de claim van Gods wet op Israëls samenleving en in de regelgeving ten aanzien van de sabbat die de HERE aan zijn volk opdroeg. Ook daarin heeft de wet Israël naar de Verlosser geleid. De Schrift noemt ook de sabbat als een schaduw van wat komt, terwijl Christus de werkelijkheid is (Kol. 2:17). Het ene beloofde land gaf voorlopige uitdrukking aan de rust. De christelijke kerk is in de wereld nu in vreemdelingschap. Niet altijd en niet overal ter wereld verkeren christenen in de positie de rustdag en zondag te doen samenvallen. 3.2 Er zijn ook blijvende aspecten aan het vierde gebod. We zien die eerst in de afwisseling van werken en rusten. Vervolgens ook in de samenkomsten voor de HEER op de rustdag en de feestdagen. En zo in het loskomen van eigen prestatie om te leren leven uit de gulle hand van God. Al bij de voltooiing van de wereld horen we hoe God rustte van zijn scheppingswerk in zes dagen (Gen. 2:2-3; Ex. 20:11). De Here Jezus voegt eraan toe dat de sabbat gemaakt is voor de mens (Mar. 2:27). Dat laat Hij zelf horen in de verkondiging van het evangelie. Hij laat het ook zien in daden van genezing en bevrijding aan kinderen van Israël, ook op de sabbat. Die horen bij uitstek bij de rust die in Hem te vinden is en waartoe Hij Gods volk uitnodigt (Mat. 11:28-12:21). 3.3 Het nieuwe in Christus opstanding maakt dat niet meer de zevende, maar de eerste dag van de week in het licht komt te staan. In Hem is de werkelijke rust te vinden (Mat. 11:28-30). Hij is onze sabbat. Het hele leven van zondaars wordt door Hem bevrijd van de last van zonde en schuld. Er straalt licht over alle dagen van de week en over alle volken van de wereld. De komst van zijn rijk zal ons bij de eeuwige sabbatsvrede brengen (Hebr. 4:9). Daarom bidden wij: Kom, Heer Jezus (Opb. 22:20). 4. Zondag, dag voor de kerk Vanuit het nieuwe dat in Christus gekomen is kunnen ook de blijvende aspecten van het vierde gebod gestalte krijgen. Het gebod tot het rusten van eigen werk en inspanning vraagt om concretisering. Juist op zondag leren we rust te vinden in het volbrachte werk van onze Schepper en in het volbrachte lijden van onze Verlosser. Uitgaande van zijn opstanding krijgt de eerste dag van de week in de Schrift profiel. De levende Heer verzamelt zijn gemeente op die dag om zich heen. Hij zendt haar vanuit die dag in het leven van alle dagen om het licht te laten schijnen. De samenkomsten van de gemeente liggen in het verlengde van Israëls heilige samenkomsten op de sabbat. We worden aangespoord de eigen bijeenkomsten niet te verzuimen, en wel in het licht van het naderend oordeel van dé dag van de HEER (Hebr. 10:25). Het heden van Gods stem die tot bekering roept, geldt elke dag dat het Woord klinkt (Hebr. 4:1-13). Zijn stem klinkt speciaal zovaak de heilige Schriften in de samenkomsten voorgelezen en verkondigd worden. Christus is de Heer van zijn kerk die Hij in één lichaam samenbrengt. We willen recht doen aan het daadwerkelijke rusten en aan het gedenken van Gods werken. We doen dat wanneer we de zondag vieren en daarin de samenkomsten van de gemeente plaats geven. Als christelijke kerk weten wij ons geroepen het geschenk van deze rustdag dankbaar te aanvaarden en optimaal tot Gods eer te gebruiken. Wanneer die ruimte ons ontnomen zou worden, blijft de zondag een teken van verlangen om de Heer in volle vrijheid te dienen. Wij sporen elkaar aan die dag zoveel mogelijk vrij te houden van beroepsarbeid en activiteiten die ons afhouden van de eredienst voor de Here, van de ontmoeting als gemeente en van de rust die deze dag typeert. Het vierde gebod komt tot zijn recht wanneer Gods volk van de dag van de Heer geniet door afstand te nemen van de gewone bezigheden (Jes. 58:13). 5. De gemeente als Christus lichaam Het dubbele gebod van de liefde is de samenvatting van de wet en de rode draad van alle geboden (Mat. 22:27-40; Rom. 13:8-10). De liefde tot God als het hoogste gebod krijgt gestalte in de samenkomst van de gemeente met haar Heer. In de samenkomsten presenteert de gemeente zich aan Hem die haar Hoofd is. De liefde tot de naaste komt tot uitdrukking in de wil om samen te komen als gemeente die het lichaam van Christus mag heten. Dit gebod spoort ons aan de samenkomsten niet te verzuimen, maar elkaar in dat opzicht aan te vuren (Hebr. 10:25). In het geheel van het lichaam kan geen deel gemist worden (1 Kor. 12:12-31). Het vieren van de zondag bindt de leden samen tot het ene lichaam, waarin wij in één Geest gedoopt zijn (1 Kor. 12:12-13). Gereformeerde Kerken in Nederland 7

