Projectdirectie MKBA Rivierverruiming en dijkversterking

Vergelijkbare documenten
WLO-klimaatscenario s en de waardering van CO 2 -uitstoot in MKBA s

Rondetafelgesprek hoogwaterbescherming: CPB bijdrage over maatschappelijke kosten-batenanalyse

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Energie en Klimaat. 2.1 Ex-ante budgettaire effecten. Contactpersonen politieke partijen

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Achtergrond. Socialistische Partij. Aan: Datum: 2 november 2018 Betreft: Opnieuw invoeren zorgprofielen VV 1-3

Raming aantal personen/huishoudens onder de lage-inkomensgrens 2018 en 2019 Uitgevoerd op verzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek

Bovendien is berekend welke structurele intensivering nodig is om de bezetting in de nacht te verhogen voor enkele waarden van die bezetting.

Herberekening budgettaire effecten abonnementstarief in de Wmo Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Een snelle kosteneffectiviteitanalyse. voor Deltaprogramma IJsselmeergebied:

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Ramingsmethodiek. CBS, t.a.v. Dhr. W. Bos & Dhr. F. Otten. Aan:

Medegebruik van dijk(zones):

Dijkversterking Wolferen Sprok. Dijkteruglegging Oosterhout 23 maart 2017

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Toelichting beoordelingsmethodiek projectbeoordelingen

Deze notitie beschrijft de effecten van het voorstel op de werkgelegenheid en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën.

Doorrekening varianten aanpassing aflossingseis Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën

Datum: 18 november 2016 Betreft: Generatie-effecten verlenging hersteltermijn pensioenfondsen

Nieuwe regels rond disconteren per

Leefbaarheidsbaten A2 tunnel Maastricht zeer aanzienlijk: meer dan. Uitgevoerd op verzoek van de. Zak.en en Koninkrijksrelaties,

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Evaluatie Wet aanpassing FTK. Vaste Commissie voor SZW

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Werkinstructie van GREX naar MKBA

WLO-klimaatscenario s en de waardering van CO 2 - uitstoot in MKBA's

Reële opties en de waarde van flexibiliteit bij investeringen in natte infrastructuur;

Kosteneffectiviteitsanalyse van het maatregelpakket in de PKB Ruimte voor de Rivier deel 3


Datum: 11 november 2015 Betreft: Structurele effecten variant overdraagbaarheid algemene heffingskorting en verlaging IACK

Nieuwe regels rond disconteren per Inhoud

Datum: Betreft: Hoorzitting / rondetafelgesprek Evaluatie verhuurderheffing. Algemene reactie CPB op evaluatie verhuurderheffing

Voorzitter Tweede Kamer der Staten Generaal postbus EA Den Haag

Samenvatting. Inleiding

Rivierverruiming in een nieuw perspectief

AWBZ-premie over vier schijven Uitgevoerd op verzoek van de Socialistische Partij

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip

Hiermee beantwoord ik de vragen van het lid Smaling (SP) over de alarmerende staat van de Duitse dijken net over de grens (ingezonden 8 juli 2015).

Synergie-effecten van ruimtelijk-infrastructurele projecten

Technische Briefing Provinciale Staten 24 januari 2018

Kostenterugwinning van Waterdiensten Aanvullende analyse Milieukosten

Ondergrondse opslag. Kansen en dilemma s

2. Financieel kader gemeenschappelijke regelingen in de regio van Hollands-Midden

2Perspectieven voor benedenrivieren: een lange termijn visie

Verschil waardering woningen basis versie handboek 2015->2016

Cost-Benefit Analysis

Vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Tweede advies Expertteam Pakketstudies Regio Utrecht

Maatschappelijke Kosten- Batenanalyses

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van Economische Zaken. Datum: 5 november 2014 Betreft: Second Opinion Beleidsdoorlichting Artikel 14 Energie

Inkomenseffecten aanpassing zorgtoeslag in 2012 Uitgevoerd op verzoek van de Algemene Rekenkamer

Premie-effecten herzien FTK en versobering Witteveenkader Uitgevoerd op verzoek van het Ministerie van Financiën

Plan van aanpak uitwerking gebiedsgerichte risicobenadering of MLV

Maatschappelijke Kosten Baten Analyse Waarheen met het Veen

MKBA Rotterdamse Klimaatadaptatie Strategie. Rotterdam, november 2012

CPB Notitie 16 augustus Houdbaarheidsberekeningen. Uitgevoerd op verzoek van Flip de Kam

CPB Notitie. 1 Inleiding. 2 Maatregel D66. Datum: 22 augustus 2016 Betreft: Berekenen ex-ante effecten voorstel vaderschapsverlof

CPB-analyse van voorstellen vermogensbelasting Uitgevoerd op verzoek van de SP

Vrijval VPL-premies. Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het ministerie van Financien.