6. Zondag en samenleving De Gereformeerde Kerken in Nederland hebben de vrije zondag, zoals die onder Gods voorzienigheid in Europa tot ons is gekomen, steeds met dank aan God aanvaard. Het Nederlandse volk heeft echter in groten getale de weg van het geloof in God verlaten en waardeert de zondag vooral als vrije dag. Nu op zondag door de wetgever meer ruimte wordt geboden om te werken en die dag daardoor als dag van de Heer minder beschermd wordt, willen wij publiek en eensgezind, met woord en daad, getuigen van Christus evangelie. Dat houdt in: wijzen op de Schepper van al wat leeft die het ritme van werken en rusten gegeven heeft aan mensen die naar zijn beeld geschapen zijn; getuigen van de Verlosser die verloren mensen vrij maakt uit de macht van de zonde en ons in zijn gemeente samenbrengt; prijzen van de Geest die beschadigde mensen wil vernieuwen naar het beeld van Christus en ons leidt naar de vernieuwing van hemel en aarde. We willen de zondag tot eer van de levende Heer en als dag van de christelijke gemeente hooghouden. Ook komen we op voor de handhaving van de zondag als dag van collectieve rust. De God van Israël heeft van meet af aan ook het personeel, de buitenlander en de dieren in de rustdag betrokken (Ex. 20:10; Deut. 5:14). Ook verlangen wij ernaar de viering van de zondag zo vorm te geven, dat die een aantrekkelijk beeld vertoont van rust bij God en gemeenschap bij elkaar. Ons gebed is dat dit voorbeeld en getuigenis ook onze naaste tot Christus nodigt. In het dagelijks werk, in onze vrije tijd en op de zondag willen we getuigen van Christus zijn door zelf rust te vinden in Hem. Zo willen wij, verenigd op de belijdenis van Zondag 38 van de Catechismus, in deze tijd en onze omstandigheden recht doen aan Gods bedoeling met het vierde gebod en de zondag. Praktisch-ethisch deel 1 In een samenleving met mobiele telefoon, laptop, files, tv, internet en e-mail worden veel mensen opgejaagd. Werktijd en vrije tijd vervloeien, ondanks de korte arbeidsweek. Hoog tijd om opnieuw in de leer te gaan bij de Schepper die werk- en rusttijd maakte. Christus is Heer van vrijgekochte slaven én van de rustdag. 2 Leven en werken zijn nog altijd aan de vloek van de zondeval onderworpen (Gen. 3:15-19). Werken is, ook in een hoogontwikkelde economie en samenleving, voor velen zwoegen (Pr. 1:3). Onderwijs en opleiding leggen een grote druk op jonge en oudere mensen. Daarom is het zo heilzaam dat de Schepper in het ritme van de week een rustdag gegeven heeft (Gen. 2:2-3; Ex. 20:8-11; 23:12). Naar Gods voorbeeld en gebod mogen we tot rust komen, leren genieten en terugkijken op het gedane werk. Zo wordt God geëerd als degene die alle werk volbrengt. Niet aan onze prestatie, maar aan zijn zegen is alles gelegen. 3 Eerst komt het rusten (dat is: neerleggen van werk), daarna het vieren. God heeft zijn scheppend werk volmaakt en legde zo het fundament onder de sabbat. Jezus Christus heeft het werk van verlossing volbracht en legde zo het fundament onder de zondag. Hij schept tijd om tot rust te komen in zijn nabijheid. Zijn geboden, ook om te rusten, zijn niet zwaar (1 Joh. 5:3; Mat. 11:30). Zo leren we verlangen naar de volkomen rust (Heb. 4). 4 De HERE heeft de rust op zijn dag ook geboden om het personeel, de dieren en het land in de rust te laten delen. Die rust heeft ook betekenis voor het Nederlandse volk, de samenleving en economie. God heeft de herschepping (werkelijke re-creatie ) van zijn wereld op het oog. In woord en daad zal de kerk getuigen van de rust bij de Schepper, Verlosser en Vernieuwer van al wat leeft. 5 Door te rusten laten we zien dat we beseffen verlost te zijn van slavernij, ook van de eigen zonden, prestaties en de economische wetten. Door de zondag te vieren geven we uitdrukking aan de erkenning van Christus als Heer, ook over de rustdag (Mar. 2:28). Als Hij zegt Maak je dus geen zorgen voor de dag van morgen, geldt dat des te meer op zondag (Mat. 6:34). Op de rustdag leren we genieten van zijn zorg, zoals Israël in de gave van het manna leerde. 6 Ook al kent het Oude Testament weinig directe voorschriften voor de vormgeving van de eredienst op de sabbat, toch krijgt het vieren profiel. Bijvoorbeeld in de aanwezigheid van de tent van de samenkomst en de offers, in de heilige samenkomsten van het volk en later in de synagoge. Jezus ging naar zijn gewoonte op sabbat naar de synagoge (Luc. 4:16). In het Nieuwe Testament verschijnt 8 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