Analyse financiering voorstel Taskforce Kinderopvang/ Onderwijs

Structurele effecten variant overdraagbaarheid. heffingskorting, inkomstenbelasting. Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Aan: Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen

Wat is het effect van flexibilisering, globalisering, marktmacht en technologische vooruitgang op het loonaandeel? CPB Bijlage 27 november 2018

Draagvlak bij burgers voor duurzaamheid. Corjan Brink, Theo Aalbers, Kees Vringer

Deze notitie bevat geen inhoudelijke resultaten en referenties. Deze zijn vanwege projectgevoeligheid niet in deze publicatie opgenomen.

Aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen. Datum 12 juni 2018 Betreft Advies Varik-Heesselt.

19 MAART 2001 INHOUDSOPGAVE

klimaatcasino Stellingenspel

De opbouw van de notitie is als volgt. Sectie 2 beschrijft de varianten. Sectie 3 beschrijft de effecten op de werkgelegenheid.

Met beide benen op de grond: De toepassing van OEI in de luchtvaart

Dalende bodems, stijgende kosten

Deltaprogramma Rivieren. Stand van zaken. 16 februari 2012

ADVIES MEANDERENDE MAAS Dijktraject Ravenstein-Lith

Omgevingswerkgroep Dijkversterking Thorn-Wessem

Voorkeursstrategie Waal en Merwedes

Reactie op SEO-studie naar welvaartseffecten van splitsing energiebedrijven

Aanvulling MKBA Spui: drie alternatieve scenario s (jan. 2011)

Rondetafelgesprek over Flexibiliteit en Zekerheid Op verzoek van de Vaste commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

15:00 15:15 uur: Welkom en introductie. 15:15 16:00 uur: De wereld achter X en Z. 16:00 16:30 uur: Voortzetten samenwerking

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied.

Notitie Visie op ruimtelijke kwaliteit Zomerbedverdieping. Bosch Slabbers d.d. 16 december 2011

1 Inleiding. 2 Methode en selectie

De heren Rog en Omtzigt, leden van de Tweede Kamer voor het CDA

Datum: 12 december 2014 Betreft: Effecten aanpassing pensioenregels 2015: een toelichting

CPB Notitie 8 mei Actualiteit WLO scenario s

Volop verbindingen tussen water en ruimte MIRT-Onderzoek Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Eindexamen economie vwo I

Sociaal akkoord aow en Witteveenkader Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aflossing studieschuld bij sociaal leenstelsel Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

De toekomst van de Zuidwestelijke Delta. Veilig, veerkrachtig en vitaal

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied

CPB Notitie. Aan: Onderzoek naar productiviteit en beleid

Verhoging assurantiebelastingtarief

MKBA N247 Broek in Waterland Quick scan analyse maatschappelijke effecten. Eline Devillers Casper van der Ham

HET KLIMAAT PAST OOK IN UW STRAATJE

De waarde van ondergronds bouwen: In beeld brengen van kosten, baten en argumenten van gerealiseerde ondergrondse projecten (ex post evaluatie)

2 Aflossing studieschuld bij leenstelsel

Certificering budgettaire ramingen Wet implementatie eerste EU-richtlijn antibelastingontwijking

Natuurlijke Klimaatbuffer Ooijen-Wanssum. Natte natuur voor droge voeten

Rondetafelgesprek wet Houdbare overheidsfinanciën Uitgevoerd op verzoek van de Commissie Financiën van de Tweede Kamer

Variant voor verdeling toegestane tekort tussen Rijk en lokale overheid Op verzoek van het Ministerie van Financiën

CPB Achtergronddocument 16 augustus Toelichting aanpassingen presentatie koopkrachtramingen CPB. Patrick Koot Marente Vlekke

Transcriptie:

CPB Notitie Aan: Projectdirectie MKBA Rivierverruiming en dijkversterking Datum: 19 september 2017 Betreft: Advies over de te hanteren discontovoet Centraal Planbureau Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den Haag Postbus 80510 2508 GM Den Haag T 088 9846000 I www.cpb.nl Contactpersoon Gerbert Romijn Annemiek Verrips De projectdirectie van de MKBA Rivierverruiming en dijkversterking heeft het CPB verzocht om te adviseren over de te hanteren discontovoet voor deze MKBA. Met deze notitie voldoen we aan dit verzoek. Het advies baseert zich op het advies van de werkgroep discontovoet en vormt een vertaalslag daarvan naar de toepassing in deze concrete MKBA. Hieronder schetsen we de problematiek die de aanleiding vormt voor de MKBA. Daarna gaan we in op het advies van de werkgroep discontovoet. Ten slotte vertalen we deze informatiebronnen in een advies over de te hanteren discontovoet. Aanleiding: de MKBA Rivierverruiming en dijkversterking Om Nederland voor de lange termijn te beschermen tegen overstromingsrisico s is het Deltaprogramma 2015 (Deltaprogramma, 2014) vastgesteld. Dit bevat onder meer nieuwe overstromingsnormen voor het rivierengebied. Om daaraan te voldoen wordt een combinatie van dijkversterking en rivierverruiming voorgesteld. Dit is verder uitgewerkt in het Deltaprogramma 2016 (Deltaprogramma, 2015) in een korte- en langetermijnspoor. Het kortetermijnspoor bevat vooral dijkversterkingsmaatregelen tot 2028. De tijdshorizon van het langetermijnspoor betreft de periode na 2028. Het uiteindelijk doel daarvan is te komen tot uitvoering van rivierverruimende maatregelen in samenhang met dijkversterking na 2028, waardoor waterstandsdalingen per riviertak kunnen worden bewerkstelligd en daarmee op het verder verlagen van de kans op extreem hoge waterstanden. Dat werpt zijn schaduw nu al vooruit, omdat de komende jaren veel dijkversterkingsprojecten langs de grote rivieren starten. Om die dijkversterkingen niet onnodig te overdimensioneren, is het nodig om te weten hoeveel waterstandsdaling als gevolg van rivierverruiming na 2028 nog valt te verwachten. Hoe meer waterstandsdaling wordt bereikt, hoe minder dijkversterking nu nodig is. 1

Uit eerdere berekeningen blijkt echter (Deltaprogramma rivieren, 2014), dat rivierverruiming belangrijk duurder is (circa 9,4 miljard euro) dan een strategie waarbij met alleen dijkversterking de waterveiligheid wordt gewaarborgd (circa 5,4 miljard euro). Dit verschil is dermate groot, dat meer inzicht nodig is in de baten van rivierverruiming ten opzichte van de strategie van alleen dijkversterking. De beleidstheorie is dat rivierverruiming extra baten genereert ten opzichte van dijkversterking. In de eerste plaats zou rivierverruiming een robuustere waterveiligheid bieden, in de zin dat hierdoor de waterberging en waterafvoer efficiënter kan worden georganiseerd. Daarnaast kan dijkversterking schade opleveren voor landschap, natuur en cultuurhistorie. Met rivierverruiming kan een deel van de dijkversterking worden voorkomen, waarmee cultuurhistorie beter kan worden gewaarborgd. Daarnaast kunnen er baten voor natuur en landschap worden gegenereerd. In de MKBA Rivierverruiming en dijkversterking worden verschillende alternatieven naast elkaar gezet. Deze MKBA is erop gericht om de maatschappelijke kosten en effecten van de voorgestelde maatregelenpakketten in beeld te brengen en de pakketten daar waar mogelijk te optimaliseren. Met name komt zo in beeld of de genoemde baten voor robuustheid, landschap natuur, cultuur opwegen tegen de extra kosten van rivierverruiming ten opzichte van dijkversterking. Bevindingen van de werkgroep discontovoet De meeste MKBA s kennen verschillende kosten- en batenstromen. De vraag is of deze allemaal tegen dezelfde discontovoet moeten worden gedisconteerd. De werkgroep discontovoet adviseert om in beginsel een standaarddiscontovoet van drie procent te hanteren voor alle stromen. Maar er zijn uitzonderingen mogelijk en het is daarom belangrijk om precies te zijn over welke stromen wanneer onder welk regime vallen: 1. In de eerste plaats dient te worden gedisconteerd op maatregelbasis. Dit betekent dat er wordt gerekend met dezelfde discontovoet voor alle aan een maatregel toerekenbare kosten- en batenstromen. 2. Tegelijkertijd geldt hierbij het uitgangspunt dat een maatregel de kleinst mogelijke verzameling van onderling samenhangende ingrepen omvat, die naar verwachting technisch en juridisch uitvoerbaar is, economisch haalbaar is en een aannemelijke relatie heeft met het in de probleemanalyse vastgestelde knelpunt. (zie algemene MKBA leidraad; Romijn en Renes, 2013, p.87). 3. Dit betekent dat een beleidsalternatief/maatregelpakket dat is samengesteld uit verschillende maatregelen moet worden uiteengerafeld in de verschillende maatregelen, en dat die verschillende maatregelen apart moeten worden 2