Christus na zijn opstanding aan leerlingen en vrouwen. Zij komen samen op de eerste dag van de week (Joh. 20; Hand. 20), die door de gemeente de dag van de Heer genoemd wordt (Op. 1:10). 7 Christus roept ons tot zijn gemeente, die zijn lichaam is. De gemeente bestaat niet uit individuen, maar is het lichaam van Christus, door de kracht van de Geest samengesteld uit vele leden (lichaamsdelen). Wanneer de Verlosser ons tot zijn gemeente roept, is er geen plaats meer voor individualisme. 8 In de samenkomst presenteert de gemeente zich als het lichaam dat zich in Christus dienst stelt. In de eredienst stelt zij zich als volk voor haar God om er ernst mee te maken tot Gods rust in te gaan (Heb. 4). Naar het voorbeeld van de oudchristelijke kerk hebben ook wij de tweede kerkdienst nodig om de zondag als een geheel en als gemeente te genieten. Als afwezigheid in de middag- (of avond)dienst toeneemt, moet de gemeente worden onderwezen en gemotiveerd om deel te nemen. 9 Het is nodig in het kerkelijk onderwijs de samenhang te leren van: a. Gods gebod en gewillige naleving ervan, b. de gemeente die samenkomt en zelf een levend lid daarvan zijn, c. beroepskeuze en persoonlijke verantwoordelijkheid. We hebben de verkondiging van het Woord en de gemeenschap der heiligen nodig om een christelijke stijl van leven te ontwikkelen. 10 Wanneer onder druk van economie en maatschappij zondagsarbeid toeneemt, is het nodig elkaar te bepalen bij de noodzaak te rusten van eigen inspanning en bij onze totale afhankelijkheid van Gods zegen. Werk dat in dienst van het evangelie (Mat. 12:4-5) en in het teken van barmhartigheid staat (Mat. 12:6-7) kan nodig zijn. Dit biedt ook kansen om aan de navolging van Christus gestalte te geven. Onder welke omstandigheden (beroeps-)arbeid noodzakelijk is zal overwogen worden in christelijke vrijheid. Zulke weging vindt plaats door te luisteren naar Gods Woord, met gebed om wijsheid en het vragen van raad. Jesaja 58:13 kan daarbij praktisch richting en houvast bieden. 11 Gevaar van regelmatige zondagsarbeid is dat je aan het ritme van zondagsrust ontwend raakt, dat je geen kracht vindt om zo mogelijk aan één eredienst deel te nemen en dat je jezelf van het gemeenteleven isoleert. Dan is een biddend leven extra nodig om toewijding aan de Heer van het leven en van zijn gemeente te ontvangen. Ook is het goed dat de gemeente om hen die beroepshalve moeten werken, heen gaat staan. Dit kan door gebed en persoonlijke aandacht voor elkaar. In het tijdstip van eredienst wordt zoveel mogelijk met hen rekening gehouden. 12 Zondagsarbeid die aanvaard wordt alleen om financieel gewin is verwerpelijk, zoals alle geldzucht (1 Tim. 6:9). Immers, niemand kan twee heren dienen. Jullie kunnen niet God dienen én de mammon, zegt Jezus, onze Heer (Mat. 6:24). 13 De wet van de HERE is richtsnoer van dankbaarheid voor de verlossing in Christus. Het vierde gebod helpt ons - in werken en rusten - de heiliging van heel ons leven te ontvangen. De Heilige Geest vervult de gemeente als een tempel. Daar ontvangen zondaars kracht om al de dagen van de week tot Gods eer te leven. 14 Christus bevrijdde de sabbat van menselijke wetten die een last op de rustdag legden. Het ontwikkelen van een patroon van zondagsheiliging vraagt creativiteit: om te ontdekken wat het goede, het welgevallige en volkomene voor God is (Rom. 12:2). Het vraagt om liefde om elkaar daarin tot een hand en een voet te zijn. 15 In het beoordelen van en spreken over elkaar is het goed een levensstijl van geduld en barmhartigheid te gebruiken. Niet de uiterlijke kenmerken van zondagsarbeid zijn richtinggevend. Het gaat om de motieven, waaronder de afwegingen van zondagsarbeid zijn gemaakt. Ook in dit kader zijn de woorden van de Here Jezus heilzaam: Als u had geweten wat bedoeld wordt met: Barmhartigheid wil ik, geen offers, dan zou u geen onschuldige mensen hebben veroordeeld. Want de Mensenzoon is heer en meester over de sabbat (Mat. 12:7-8). 16 In de geloofsopvoeding is het van belang een persoonlijke en gedeelde levensstijl te ontwikkelen. Daarbij kunnen huisregels helpen om rust en vrede op de dag van de Heer te vinden. Huisregels zijn Gereformeerde Kerken in Nederland 9