onderzocht. 1 Dat betekent ook dat er per maatregel een aparte afweging over de discontovoet van toepassing is. Ten slotte geeft het advies van de werkgroep discontovoet aan dat verschillende kosten en batenstromen verschillende relatieve prijsontwikkelingen kennen, waardoor sommige kosten of baten trendmatig duurder of goedkoper worden dan de gemiddelde prijsontwikkeling. In principe moeten deze prijsstijgingen expliciet in de kosten- of batenstroom van in de MKBA worden meegenomen, en daarna worden verdisconteerd tegen de relevante discontovoet. De discontovoet voor de MKBA Rivierverruiming en dijkversterking Redenerend vanuit het advies van we werkgroep discontovoet en de afbakeningsregels die de algemene MKBA leidraad stelt, is de eerste vraag in hoeverre sprake is van een set van afzonderlijke projecten. De tweede vraag is in hoeverre oplossingen het belangrijkste probleem adresseren, te weten de waterveiligheid. De maatregelpakketten bestaan voor een deel uit maatregelen die tot doel hebben de waterveiligheid te verbeteren. Dat zijn de maatregelen met grote investeringen. Deze hebben ook effecten op nevendoelen. Daarnaast is sprake van aanpalende maatregelen die specifiek gericht zijn op nevendoelen, maar die weinig betekenis hebben voor de waterveiligheid. Deze twee typen maatregelen vragen elk om een andere discontovoet. Maar daarmee zouden we binnen deze MKBA effecten op het gebied van cultuurhistorie, natuur of landschap verschillend disconteren, afhankelijk van de manier waarop ze tot stand komen. Dat is op zichzelf logisch, want de financieringsstructuur verschilt. Maar het is niet erg praktisch. Het advies ten aanzien van de te hanteren discontovoet voor deze MKBA luidt daarom als volgt: 1. Voor de grote waterveiligheidsmaatregelen is het advies om voor een verhoogde discontovoet van 4,5 procent te hanteren voor zowel de kosten als de brede waterveiligheidsbaten. Het argument is dat deze kosten voor een relatief groot deel bestaan uit vaste kosten die niet afgeschaald kunnen worden, indien achteraf zou blijken dat met een beperktere uitvoering had kunnen worden volstaan. 2. Deze hogere disconteringsvoet geldt ook voor deelprojecten met betrekking tot herinrichting voor zover deze voor een hoog percentage uit vaste kosten bestaan (verplaatsen van woningen en bedrijventerreinen). 3. Herinrichtingsprojecten, zoals investeringen op het gebied van recreatie, die niet met hoge vaste kosten gepaard gaan en wel eenvoudiger kunnen worden afgeschaald, zouden met een percentage van drie procent moeten worden 1 Zie Algemene leidraad maatschappelijke kosten-batenanalyse (Romijn en Renes, 2013). Het onderzoeken van onderdelen van pakketten is ervoor bedoeld om gunstige van minder gunstige onderdelen te scheiden. Het dient zo de optimalisering van beleidsinitiatieven. Het dient tevens om samenhang tussen projectonderdelen in beeld te brengen (negatieve of positieve synergie). 3

verdisconteerd. Dit geldt wederom voor zowel de kosten als de baten van dergelijke maatregelen. 4. We adviseren voor deze MKBA om baten voor natuur, waterkwaliteit en klimaat te verdisconteren met drie procent. Bij deze baten moet wel rekening worden gehouden met relatieve prijsstijgingen van de waardering van de baten in de tijd. Voor natuur en waterkwaliteit gaat het om een reële stijging van één procent (zie advies werkgroep discontovoet). Bij het ramen van de klimaatbaten moet gerekend worden met efficiënte CO 2-prijzen die een stijgend verloop kennen in de tijd (zie Aalbers, Renes en Romijn, 2016). Referenties Aalbers, R., G. Renes en G. Romijn, 2016, WLO-klimaatscenario s en de waardering van CO 2-uitstoot in MKBA's, CPB-PBL Achtergronddocument. Deltaprogramma Rivieren, 2014, Synthesedocument rivieren achtergronddocument B6, Arnhem. Deltaprogramma, 2014, Deltaprogramma 2015 Werk aan de delta, de beslissingen om Nederland veilig en leefbaar te houden. Deltaprogramma, 2015, Deltaprogramma 2016 Werk aan de delta, en nu begint het pas echt. Romijn, G. en G.Renes. 2013 Algemene leidraad voor maatschappelijke kostenbatenanalyse. Werkgroep discontovoet, 2015, Rapport werkgroep discontovoet 2015. 4