afspraken tussen volwassenen, waarin duidelijkheid geboden wordt over keuzes van levensstijl inzake het vieren van de zondag (bijv. inzake huiswerk, het gebruik van media, het soort recreatie). De ruimte die de Geest in onze harten wil maken, mag niet door onze drukte verdrongen worden. Tegelijk geeft God de rustdag om te genieten van vrije tijd en ontspanning. Huisregels zijn afspraken die aan de kinderen geleerd worden als persoonlijke vormgeving van zondagsrust. Zo kan de jongere generatie leren in verantwoordelijkheid tot vormgeving van de rust te komen. 17 Een aspect van zondagsviering is ook alle vertrouwen op onszelf en eigen werk af te leggen. Alleen Christus is bij machte ons te bevrijden van de slavernij van de vloek en van de macht van zonde. Bekering van dode werken is omkeer naar de levende God. 18 Een krachteloze en vreugdeloze zondagsviering hangt samen met kleingeloof dat haar kracht niet vindt in Christus als Heer. Daarentegen leidt een levend geloof in Christus, de levende, tot een bezielde en blijde viering van de dag van zijn opstanding. 19 Gerichtheid op het volbrachte werk van Christus en de vernieuwende kracht van de Geest betekent voor de rustdag: alles doen wat een feestelijke viering van de dag van de Heer dient en alles nalaten wat daaraan afbreuk doet. 20 De samenleving is vervreemd van de zondag als rustdag. De zondag als dag van de kerk speelt zich veelal binnen de grenzen van de gemeente en de huizen af. De gemeente van Jezus Christus zal wegen zoeken om contact te leggen met de naaste en hem of haar uit te nodigen iets van de werkelijke rust te proeven. Aan wie tot geloof in Christus komt en zich bij de gemeente voegt willen we uitleggen waarom die dag ons zoveel waard is en laten zien hoe we in vreugde de zondag vieren (vgl. 15). Besluit 3: Gronden: de besluiten 1-2 te zenden aan de kerkenraden van de geïnstitueerde gemeenten en aan de regionale groepen gemeenteleden, gevormd uit broeders en zusters die sinds 2003 het verband van de Gereformeerde Kerken in Nederland verlaten hebben. 3. de materie van het vierde gebod en de besluitvorming van de GS Leusden en de GS Zuidhorn in appèl en revisie zijn voor hen mede een aanleiding geweest de kerken te verlaten; het kan onder de zegen van de Here de vrede dienen wanneer de besluiten op deze wijze gecommuniceerd worden. Toezending getuigt ervan dat wij hopen op een begin van toenadering op het punt van vierde gebod en zondag en dat de voorlichting in die kring door de besluiten van de synode gunstig beïnvloed wordt; ook in de publicatie van het rapport in boekvorm, 'Zondag, HEERlijke dag', is door deputaten, hoewel niet volgend uit de opdracht, een handreiking aan bezwaarde broeders en zusters gedaan (hoofdstuk 19). Besluit 4: Grond: aan deputaten generaal-synodale publicaties op te dragen mogelijk in samenwerking met andere instanties ervoor te zorgen dat de tekst van de Handreiking beschikbaar is voor de kerken, met aanwijzingen voor het gebruik ervan. het is belangrijk dat de kerkenraden concrete suggesties ontvangen hoe zij de Handreiking in de gemeente kunnen gebruiken in prediking, onderwijs en getuigenis. Presentatie Op 22 april presenteren de deputaten hun rapport. Naast het rapport is ook een boek uitgebracht. Daarin is een tweetal hoofdstukken toegevoegd. Een als handreiking naar de broeders en zusters die vanwege deze zaak de kerken verlieten en een over de positie van de CGK en de GKSA in dezen. 10 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

Deputaten benadrukken dat het in het rapport gaat om een kwestie uit de ethiek, te omschrijven als het luisteren naar het Woord van God, het overwegen van de heilshistorische weg en het wegen van de eigen maatschappelijke context. De confessionele verankering is daarbij de belangrijkste notie, tezamen met het gegeven van de exegetische vrijheid. Deputaten nemen bij de behandeling van dit thema het uitgangspunt in Christus. Wat betekent het dat Hij de wet vervulde voor onze viering van de zondag op de eerste dag van de week als rustdag. Er zijn geen glasheldere uitspraken op dit punt in de Bijbel, zodat de kerk, evenals bijvoorbeeld inzake de leer van de Drie-eenheid, de heilshistorie moet overwegen. Deputaten geven aan zich niet sec te beroepen op de leiding van de Geest bij de invulling van de zondag, maar constateren slechts hoe de kerk in de loop van de geschiedenis is gekomen tot de huidige opstelling inzake het vraagstuk sabbat en zondag. Het is niet de bedoeling van deputaten te komen tot een leeruitspraak die bovenop Zondag 38 van de HC komt. Het onderdeel Onderwijs en getuigenis uit het rapport beoogt een handreiking te zijn met een onderwijzend gedeelte en handvatten aan te reiken voor de levensstijl. Geprobeerd is om alle aspecten zuiver neer te zetten. Dat heeft tot resultaat een genuanceerde verhandeling. Bespreking De eerste twee ronden van de bespreking vinden plaats op 13 en 20 mei. Daarbij zijn van deputaten aanwezig dr. E.A. de Boer, ds. P.L. Voorberg, ds. K. de Vries (niet op 20 mei) en J. Westert. Ook zijn aanwezig de adviseurs drs. A.L.Th. de Bruijne, Prof. dr. M. te Velde en drs. J.P. de Vries. We schuiven de bespreking tijdens de beide dagen in elkaar omdat er veel punten in beide ronden aan de orde kwamen die nauw onderling verbonden waren. Voorstel Gelderland Ds. Leeftink, afgevaardigde namens Gelderland, spreekt zijn verbazing erover uit dat de commissie en deputaten het voorstel van de PS Gelderland om te komen tot een algemene uitspraak (Acta art. 25) zien als een tegenvoorstel. Zijns inziens heeft de PS niet meer willen doen dan het zetten van een dikke streep onder het rapport 'Zondag HEERlijke dag' van deputaten. Waarom zijn we benauwd om nu een algemene uitspraak te doen, waarin de link tussen het 4 e gebod en de zondag duidelijk wordt gelegd? Hij pleit er daarom voor om in de preambule duidelijk te verwoorden wat de bedoeling is van het stuk. Dat voorkomt onduidelijkheden over de vraag of het eventueel als een leeruitspraak opgevat moet worden. Ds. De Graaff, eveneens afgevaardigde namens Gelderland, sluit zich hierbij aan. Hij pleit voor een duidelijke uitspraak. De geconstateerde onrust op zich is niet onheilzaam, maar die moet je niet voeden door een onduidelijke uitspraak te doen. Hij geeft aan een zinsnede op te willen nemen die aangeeft dat de viering van de zondag dus mede gefundeerd is op het 4 e gebod. Handreiking Oud. Van Hoffen ziet niets in de aangereikte handreiking. Het rapport geeft een prachtig en gedetailleerd overzicht en biedt materiaal voor verdere studie. Hij zou het betreuren als al dat materiaal dat geboden wordt zou ingeperkt worden tot de handreiking. Er staat zoveel meer in. Laten we daarom afzien van het doen van een handreiking en het materiaal aanbieden aan de kerken als studiemateriaal. Verder wil hij niet gaan. Er is geen noodzaak voor deze handreiking. De kerken hebben aan de drie formulieren van eenheid echt genoeg als het gaat over de zondag. Deze of andere formuleringen boven Zondag 38 zijn gedoemd te verdwijnen in de cultuur. Alleen Zondag 38 is waardevast gebleken, door de eeuwen heen. Hij kondigt daarom een tegenvoorstel aan waarin het resultaat van het onderzoek in de aandacht van de kerken wordt aanbevolen om te dienen bij het onderling gesprek in de kerken. Ds. Ophoff vindt in de handreiking veel te weinig terug van het spanningsveld waarin de kerken anno 2005 verkeren: het spanningsveld tussen een volstrekt geseculariseerde wereld en een kerk die zich naar Gods geboden wil richten. Werken op zondag is allang geen ver van ons bed show meer, maar menigeen wordt er elke zondag mee geconfronteerd: de boer wiens koeien geïnsemineerd worden, de bedrijfsleider die om economische redenen in volcontinudienst moet laten werken en zo vele voorbeelden meer. Met die werkelijkheid zullen de kerken zich meer moeten confronteren. Verder pleit hij voor aandacht van mensen die van buiten bij de gemeente van Christus komen. Hij mist de missionaire component in het rapport. Door de adviseurs, onder andere door drs. De Bruijne, zijn zeer werkbare adviezen gegeven. Deze zullen meer verwerkt moeten worden. Zijns inziens ligt het belang Gereformeerde Kerken in Nederland 11

van het rapport in de praktische betekenis. We moeten voorkomen dat we in kerkelijke discussies verzeild raken of een exegese wel of niet houdbaar is. Hij raadt een heruitgave door de synode van het rapport daarom sterk af. Als deputatenrapport biedt het studiemateriaal maar houdt het ook zijn relatieve betekenis. Een synode kan zo n stuk niet van een goedkeuring voorzien. Dan gaan allerlei dingen een eigen leven leiden. Hij geeft deputaten toe dat alleen Zondag 38 de onrust in de kerken niet voorkomen heeft. Maar dit brede onderwijs zal dat ook niet. Daarom graag een kernachtige formulering, waarin de vrijheid in Christus centraal staat. Hij pleit voor een voortgezette opdracht aan deputaten om nog deze synode te komen met een nieuwe handreiking waarin ook rekening gehouden wordt met de secularisatie en de missionaire plaats van de gemeente. Sober, kernachtig en feestelijk. Oud. Greving denkt in een andere richting. De conclusies zijn te voorzichtig. Laten we niet vergeten dat de rustdag niet een dag van de kerk, maar een dag van de wereld is. Het is een universeel gebod. Hij vindt daarom te weinig van Gen. 2: 1-3 terug in het rapport. Zijns inziens moet de vraag of het rusten op zondag een goddelijk gebod is met ja worden beantwoord. Hij pleit voor nauwere aansluiting bij de Westminster Confessie. Ds. Niemeijer legt de vinger bij de eigen inkleuring door deputaten. Hadden we andere deputaten, dan hadden we ook een ander rapport. Vergelijk ook de adviezen die binnengekomen zijn. Die eigen inkleuring geeft niet, want er is duidelijk sprake van een principiële homogeniteit, waar hij dankbaar kennis van neemt. Maar het eerste zo zijnde, geeft hij de vergadering een zestal punten in overweging die aan de besluiten zouden kunnen worden toegevoegd en vastleggen wat geldt en altijd al gold. Probeer de consensus te verwoorden is zijn advies. Ook prof. Te Velde pleit ervoor het consensuskarakter van het stuk te blijven behartigen. Bedenk dat de handreiking niet contextloos gelezen zal gaan worden. Verder vraagt hij zich af waarom er zo weinig vanuit hermeneutisch perspectief is geredeneerd. Hebben wij precieze voorschriften in het NT nodig om tot een gelovige heiliging van de zondag te kunnen komen? Wat is de betekenis van de woorden in 1 Kor. 2: Maar wij hebben de zin van Christus in dit verband? Deputaten geven aan wat huns inziens de status van het rapport is, namelijk een discussiestuk. Je moet de handreiking niet lezen als een bezweringsformule. De hernieuwing van de overtuiging rondom deze vragen moet nog beginnen. Leest u daarom deze handreiking als werkmateriaal, niet als gecondenseerde waarheid. Zondagsarbeid Ds. Siegers vraagt aandacht voor onderdeel 10. Het is goed als deputaten heen gaan staan om mensen die op zondag arbeid moeten verrichten, maar kan er niet meer gezegd worden, zonder in de valkuil te stappen van dit mag niet en dat mag wel. Er is toch arbeid die je gewoon moet mijden als christen. Hij vraagt om een nadere precisering van de opmerking in 12: meerdere verdienste. Dat is een rekbaar begrip. Kan niet iets gezegd worden in de zin van: louter financieel gewin? Ds. Ophoff zet hier enkele kanttekeningen bij. Hij vindt het een nadeel als uit sommige beroepen christenen helemaal zouden verdwijnen. Dan wordt daar het christelijk geluid niet meer gehoord. En wat is financieel gewin in relatie bijvoorbeeld tot werken van noodzakelijkheid. Mag het gaat om het voorbeeld een verpleegster uit financieel gewin op zondag werken? Hij ziet meer onduidelijkheid optreden dan de zo gewenste duidelijkheid. In tweede ronde vraagt ds. Siegers aandacht voor 16. Qua soortelijk gewicht past dit niet bij de andere onderdelen onder Hij kondigt een amendement aan om 16 daarom gewoon te schrappen. Exegese Ds. Ophoff plaatst kanttekeningen bij de uitgangspunten van deputaten. Zijns inziens is duidelijk heen gewerkt naar de conclusie die getrokken moest worden. Dat deputaten dus helemaal vrij waren betwijfelt hij. Aan de hand van de interpretatie van een aantal teksten (Hebr. 4 o.a.) toont hij aan dat deputaten zowel selectief te werk zijn gegaan met het onderwijs uit het begin van het boek Handelingen wordt weinig gedaan als speculatief: het is mogelijk dat. De opmerking van deputaten dat een aanvankelijke geloofsbeslissing onder leiding van de Heilige Geest tot een overtuiging is gegroeid vindt hij sterk aanvechtbaar. Dat zou dan aangetoond moeten worden met bewijzen uit de Schrift zelf. Deze worden niet gegeven. Ds. Noort denkt in dezelfde lijn. Hij geeft aan de hand van de exegese van een aantal teksten aan dat deputaten wel erg veel het elastiek hanteren om tot de gewenste uitspraak te komen. Zijn conclusie is dat het rapport en de handreiking voor de punten in geding als basis een aantal op z n best mogelijke, en op sommige punten aanvechtbare exegeses kennen. Het is daarom zeer geschikt voor verdere studie, maar ongeschikt om op welke wijze dan ook van enige kerkelijke status te voorzien. Bovendien 12 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

zal verdere regelgeving, op welke wijze dan ook, uiteindelijk meer vragen oproepen dan beantwoorden. Het geheel ademt te veel de gedachte van een compromisformule. Dat werkt niet, heeft de geschiedenis geleerd. Hij wijst daarbij op de uitspraken van de synode van Utrecht 1905. Hij komt daarom met een tegenvoorstel waarin wordt uitgesproken dat er geen handreiking aan de kerken zal worden gedaan zoals voorgesteld. Deputaten geven aan steeds de bandbreedte te hebben willen zoeken binnen het rapport van de veelheid aan Bijbelse gegevens: wat is de minimale en wat de maximale conclusie die je kunt trekken? Daarmee is niets bewezen. Nee, natuurlijk niet. Maar binnen die breedte zoek je naar consensus met elkaar. Verder willen deputaten niet zeggen, met hun opmerkingen over de werking van de Heilige Geest, dat er een geopenbaarde waarheid na de bijbel is ontstaan, zoals de katholieke kerk die kent. Adviseur De Bruijne tenslotte merkt op dat er zijns inziens te weinig geoogst wordt in het rapport. Geef kort en kernachtig aan waar je voor staat en wat je wilt zeggen. De geldigheid van het 4 e gebod voor de kerk van nu is nooit ter discussie geweest. De relatie tussen het 4 e gebod en de zondag is volgens hem ook niet de kern. Het probleem is tweeledig: de aard van de rust (voor de eredienst of als doel in zich) en het verplichtend karakter ervan. De winst kan geboekt worden door die elementen die vanuit de bijbel als blijvend aan te merken zijn op de voorgrond te zetten. Dan zal de discussie echt wel doorgaan, maar kunnen we misschien na dit rapport samen wel weer een stap verder komen. Na deze eerste twee ronden geven deputaten aan met veel praktische zaken die aangereikt zijn moeiteloos akkoord te kunnen gaan. Een herschrijven van de handreiking zien ze niet zitten. Dat zouden eigenlijk anderen dan moeten doen die er weer fris tegenaan kijken. De idee geen handreiking uit te geven is strijdig met de opdracht van Zuidhorn. Tegelijkertijd geven deputaten aan bescheiden te willen blijven. Met dit rapport is echt niet het laatste woord over dit onderwerp in de kerken gezegd. Voortzetting 9 september De bespreking wordt 9 september voortgezet en afgerond. Deputaten hebben tijdens het zomerreces de opmerkingen en aangekondigde eventuele amendementen verwerkt in een nieuwe tekst voor de handleiding. Centraal voor deputaten blijft de uitdrukking: Christus is onze sabbat. Hij is uitgangspunt en vervulling. Tegelijkertijd vormen de teksten uit Hebreeën en Openbaring net te weinig exegetisch houvast om daar een naadloze overgang uit te concluderen van sabbat naar zondag, met de consequenties van het rusten van dien. Wel vormen deze teksten een ethische basis voor onze invulling van de zondag. Zonder het aspect van de rust verdwijnt iedere mogelijkheid tot een nieuwtestamentische concretisering van het 4 e gebod. Inhoudelijk komt er vanuit de vergadering weinig kritiek meer op deze versie. Ds. Ophoff heeft nog wel moeite met onderdeel 9 van het praktisch-ethische deel. Hij vindt dat hierin te veel vanuit het gebod gesproken wordt, vgl. ad a, wat zijns inziens af doet aan het onderwijzend deel. Hij stelt daarom per amendement voor om dit te vervangen door een tekst die meer de nadruk legt op de waarde van de zondag voor de dienst aan de Here. Deputaten spreken van koudwatervrees. Het is belangrijk om in het onderwijs de samenhang te leren. Het amendement wordt verworpen met 9 voor en 27 stemmen tegen. Een tweede amendement van ds. Ophoff wordt aangenomen met 23 stemmen voor, 3 onthoudingen en 10 tegen. Het betreft de slotzin van deel 1 van het onderwijzend gedeelte: Letterlijk zegt die naam: de eerste weekdag is de Heerlijke dag. Dat kun je z.i. niet waarmaken. Vandaar dat zijn voorkeur uitgaat naar de oorspronkelijke tekst. Een ander punt betreft meer praktische kanten van het voorstel. Moet de synode een handreiking vaststellen of gaat dat te ver. De oud. Hup en Van Hoffen vinden het niet raadzaam om deze handreiking als synode vast te stellen. Daarmee krijgt het een kerkelijke ijking en kan het gaan functioneren als een soort 4 e formulier van eenheid. Bovendien zien zij in het rapport veel prachtig materiaal aangereikt voor verdere studie in de kerken. Zij stellen daarom voor om het rapport in boekvorm en de handreiking als brochure uit te geven en in de aandacht van de kerken aan te bevelen, overeenkomstig de opdracht die de GS Zuidhorn deputaten meegaf. Verder tonen ze zich verheugd met besluit 3 om een en ander ook toe te sturen aan de broeders en zusters die ons, mede vanwege de problematiek rondom het 4 e gebod, in de afgelopen jaren hebben verlaten. Deputaten geven aan dat de vergadering wel degelijk deze handreiking vaststelt. Zij maakt immers deel uit van de besluittekst. Bovendien wordt daarmee ook tegemoet gekomen aan de wens van de PS Gelderland dat de GS een algemene uitspraak doet over dit thema. Maar dat het in een synodale Gereformeerde Kerken in Nederland 13

besluittekst staat wil nog niet meteen zeggen dat het ongeoorloofd zou zijn hiermee van mening te verschillen. Het heeft niet het gezag van een belijdenisgeschrift. Van het binden van de gewetens is dan ook geen sprake. Het amendement Hup/Van Hoffen wordt vervolgens met 4 stemmen voor en 32 tegen verworpen. Een laatste praktisch punt betreft het voorgestelde besluit 5, waarin deputaten de opdracht willen krijgen om de kritiek en de aanvullingen te verwerken in een herziene editie van hun rapport. Een aantal leden van de vergadering acht dit ongewenst. Dat valt buiten de actieradius van ons als synode. Bovendien zou er dan een soort van synodale ijking komen van het gehele rapport. Ds. Ophoff dient daarom een amendement in om besluit 5 te laten vervallen. Wat deputaten op persoonlijke titel doen met hun studie is geheel aan hen, maar er dient geen uitgave te komen onder de vlag van de synode. Dat suggereert meer eenheid dan waargemaakt kan worden. Het amendement wordt met 22 stemmen voor, 13 tegen en 1 onthouding aanvaard. Hierna komt het geamendeerde voorstel in stemming. Dit wordt aanvaard met 35 stemmen voor en 1 onthouding. De preses rondt de bespreking af met de volgende woorden: Het was een beladen onderwerp: de vaststelling van een positieve en concrete handreiking over de zondag. De zaak van het vierde gebod was voor een aantal broeders en zusters immers een van de voornaamste redenen om de avondmaalseenheid met ons te verbreken en een nieuw kerkelijk leven op te bouwen. Er is in de afgelopen jaren veel en intens gebeden in de kerken rond dit onderwerp: om wijsheid en gehoorzaamheid. En dat gebed is er nog! En het blíjft ook nodig. Alle commotie rond dit onderwerp maakt ons klein. Wat zijn er een woorden gesproken! En dat zo n handreiking nodig is! Het maakt ons nederig en drijft ons tot gebed. Wat hebben we ook op dit gebied een vergeving nodig. En wat een groei in fijngevoeligheid en onderscheidingsvermogen! Wat zijn en blijven wij beginners, en wat is de HERE rijk aan wijsheid en groot in heiligheid. Wij kunnen niet zonder Christus en zijn Geest! We konden komen tot besluitvorming. We stelden geen bezweringsformule vast over een turbulent verleden. Maar we zochten vanuit het vierde gebod naar een nieuwe start: om in biddend opzien tot God te trachten tot vernieuwde overtuiging te komen ten aanzien van het rusten op en vieren van de zondag en de plaats daarvan in de verlossing en heiliging van alle dagen van het leven. De handreiking is geen eind, maar een nieuw begin! We leven in een steeds onchristelijker wordende samenleving. De zondag staat onder druk. Daartegen baten geen mooie mensenwoorden of weldoortimmerde synodebesluiten, maar alleen het Woord van God. Onze gehoorzaamheid daaraan vernieuwen is het doel van de handreiking. In die handreiking komt de verbondenheid met de kerk in vroeger eeuwen tot uiting. Hopelijk schept ze ook een consensus vandaag! Intern. Maar ook naar de broeders en zusters van de zgn. nieuwe vrijmaking. We realiseren ons dat er bij hen en onder ons zullen zijn die uit heel onderscheiden posities voor ándere accenten aandacht hadden willen zien: de een strakker vanuit het gebod, de ander meer vanuit de vrijheid in Christus. Toch hopen we dat deze handreiking dienstbaar zal zijn aan herstel van kerkelijke eenheid en aan een krachtige overtuiging en een gezegend en geheiligd leven binnen de kerken. We zijn onderweg naar een toekomst waar het eeuwig sabbat zal zijn: een heerlijke en actieve rust die alle dagen doorgloeit en stempelt. Artikel 23 21-05-2005 Vierde gebod en zondag bezwaar tegen taakopvatting deputaten Voorstel: commissie Holland-Noord/Utrecht Materiaal: brief d.d. 8 september 2004 van de Gereformeerde Kerk te Nijmegen, waarin de raad de synode verzoekt uit te spreken: 14 Acta Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005